Na twee seizoenen bij La Louvière speelt de Algerijn nu voor de buren uit Bergen.

Voor Fadel Brahami, de Franse Algerijn die opgroeide in de voorsteden van Parijs, is Henegouwen al twee jaar zijn nieuwe thuis. Hij kwam in de eerste plaats naar België om sportief eerherstel. Bij Le Havre maakte hij onder de trainers Francis Smerecki en Jean-François Domergue een mooi debuut met een promotie naar de hoogste afdeling, maar daarna raakte hij zwaar geblesseerd. Door een operatie aan de meniscus had hij, toen hij in 2003 einde contract was, slechts 64 minuten op het veld gestaan. Na een aantal mislukte tests en een jaar zonder voetbal viste La Louvière hem op voor de start van het seizoen 2004-2005. Zonder veel geld probeerde het bestuur van de “Wolven” indertijd om een competitief team samen te stellen met talentvolle spelers die wat in de vergetelheid waren geraakt en die op zoek gingen naar eerherstel. In twee seizoenen maakte Brahami bij La Louvière heel wat mee : het afsluiten van de eerste ronde in de top 5, de geruchten en de rauwe waarheid in de omkoopaffaire, een hoop financiële problemen en uiteindelijk de degradatie naar de derde klasse. “Toch hou ik aan mijn verblijf op Tivoli goede herinneringen over. Ik voelde me goed bij die club en het deed me pijn aan het hart om het schip te zien zinken”, legt hij uit.

In tegenstelling tot verscheidene andere spelers uit het tijdperk Cartier, bleef hij ook vorig seizoen nog samen met Olivier Guilmot. “Als er zich een echt grote club zou melden, zou ik misschien wel over een verhuis nadenken, maar eigenlijk ben ik erg honkvast en blijf ik liever waar ik ben. Ik had bij La Louvière een goede band met de supporters en het bestuur en zag geen redenen om te vertrekken.”

Dat hij ondanks contacten met buitenlandse clubs slechts 25 kilometer verhuisde is dan ook niet echt verwonderlijk. “Na een moeilijk seizoen op sportief vlak, was ik gecharmeerd van wat Bergen te bieden heeft en van wat het bestuur en de trainer me zeiden. Van José Riga kreeg ik te horen dat ik op mijn 28ste als een echte prof mijn ervaring moet overbrengen. Toen we met La Louvière vorig jaar in de zestiende finales van de beker van België van de “de draken” verloren, zag ik dat de ploeg erg ambitieus is. Het is een mooie uitdaging om die ambities te helpen waarmaken.”

De middenvelder zal dat maar kunnen als hij weer het niveau haalt van zijn eerste seizoen bij La Louvière, want vorig jaar was het allemaal veel minder. “Er zijn verzachtende omstandigheden. Er waren extrasportieve problemen, we hadden drie trainers in enkele maanden en ik heb op verschillende posities moeten spelen. En door allerlei fysieke kwaaltjes kon ik nooit echt voluit gaan. Ik wil me achter dat alles niet verschuilen, maar om goed te presteren mag een voetballer niet te veel zorgen aan zijn hoofd hebben. Vorig jaar brachten we echter een groot stuk van onze tijd door met vergaderen en praten over de problemen van de club. Probeer je dan maar eens te concentreren ! De prestaties van iedereen lijden daaronder.”

Nu begint hij dus bij Bergen aan een nieuw hoofdstuk. “Sinds ik in België ben, heb ik meer ervaring en maturiteit. Ik ben er dus op vooruit gegaan. De Belgische competitie is erg fysiek. Om de bovenhand te halen is het van primordiaal belang om duels te winnen.”

De Franse Algerijn aarzelt dan ook niet om zijn voet te zetten. Dat leverde hem al enkele gele en rode kaarten op. Ook op 16 augustus werd hij in het vriendschappelijke duel tussen Algerije en Gabon vervroegd naar de kant gestuurd. “Ik heb inderdaad nogal wat temperament. Maar dat heeft men me nog nooit verweten. Ik ben iemand die zich altijd inzet. Ik schuw het fysieke contact niet en soms kook ik een beetje over. In het heetst van de sportieve strijd kan dat gebeuren, maar ik beschouw mezelf niet als een agressief iemand.”

Bergen haalde hem dus vooral voor zijn ervaring.

Brahami toonde zich aanvankelijk vooral sterk op de rechterflank maar krijgt nu een centrale rol toebedeeld. “Ik speel daar liever omdat ik veel balcontact nodig heb en van daar zowel naar links als naar rechts kan uitvallen. Ik speel zo ook dichter bij de aanvallers. Eigenlijk zou ik het liefst met twee verdedigende middenvelders in mijn rug spelen, maar dat is niet onze veldbezetting. Bij balverlies moet ik de rol van tweede balrecuperator op mij nemen, maar bij balbezit mag ik volop mee het offensief steunen.”

Onder leiding van Riga (“op menselijk vlak is zijn aanpak vergelijkbaar met die van Albert Cartier”), moet Brahami nu eerst en vooral zijn fysieke achterstand wegwerken om opnieuw zijn vroegere niveau te kunnen halen. “Ik ben maar tien dagen voor de start van de competitie bij de groep gekomen, terwijl de anderen al een maand voorbereiding achter de rug hadden. Ik mis nog matchritme en moet aan mijn basisconditie werken.”

STÉPHANE VANDE VELDE

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content