Zeven mensen uit het wielermilieu krijgen elk één vraag voorgeschoteld over het seizoen dat voor de deur staat. Dat levert een tekst op waarin één naam 25 keer opduikt.

Kilometers zijn gemaakt om verslonden te worden”, zei de Franse toneelschrijver Tristan Bernard ooit. Smachtend naar verse roem tellen de renners de dagen tot de start van het wielerjaar 2006. Enkele kenners laten in afwachting van dat moment hun licht schijnen over wat komen zal.

Kan Tom Boonen dit jaar op het fysieke vlak nog vooruitgang boeken ?

Professor Peter Hespel,hoofd van het Laboratorium Inspanningsfysiologie en Sportfysiologie aan de Katholieke Universiteit van Leuven : “We onderwierpen Boonen aan de universiteit al aan verschillende testen. Daaruit bleek dat hij zowel op het gebied van uithouding als op het gebied van kracht bijzonder goed scoort. Heel vaak heb je renners die een behoorlijk uithoudingsvermogen combineren met een relatief lage explosiviteit en maximale kracht. Bij de typische sprinters is dat net omgekeerd. Boonen behoort op beide vlakken tot de absolute top. Zijn resultaten zijn de beste die we hier ooit zagen.

“Het is de logica zelve dat Tom Boonen op het fysieke vlak nog een progressiemarge heeft. Hij is 25. Elke atleet kan vooruitgang boeken tot hij 28 à 29 jaar is. Dat kan voor een stuk gebeuren door een toename van de spiermassa. Maar Boonen moet natuurlijk vermijden dat hij te veel spieren krijgt, want dat werkt nadelig als je bergop moet rijden. Renners moeten voor zichzelf uitmaken in welk type van wedstrijden ze willen uitblinken. Als Boonen in de Tour de groene trui wil pakken, moet hij in rekening brengen dat enkele extra kilogrammen spiermassa in de bergritten behoorlijk wat bijkomende energie vragen.

“De kunst bestaat erin om de spiermassa te bekomen die je nodig hebt in een sprint, zonder dat die te veel tol eist tijdens beklimmingen. Je kan het kweken van die spieren sturen door de juiste krachttrainingen te kiezen. Bodybuilders hebben als enig doel : hun massa laten toenemen. Met grote gewichten doen ze heel veel trage herhalingen. Iemand als Boonen mag dat net niet doen.

“Als je naar progressiemarges van Boonen zoekt, is het belangrijk om in het achterhoofd te houden dat je met eenzelfde spiermassa sterker kan worden door de kracht van de bestaande spieren te doen toenemen. De kracht die een spier kan leveren is afhankelijk van de manier waarop ze aangedreven wordt door de zenuwen. Precies in dat aandrijvingmechanisme kunnen optimalisaties gebeuren. Bij elke trap op een pedaal is er een coördinatie tussen verschillende spieren. Hoe beter die met elkaar samenwerken, hoe meer kracht je kan zetten. Boonen kan de timing van de spiercontracties nog beter coördineren zodat hij finaal nog harder kan rijden.”

Welke renner van de generatie na Tom Boonen staat het verst?

Carlo Bomans,bondscoach bij de elite en voormalig mentor van de beloften : “Volgens mij is dat Philippe Gilbert. De uitslagen die hij al bij elkaar gereden heeft op zijn drieëntwintigste, spreken een stuk voor zich. Vorig jaar presteerde hij heel goed. Bovendien is Gilbert enorm gedreven met zijn vak bezig.

“Dit jaar dient hij weer een stap vooruit te zetten, zoals elke renner. Je moet elk jaar progressie maken en je prestaties naar een hoger niveau tillen. Tot je stopt met koersen houdt dat niet op. Op het einde van elk seizoen moet je denken : ‘Nu heb ik me werkelijk tot het uiterste ingespannen en alles gedaan wat ik kon.’ En telkens moet je bij de start van het volgende seizoen toch opnieuw zaken vinden waardoor je een trede kan klimmen.

“Het is moeilijk voorspelbaar waar we Gilbert kunnen verwachten. Hij is polyvalent. Verschillende soorten koersen liggen hem. Zowel in de Vlaamse Ardennen als in de Ardennen zelf kan hij zijn mannetje staan. Misschien liggen de Waalse klassiekers hem nog het best.

“Wat ik het meest in Gilbert apprecieer, is zijn rust. Die heeft hij zowel in als naast de wedstrijden. Gilbert is enorm kalm en laat zich niet zot maken door allerlei dingen. Volgens mij maakt precies dat hem zo sterk.”

Volgens Hein Verbruggen wordt er aanvallender gereden onder invloed van de Pro Tour. Klopt dat en zal die trend zich doorzetten in 2006 ?

Karl Vannieuwkerke, VRT-journalist : “Ik kan dat ontkennen. Ik breng sinds 2000 verslag uit vanop de motor. Als grote wedstrijden op televisie worden uitgezonden, wordt er altijd echt gekoerst. Vaak komen renners me tijdens een wedstrijd vragen wanneer de rechtstreekse uitzending begint. Dát heeft wel een invloed. Je merkt dat het tempo een stuk omhoog gaat vanaf het moment dat de motors met de cameramannen op het toneel verschijnen.

“De Pro Tour bracht geen noemenswaardige veranderingen teweeg in de wijze waarop er gereden wordt in de grote wedstrijden. De belangrijkste klassiekers kennen elk hun vast stramien. Maar misschien kan je wel zeggen dat die koersen tegenwoordig onder invloed van Tom Boonen vroeger worden opengebroken.

“Net in wedstrijden die niet tot de Pro Tour behoren en niet worden uitgezonden, heeft de Pro Tour volgens mij een invloed op het wedstrijdverloop. Daar is er van bij de start nu veel beweging en kan een ontsnapping al eens tot het einde standhouden. In een dergelijke koers rijden er vaak enkele renners in de beginfase weg van de rest en ligt de wedstrijd al na twintig, dertig kilometer in een beslissende plooi, want voor de drie of vier Pro Tourploegen die er aan de start komen, zijn die wedstrijden minder belangrijk.

“Het is normaal dat Verbruggen beweert dat er aanvallender wordt gereden onder invloed van de Pro Tour. Het is zijn geesteskind. Het zou erg zijn, mocht hij het niet verdedigen. Maar ondertussen is wel duidelijk dat de Pro Tour niet is wat ervan verwacht werd. Het is alsof je een ontbijtmand hebt gekocht waarin niet enkel boterhammen en croissants zaten, maar ook champagne, aardbeien en slagroom. En als ze aan huis wordt geleverd, blijkt dat de champagne er niet bij is, en de aardbeien ook al niet.

“Dat is niet echt fair tegenover de ploegen, die zowel qua logistiek als qua personeel zware investeringen moesten doen. Als de Pro Tourploegen niet op één lijn kunnen gaan staan, is de Pro Tour over een paar jaar ten dode opgeschreven. Dat zou de professionaliteit van de sport niet ten goede komen, maar ik denk dat het wielrennen tegenwoordig in die mate op de rails zit dat er toch geen stoppen aan is.”

Kan Peter Van Petegem het op het mentale vlak nog opbrengen om de strijd aan te gaan met Tom Boonen ?

Nico Mattan,ploeggenoot van Van Petegem : “Hij is 36. Het zijn de laatste jaren waarin hij nog iets kan tonen. Dat motiveert hem. Van Petegem is sterk en rap, en dus kan hij zeker nog een rol spelen.

“In de spurt kan hij Boonen niet op zijn waarde kloppen. Ook bergop moet hij man tegen man de duimen leggen als Tom zijn duivels ontbindt. Maar misschien kan hij er Boonen wel afrijden op vlakke stukken, dankzij een uitgekiende koerstactiek. Hij heeft een goede ploeg achter zich.

“Iedereen weet dat Van Petegem zich maar op een paar koersen richt. Vorig jaar versloeg Boonen hem in de Ronde van Vlaanderen en had hij tegenslag in Parijs-Roubaix. Maar ik denk niet dat hij daarom mentale tikken heeft moeten incasseren. Zo broos is hij niet. Revanchegevoelens zullen bij hem in geen geval spelen. Van Petegem kan het wel vinden met Boonen. Doorgaans komen renners goed overeen.

“Natuurlijk is het altijd zo dat een renner maar zo goed is als zijn laatste wedstrijden. De mensen vergeten snel wat je in het verleden hebt getoond, zeker als een jongeling zoals Boonen opstaat. Maar het ligt niet in de aard van Van Petegem om zich daar veel van aan te trekken. De mensen die hem echt kennen, weten dat hij er weer honderd procent voor zal gaan.”

Kan Nick Nuyens in 2006 een Pro Tourwedstrijd winnen ?

José De Cauwer, voormalig bondscoach : “Een wedstrijd zoals Gent-Wevelgem en andere koersen van dat niveau zijn voor hem dit jaar zeker al haalbaar. Als je ziet dat hij in de Omloop Het Volk als eerste over de streep kan komen en ook nog eens de Grote Prijs van Wallonië wint, met aankomst bergop nota bene, dan weet je wel dat hij tot zoiets in staat is. De stap van de Omloop Het Volk naar Gent-Wevelgem is niet zo groot. Die koersen liggen perfect in dezelfde lijn. Nuyens kan relatief veel aan. In het verleden won hij bijvoorbeeld ook al wedstrijden in Italië.

“Voor wedstrijden in de trant van de Ronde van Vlaanderen en Parijs-Roubaix zal het misschien nog net iets te vroeg zijn. Maar volgend jaar moet Nick ook in die grote klassiekers met de absolute top meekunnen. Misschien kan hij dit jaar als schaduwkopman fungeren in de Ronde van Vlaanderen, meegaan in een ontsnapping en overleven. Wie weet. En als je bekijkt wat Philippe Gilbert en Stijn Devolder in het verleden al lieten zien in Parijs-Tours, dan weet je dat Nick Nuyens ook die wedstrijd kan winnen.

“Hij moet wel nog wat zelfvertrouwen bijkweken, maar dat zal wel komen, veronderstel ik. Door de universitaire studies die hij volgde, liep hij ook een beetje achterstand op. Ze hebben zijn ontwikkeling als renner een tikkeltje vertraagd. Hij bloeit nu iets later open, maar dat zal op termijn geen nadeel vormen in zijn carrière.

“Het absolute voordeel dat Nuyens heeft, is dat hij niet de beste moet zijn om te winnen. Hij is superintelligent en kan met zijn verstand het verschil maken. Hij bezit een natuurlijk intellect voor wielrennen. Dat kan je niet leren op school. Onlangs liet Nuyens zich nog ontvallen dat hij de kloof met de wereldtop wil dichten. Ik vind het niet meer dan logisch dat hij dergelijke uitspraken doet. Híj moet en mag dat zeggen.

“Als we spreken over certitudes om klassiekers te winnen, over wie hebben we het dan ? Eén man. Tom Boonen. Voor het overige heb je een resem mannen die misschien een grote klassieker kunnen winnen. Daar zal Nuyens vanaf volgend jaar zeker bijhoren.”

Mogen we dit jaar eindelijk nog eens een Belgische overwinning verwachten in een van de Waalse klassiekers ?

Claude Criquielion, ex-winnaar van onder meer De Waalse Pijl : “Ik hoop het. De Belgische wielersport is natuurlijk meer gericht op de Vlaamse klassiekers. Jammer noem ik dat niet. Het wielrennen in ons land is immers meer Vlaams dan Waals getint. En eigenlijk is het ook normaal dat wedstrijden zoals de Ronde van Vlaanderen op jonge Belgische renners meer indruk maken dan De Waalse Pijl of Luik-Bastenaken-Luik. Die Vlaamse wedstrijden zijn spectaculairder, op een bepaald moment ontploffen ze helemaal. De Waalse wedstrijden zijn eerder koersen op zijn Italiaans. Het is dan ook niet toevallig dat het dikwijls Italianen zijn die er met de bloemen aan de haal gaan.

“Als ik speur naar Belgische jongens die we in Wallonië vooraan kunnen verwachten, kom ik uit bij Axel Merckx, die er zich in het verleden al toonde. Maar ook onder meer Rik Verbrugghe, Christophe Brandt en Nick Nuyens kunnen er schitteren. En voeg MaximeMonfort en Philippe Gilbert ook maar toe aan dat lijstje. Als die laatste zich echt richt op de Waalse wedstrijden, kan hij er volgens mij heel mooie dingen tonen.”

Wie worden dit seizoen de voornaamste buitenlandse concurrenten voor Tom Boonen in de Ronde van Vlaanderen ?

Michel Wuyts,wielercommentator : ” Paolo Bettini ! Hou die jongen maar in het oog. Als hij hardop zegt – en hij blijft dat maar doen – dat hij de Ronde van Vlaanderen wil winnen, dan zitten we met een probleem. Hij begon vorig jaar matig aan het seizoen en kwam pas in het najaar in vorm. Na het wereldkampioenschap zette Bettini nog een vrij indrukwekkende reeks neer. Daardoor stapte hij heel goed uit het seizoen en zal hij gemotiveerd de winter ingegaan zijn, met als bedoeling om dit jaar in het voorjaar snel te scoren.

“Ik denk dat Bettini dezelfde klasse heeft als Boonen, maar op een ander vlak. Bij de Italiaan richt zich dat meer naar de klimklassiekers. Als je twee keer Luik-Bastenaken-Luik hebt gewonnen, de Ronde van Lombardije op je naam hebt geschreven en ook nog eens in het kampioenschap van Zürich top was, dan ben je van een uitzonderlijke orde. De andere buitenlanders zijn van een lager niveau. Bij Hincapie, Wesemann en Klier voel je al aan de draagkracht en de klank van hun namen dat ze niet dezelfde allure hebben als Boonen. Tom staat daar na zijn revolutionaire doorbraak een klasse boven.

“Stel dat Bettini erin slaagt om in de Tenbossestraat in Brakel weg te rijden. Wat moet Boonen dan doen ? Hopen dat de rest de kastanjes uit het vuur haalt. Maar wat als de rest, met name Davitamon-Lotto, ook een mannetje meestuurt in de vuurlinie ? Als er een tactische koers wordt gereden, kan het vreemd uitdraaien. In het verleden deden Ballerini en Tafi dat een paar keer, tot scha en schande van Wilfried Peeters, maar ook van een JohanMuseeuw die dan op de achtergrond de benen moest stilhouden. Bettini moet natuurlijk twee en drie weken later ook nog uit zijn pijp komen, in de Amstel Gold Race en Luik-Bastenaken-Luik. Dat kan een rol spelen. Daarom zou de ploeg in een dergelijk scenario kunnen ingrijpen.

“Eigenlijk ben ik ervan overtuigd dat aan Boonen niets te doen is. Op Bettini na zie ik niemand die hem kan kloppen. Tactisch vernuft is voor de Italiaan de enige manier, zodat hij Tom onderweg kan kwijtspelen. Als je geen plannetje hebt uitgekiend, moet je niet alleen Boonen onderweg kunnen volgen. Je moet hem dan ook nog eens kloppen in de sprint. Dat gaat niet !”

KRISTOF DE RYCK

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content