Nieuw BOIC-topman Olav Spahl: ‘Belg gebruikt ingewikkelde staatsstructuur te vaak als excuus’

© BELGAIMAGE
Jonas Creteur
Jonas Creteur Sportredacteur bij Knack.

Welke zijn de doelstellingen en krijtlijnen van Olav Spahl, begin december als de nieuwe directeur topsport van het BOIC aangesteld? Sport/Voetbalmagazine vroeg het hem gewoon.

De 44-jarige Duitser komt over van het Duits Olympisch Comité. Voor Spahl op 3 september bij het BOIC begon, bereidde hij zich ook grondig voor. ‘Begin augustus, op de Europese kampioenschappen in Glasgow en Berlijn, keek ik ook met het ene oog naar de Duitse, en met het andere naar de Belgische atleten. Verder heb ik veel gelezen: elke dag de Belgische kranten, maar ook over de Belgische sportgeschiedenis, de politieke situatie, de topsportstructuur, de instellingen… En ‘Asterix en de Belgen’, een strip die vrienden me als cadeau gaven.’ (lacht)

Met al die nieuwe kennis startte Spahl aan zijn inloopperiode, bijgestaan door Eddy De Smedt, die op 30 november met pensioen zou gaan. ‘Eddy opende zijn netwerk om mij in die drie maanden zo goed mogelijk te introduceren in de Belgische sportwereld. Bij atleten van vroeger en nu, bij coaches en experten, bij invloedrijke beleidsmakers en organisatoren.’

Spahls belangrijkste vraag aan al die nieuwe personen: wat is de Belgische spirit? ‘In mijn functie belangrijk om dat te doorgronden en me daarop in te stellen. Een definitieve conclusie moet ik nog maken, maar wat me al opviel: het verschil tussen Vlaanderen, Wallonië en zelfs het Duitstalige landsgedeelte, qua taal, opvoeding, maatschappelijke visie, filosofie, politiek ideologie… En hoe ze in elke gemeenschap trots zijn op hun karakteristieken.

‘Anderzijds merk ik dat Belgen vaak die staatsstructuur, al die verschillende instellingen als excuus gebruiken. ‘Te ingewikkeld, dus zal het niet lukken.’ Dan zeg ik echter: ‘Maak het niet ingewikkelder dan het is. Keep it simple.’ Meer zelfs: in Duitsland is het nóg ingewikkelder: geen drie gemeenschappen, maar zéstien Bundesländer, met óók elk hun eigen mentaliteit, plús een federale overheid bevoegd voor topsport. Om daartussen een akkoord te vinden, samen met veertig sportfederaties: niet makkelijk. Ik kan erover meespreken.’

Meer topachtplaatsen

Over concrete medailleambities voor Tokio 2020 wil hij zich echter nu nog niet uitspreken. ‘Het enige wat we als BOIC vooropstellen is een stijging van het aantal atleten met een topachtplaats – negentien in Rio. Hoeveel medailles daaruit zullen voortvloeien, kan je nu moeilijk voorspellen. Sowieso blijft het belangrijkste dat een topsporter zijn potentieel volledig benut. Waar hij of zij dan eindigt, hangt af van de concurrentie.’

De nieuwe topsportdirecteur beseft ook dat zijn invloed op de resultaten in Tokio klein is. ‘Microscopisch zelfs. Die eindbalans zal grotendeels het werk zijn van het topsportbeleid van de voorbije jaren. Belangrijkste opdracht is omstandigheden creëren – qua omkadering, trainingsfaciliteiten, stages, oefenwedstrijden… -, waarin elke sporter die in aanmerking komt voor een topachtplaats optimaal op de Spelen kan focussen. Niet pamperen, wel alle mogelijke zorgen wegnemen. Met oog natuurlijk voor het budget, want alles heeft zijn prijs.’

Spahl kijkt echter al (veel) verder dan Tokio 2020, richting Parijs 2024, Los Angeles 2028, en ook naar de volgende Winterspelen. ‘Topsportbeleid is werken op lange termijn: de medaillekandidaten voor LA 2028 moeten we nu opleiden, voor Parijs 2024 kunnen we zelfs nu al min of meer bepalen welke atleten, onder meer uit het Be Gold-talentenproject, daar kunnen presteren. In de achtertuin van België worden die Spelen een belangrijke katalysator.’

En dus werkt de Duitser aan een ‘masterplan’, met oog op LA 2028. ‘Een welomlijnde strategie: hóé willen we onze doelen bereiken? Wát hebben onze atleten nodig? Wíé moet welke taak vervullen? Dat wil ik in nauw overleg met alle actoren bepalen: sporters, coaches, experten, federaties… Met de drie gemeenschappen ook, want wij zijn afhankelijk van elke nieuwe politieke legislatuur.

‘Zeer belangrijk ook: de vragen en noden van veel coaches en experten van wereldniveau in dit land beantwoorden, hun grote kennis laten uitwisselen, zoals met ons Olympic Coaching Platform. In oktober deden Gert Vande Broek (bondscoach Yellow Tigers, nvdr) en Koen Umans/Sven Van Camp (managers Belgian Cats, nvdr) bijvoorbeeld het succes van hun ploegen uit de doeken. En op onze stage in Lanzarote klapten Lode Grossen (algemeen manager van GymnastiekFederatie Vlaanderen, nvdr) en Nick Baelus (bondscoach triatlon, nvdr) hun boek open. Ik wil die formule nog verfijnen, zodat we ook de kennis toegankelijk maken van introverte mensen, die minder weggelegd zijn voor podiumpresentaties.’

Lees het volledige interview met Olav Spahl in onze +zone of in Sport/Voetbalmagazine van woensdag 9 januari.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content