Onze noorderburen pakten al elf medailles op de Winterspelen.
Nederland staat daarmee voorlopig op de tweede plaats in de medaillespiegel in PyeongChang, na Duitsland. Van de elf medailles voor Team Oranje zijn er vijf gouden, vier zilveren en twee bronzen.
Duitsland staat op twaalf medailles, waarvan zeven gouden. Ook Noorwegen heeft in totaal al elf medailles, maar wordt lager dan Nederland geklasseerd omdat het slechts drie keer goud pakte. Canada, voorlopig op de vierde plaats, heeft er tien, maar ook slechts drie gouden.
Zaterdag haalde Nederland voor het eerst in de geschiedenis van de Winterspelen vier medailles op één dag, met het voltallige podium op de 3 km schaatsen (Carlijn Achtereekte, Ireen Wüst en Antoinette de Jong) en zilver voor shorttracker Sjinkie Knegt op de 1500 meter.
Wüst en Marrit Leenstra veroverden in Pyeongchang ook goud en brons op de 1500 meter snelschaatsen, terwijl Sven Kramer zijn olympische titel op de 5 km verlengde. Dinsdag pakte Yara van Kerkhof zilver op de 500 meter shorttrack, en Kjeld Nuis en Patrick Roest respectievelijk goud en zilver op de 1500 meter snelschaatsen. Woensdag voegde Jorien Ter Mors daar nog een gouden medaille aan toe op de 1000 meter, de vijfde dus op evenveel nummers in het snelschaatsen.
De eerlijkheid gebiedt te zeggen dat de Nederlanders meestal sterk aan de Winterspelen beginnen, omdat veel schaatsnummers waarin ze gespecialiseerd zijn, in de eerste week van de Spelen geprogrammeerd staan.
Hun bijzonder grote dominantie in het snelschaatsen is ook niet nieuw: al in 2014 in Sotsji wonnen ze liefst 23 van de 36 medailles. In PyeongChang gingen tot nu toe 10 van de 18 medailles in het snelschaatsen en shorttrack naar Nederland. Daar komen er de volgende dagen zo goed als zeker nog wat bij, op onder andere de 10 km snelschaatsen (Kramer, Jorrit Bergsma) en de 1000 meter shorttrack (Knegt).
Efficiënt
Team Oranje is daarmee voorlopig veruit de meest ‘efficiënte’ delegatie in PyeongChang, want hun delegatie bestaat uit ‘slechts’ 34 atleten. De Duitsers, die op dit moment dus één medaille meer tellen, zijn met 153. Na Nederland volgen in de medaillestand de VS (7 medailles waarvan 4 gouden, 242 atleten), Noorwegen (11 medailles, 109 atleten), Canada (10 medailles, 225 atleten) en Frankrijk (5 medailles, 107 atleten).
Zwitserland presteert voorlopig het meest ondermaats van de ’toplanden’. De Zwitsers zijn in PyeongChang met de op twee na grootste delegatie (171 atleten), maar sprokkelden nog maar één medaille, zilver.
Nederland ‘profiteert’ op de Winterspelen natuurlijk ook van zijn dominantie op de schaatsnummers, zowel op de lange baan als – sinds de jongste jaren met onder meer Knegt – ook in het shorttrack, twee disciplines waar sowieso veel medailles te winnen zijn. Een beetje te vergelijken met het zwemmen op de Zomerspelen. Van medaillekandidaten in het skiën, biatlon, langlaufen of bobslee is er ook bij onze noorderburen geen sprake.
Voorspelling
De vraag is nu hoe hoog Nederland kan eindigen in PyeongChang. Er staan nog wat schaatsnummers op het programma, maar uiteindelijk zullen de grote slokoppen toch Noorwegen, Duitsland, de VS en Canada zijn. Rusland is zoals bekend afwezig als land, maar wordt in PyeongChang vertegenwoordigd door 168 Olympic Athletes from Russia. Zij pakten voorlopig vijf medailles (één zilveren en vier bronzen).
Beter doen dan Sotsji 2014, waar de Nederlanders met 24 medailles (8 gouden, 7 zilveren en 9 bronzen) naar huis vertrokken en daarmee goed waren voor de vijfde plaats, wordt heel moeilijk. Volgens de jongste voorspellingen van Sportstatistiekenbureau Gracenote mogen ze dromen van 18 medailles (7 gouden, 7 zilveren en 4 bronzen), goed voor een zesde plaats in de finale medaillespiegel. Sowieso hebben ze er nu al meer dan in Vancouver 2010 en Turijn 2006.
Swings voor België?
Wat de Belgen daarentegen betreft, die met 22 atleten in Pyeongchang hun grootste delegatie sinds 1945 stuurden, lijkt alle hoop op medaillewinst nu al vervlogen. Tenzij Bart Swings op de laatste zaterdag in zijn geliefkoosde massastart toch kan verrassen. Het enige nummer waarin hij zichzelf voor de Spelen ook een medaille toedichtte, omdat hij er zijn ervaring van in het skeeleren kan uitspelen. En waarin hij dit seizoen ook al een bronzen medaille behaalde in een Wereldbekermanche.
