Bij de start van play-off 1 staat AA Gent vóór kampioen Anderlecht en op amper twee punten van leider Club Brugge. Bovendien klopte het in de slotfase van de reguliere competitie beide titelfavorieten met overtuiging. Hein Vanhaezebrouck kwam op de redactie van Sport/Voetbalmagazine zijn verdienstelijk werk bij de Buffalo’s toelichten.

Op het einde, na de lunch en het vraaggesprek, gaat hij op de foto met het keukenpersoneel. Een van hen is een Anderlechtsupporter, een andere blijkt een Beerschotfan te zijn. “Ha, Beerschot, die zullen kampioen spelen”, lacht Hein Vanhaezebrouck. “Maar Anderlecht, dat is nog niet zeker.” Twee uur eerder, bij het begin van het interview, noemde hij het fenomenaal dat AA Gent niet alleen met evenveel punten maar zelfs met een beter doelsaldo dan de landskampioen van 2014 de reguliere competitie kon afsluiten. Tenslotte eindigden de Buffalo’s de voorbije twee jaar een keer als elfde en een keer als zevende. Toch was hijzelf tijdens de winterstop frontaal ingegaan tegen de teneur in de media dat de titelstrijd zich zou beperken tot een onderonsje tussen Anderlecht en Club Brugge. “Dat was puur gebaseerd op gevoel en op basis van de matchen die zij speelden”, verklaart hij. “Onze prioriteit was play-off 1 halen. Dat werd geregeld herhaald, dat play-off 1 níét halen geen optie was. We kenden dus ook wel onze momenten van druk. Ons verhaal tot Nieuwjaar was: goed tot heel goed spel, maar te weinig efficiëntie; te moeilijk doelpunten maken en er te gemakkelijk incasseren. De komst van Moses Simon bracht extra finesse, zuiverheid en doeltreffendheid voorin en ook achterin zijn we secuurder geworden. Intussen schakelen we ook al heel makkelijk op verschillende tactische varianten over, omdat spelers beginnen mee te denken en de details almaar beter oppikken.”

Je krijgt veel appreciatie voor het voetbal dat AA Gent speelt: dominant, moeilijk te verdedigen, spelers die van alle kanten in de ruimtes duiken.

Hein Vanhaezebrouck: “Dat hoorde ik al in tweede klasse. Dat is mijn visie op voetbal. Ik zal niet beginnen zeggen tegen mijn keeper: stamp die ballen weg; en tegen mijn verdedigers: je moet niet meevoetballen, trap de bal maar meteen naar voren, alles snel vooruit, verticaal spel! Ik probeerde altijd al op te bouwen van achteren uit, ook tegen grote ploegen. Maar je bent ook altijd afhankelijk van de kwaliteit van de spelers. Bij Gent beschik ik over een heel brede kern, kan ik veel wisselen en specifieke keuzes maken en accenten leggen. Afhankelijk van de tegenstander en van waar de mogelijkheden zullen liggen. Maar om dat tactisch allemaal te kunnen uitvoeren, moeten spelers zich ook goed voelen. Onze wedstrijd tegen Cercle op de eerste speeldag was dramatisch, nochtans volgde hij op een goeie voorbereiding en was alles uitgedokterd. Maar het was de eerste competitiematch en we waren nerveus en speelden krampachtig. Ook in de beker tegen Anderlecht voetbalden we met schrik, omdat er een finale op het spel stond. Er zat veel te veel afval in ons spel. Dat was mijn grootste ontgoocheling. Ik hamerde erop dat ik niet meer wil zien dat we onvoldoende lef tonen, niet durven omdat er aan een match wat belang vastzit. Sindsdien gingen we beter met druk om. In de competitiewedstrijd op Anderlecht gaat Nielsen in de fout, maar hij is daarna meteen weer vrank en vrij beginnen voetballen.”

Duitsland in Gent

Hoe belangrijk is het fysieke aspect in het spel dat je wil spelen?

“Heel belangrijk. Mijn visie daarin is heel duidelijk: als je dominant wilt spelen, moet je dat negentig minuten kunnen volhouden. Mijn assistent kreeg vorig seizoen de raad om zeker geen twee keer per dag te trainen, omdat deze groep dat niet zou aankunnen en er veel geblesseerden zouden zijn. Maar na drie maanden waren er dubbel zoveel trainingssessies geweest en was de aanwezigheid op training veel hoger dan vorig seizoen. Het is een kwestie van wennen aan een ander trainingsregime. Waarom zijn ThorganHazard en Kevin De Bruyne in Duitsland fysiek nog sterker geworden? Omdat er nergens harder getraind wordt dan daar en zij over de capaciteit beschikken om zich daaraan aan te passen. Bied je spelers geen zwaarder regime aan, dan zullen ze ook geen vooruitgang maken. Natuurlijk, voetbal is ook cultuurgebonden. Haal je Spaanse trainers binnen, dan zal het heel anders zijn. Dan is het tiktak, alles met het balletje.”

En onze cultuur is: hard, harder, hardst werken?

“De vraag is: hebben wij de spelers om Spaans voetbal te spelen, de kwaliteit om iedereen weg te tikken? België is ook tactisch heel sterk. Wij zijn geneigd onszelf naar beneden te halen, maar coaches kunnen hier echt wel een team zetten. En buitenlandse spelers ervaren onze competitie als niet gemakkelijk: het is hier hard werken met veel duels. Dus moet je zorgen dat je fysiek op punt staat.”

In welke mate hou je bij je keuzes rekening met de VO2max van spelers, het maximale zuurstofopnamevermogen als indicatie voor iemands fysieke conditieniveau?

“Dat is belangrijk. Het is deels erfelijk bepaald, ik kan niet van iemand met een VO2max van 50 één van 60 maken. Blijkt bij de medische testen dat de motor niet groot genoeg is, dan nemen we die speler niet. Zelfs al is het een goeie.”

Waar ligt de grens?

“Een VO2max van 60 is het richtpunt. Die van Simon is 63. Hij is hier aangekomen met een loopsnelheid onder de verzuringsgrens van 13,6 kilometer en zit nu al aan 14,7. Dat is al één kilometer meer puur door training. We zitten al met drie à vier spelers in de Duitse zone: boven de 16 kilometer. Bij het begin van het seizoen maakte ik de vergelijking met auto’s: een VO2max van boven de 67 is een Porsche Cayenne, een van tussen de 63 en de 67 is een Mercedes E, enzovoort. Maar: je kunt met een Mercedes rijden zoals Lewis Hamilton of zoals mijn grootmoeder. Wat ben je met een grote motor als je hem maar voor de helft gebruikt? De belasting moest omhoog om de maximale capaciteit te kunnen benutten. Die evolutie heeft met fysiek potentieel te maken, maar ook met duidelijkheid, mentaliteit, drive en attitude.”

Op fysiek en mentaal vlak voerde je in de groep een grote schifting door.

“Dat was allemaal vooraf besproken met de directie. We besloten met een aantal jongens te starten om niet aan kapitaalvernietiging te doen en ze eventueel proberen te gelde te maken. Anderzijds haalden we er jongens bij zoals Oussalah, Belhocine, Gershon en Kums, mannen die het fysiek aankunnen, mentaal sterk genoeg zijn en mee deze fantastische kleedkamer vormden. Plus Van der Bruggen, Neto en Foket, die conditioneel heel sterk zijn; en Raman, die bij Kortrijk al met mij werkte. Allemaal wilden die in dat verhaal meegaan. En: Depoitre! Voor mij was hij een geschenk. Een targetspits met zeldzame fysieke capaciteiten. Uithoudingsvermogen, snelheid, sprongkracht én nu ook rendement.”

Wat met zijn reputatie van forse pintendrinker?

“Of dat zo was, weet ik niet, maar ik hoorde die geruchten ook. In elk geval: als je trainingsregime hoger ligt, is dat volgens mij niet meer te combineren. Dit seizoen hoorde ik daar ook nog geen klachten over.”

Hij heeft sinds vorige zomer een vriendin. Zit zij er ook voor iets tussen?

“Dat zal wel helpen. Uiteraard. Dat is belangrijk voor iedereen.”

Je adviseert elke prof een vaste liefdesrelatie?

“Dat kun je niet forceren, en het moet wel een goeie relatie zijn. Een goeie relatie is een meerwaarde voor een speler. Kijk naar Sven Nys: hij mag beweren wat hij wil, wees er maar zeker van dat zijn scheiding enorm meespeelt in de achteruitgang van zijn prestaties.”

Dubai in Gent

Dit is de tweede G5-club die je traint. Bij de eerste, Genk, liep het al voor Nieuwjaar slecht af. Zou de Hein Vanhaezebrouck van nu, met vijf jaar meer ervaring, daar toen wel overeind zijn gebleven?

“Neen. Zet mij daar nu met dezelfde elementen als toen en het is weer juist hetzelfde.”

Je voerde een strijd die je niet kon winnen?

“Onmogelijk. Wat meeval kan natuurlijk wel helpen. We speelden in het begin heel goeie wedstrijden, maar het was telkens net niet. Er zat druk op en als de punten dan niet komen, begint het bestuur, dat zelf in een hervorming zat, mee te spelen.”

Wat zou je, met wat je nu weet, in dezelfde situatie anders doen?

“Ik zou mij vooraf beter informeren of gemaakte sportieve afspraken bij de contractbespreking ook worden nagekomen eenmaal je er aan de slag gaat.”

Ben je toen naïef geweest?

“Als je voor het eerst van een kleine club als Kortrijk naar een grote gaat en daar vertellen ze je langs alle kanten dat ze dat, dat en dat zullen doen en je gelooft dat. Ben je dan naïef?”

AA Gent heeft ook geen geweldige reputatie: het viel de voorbije jaren vooral op door het gemarchandeer met spelers en het ontslaan van trainers.

“In die zin was het bij AA Gent de voorbije jaren niet makkelijk.”

Waarom doe je het?

“Omdat ik in mezelf geloof en omdat ik hoor dat ze er meegaan in mijn verhaal en in de analyses die ik maak. Voor bepaalde dingen moest ik doorduwen, pushen, maar ze volgden wel. Hier zijn het geen loze woorden. En: we doen ook voort, want binnen enkele jaren al willen we een nieuw oefencentrum realiseren. AA Gent is de club van de toekomst. We zijn de eersten die een nieuw stadion bouwden en hoelang zal het niet duren voor een andere club daarin slaagt? Tot in 2020, minstens, wanneer dat van Anderlecht klaar moet zijn. Intussen is het toeschouwersaantal van 10.000 hier al bijna verdubbeld. Voor topmatchen is er zelfs al plaats te kort. Mochten we de komende jaren blijven meedraaien in de eerste drie à vier, dan moet je het stadion misschien nog wat vergroten. Als je de club van de toekomst bent, moet je vooruit kijken en zeggen: we moeten op alle niveaus vooruit. Langs de splitsing van de E40 en de E17 ligt daar nu al een hypermoderne hoek met een splinternieuw stadion, twee splinternieuwe buildings, een splinternieuwe brug over de Leie en daar komt straks ook nog een splinternieuw hotel bij. Als je dat bekijkt op het internet, dat is Dubai, hé. Dat vind je nergens elders in ons land.”

Waar kan je als trainer beter zitten?

“Ik zit hier goed, dat weet ik.”

Maar het marchanderen gaat voort: Simon zijn valiezen waren nog niet helemaal uitgepakt of Michel Louwagie plakte al een verkoopprijs van 20 miljoen euro op zijn hoofd.

“We moeten daar niet te veel aandacht aan geven. Het is maar een eenmalig signaal om aan te geven dat hij niet te koop is, denk ik.”

Freud in Gent

Met Eva Maenhout kwam er in januari een mental coach bij de staf, een psychologe die nog voor het bedrijf van de voorzitter werkte en al actief was bij de jeugd van AA Gent. Was daar nood aan?

“Van in het begin al stelde de voorzitter dat op mentaal vlak de sportbegeleiding in België een braakliggend terrein is. Ik dacht vroeger: je kunt alles zelf. Als je als coach in Kortrijk begint, dan móét je wel zo denken. Maar ik ben ervan overtuigd dat een mental coach het gezichtsveld helpt verruimen om nog meer rendement uit de spelers te halen. De voorzitter zei: het zou een goeie zaak zijn, mochten we daarvoor de juiste persoon vinden. Bij Eva had ik een goed gevoel, bij andere psychologen was dat niet het geval.”

Een vrouw als mental coach, is dat een troef in een mannenwereld?

“Het is een troef dat ze kwaliteit biedt, dat haar aanpak drempelverlagend is en zelfs een beetje ontwapenend is voor de spelers. Enkele jongens voelen zich daar fantastisch goed bij. Eva is echt wel een meerwaarde voor ons.”

Is dat iets dat jou minder ligt?

“Uit de doorlichting van de spelers zijn weinig verrassingen gekomen. Mijn visie op hen en mijn gesprekken met hen gaan in dezelfde richting. Alleen is mijn positie als hoofdtrainer totaal anders dan die van een mental coach met beroepsgeheim.”

Kan een coach ook niet een vertrouwenspersoon zijn voor zijn spelers?

“Ja. Dat probeer ik en dat lukt, maar er zijn ook spelers die daar moeite mee hebben. Eva vond bij bepaalde types toch nog iets dat ons verraste en gaf ons heel bruikbare info mee om die iets anders te benaderen.”

Gebruik je de mental coach ook om jou te coachen?

“Ja.”

Hoe gaat dat dan?

“Ik ben een uitzonderlijk geval.” (lacht)

Zij zegt dat?

“Zij zegt dat mijn profiel eerder uitzonderlijk is. Ik zit in een categorie waarin ik alleen sta.”

Een categorie die Carl Gustav Jung over het hoofd zag?

“Neen, het is een bestaande categorie. Maar volgens haar zitten de meeste coaches in de ‘bewakerscategorie’, mannen voor wie alles correct moet zijn.”

In welke categorie zit jij?

“Ik zit meer in de ‘inventieve categorie’. Ik vroeg haar of dat geen probleem is, want ik werk met een uitzonderlijk gevoelige groep. Maar ze zegt: neen, integendeel, in zo’n emotionele groep is iemand die eerder rationeel is goed om die mannen nu en dan eens met de voeten op de grond te zetten. Mocht ik in die emotie meegaan, dan mag je voor iedere wedstrijd zakdoekjes bestellen.”

‘All together’ was een van kernwaarden die je bij de start van het seizoen benadrukte. Kun je het als coach dan maken om spelers die het moeilijk hebben als David Pollet en Yaya Soumahoro voor schut te zetten in de pers?

“Als ik dat doe, is het juist omdat zij niet ‘all together’ zijn. Ik heb er geen probleem mee om diegenen die zich van de groep afscheuren en dingen doen die niet horen, in de pers aan te pakken.”

Vraagt de mental coach jou niet om op te letten met openbare kritiek op de eigen spelers?

“Ze geeft mij tips en opmerkingen, maar daar had ze niet echt een probleem mee. Ik liet die spelers ook niet vallen, hé. De week erna zat Soumahoro weer op de bank. Blijven ze dat doen, dan is het een ander verhaal. Een van de hoofdfactoren van ons succes tot nu toe is het groepsgevoel en ik aanvaard niet dat iemand daartegenin gaat. Pollet speelde toch al redelijk wat. Je moet het dán bewijzen en niet: commentaar geven wanneer je er niet meer in staat.”

DOOR JACQUES SYS, CHRISTIAN VANDENABEELE EN FRÉDÉRIC VANHEULE

“Blijkt bij de medische testen dat de motor niet groot genoeg is, dan nemen we die speler niet. Zelfs al is het een goeie.”

“Mocht AA Gent de komende jaren blijven meedraaien in de eerste drie à vier, dan moet het stadion misschien nog wat vergroot worden.”

“Mental coach Eva Maenhout is echt wel een meerwaarde voor ons.”

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content