Twee maanden nadat Rode Duivels tegen Brazilië sneuvelden op het veld van eer, wordt er in het Poolse Szezcin een ander hoofdstuk aangesneden in de geschiedenis van de nationale ploeg. Met een nieuwe bondscoach, maar met dezelfde organisatie. Na het WK kondigde bondsvoorzitter Jan Peeters aan een prioriteit te willen maken van de verzuurde relatie met de pers, maar de nieuwe communicatiepolitiek laat sindsdien op zich wachten. Zo gaat dat in dit land waar nieuwe ideeën alleen een theoretische waarde hebben.

Peeters ervoer het eerder al toen zijn hervormingsplannen werden weggeblazen, en veel felle discussies zullen er ongetwijfeld nog gevoerd worden over de afslanking van de eerste klasse naar veertien clubs. Waarna alles gewoon bij het oude dreigt te blijven. Toch is het verbijsterend dat een inkrimping hier en daar wordt voorgesteld als de ultieme redding van ons voetbal. Clubs verkijken zich op een verhoging van de televisie-inkomsten en een eventuele toename van de recettes. Zelfs in Engeland – waar de televisiegelden zo extreem hoog zijn dat zelfs een gemiddelde club kan werken met een budget van 100 miljoen euro, vier keer zoveel als de exploitatie van Anderlecht – sloot de helft van de clubs vorig seizoen af met verlies.

Inventiviteit in het beleid is naast economisch denken de enige oplossing om het voetbal te saneren. Maar het probleem in België is en blijft dat het voetbal op alle niveaus een conservatief bastion blijft. Zelfs de met de nodige honneurs binnengehaalde Alain Courtois krijgt er bij Anderlecht geen nieuwe dynamiek in en dreigt de handdoek in de ring te gooien. Niet meer gesteund door zijn omgeving ? Anderhalve week geleden voelde Michel Verschueren zich geroepen om te zeggen dat hij er nooit aan zou denken om, zoals Courtois deze zomer deed, drie weken met vakantie te gaan. Het is in een deftig huis als Anderlecht hoogst ongebruikelijk dat dirigenten zo over elkaar spreken.

Aimé Anthuenis zal er niet om malen dat hij deze club heeft ingeruild voor een job als bondscoach. Maar de bij Anderlecht op een deftige manier uitgerangeerde trainer heeft wel iets recht te zetten. Twee titels in drie jaar hebben zijn imago niet opgekrikt, al liet Hugo Broos een tijdje geleden op een opvallend kordate manier horen dat de problemen waarmee Anderlecht vorig seizoen worstelde, niets te maken hadden met de figuur van Anthuenis.

In de aanloop naar de wedstrijd in Polen praatte de nieuwe bondscoach veel over jonge spelers. Maar naast de verwachte Koen Daerden viste hij voorlopig uiteindelijk maar één voetballer uit de kweekvijver van talent : de verrassende Jonathan Blondel. Helemaal onlogisch is dat niet : het afhaken van enkele sterkhouders zorgt op zich al voor een geleidelijke verjonging. Belangrijker zal het zijn om voor het juiste raamwerk te kiezen. De WK-wedstrijden tegen Japen en Tunesië hebben getoond dat er nood is aan herkenbaarheid en dat tactische flexibiliteit in deze ploeg een moeilijk te hanteren begrip bleek.

Aimé Anthuenis wordt ziek als hij een defensief ingestelde trainer wordt genoemd. Bij de nationale ploeg, met voldoende aanvallend talent, krijgt hij de kans om radicaal te breken met dat imago. Maar of een moderne 4-4-2 echt correspondeert met zijn filosofie, het blijft zeer de vraag.

Een stijlbreuk is er rond de nationale ploeg in ieder geval : bijtend cynisme heeft plaatsgemaakt voor amicale gemoedelijkheid. Het valt alleen maar te hopen dat de communautaire kwesties die in het verleden voor een versplintering van gevoelens zorgden, nu achterwege blijven. In Wallonië viel er al gemor te horen omdat Anthuenis dan toch niet voor een Franstalige assistent koos.

door Jacques Sys

foto-bijschrift : Aimé Anthuenis zorgde op zijn eerste persconferentie alvast voor een gemoedelijke sfeer.

Quote : De nieuwe communicatiepolitiek van de bond laat nog steeds op zich wachten.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content