Donderdag 16 mei begint in Zwitserland het EK voor spelers tot 21 jaar. Bondscoach Jean-François de Sart selecteerde tweeëntwintig Jonge Duivels. Hun clubtrainers stellen ze voor.

Doelmannen Jean-François Gillet (Bari)

Attilio Pevotti : “Als doelman én als mens een bijzondere jongen. Zorgt voor de goede sfeer in de kleedkamer. Beschikt over een goede coördinatie in zijn bewegingen. Reageert snel, is explosief. Sterk op de lijn, maar ook in man-tegen-man-situaties met een aanvaller. Duikt onmiddellijk in de voeten.”

Wat beter kan : “Is niet genoeg de baas in de kleine rechthoek. Gaat soms in de fout op centers. Moet ook meer leiding geven aan zijn verdediging.”

Cliff Mardulier (Lierse)

Regi Van Acker : “Voetbalt goed mee, zowel met links als met rechts. Anticipeert meestal heel attent op uitbraken of dode spelmomenten. Uitstekend reactievermogen op de lijn. Bespeelt goed de ruimte en reageert clever in man-tegen-man-situaties tegen een doorgebroken aanvaller. ( Glimlacht) Een Antwerpenaar, hé : heeft bijna geen last van zenuwen of stress. Komt heel zelfverzekerd over.”

Wat beter kan : “De timing bij hoge ballen voor doel.”

Olivier Renard (Udinese)

Giampiero Ventura : “Heel sterk op de lijn, sterke reflexen. Wordt constant begeleid door een aparte fysiektrainer, die hem ook mentaal ook sterker maakte.”

Wat beter kan : “Het uitkomen op hoge ballen en doorgebroken aanvallers. Ontbeert competitieritme en ervaring, omdat ik hem als derde doelman gebruikte en hij alleen de meeste vriendschappelijke wedstrijden tegen derde- en vierdeklassers speelde. Mist soms ook wat winnaarsmentaliteit.”

Verdedigers Jonas De Roeck (Lierse)

Regi Van Acker : “Straalt enorm veel persoonlijkheid uit. Blinkt uit door zijn kopspel en tackle. Durft leiderschap op zich te nemen. Scoort gemakkelijk met het hoofd op stilstaande fases. Heeft een goede vista op het spel en coacht van achteruit.”

Wat beter kan : “Het uitvoetballen. Zijn lange bal komt beter aan. Mist wat behendigheid op de kleine ruimte om de bal vrij te maken en goed in te spelen.”

Vincent Lachambre (Roda JC)

Georges Leekens : “Goede wedstrijdmentaliteit. Totale inzet, conditioneel sterk, keihard in de duels. Houdt ervan de hele flank af te lopen. Redelijk goed met zijn minder goede rechtervoet.”

Wat beter kan : “Het inspelen van de bal. Vaak overhaast en nerveus bij de laatste pass, wat te maken heeft met jeugdig enthousiasme en een gebrek aan ervaring. Moet ook beter het overzicht behouden. Kijkt soms te veel naar de speler in plaats van naar de bal.”

Birger Maertens (Club Brugge)

Trond Sollied : “Technisch heel vaardig. Sterk op de been, kopbalsterk en bijzonder krachtig in de duels. Goed schot en een heel nauwkeurige pass, zowel kort als lang. Komt het best tot zijn recht in een ploeg met een hoog combinerend vermogen. Viel me meteen op door zijn positiespel en polyvalentie.”

Wat beter kan : “Soms te onstuimig in de duels. Moet minder impulsief reageren. Is niet van de snelsten, but he can read the game. Na amper vier maanden kan je moeilijk al een constant niveau verwachten. In the future, he must be able to talk with the ball.”

Stefan Teelen (RC Genk)

Sef Vergoossen : “Ongelooflijk spelinzicht, echt waar. Goede linkervoet, kan een pass geven en trapt makkelijk. Is in onze achterlijn misschien wel de beste in het uitverdedigen. Kan perfect op een rechterspits spelen of in de vrije ruimte. Heeft veel kwaliteiten naar voor toe, heeft vaak de drang om over de middenvelder heen te gaan.”

Wat beter kan : “Ik had drie moeilijke keuzes : Brockhauser of Moons, Beslija of Chatelle, Roumani of Teelen. Vooral tussen die laatste twee was het echt moeilijk kiezen. Uiteindelijk werd het Akran, omdat hij fysiek sterker is in de duels.”

Davy Theunis (Beveren)

Thierry Pister : “Positief ingestelde clubspeler met vreselijk veel inzet en gedrevenheid. Altijd bereid te werken in het ploegbelang. Iemand die zichzelf wegcijfert. Komt het best tot zijn recht als breker voor de verdediging. Sober, maar bijzonder bruikbaar voor een trainer. Heel goede tackle.”

Wat beter kan : “Het uitvoetballen en het meedenken. Normaal bestaat zijn taak eruit de bal te recupereren en in te leveren bij de vrijstaande ploegmaat. Bij een kleine ploeg als Beveren is dat meestal onmogelijk, zodat hij de zaken gaat forceren. De creativiteit en de passing kunnen beter.”

Onder Turaci (La Louvière)

Ariël Jacobs : “Verdedigend ijzersterk, zowel in de luchtduels als over de grond. Trapt gemakkelijk een lange bal, leerde rust inbouwen in zijn spel. Op zijn best centraal in een viermansverdediging. Zijn positiespel kon me ook bekoren.”

Wat beter kan : “Zijn startsnelheid ligt, in tegenstelling tot zijn loopsnelheid, niet hoog. Ook de passing en de snelheid van uitvoering moeten beter. Gaat iets te snel tegen de grond, waardoor hij zich makkelijk laat uitschakelen. Heeft soms nog black-outs.”

Sven Vandenbroeck (Roda JC)

Georges Leekens : “Geweldig veel speldoorzicht, grote maturiteit ook. Komt doordat hij bij KV Mechelen al vrij vroeg veel verantwoordelijkheid kreeg. Heeft organisatietalent en persoonlijkheid. Praat goed mee over voetbal en coacht prima. Een verlengstuk van de trainer op het veld. Heel polyvalent ook, en messcherp in de duels.”

Wat beter kan : “Is soms iets te overhaast in zijn beslissingen op de korte ruimte. Moet rustiger worden, want is technisch niet de meest begaafde speler. Als de snelheid van uitvoering hoog ligt, komt hij geregeld in de problemen. Compenseert dat met zijn karakter.”

Middenvelders Thomas Chatelle (RC Genk)

Sef Vergoossen : “Verschrikkelijk goede prof, heel bewust met zijn vak bezig. Heeft een goed inzicht, weet welke zijn taken zijn bij balverlies, altijd aanspeelbaar bij balbezit en -recuperatie. Anticipeert goed op snelle spelhervattingen door de tegenstander. Heel intelligente voetballer.”

Wat beter kan :”Zeker zijn kopspel. Ook zijn eindpass. Ziet vaak wel de vrije persoon, maar de uitvoering is niet altijd even precies. Door het enthousiasme en de energie die hij in zijn loopbeweging en dribbel steekt, ontbreekt vaak het gevoel. Ook zijn scorend vermogen moet omhoog.”

Koen Daerden (RC Genk)

Sef Vergoossen : “Schakelt makkelijk om bij balverlies. Blinkt uit door goed positiespel. Heel goede eindpass ook, zelfs na veertig meter. Kan bij wijze van spreken vanaf de middenlijn een bal klaarleggen voor de spitsen. Groot loopvermogen en opvallende fysieke kracht.”

Wat beter kan : “Het kopspel. We zijn daar dagelijks mee bezig. Moet ook meer zelf op zoek durven gaan naar de eigen eindactie en meer initiatief nemen. Moet misschien egoïstischer worden voor doel. Wil nu nog te vaak de vrijstaande spelers opzoeken.”

Peter Delorge (Sint-Truiden)

Jacky Mathijssen : “Is polyvalent. Als rechtsachter in de ploeg gekomen. Evolueerde van een speler die een tegenstander gewoon uit de wedstrijd houdt, naar iemand met verantwoordelijkheid in een bepaalde zone. Heeft goede voeten. Zijn grootste troef is de recuperatie, waarna hij de bal inlevert bij de best geplaatste ploegmaat. Enorm sterke jongen, die als eerste aanjager de tegenstander in balbezit opzoekt. Wat dat betreft een type- Roy Keane.”

Wat beter kan : “Pakt te veel kaarten. Zijn agressiviteit naar de bal moet blijven, maar het mag iets minder impulsief. Zijn ingrepen in de duels zijn te vaak nog honderdprocentingrepen. Als het mislukt, ziet het er dan al gauw heel erg uit.”

Grégory Dufer (Charleroi)

Enzo Scifo : “Kan, als hij goed in de wedstrijd zit, door een loopactie en zijn verschoeiende versnelling voor de beslissing zorgen. Technisch goed niveau, goede snelheid van uitvoering en perfect speldoorzicht. Uitstekende trap, hard en met gevoel.”

Wat beter kan : “Regelmaat. Wisselt te vaak sublieme prestaties af met slechte. Heeft ermee te maken dat hij in een ploeg speelt die niet draait. Bezit nog onvoldoende leiderschap om de ploeg al te dragen. De communicatie op het veld kan ook beter. Moet ook mentaal nog groeien.”

Christophe Grégoire (Moeskroen)

Hugo Broos : “Zeer goede techniek. Kan op volle snelheid een man voorbij. Vooral de balaanname is perfect, heeft geen drie controles nodig om de bal goed te leggen. Ook de passing is goed. Komt het best tot zijn recht op de linkerflank, om vandaar acties te maken en voorzetten af te leveren.”

Wat beter kan : “Mist wat explosiviteit, onder andere wegens zijn lengte. Vooral aan zijn duelkracht in verdedigend opzicht moet hij nog hard werken. Daarom hebben we hem bij de invallers, tot zijn eigen grote ongenoegen, bijna een jaar lang als linksachter uitgespeeld. Ook zijn center wil ik anders. Hij streelt te veel de bal, wil hem plaatsen, maar moet meer durven trappen. Daarom komen de meeste voorzetten niet aan.”

Tim Reigel (GBA)

Franky Van der Elst : “Technisch goed, maar bovendien ook heel werkkrachtig. Goede fysiek, verzorgt altijd keurig de balrecuperatie. Behoudt makkelijk het overzicht. Kan een een-twee opzetten, maar heeft ook een behoorlijke lange pass. Kan iemand voor doel brengen. Laat de ploeg nooit in de steek, geeft niet snel op. Heeft ook een goed afstandsschot.”

Wat beter kan : “Maakt het zichzelf soms te moeilijk, door te snel de beslissende bal te trappen of de minst gemakkelijke oplossing te zoeken. Ondanks zijn kleine gestalte, maar door een goede timing toch een goede kopper in verdedigend opzicht. Compenseert veel door zijn voorbeeldig positiespel. Vraagt te Zvaak de bal op als hij gedekt is. Moet meer ruimte maken voor zichzelf door achter de bal te kruipen.”

Kevin Van Dessel (Roda JC)

Georges Leekens : “Verstandige jongen met persoonlijkheid. Heel polyvalent : controlerend op het middenveld, in een offensieve rol, of als linksachter. Altijd positief en collectief ingesteld. Leest goed het spel, kan vrijschoppen en voorzetten perfect aansnijden.”

Wat beter kan : “Moet nog meer durven, initiatief nemen, de bal opeisen. Denkt soms misschien iets te veel in functie van het ploegbelang, waardoor hij het zichzelf moeilijk maakt. Heeft ook leren van zich afbijten.”

Wouter Vrancken (Sint-Truiden)

Jacky Mathijssen : “Wat betreft balrecuperatie moeilijk te evenaren. Ziet goed hoe het spel zich moet oriënteren. Durft zijn verantwoordelijk op te nemen en zelf loopacties te ondernemen. Zoekt heel graag de ruimte op. Zowel verdedigend als aanvallend heel sterke kopkracht. Echte werkmier.”

Wat beter kan : “De langere relance, een pass van dertig tot veertig meter. Dat moet nauwkeuriger. Durft het niettemin wel eens te doen in moeilijke omstandigheden, dan komt de lefgozer in hem naar boven.”

Aanvallers Björn De Wilde (E. Aalst)

Geert Van Roy : “Aanstekelijke werkkracht en mentaliteit. Negentig minuten in beweging en altijd aanspeelbaar. Ongelooflijk snel, kan ook technisch goed uit de voeten. Laat zich niet zomaar met een schouderduw opzij zetten.”

Wat beter kan : “De afwerking, moet iets accurater leren worden. Is nog geen echt killer voor doel. Mag als spits niet te veel nadenken. Moet mentaal ook nog wat sterker worden. Twijfelt soms nog te erg aan zichzelf.”

Stein Huysegems (Lierse)

Regi Van Acker : “Heeft een sterke linker, waarmee hij verschroeiend kan uithalen. Is erg snel. Zoekt graag zijn rechtstreekse tegenstander op, want beschikt over een goede dribbel. Doordat hij krachtiger werd en zijn lichaam goed leerde te gebruiken, kan hij zich nu meestal doorzetten in de duels. Komt het best tot zijn recht in een centrale positie, maar blijft door zijn onvoorspelbaarheid een constante dreiging vanop links.”

Wat beter kan : “Is niet erg explosief, maakt niet het verschil op twee meter. Moet ook nog aan zijn techniek en kopspel werken, al boekte hij daar veel vooruitgang. Ook zijn rechtervoet moet hij meer en beter leren gebruiken.”

Tom Soetaers (Roda JC)

Georges Leekens : “Een flitsenvoetballer, sterk met de individuele actie. Goede, gerichte en harde trap. Snelheid is een van zijn grootste troeven, naast zijn zuivere voorzet. Is door zijn traptechniek ook levensgevaarlijk bij vrijschoppen.”

Wat beter kan : “Wil soms iets te veel forceren. Zijn rechtervoet en kopspel mogen bijgeschaafd worden. Moet ook beter het overzicht leren behouden en zelf de ruimte zoeken.”

Gonzague Vandooren (Standard)

Michel Preud’homme : “Is polyvalent : ik gebruikte hem als linksachter, als linkermiddenvelder en in de spits. Daardoor en door zijn groot loopvermogen en onvermoeibaarheid veroverde hij meteen een basisplaats. Is een harde werker, die nooit opgeeft en veel enthousiasme uitstraalt. Gaat elke training en wedstrijd voluit.”

Wat beter kan : “Is zeker niet de meest verfijnde technicus. Mais il a une technique en mouvement, waardoor hij voor diepgang en gevaar voor doel zorgt. Mist soms koelbloedigheid als hij alleen voor de keeper komt. Mag niet te snel tevreden zijn en moet leergierigheid blijven.”

door Frédéric Vanheule, M.m.v. Nicolas Ribaudo, ,

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content