Vlinders langs het veld: ‘KV Kortrijk verloor die dag de bekerfinale, maar wij de Champions League’

© BELGAIMAGE - CHRISTOPHE KETELS

Met Valentijn op komst vertellen geliefden hoe zij elkaar vonden dankzij het voetbal. Vlinders langs het veld, deel 4: Dempsey en Sarah.

Negen jaar geleden. Dempsey Sablain, op dat moment 24, heeft als sales manager net gewerkt op een beurs in Rennes. Hij rijdt nog terug naar Kortrijk, de hele nacht door. Bekaf komt hij thuis in de ochtend van 24 maart 2012, de dag waarop KV Kortrijk zijn eerste bekerfinale ooit speelt. De ploeg in het bedrijfsvoetbal waarbij Dempsey is aangesloten, bulkt van de Veekaa-fans. Straks trekken die richting Heizel. Dempsey heeft een plaatsje op de bus gereserveerd. Maar hij twijfelt of hij wel zal gaan. Maandag moet hij weer naar het buitenland. ‘Maar ik dacht: kom, ik zal gewoon niet drinken.’ Enkele kilometers verderop, in Ingooigem, hijst Sarah Avet, dan 28, zich in een rode jurk. ‘Eigenlijk zou mijn zus naar die finale gaan. Maar uiteindelijk had ze geen zin en kocht ik haar ticket over.’

Een rood-witte zee van mensen stroomt samen onder het Atomium. Dempsey: ‘15.000 man. Het weer was fantastisch en op de achtergrond speelde Johny Turbo ( Kortrijkse volkszanger, nvdr).’ Sarah: ‘Het leek wel een festival. Maar even dacht ik: wat heb ik mezelf aangedaan? Overal zag ik dronken mannen.’ Sarah is in haar kliekje aan het praten wanneer ze plots een slag op haar achterwerk krijgt. ‘Ik ging bij de vent die dat gedaan had: ‘Wat voor manieren zijn dat?’ Toen ik terugkeerde naar mijn bende, stond Dempsey in mijn weg. ‘Zijn dat uw maten?’, vroeg ik.’ Dempsey: ‘Ik antwoordde: ‘Ja, maar misschien kunt gij ook mijne maat worden. Dat ik toen niet gedronken had, was mijn grote geluk.’

Sarah en Dempsey raken aan de praat. ‘Het was zoals je soms in films ziet: twee mensen die met elkaar spreken en alles rond hen dat flou wordt. Ik hoopte zo dat hij mijn nummer zou vragen, dat is aan de man, vind ik.’ Dempsey: ‘Maar mijn principe was net dat ik nooit een meisje haar nummer vroeg. En toen galmde plots door de speakers dat het tijd was om naar het stadion te gaan. Mijn vrienden kwamen aan mij trekken. ‘Misschien tot straks’, zei ik tegen Sarah. Maar ik had geen nummer, geen achternaam. Tijdens de match vloekte ik. Ik had een bal voor open doel niet binnengekopt.’

Sarah: ‘Ik weet nog dat ik dacht: ik wil en zal die gast terugvinden.’ Thuis speurt Sarah op Facebook naar mannen met de naam Dempsey. ‘Dat waren er gelukkig niet veel.’ De zaterdag na de bekerfinale ontvangt de juiste Dempsey een bericht van Sarah. Nog diezelfde avond rijdt hij naar het café waar ze zit. De week nadien is het Paasfoor in Kortrijk en wordt het ook tussen Dempsey en Sarah echt kermis.

Een jaar later staan ze al te blinken op het stadhuis. Dempsey: ‘We wilden per se trouwen op 24 maart 2013, precies één jaar na onze eerste ontmoeting.’ Nog een jaar later verwachten Dempsey en Sarah al hun eerste kindje. Sarah: ‘Ook daarbij was er een link met het voetbal.’ Dempsey: ‘In het ziekenhuis vielen de weeën stil. Net toen speelde België op het WK in Brazilië tegen de VS. Sarah zei: ‘Zet de tv maar aan.’ De Duivels wonnen. Ons gejuich was op heel de gang te horen.’ Een dag later wordt Phéline geboren. Sarah: ‘Ik ben bevallen met de driekleur op mijn wangen.’

Vandaag is er naast Phéline ook Philemon, drie jaar oud. Dempsey: ‘Ooit wil ik in het Guldensporenstadion aan de kids uitleggen hoe hun mama en papa zijn samengekomen.’ Met de vennootschap die Dempsey runt, broedt hij ook op een sponsorproject bij KVK. ‘Om zo een stukje te worden van iets wat Sarah en mij gemaakt heeft. De Veekaa verloor wel die finale, maar wij wonnen de Champions League.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content