Zondag staan in het Constant Vanden Stockstadion Anderlecht en Standard tegenover elkaar. De twee laatste landskampioenen tussen wie de goede verstandhouding ergens zoek is geraakt. Uitleg door Herman Van Holsbeeck en Pierre François, in een zeldzaam dubbelinterview.

Eens een advocaat, altijd een advocaat. Pierre François mag dan zijn toga hebben afgelegd toen hij in december 2002 algemeen directeur werd van Standard, praten is pleiten en na een ’ten eerste’ volgt steevast een ’ten tweede’ met daartussen geen ruimte voor een onderbreking. De grijnsjes op zijn gelaat zijn niet te tellen, maar buiten zijn gezichtsveld draait ook Herman Van Holsbeeck meer dan eens met de ogen wanneer zijn collega probeert een punt te maken waar hij het absoluut mee oneens is. Ook al vliegen de grappen niet in het rond, de sfeer blijft wel collegiaal. “Beide clubs hebben nogal wat van mening verschild de laatste jaren, maar dat wil nog niet zeggen dat Pierre François en Herman Van Holsbeeck niet door dezelfde deur kunnen”, zegt de Anderlechtmanager met de diplomatie die hem eigen is.

Beide mannen zijn elkaar halverwege tegemoet gekomen. In De Oude Kantien nabij het Kasteel Arenberg in Heverlee zet Pierre François onder een uitbundige zon zijn goede bedoelingen in de verf. “Voor de laatste Anderlecht-Standard verdrongen de fotografen elkaar omdat we elkaar de hand schudden, als was het een primeur – wat het niet was. Op enkele maanden na zijn we allebei even lang in dienst. Wij voeren het dagelijkse beleid van onze clubs, maar noch Herman noch ikzelf is de baas. Zowel hij als ik moet rekening houden met de keuzes die intern worden gemaakt en ze verdedigen. Door op deze uitnodiging in te gaan, willen we de boodschap uitdragen dat je tegenstanders kunt zijn op het veld, er soms een andere mening op nahouden in bepaalde dossiers, maar toch proberen respectvol en in een geest van fair play met elkaar om te gaan.”

De laatste paar jaar is dat beeld nochtans grondig verstoord geraakt. Twee factoren lijken daartoe de aanzet te hebben gegeven: het vertrek van Michel Preud’homme, waarna Standard veel van zijn sympathie verloor, en de testmatchen, waarin Anderlecht zich een slechte verliezer toonde.

Herman Van Holsbeeck: “De winnaar van de testmatchen plaatste zich direct voor de groepsfase van de Champions League. Voor een Belgische club hield dat toch geen kleine financiële implicaties in. Daarna had je de affaire met Witsel en Wasilewski. Beide factoren hebben de goede verstandhouding die er was, geen goed gedaan.”

Pierre François: “Ik hoop dat Standard zijn sympathie niet heeft verloren. Dat hangt ook niet af van Michel Preud’homme, met wie ik een goede relatie had en nog altijd heb. Ik herinner me dat de pers evenmin altijd lief is geweest voor hem. Michel heeft veel gedaan voor de club, hij heeft die de eerste titel in vijfentwintig jaar geschonken, chapeau, maar hij staat niet synoniem voor de ziel van de club. Hij maakt er deel van uit, maar niet in zijn eentje. Standard is niet één man.

“Toen we kampioen werden, vond iedereen – op de supporters van Anderlecht na misschien – ons sympathiek omdat het zo lang geleden was. De tweede titel zorgde al voor tandengeknars, onder meer omdat het ons, zoals Herman terecht opmerkt, rechtstreeks in de groepsfase van de Champions League bracht. Ik wil geen olie meer op het vuur gooien, maar over die testmatchen zijn toen verklaringen afgelegd die in het andere kamp nogal slecht zijn onthaald. Daarna was er de affaire- Van Damme, waarvan ik overtuigd ben dat niet de clubleiding aan de basis lag.

“En dan kwam de belangrijkste zaak, die met Witsel en Wasilewski. Ik ben bijzonder verheugd, en ik ben niet de enige op Standard, dat Wasilewski volledig is hersteld. Maar destijds was het mijn taak om Axel Witsel te steunen. Axel was altijd de ideale schoonzoon geweest, maar opeens werd hij afgeschilderd als een soort Kim De Gelder. Voor mij blijft het een sportieve fout en niets anders. Bovendien werd het zo voorgesteld alsof wij als club verantwoordelijk waren voor die fout. De vraag drong zich op of we de communicatie wel voldoende onder controle hadden gehouden.”

Groot in de nederlaag

Heeft Anderlecht zich een slechte verliezer getoond?

Van Holsbeeck: “Waaruit moet dat dan blijken?”

Jullie creëerden een sfeer van verdachtmaking rond de gemiste penalty van Bryan Ruiz, waardoor Standard tegen AA Gent alsnog testmatchen afdwong. En jullie bleven herhalen dat Anderlecht op basis van het aantal gemaakte doelpunten de titel verdiende.

Van Holsbeeck: “De directie van de club heeft op geen enkel moment iets in die zin verklaard. Roger Vanden Stock heeft altijd gezegd: ook in de nederlaag moet je groot kunnen zijn. Dat spelers of technische staf hun ontgoocheling hebben laten blijken, klopt. Maar ik daag u uit één artikel te vinden waarin de directie dat heeft gedaan.”

François: “We proberen nu om dat in beide clubs beter onder controle te houden. Het is geen toeval dat we allebei een woordvoerder in dienst hebben genomen.”

Raakte Anderlecht gefrustreerd doordat de hegemonie wat naar Luik verschoof?

François: “Het is niet met zijn negende en tiende titel dat Standard zijn palmares op het niveau van dat van Anderlecht zal hijsen. Wat Standard moet proberen te doen, is de best mogelijke uitdager zijn en de kansen grijpen die zich daartoe aandienen. Vorig seizoen is ons dat gelukt, ondanks een minder kampioenschap, door ons parcours in Europa. Niet veel Belgische clubs zullen ons dat nadoen. Herman weet het beter dan wie ook: in de kwartfinales raken, zelfs van Europa’s tweede beker, is niet vanzelfsprekend.

“Anderlecht blijft de toonaangevende club, mede doordat het historisch gezien – en dit is geen kritiek – de best geïntroduceerde club is op bondsniveau. Maar na twee titels denken we stilaan meer te mogen verwachten van onszelf. We geloven sterk in ons opleidingscentrum. De aanstelling van Jean-François de Sart, toch iemand met referenties, bewijst dat. Opgeteld bij onze uitstraling en het feit dat de publieksopkomst op Sclessin de hoogste is van België, denk ik dat er ons mooie momenten te wachten staan. We moeten Anderlecht blijven kietelen. Dat is goed voor ons, maar ook voor hen. Heb ik niet gelezen dat …”

Van Holsbeeck: “… Standard ons wakker heeft gemaakt? Correct. Sinds ik op Anderlecht ben, heb ik heb vier titels meegemaakt en drie tweede plaatsen. We zullen zien wat het wordt dit jaar. Onze voorsprong is minder groot en sommigen noemen ons verzwakt, maar als we geen kampioen worden, zullen we nooit zeggen dat het komt door het vertrek van Boussoufa. Zijn transfer was weloverwogen.”

Anderlecht is voor het tweede jaar op rij het grootste slachtoffer van de puntenhalvering. Toch blijft u een groot voorstander van de play-offs.

Van Holsbeeck: “Ik herinner me hoe Roger Vanden Stock enkele maanden na mijn indiensttreding in de Pro League vroeg of iedereen er vooraf voor wilde tekenen de conclusies te aanvaarden van een studie die we zouden laten uitvoeren. Direct waren er vier, vijf clubs die de andere kant opkeken, maar hij zei: ‘Ik aanvaard ze, zelfs als de conclusie is dat we met twintig ploegen moeten spelen.’ Wel, het systeem dat uit de bus kwam, is níét dat van Anderlecht.

“Als Roger Vanden Stock of ik een beetje macht had, waren de problemen van ons kampioenschap in twee minuten opgelost. Iedereen is voor een competitie met zestien ploegen. Daarover bestaat unanimiteit. Ook over twee dalers en twee stijgers, en een play-off van tien speeldagen tussen de eerste zes, zónder halvering van de punten. Het enige probleem is dat de ploegen van plaats zeven tot veertien zes weken vroeger dan de rest klaar zijn. Daarvoor zijn wij bereid te betalen. Heel simpel, maar men wil het niet.”

Klop voor Anderlecht

Welk probleem heeft Standard met de huidige formule?

François: “België is volgens ons te klein voor een groter kampioenschap. Dus als de keuze gaat tussen zestien of achttien ploegen, dan is Standard voor zestien. Wij hadden een voorstel, maar dat is afgewezen. Wij zijn van het principe dat je een kampioenschap best zo eenvoudig mogelijk houdt. Vijftien matchen thuis, vijftien op verplaatsing. Dus zonder play-off. In ons voorstel zat de herinvoering van een Ligabeker, waarvan de winnaar het laatste Europese ticket kreeg.

“Het grote nadeel van een play-off is dat er minder verrassing is, terwijl de supporters net dat graag zien. Door de opeenvolging van toppers dreigt ook hun aantrekkingskracht te verminderen. Dat het systeem in andere landen niet bestaat, wil ook al iets zeggen. En wie het geprobeerd heeft, zoals Nederland, is ervan afgestapt. Een play-off met behoud van punten is misschien een mogelijkheid, maar fundamenteel verschillen we van mening.”

Van Holsbeeck: “Ik herinner me heftige discussies in onze club waarin we Roger Vanden Stock waarschuwden om toch niet te ver te gaan. Uiteindelijk nemen wij het grootste risico met die halvering van punten. Hij heeft zelfs eens gezegd: we spelen dertig wedstrijden, houden een play-off en beginnen daarin allemaal met núl punten!”

François: “Een échte play-off.”

Van Holsbeeck: “Hij wilde per se bewijzen dat hij, in het belang van het hele Belgische voetbal, bereid was een enorm risico te nemen met zijn eigen club! Iedereen verklaarde hem voor gek. Uiteindelijk is beslist om het bij een halvering van de punten te houden. En wat zien we nu? Dat iedereen tot de laatste speeldag strijdt om in die play-off 1 te raken. Ik verzeker u dat het enthousiasme op dit moment groot is, zelfs bij de supporters die eigenlijk tegen zijn, want Anderlecht is Boussoufa kwijt en de eerste match is tegen Standard. ‘Ze gaan klop krijgen!’ Iedereen denkt ineens kampioen te kunnen spelen. Formidabel!”

François: “We zullen zien.”

Van Holsbeeck: “Een ander probleem is de tweede klasse. Roger Vanden Stock is direct bereid om hen tien miljoen euro te betalen, maar neen: ze zijn tegen Anderlecht. Tweede klasse moet eens goed de rekening maken alvorens te zeggen dat ze dat geld niet moeten. Hun clubs staan bijna allemaal aan de rand van het failliet. Wij willen net dat een ploeg die stijgt, een goed figuur kan slaan in eerste klasse. Maar dan heb je mensen als Roger Lambrecht die blijven herhalen dat hun systeem het beste is. Dan begrijp ik het als Roger Vanden Stock zegt: ik heb er genoeg van. Elke beslissing wordt aangevochten. Ik kan u verzekeren: bij de UEFA heeft men stilaan de buik vol van België. De dag komt dat we daarvoor zullen worden gestraft.”

François: “Standard is nog nooit naar een rechtbank gestapt. Als we iets aanvechten, doen we dat via de geijkte kanalen in de bond. Het wordt stilaan tijd dat de bond zich dermate organiseert, dat hij met autoriteit beslissingen kan nemen die niet langer om de haverklap worden aangevochten. Vindt u het normaal dat een beslissing die op voorstel van Roger Lambrecht is genomen, moet worden afgevoerd na tussenkomst van de Raad voor Mededinging? Al die tussenkomsten van buitenaf verzwakken de bond.”

Heeft Standard zich nu neergelegd bij de competitieformule?

François: “Als twee derde van de clubs stemt voor een kampioenschap met play-offs, leggen wij ons daarbij neer. Wat niet wil zeggen dat we afstand doen van onze overtuiging dat een eenvoudig kampioenschap het beste is. Maar we gaan er niet op blijven terugkomen.”

De farce van De Keyser

Volgens Luciano D’Onofrio in een recent interview is Standard nooit uitgenodigd om samen met de vier andere topclubs een G5 te vormen. Volgens Dirk Degraen heeft hij dat namens de G4 wél twee keer gedaan, maar was u niet geïnteresseerd. Iemand spreekt niet de waarheid.

François: ” Dirk Degraen heeft me inderdaad uitgenodigd. Ik heb neen gezegd en dat zou ik ook hebben gezegd mocht de uitnodiging van Herman zijn gekomen. We hebben cavalier seul gespeeld om een boodschap te laten doordringen en hebben nooit willen marchanderen. Daar verdienen we respect voor.”

Zal dit alles gevolgen hebben voor de onderhandelingen over het nieuwe tv-contract?

François: “Dat is wat anders. Tot nog toe is er altijd gekozen voor een collectieve verkoop van de rechten door de Pro League. De laatste twee keer aan één en dezelfde operator, alle loten samen, hoewel die ook apart hadden kunnen worden verkocht aan verschillende operatoren. Wij hebben altijd benadrukt dat het uitgangspunt is dat iedere club eigenaar is van zijn eigen thuiswedstrijden. Na de stemming op 10 december 2010 voor een terugkeer naar achttien ploegen hebben de G4 ermee gedreigd hun rechten zelf te verkopen als er geen competitieformule uit de bus kwam die hen aanstond. Mijnheer De Witte heeft toen gevraagd om, met zijn pet van voorzitter van de Pro League, aan tafel te kunnen zitten met de verschillende zenders. Namens Standard heb ik gezegd dat ik erbij wil zijn zolang niet duidelijk is of de rechten collectief zullen worden verkocht. Ik wil onze belangen vrijwaren.

“Het is bon ton geworden om te zeggen zoals Jean-Charles De Keyser(de grote baas van huidig rechtenhouder Belgacom, nvdr) dat ons kampioenschap een farce is geworden. Alle zenders zullen hetzelfde zeggen natuurlijk, om de prijs te drukken, maar je moet dat niet geloven. Het is goed mogelijk dat de een in een bepaald lot geïnteresseerd is en de ander in het totale pakket, en dat we op een hoger totaalbedrag zullen uitkomen. Zo werkt concurrentie nu eenmaal.”

Van Holsbeeck: “De eigenlijke vraag was volgens mij of Standard zijn rechten in de gemeenschappelijke pot zal steken. Ja of neen? Ik ben zeker dat vijftien clubs dat op de volgende vergadering zullen doen.”

François: “Herman is daar blijkbaar van overtuigd. Dan weet hij meer dan ik, maar stel dat het zo is, dan nog is het te vroeg om al te zeggen of Standard zijn rechten aan de Pro League zal afstaan. Ik denk dat we het recht hebben om pas op het eind te laten weten of we meedoen of niet. Misschien zal dit er de zenders ook toe dwingen om na te denken over hoe ze iedereen aan boord moeten houden.”

Wat met de solidariteit?

François: “Standard ontvangt 3,5 à 3,7 miljoen euro aan tv-rechten. In verhouding tot ons budget van 25 miljoen euro is dat heel wat minder dan bij pakweg Lokeren of Zulte Waregem. Zijn dat de clubs waarin de zenders geïnteresseerd zijn? Neen. Dus wij zijn solidair. Trouwens, Herman Van Holsbeeck heeft er op 10 december mee gedreigd zijn rechten niet in de gemeenschappelijke pot te steken. Hebben wij dat als een gebrek aan solidariteit uitgelegd? Neen, hij moet zijn dossier verdedigen. Wij begrijpen dat.”

De Belgacomconnectie

Klopt het dat Anderlecht en AA Gent drie jaar geleden bij de vorige onderhandelingen één miljoen hebben betaald om Standard mee aan boord te krijgen?

François: ” Ah, dat is een delicaat onderwerp.”

Van Holsbeeck: “Er was een voorstel waarin 99 procent van de clubs zich kon vinden. Luciano D’Onofrio vond dat hij meer moest hebben. Eens te meer heeft Roger Vanden Stock toen, samen met Ivan De Witte, zijn solidariteit getoond. Er was nog één miljoen euro aan commerciële rechten dat zou worden verdeeld onder de eerste vijf. Anderlecht en Gent hebben hun deel laten vallen …”

François: “… om het te verdelen onder de andere drie: Genk, Brugge en Standard. Dat klopt. Maar vergeet niet dat Anderlecht en Gent allebei een stuk sponsoring krijgen van Belgacom. Genk, Brugge en Standard níét. Dan begrijp je die geste al wat beter.”

Van Holsbeeck: “Belgacom is al veel langer sponsor van Anderlecht dan dat het de voetbalrechten bezit. Anderlecht is er altijd om te géven, maar zodra ze ons ergens op kunnen pakken, staan ze klaar. Als je om de haverklap in de rug wordt gepakt, is het op een bepaald moment genoeg geweest. Daarom heb ik in december gezegd: vanaf nu is het ieder voor zich. En wie stond er twee dagen later als eerste aan onze deur?”

François: ” Abbas(Charleroibaas Bayat, nvdr).”

Van Holsbeeck: “En wat kwam hij vragen? ‘Alstublieft, aanvaard toch een kampioenschap met achttien, want dan blijf ik in eerste.'”

François: “Dat kan je Anderlecht en Standard tenminste niet verwijten: zij blijven op hun lijn staan.”

Van Holsbeeck: “Voor het eerst in mijn vijftien jaar als clubmanager heb ik het meegemaakt dat vier van de vijf topclubs het voor 99 procent met elkaar eens waren. Het is bijzonder jammer dat Standard er niet bij was, want alleen samen kunnen we het product voetbal sterker maken. Ik hoop dat met de tijd …”

François: “We zullen zien.”

DOOR JAN HAUSPIE

“Bij de UEFA heeft men stilaan de buik vol van België. De dag komt dat we daarvoor zullen worden gestraft.” Herman Van Holsbeeck

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content