Boogschieten

© Reuters

Traditioneel is Zuid-Korea de dominante natie in het boogschieten.

Het olympische toernooi boogschieten vindt plaats op een van de mooiste venues van deze Spelen: de Lord’s Cricket Ground in Saint John’s Wood, waar al sinds 1814 cricketwedstrijden gehouden worden. Het wordt ook vaak The Home of Cricket genoemd, maar is door het grote terrein ook uitstekend geschikt voor boogschietcompetities.

Het toernooi zal verlopen volgens een nieuw systeem: de 64 deelnemers moeten in de eerste kwalificatieronde 72 pijlen schieten, waarna een ranking wordt opgesteld van 1 tot 64. Daarna gaat het via een knock-outformule naar de finale, waarbij een zogenaamd set-scoringsystem gebruikt wordt: de eerste schutter die drie sets wint, gaat door.

Amerikaanse poster boy

Favoriet bij de heren is de 23-jarige Amerikaanse poster boy Brady Ellison, sinds 2011 het nummer één van de wereld, na winst in drie World Cupmanches, de World Cupfinale én in het olympische test event.

Ellison moet de opvolger worden van zijn landgenoot Justin Huish, die in 1996 Paul Vermeiren uit de olympische finale hield. In aanloop naar de Spelen zwoer Ellison zelfs zijn verslaving – kauwen op tabak – af, om een beter rolmodel voor de jeugd te zijn.

Traditioneel is Zuid-Korea de dominante natie in het boogschieten. Op de laatste drie olympiades won het telkens het ploegenklassement. Op een individuele gouden medaille moeten de Koreanen, sinds het invoeren van het moderne boogschieten op het olympische programma in 1972, echter nog altijd wachten. Vier jaar geleden strandde Park Kyun-mo op zilver, na de Oekraïner Viktor Ruban.

In Londen pakt Zuid-Korea weer uit met een bijzonder sterk team. Im Dong-huyn (26) stelde in 2011 op het olympische test event het wereldrecord (met 72 pijlen, olympische afstand 70 meter) scherper, een record dat hij dit jaar opnieuw verbeterde in Antalya (van 693 naar 696 punten, op een perfecte score van 720). Dong-huyn is ook de huidige leider in de wereldbeker.
De 26-jarige Koreaan werd met zijn nationaal team in 2004 en 2008 al tweemaal olympisch kampioen, won al een individuele wereldtitel in 2007, maar raakte in Athene en Peking niet verder dan de kwartfinale en de derde ronde.

Opmerkelijk is dat Dong-huyn heel slecht ziet en vooral op het gevoel schiet. Hij weigert immers een laseroperatie te ondergaan en voelt zich niet comfortabel met lenzen of een bril. Is in Londen in het land van het boogschieten de blinde man koning?

Andere bekende naam is Kim Woojin, de Koreaan die in 2010 al op zijn achttiende het wereldrecord met 144 pijlen verbeterde en vorig jaar in Turijn wereldkampioen werd voor zijn landgenoot Jin Hyek Oh en Brady Elison.

Outsiders zijn de Oekraïners Dmytro Hrachov (tweede in de Wereldbeker) en Viktor Ruban (regerend olympisch kampioen). Thuisland Groot-Brittannië hoopt op Larry Godfrey (derde in de Wereldbeker).

Goud voor India?

Bij de dames springt vooral de pas 18-jarige Deepika Kumari eruit. De Indiase won in 2010, op haar zestiende, al goud op de Commonwealth Games en werd in juni het nummer één op de wereldranking. Ze staat ook aan de leiding van de wereldbeker. Niet vanzelfsprekend voor de dochter van een arme rickshawchauffeur en een verpleegster.

Denisse Van Lamoen, de 31-jarige Chileense die in 2011 verrassend de wereldtitel pakte, lijkt weinig kans te maken op een nieuwe stunt. Kumari moet vooral de Koreaanse Bo Bae Ki en de Chinese Yuting Fang, tweede en derde op de wereldranglijst, in het oog houden.

Jonas Creteur

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content