Jonas Creteur

Leren verliezen om te winnen

Jonas Creteur Sportredacteur bij Knack.

1, 1, 2, 3, 2, 2, 3, 1, 1, 2, 1. Neen, dit is niet de code van de safe van Fabian Cancallera, maar zijn uitslagen in Milaan-Sanremo, de Ronde van Vlaanderen en Parijs-Roubaix sinds hij in de Primavera van 2010 17e werd.

1, 1, 2, 3, 2, 2, 3, 1, 1, 2, 1. Neen, dit is niet de code van de safe van Fabian Cancallera, maar zijn uitslagen in Milaan-Sanremo, de Ronde van Vlaanderen en Parijs-Roubaix sinds hij in de Primavera van 2010 17e werd. Op de Ronde en de Hel van 2012 na – toen hij in Vlaanderens Mooiste moest opgeven met een sleutelbeenbreuk – stond de Zwitser dus de laatste vier jaar in élk van die drie monumenten op het podium. Onwezenlijk. En dan lieten we zijn drie zeges in de E3 Harelbeke (2010, 2011 en 2013) nog achterwege.

Toch stak de overwinning van Cancellara in de bijzonder geanimeerde Ronde van zondag af in vergelijking met alle races in deze unieke serie. Toen hanteerde hij immers vooral de sloophamer. Die was in Milaan-Sanremo net niet verwoestend genoeg, waardoor er telkens één renner sneller sprintte, maar op de Vlaamse en Franse kasseiwegen vaagde die wél alle concurrentie weg, waardoor de Zwitser telkens solo finishte (op Parijs-Roubaix van 2013 na).

Vorige zondag haalde Spartacus echter geen hamer maar een degen boven. Prikken van een geslepen musketier, in plaats van mokerslagen van een gladiator. Noodgedwongen, want hoe demoraliserend dat voor de tegenstand ook klinkt: door een trainingsachterstand van drie weken, opgelopen begin dit jaar na ziekte en een val, is Cancellara niet de buitenaardse renner van 2010 en 2013 – dat stipte ook zijn ploegleider Dirk Demol na de Ronde aan.

Dat zag je al in Milaan-Sanremo, toen zijn traditionele versnelling op de Poggio in zijn achterzak bleef. En dat bleek zondag opnieuw toen Sep Vanmarcke op de Oude Kwaremont en de Paterberg minstens zijn evenknie was.

Cancellara beweerde na de finish zelfs dat hij in de finale, bij de aanvallen van Stijn Vandenbergh en Greg Van Avermaet, twee keer naar adem had moeten happen. En dat hij daarom op zijn enige troefkaart gokte: een sprint na 260 kilometer.

Al had Spartacus nog een ander wapen op zak: zijn ervaring als veertiendejaarsprof, waardoor hij in het zenuwslopende slot zijn emoties kon uitschakelen en vooral de jonge en hongerige Vanmarcke tactisch in de fout dreef. Die koerst, zoals hij vorige week in Sport/Voetbalmagazine zelf aanhaalde, nog iets te veel op temperament en te weinig met zijn verstand. Zondag reed de Waregemnaar tactisch nochtans de perfecte koers, tot hij op drie kilometer van de aankomst zich door Cancellara in de val liet lokken en later, in de sprint, ook te laat aanzette. Dodelijk, maar tegelijk geen schande tegen een renner die de beste/meest veelzijdige van zijn generatie en nu ook mederecordhouder in de Ronde genoemd mag worden.

Sinds 2010 dus dé maat der dingen in het klassieke eendagswerk. Nog meer dan Tom Boonen, die in 2012 weliswaar nog de dubbel Ronde/Parijs-Roubaix realiseerde, maar in afwezigheid van de gevallen Cancellara. Sinds de Beer van Bern hem in Vlaanderens Mooiste van 2010 op de Muur oppeuzelde, heeft de Kempenaar – mede door fysiek leed – zelfs geen enkel rechtstreeks duel meer gewonnen. De vraag is of hij op een week tijd genoeg progressie kan maken om daar in Parijs-Roubaix wél te slagen.

Van Avermaet en Vanmarcke kunnen zich echter optrekken aan het feit dat Cancellara’s supermancape (voorlopig) nog in de kast ligt. En aan de les die de nu 33-jarige Zwitser – zo vertelt hij van de week in een exclusief dubbelinterview met collega/Trekboegbeeld Sven Nys in Sport/Voetbalmagazine – als jongeling van Franco Ballerini leerde: dat je eerst moet verliezen om een klassieker als de Ronde of Parijs-Roubaix te kunnen winnen. Zoals hij voor het eerst in 2006 deed. Op zijn 25e, dezelfde leeftijd als Sep Vanmarcke… En heeft die, uitgerekend tegen Cancellara, vorig jaar al niet verloren op de Vélodrome de Roubaix?

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content