‘Wereldtoppers zoals Ann Wauters en Emma Meesseman hebben de Belgian Lions niet’

© BELGAIMAGE - DIRK WAEM
Matthias Stockmans
Matthias Stockmans Redacteur van Sport/Voetbalmagazine en Knack Focus.

Het zal voor de Belgian Lions moeilijk worden om het EK-brons van de Belgian Cats te evenaren. Spelverdeler Sam Van Rossom start vrijdag echter met een extra motivatie aan het EK: hij hoopt beter te doen dan zijn vriendin en medaillewinnaar Jana Raman. Een dubbelgesprek.

Drie jaar ondertussen vormen ze een topsportkoppel: Jana Raman (26) en Sam Van Rossom (31). Allebei Belgisch basketbalinternational. Toch was het pas deze zomer dat de bijzondere relatie onder de publieke aandacht kwam, toen Van Rossom verkleed als Power Ranger in de tribunes zat tijdens de halve finales van het EK in Tsjechië, waar Raman met de Belgian Cats aantrad. ‘Ik wist dat Sam iets in petto had,’ vertelt Jana, ‘maar toen ik tijdens onze opwarming drie Power Rangers in de kleuren van de Belgische vlag zag zitten, dacht ik toch: ‘Dat zal hem toch niet zijn, zeker?!’ Ja dus. De andere meisjes kwamen niet bij van het lachen.’

Het lachen verging snel, want de Belgische vrouwen werden in de halve finale weggeblazen door Spanje, de latere Europese kampioen. Met vervolgens een knappe zege in de troosting tegen Griekenland brachten de Cats uiteindelijk toch mooi een bronzen EK-medaille mee huis. De eerste keer dat een Belgisch basketbalteam daarin slaagt.

Nu is het weer aan Van Rossom om op het voorplan te treden, wanneer hij met de Belgian Lions het EK aanvat in Istanboel. Voor de spelverdeler werd het deze zomer een race tegen de klok om fit te geraken. Hij viel in mei uit met een knieblessure en miste zo de Spaanse play-offs met zijn team Valencia, dat in de finale Real Madrid zou kloppen en zich tot Spaans landskampioen kroonde. Drie maanden revalidatie werd hem vooropgesteld, het EK zou nipt worden, maar het is gelukt, dankzij intensief werk bij Lieven Maesschalck. De Lions kunnen rekenen op hun leider.

Met welke verwachtingen vertrek je?

Sam Van Rossom: ‘We zitten in een zware groep – de lastigste loting van de voorbije vier EK’s -, dus het valt moeilijk te voorspellen. We beginnen tegen Groot-Brittannië, in principe de meest haalbare kaart, maar dat is niet per se een voordeel. Het moet er meteen boenk op zijn en zij zullen met dezelfde gedachte starten. Als je die partij verliest, kan het zijn dat je EK er na twee wedstrijden al zo goed als op zit, zoals we op ons eerste EK in Litouwen (2009, nvdr) mochten ondervinden. Toen verloren we onze drie eerste partijen en was het heel moeilijk om ons op te laden voor de rest van het toernooi. Anderzijds bewees de oefencampagne dat we in een goede dag ook de toplanden kunnen kloppen. We wonnen tegen Italië, Spanje en Duitsland, we hebben dus kwaliteiten.’

Voor jou moet dit EK ook een vitrine worden, want je zoekt een nieuwe club.

Van Rossom: ‘Inderdaad, momenteel ben ik werkloos. (grijnst) Ik zat goed in Valencia, heb er vier mooie jaren beleefd. Jammer dat ik net moet vertrekken op het moment dat we Euroleague afdwingen, iets waar we al die jaren naartoe gewerkt hebben. Maar dat zijn de harde wetten van de topsport. Ik voelde het wel aankomen. Mijn knieproblemen spelen daarin een doorslaggevende rol. Diezelfde knie hield me in het seizoen 2015/16 al eens tien maanden aan de kant. Dat schrikt de clubs af. Op dit EK wil ik bewijzen dat ik weer fit ben. Er zijn al contacten gelegd met buitenlandse clubs, ik heb niet de intentie al terug te keren naar België. Maar we zullen zien, ik heb ook geen zin om drie maanden zonder ploeg te zitten.’

Eigenlijk was het plan dat ik komend seizoen in Valencia aan de slag zou gaan, maar omdat Sam daar geen nieuw contract kreeg, gaat dat niet door

Jana Raman

Jana Raman: ‘Bij mij staat het komende seizoen in het teken van het WK in Spanje volgend jaar. Ik wil vaste waarde worden bij de Cats. Met meer trainingsarbeid moet dat lukken. Sinds deze zomer ben ik voor het eerst fulltime profbasketbalspeelster bij Kangoeroes Willebroek. Het is de eerste keer dat een Belgische basketbalploeg naar een WK gaat, dat is toch iets unieks. Ik heb nog nooit zo hard getraind als deze zomer.’

Van Rossom: ‘Voor hetzelfde geld gebeurt dit nooit meer. Daar moet je van profiteren. Wij spelen in november WK-qualifiers, maar dat wordt moeilijk. Al liggen er misschien kansen omdat de NBA en de Euroleague geen spelers willen vrijgeven op die internationale speeldata. De toplanden zullen dus minder sterk aantreden. Eigenlijk is dat jammer: het devalueert die interlands. Bovendien worden de spelers op deze manier in een tweestrijd tussen FIBA en Euroleague gedwongen, dat zou niet mogen. Je mag niet van spelers verwachten dat ze in opstand komen tegen hun werkgevers. De kalenders zitten ook al te vol. Wij spelen elk jaar zeventig wedstrijden, interlands meegerekend bijna tachtig of negentig. Dat helse ritme schaadt een lichaam.’

Breintraining

Jana, jullie zorgden met de Belgian Cats bij het begin van de zomer voor een minihype. Plots kende iedereen de Belgische basketbalvrouwen bij naam. Ben je al bekomen?

Raman: ‘Ja hoor, met de Cats hebben we in augustus een kleine stage gedaan, en daar werd ook snel duidelijk dat de focus al verlegd werd: in november zijn er al de kwalificaties voor het EK 2019. Ik moet wel bekennen dat ik de voorbije maanden geregeld beelden heb bekeken van het voorbije EK – mijn vader had zowat alles opgenomen. Het is pas daardoor dat ik besef wat een zotte belevenis dat toernooi eigenlijk was. Sam won nog nooit een prijs voor zijn land, terwijl hij toch al jaren aan de Europese top speelt met Valencia. Voor Ann Wauters hetzelfde: ze heeft zowat elke mogelijke prijs gewonnen, maar een medaille met België ontbrak nog.’

Van Rossom: ‘Voor je land uitkomen, blijft iets speciaals. Zeker als je al negen jaar in het buitenland speelt, is het leuk om je vrienden van vroeger terug te zien. Want dat zijn het: vrienden. Een deel van onze kern speelt al zeven jaar samen.’

Raman: ‘Je gunt elkaar misschien wel meer bij de nationale ploeg.’

Van Rossom: ‘We gaan nu naar ons vierde EK op rij, het verwachtingspatroon is groter geworden. Ook bij de spelers zelf. Het is vechten voor je plaats, meer dan vroeger, toen ik debuteerde.’

Wordt er in de richting gekeken van de ‘buitenlanders’ om de ploeg te leiden?

Raman: ‘Bij ons zijn het duidelijk Ann en Emma Meesseman die de ploeg trekken. Logisch gezien hun status in het buitenland.’

Van Rossom: ‘In het buitenland leer je omgaan met druk. Bij ons heb je Jonathan Tabu, Axel Hervelle, Maxime De Zeeuw, ikzelf. Wij brengen de intensiteit en het niveau van die topcompetities mee naar de nationale ploeg. Vaak is het genoeg dat je op het veld het voorbeeld geeft en vechtlust toont, daarvoor heb je niet altijd woorden nodig.’

Raman: ‘Emma is ook niet de verbale leider, ze is eerder introvert, maar ze trekt de ploeg door haar prestaties. We hadden op het EK een sportpsycholoog (Ellen Schouppe, tevens actief bij de Red Panthers, nvdr) mee, zowel in de voorbereiding als op het EK heeft dat zijn nut bewezen. We kregen vooraf workshops, om stresssituaties te schetsen en daarop te anticiperen. We waren dikwijls sterk in eindfases van een match, wellicht was dat geen toeval.’

Van Rossom: ‘Dat ze op hun eerste EK meteen een medaille pakken, is zeer straf. Wanneer je echt voor de prijzen strijdt, verloopt een match toch altijd dat tikje intenser en harder. Als je daar niet klaar voor bent, kan het in vijf minuten gedaan zijn. Toen ik van Jana verhalen hoorde over die workshops, moest ik aanvankelijk wat lachen. Dat ligt aan ons machogedrag, waardoor het een beetje een taboe blijft. Een psycholoog wordt nog aanzien als iets zwaks of negatiefs, alsof je het niet alleen kunt.

‘Ik heb maar één keer een psycholoog geraadpleegd, bij Valencia twee seizoenen geleden, maar die bleef maar enkele maanden want hij kon niet helemaal zijn ding doen in de club. Ik heb wel veel aan hem gehad, want ik zat toen net in revalidatie van mijn knieblessure. Hij vertelde me dat ik ook mijn concentratie moest trainen. Daarvoor had hij een hoofdtoestel waarmee ik dankzij hersenactiviteit een balletje kon doen bewegen. Eerst vond ik dat belachelijk, maar ik ging er toch in mee. Hij liet me ook wedstrijdfases visualiseren. Doordat je er vooraf al mee bezig bent, helpt je dat onbewust tijdens een wedstrijd. Dat hoorde allemaal bij de breintraining.’

Bij de Cats werd enorm ingezet op sociale media. We kregen allemaal een eigen account, maakten zelf filmpjes en foto’s. Dat draagt bij tot onze populariteit

Raman: ‘Wij moesten van de psycholoog voor elke match drie doelstellingen vooropstellen. Had je bijvoorbeeld zwak afgewerkt, dan moest je voor de volgende match een aantal geslaagde shots bepalen. Dat hielp je te concentreren.’

Van Rossom: ‘Maar je moet ook durven loslaten. Bij onze buitenlands clubs zitten wij constant op afzondering, dan leer je dat het niet goed is om je in je hotelkamer op te sluiten. Als er tijd voor is, trekken wij met de spelers even de stad in, een terrasje doen of wandelen. Dat gaat niet over ‘pinten pakken’, maar gewoon even je hoofd vrijmaken. Als je té geconcentreerd bent, kan de stress toeslaan.’

Zorgt zo een groot toernooi voor een speciale groepsdynamiek?

Van Rossom: ‘Je moet elkaar kunnen verdragen. Ik heb al genoeg ploegen gezien die op papier veel sterker zijn dan wij, maar door een slechtere groepsdynamiek toch verliezen. Wij weten ook dat we het moeten hebben van onze teamspirit. Wij hebben geen absolute wereldtoppers zoals de Cats met Ann en Emma. Wij hebben geen NBA-speler bij de Lions, zelfs niemand in de Euroleague. Terwijl onze EK-tegenstanders allemaal minstens één NBA-speler in de ploeg hebben, en dan nog verschillende Euroleaguespelers. Maar als die gasten niet klikken, maken wij een kans.’

Nieuwe generaties

De Cats moeten het hebben van hun offensieve kwaliteit, de Lions van hun defensieve, klopt dat?

Van Rossom: ‘Van onze energie en sterke defense, ja. Zeker nu we ook Matt Lojeski moeten missen, die maakt elke match op zijn gemakje vijftien of twintig punten. Nu worden we nog afhankelijker van ons driepuntshot. We missen ook een aanspeelpunt onder de borden, zoals we dat vroeger hadden met Christophe Beghin. Kevin Tumba en Ismael Bako zijn eerder lopende spelers, geen pivots die met hun rug naar de ring optimaal renderen. We zullen dus anders moeten spelen.’

Raman: ‘Offensief hadden wij veel mogelijkheden. We hadden een goed afstandsshot en met Emma en Ann veel lengte. Ook defensief zorgde dat duo voor steun als wij een steekje lieten vallen. Die balans, zowel offensief als defensief, zat heel goed. Alleen tegen Spanje bleek dat niet voldoende, die konden ons helemaal vastzetten. Maar Spanje is dan ook absolute wereldtop. Terwijl wij nog met flink wat speelsters uit België aantraden.’

Het niveau van het vrouwenbasketbal is er de voorbije tien jaar wel serieus op verbeterd, niet?

Raman: ‘We zijn allemaal sneller geworden. Er zijn ook twee sterke generaties die nu mooi samenvallen.’

Van Rossom: ‘Ik denk niet het nog snel zal gebeuren dat België twee WNBA-speelsters heeft lopen. Dat is te vergelijken met de periode van JustineHenin en Kim Clijsters in het tennis. Af en toe moet je het geluk hebben dat die timing klopt. Bij ons dient er zich eveneens een sterke lichting aan, met Manu Lecomte, Retin Obasahan, Hans Vanwijn. Lecomte en Obasahan zijn twee van de weinige Belgische talenten die in het Amerikaanse collegebasketbal wisten te slagen. Fysiek en mentaal zijn ze rijper dan de meeste leeftijdsgenoten. College is geen speeltuin, daar leer je al omgaan met druk, ze speler er in zalen voor 15.000 man.’

Raman: ‘Bij ons heb je Kim en Hanne Mestdagh, die in de VS opgeleid werden, en nu zit Serena-Lynn Geldof daar. Maar ik denk niet dat Kim in Amerika zoveel beter is geworden, ze heeft pas een stap voorwaarts gezet toen ze in België prof werd bij Castors Braine. Ik had ook aanbiedingen uit de VS, maar college was geen droom. Een diploma is voor mij altijd belangrijker geweest, de kans dat je in vrouwenbasketbal carrière maakt, is immers klein. Ik ben meteen na mijn studies begonnen als zelfstandige podoloog. Achteraf bekeken had ik het misschien anders moeten aanpakken, dan stond ik nu wellicht verder als basketbalspeelster. Ook als ik zie wat ik de voorbije jaren verdiende met de combinatie werk en basketbal, en dat vergelijk met wat sommige meisjes in het buitenland verdienen met enkel basketbal… Dat steekt weleens. Eigenlijk was het plan dat ik komend seizoen in Valencia aan de slag zou gaan, maar omdat Sam daar geen contractverlenging kreeg, gaat dat niet door.’

De hype rond de Cats was groter dan rond de Lions toen die de vorige jaren EK’s speelden. Zat daar een masterplan achter?

Raman: ‘Er werd enorm ingezet op sociale media. Er was al één iemand in dienst om dat allemaal te beheren, maar vanuit de groep vroegen wij zelf om meer te mogen participeren. We kregen allemaal een eigen account, maakten zelf filmpjes en foto’s. Dat draagt bij tot die populariteit. Vroeger speelden wij in de Arenahal van Deurne voor twintig man, we weten vanwaar we komen.’

Van Rossom: ‘Ze hebben dat goed gezien bij de Cats. Wanneer je een bronzen medaille haalt, is dat hét moment om die hype te creëren. Zulke prestaties moet je gebruiken om een stap voorwaarts te zetten, zeker vanuit de federatie.’

Die boot hebben de Lions gemist?

Van Rossom: ‘In 2013 eindigden we negende op het EK, naar onze mogelijkheden ongelooflijk – van medailles moeten wij niet dromen -, en in 2015 versloegen we topland Litouwen… maar eigenlijk is daar weinig mee gedaan. Enkele jaren geleden logeerden we in hetzelfde hotel als Oekraïne, dat zwaar geïnvesteerd had in een uitgebreide staf rond topcoach Mike Fratello.Aan de ontbijttafel zaten er meer begeleiders dan spelers. Daar lachten wij mee, maar uiteindelijk hebben ze superstraffe resultaten gehaald, met onder andere een eerste kwalificatie voor het WK. Dat bewijst: een goede omkadering maakt een verschil. Bij ons zijn er stappen gezet, maar het kan altijd beter. Je mag nooit tevreden zijn met wat je hebt. Ook als spelers kunnen wij altijd nog een tandje bijsteken.’

Na het vorige EK stonden de Lions op een kruispunt: kiezen voor continuïteit – Eddy Casteels leidt de nationale ploeg al sinds 2005 – of een frisse wind. Er werd gekozen voor het eerste. Hadden jullie daar iets in te zeggen?

Van Rossom: ‘Neen, dat hoeft ook niet. Bij een club beslissen spelers niet mee over wie de coach wordt, waarom zou dat dan zo zijn bij de nationale ploeg? Uiteindelijk mag je de verdiensten van Eddy niet onderschatten: hij begon vanaf nul en nu zitten we aan vier EK’s op een rij. In de staf veranderde er wel wat, Jacques Stas is nu manager, we hebben een nieuwe kine en Roel Moors kwam erbij als assistent. Dat zorgt toch voor nieuwe impulsen. Zonder afbreuk te willen doen aan de verdiensten van onze voormalige teammanager Jacques Ledure, die veel gedaan heeft voor ons.

‘En dan is er nog de nieuwe generatie die eraan komt. De homegrownregel (met verplicht zes Belgen op het wedstrijdblad, nvdr) werpt zijn vruchten af, steeds meer jonge Belgen krijgen hun kans in onze competitie. Ik maakte nog de periode mee dat sommige ploegen uit acht Amerikanen bestonden. Dat is gelukkig voorbij.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content