Na een 3-1-overwinning tegen Charleroi staat AA Gent fraai op de derde plaats, wat gezien de onbeschikbaarheid van een aantal spelers sterk genoemd mag worden.

Matthieu Verschuere, wat is volgens jou de hoofdreden voor het huidige succes ?

Matthieu Verschuere : “De kwaliteit van de spelers en het feit dat de groep enorm solidair is en wil werken. Toen we de eerste wedstrijden punten verloren, kregen we wat kritiek en daarna vielen DeConinck, Martens, DeBrul, Jbari… geblesseerd uit, maar dan bleek de solidariteit die er heerst : de ambiance blijft goed en zelfs wie niet speelt, blijft gedreven. Daar zorgt de trainer voor : hij gaat meteen praten met wie het wat laat afweten.”

AA Gent, merkte Georges Leekens onlangs op, staat volgens hem wel boven zijn mogelijkheden gerangschikt. In hoeverre is dat waar en in hoeverre dekt hij zich nu al in voor een eventuele terugval ?

“Mwa, we halen goeie resultaten, maar we hebben nog geen extraordinaire matchen gespeeld, daar moeten we niet blind voor zijn. We hebben – euh, hoe moet ik dat zeggen – al wedstrijden gewonnen waarin we niet de betere ploeg waren. Maar we compenseren l’un à l’autre. Ik bedoel : onze sérieux op het veld rendeert én we scoren veel uit stilstaande fasen.”

Maar voor een ploeg die zo hoog geklasseerd staat, kregen jullie wel al vrij veel doelpunten tegen.

“Achteraan kennen we nog te veel afwezige periodes, waardoor we onszelf in moeilijkheden brengen. Tegen Charleroi op een gegeven moment zelfs drie keer op rij. We moeten leren negentig minuten aanwezig te zijn en geen périodes de panique te hebben. Het zou helpen als we eens vier, vijf wedstrijden met dezelfde ploeg konden spelen, wat door schorsingen en blessures nog geen enkele keer lukte.”

Wat jullie goed doen, is omschakelen van systeem : 4-4-2, 3-5-2, 4-3-3… Het lijkt allemaal te kunnen.

“Ja, zelfs tijdens een wedstrijd. Daar is veel op gewerkt voor het seizoen. In de voorbereiding heeft de trainer vaak van tactiek veranderd, wat ons heeft toegelaten de context te zien en te weten hoe we moeten spelen. Iedereen kent zijn rol. Dat betekent dat er spelintelligentie in de groep zit. Ook daardoor winnen we wedstrijden, door bijvoorbeeld goed onze positie te weten bij balrecuperatie na een offensieve actie.”

Hebben jullie het, zoals tegen Charleroi, tegen terughoudende ploegen niet moeilijk zelf het spel te maken ?

“We zijn Anderlecht of Brugge niet, we zijn geen superploeg, dus we zijn blij waar we nu staan. On ne se prend pas pour ce qu’on n’est pas. We proberen alleen zo opportunistisch mogelijk te zijn. We hebben nu meer joueurs de ballon, spelers die niet in de diepte gaan, maar de bal liever aan de voet houden. Maar dat lost zich wel op. Op Lierse hebben we geprobeerd meer de bal rond te spelen, maar soms kan je beter slim zijn dan zelf het spel te willen maken, bleek toen.”

Wat dat offensieve betreft is Mbarek Boussoufa wel een belangrijke aanwinst : hij brengt diepgang met steekpasjes en dreiging met zijn dribbels.

“Ja, hij probeert in de diepte te spelen en vraagt de bal daar zelf ook. Een heel goeie speler. Hij brengt techniek voorin, is snel, kiest goed de ruimte en kan een bal vasthouden.”

Jijzelf speelt dit seizoen vaak niet meer als zuiver verdedigende middenvelder, maar dichter bij de aanvallers. Hoe voel je je in die rol ?

“Zeer goed. Ik ben 33 en ik wil plezier beleven aan spelen en dat lukt in Gent super bien. Fysiek gaat het goed en ik lig goed in de groep, probeer spelers te sturen en vertrouwen te geven. Dat is het belangrijkste. Plus : drie kwart van de wedstrijden wordt op het middenveld gewonnen, dus daar werken we aan.”

Waardoor je op Beveren zowaar al eens scoorde.

“Dat moet geleden zijn van bij Sedan, want ik ben niet echt een doelpuntenmaker ( lacht). Maar mijn persoonlijke rol daarin is eigenlijk niet belangrijk, het is het collectieve dat telt.”

door Raoul De Groote

‘Iedereen kent zijn rol. Dat betekent dat er spelintelligentie in de groep zit.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content