Na amper één klassementsproef, de cross in Treviso voor de wereldbeker, galmde al over de velden dat Niels Albert Sven Nys van de troon heeft gestoten. Een overhaaste conclusie.

Wie er na vorige winter de naakte cijfers bij nam, kon maar concluderen dat in het veldrijden alles bij het oude was gebleven. Met achttien zeges kroonde Nys zich onbedreigd tot zegekoning. Voor het vijfde seizoen op rij werd hij gehuldigd als eindwinnaar van de wereldbeker, de Superprestige en de Gazet van Antwerpen Trofee, voor de zesde keer veroverde hij de Belgische driekleur bij de profs.

Maar cijfers zijn als bikini’s: wat ze verbergen is belangrijker dan wat ze tonen. Een jaar geleden, voor de start in Ruddervoorde, verklaarde Niels Albert dat hij aan de poten van Nys’ stoel aan het zagen was. “En hopelijk ligt hij binnen de kortste keren met zijn gat op de grond”, voegde de kroonprins er vrank aan toe. Op het moment dat Albert zelf – letterlijk dan – ten val kwam in Gavere en anderhalve maand buiten strijd was, stond hij op kop in de wereldbeker en deelde hij met Nys de leiding in de Superprestige. Zonder die val was de strijd om de klassementen geen op voorhand uitgemaakte zaak.

Dat bleek toen Albert na zijn revalidatie in geen tijd zijn plaats aan de top heroverde, met de wereldtitel als rechtmatige beloning. Het beeld van het podium in Hoogerheide, met Albert op de hoogste tree geflankeerd door Stybar en Nys, beschouwden veel kenners als de voorafspiegeling van de nieuwe orde in het veldrijden.

Het duel

Voor de start van de cross in Erpe-Mere, de seizoensopener in Vlaanderen, voorspelde de Belgische bondscoach Rudy De Bie dat Albert deze winter – met een jaar uitstel – de scepter van Nys zou overnemen. “Ik ben klaar om troonsafstand te doen”, leek de kannibaal van Baal zich daar verrassend genoeg bij neer te leggen. Intussen vroegen zijn sponsors zich openlijk af hoelang Nys nog ongestraft zijn dubbelleven als mountainbiker en veldrijder kan leiden. In Treviso, waar Nys geparkeerd stond en keihard met zijn eerste offday in vijf jaar geconfronteerd werd, kregen ze vroeger dan gehoopt het antwoord. De eindzege in de wereldbeker heeft de Sportman van het Jaar alvast uit zijn hoofd gezet.

Begin september ondernam Nys nog een slopende reis naar Australië om er deel te nemen aan het WK mountainbike. Nauwelijks één week later was Niels Albert al aan het feest in zijn eerste veldrit. Albert lijkt voor het ogenblik te kunnen winnen waar hij wil. Met als gevolg dat veel crossfans zich afvragen of er van de vooropgestelde duels tussen Nys en Albert wel nog iets in huis zal komen.

Albert is klaar voor de troon. Maar zeggen dat hij er al op zit, is voorbarig. Zelf spreekt hij ook nog niet van een troonswissel: “Zolang Sven crost, zal ik last van hem hebben.” Net als Nys heeft ook de wereldkampioen een intensieve zomer achter de rug. De meeste veldrijders stellen hun campagne op de weg helemaal in het teken van de cross. Albert daarentegen vatte zijn wedstrijden in de zomer wél als volwaardige competitie op. Met klinkend succes overigens. In de Ronde van België kleurde hij mee de koninginnenrit, in koersen van tweede categorie won hij onder meer een proloogtijdrit en een rit met aankomst op de Ballon d’Alsace.

De hamvraag is dan ook hoelang de jonge Tremelonaar zijn hoge vormcurve kan aanhouden. Dreigt Albert niet te vroeg in het veldritseizoen zijn top te bereiken? Referenties heeft hij niet. Nooit eerder gaf hij als prof een hele winter het volle pond in de drie klassementen. Naar eigen zeggen is hij met eindwinst in één ervan al lang tevreden, toch is de wereldkampioen het aan zijn stand verplicht om overal het beste van zichzelf te geven.

Daarbij komt dat Albert in zijn jeugdige onbezonnenheid van nature al op geen inspanning kijkt. Aan tactische speculaties heeft hij altijd al lak gehad. Zijn beproefde en enige recept is de lange soloactie, liefst al na nauwelijks een kwartiertje wedstrijd. Alberts ondernemingen doen denken aan die van de jonge Nys, in de periode dat hij de heerschappij in zijn sport wilde veroveren en vervolgens bevestigen.

Nys, die er 33 is geworden, heeft al een poos het geweer van schouder veranderd. Hij is, noodgedwongen door zijn programma, in wedstrijden uitgegroeid tot de kampioen van de dosering. Daar waar hij kon, sprong hij vorig seizoen spaarzaam om met energie. Vaak maakte hij pas het verschil diep in de finale van de wedstrijd, ook al omdat hij zijn sprint had bijgeschaafd en zich zo een afwachtende strategie kon permitteren.

Pas als het begint te regenen en te winteren, begint het veldritseizoen definitief. Op slopende omlopen, zoals op de Koppenberg of in Gavere, lijkt de meer ervaren Nys in het voordeel tegenover de frêlere Albert. Het duel tussen Nys en Albert zou dus toch nog boeiend kunnen worden.

De rest

In elk geval boeiender dan de zogenaamde tweestrijd tussen Nys en Wellens. Vorige winter wekte Wellens immers meer bewondering op door zijn vechtlust dan door overwinningen. Hoe dan ook zal Wellens’ uitgebreide supportersschare de volkse en kleurrijke Kempenaar missen. Wellens, die naar eigen zeggen zijn beste zomer sinds lang doormaakte, is uitgeschakeld door het cytomegalovirus.

Het Fideateam, dat Telenet als nieuwe hoofdsponsor kreeg, rekent nu op de getalenteerde Kevin Pauwels om een stap vooruit te zetten. De ploeg nam op 1 januari van dit jaar afscheid van drievoudig wereldkampioen Erwin Vervecken. De 37-jarige Herentalsnaar verraste vorige winter met twee prestigieuze wereldbekerzeges en is begonnen aan zijn laatste seizoen als veldrijder. Hij is erop gebrand om te bewijzen dat het niet zijn jaar te veel is.

Aan Lars Boom zullen de veldritfans zich de komende maanden en jaren niet vaak meer kunnen opwarmen. Na zijn geslaagde profdebuut dit jaar op de weg zal de Nederlander nog slechts sporadisch het veld induiken. Voor het WK in het Tsjechische Tabor past hij alvast. Voor het eerst sinds lang ziet het ernaar uit dat de hoogmis van de cyclocross geen België-Nederland wordt, maar dat de Tsjechen voor weerwerk moeten zorgen. Met name Zdenek Stybar, die op het WK bij de beloften twee keer Niels Albert achter zich hield, leunt almaar dichter aan tegen de Belgische top.

Het was in Tabor dat Sven Vanthourenhout bijna negen jaar geleden bij de beloften de wereldtitel won. De hooggespannen verwachtingen kon hij de jongste jaren niet inlossen. Nu de West- Vlaming een keer blessurevrij de zomer doorkwam, hoopt hij eindelijk de status van eeuwige belofte van zich af te schudden. “Ruddervoorde, Koksijde, de eindejaarscrossen, het BK en het WK, dat zijn mijn doelen”, zei hij op de voorstelling van zijn ploeg Sunweb-Projob. Het lijkt voor Vanthourenhout nu of nooit. Met zijn ploegmakker Klaas Vantornout, die zich goed voelt in zijn rol van outsider, kan hij Albert en Nys af en toe een hak zetten.

door benedict vanclooster

Pas als het begint te regenen en te winteren, begint het veldritseizoen definitief.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content