De ene is al Rode Duivel, de andere wordt het misschien ooit. Twee (ex-)Brazilianen over hun nieuwe vaderland.

Komende zaterdag zal Igor De Camargo in Genk voor het eerst in een officiële wedstrijd het truitje van de Rode Duivels dragen. De generale repetitie tegen Slovenië is voor hem goed meegevallen, maar dit keer is de inzet veel groter. Iedereen is het erover eens dat de dubbele confrontatie met Bosnië wel eens zou kunnen beslissen over de deelname aan het WK 2010 in Zuid-Afrika.

Een aandachtige toeschouwer in de tribune zal João Carlos Pinto Chaves zijn. Normaal gezien krijgt ook hij binnenkort zijn Belgisch paspoort waardoor hij voor de Rode Duivels zou kunnen uitkomen.

Speciaal voor onze fotograaf trok hij het rood-geel-zwarte tenue al eens aan. Vorige donderdag was dat, tijdens een gesprek waarin we peilden naar hun beider kennis van België, de reden waarom ze de kleuren willen verdedigen van het land waar ze doorgebroken zijn en hoe ze dat verzoenen met hun Braziliaanse afkomst.

Igor, voor jou wordt het je officiële debuut als Rode Duivel. Dat is toch nog iets anders dan een vriendschappelijk partijtje tegen Slovenië?

Igor De Camargo: “Sportief gezien wel, want het is de eerste keer dat ik een WK-kwalificatiematch speel. Ik hoop mijn steentje bij te dragen en hopelijk mijn eerste goal voor België te maken. Op het persoonlijke vlak gaat de belangstelling rond mijn selectie zeker afnemen, alle aandacht zal niet meer naar mij gaan. Mijn eerste selectie is nu toch al een maand geleden, ik ben ondertussen een Rode Duivel als de andere.”

Was je verrast dat je meteen 90 minuten mocht spelen?

Igor: “Ja, zeker. De trainer gaf me het vertrouwen en ik denk dat ik dat niet beschaamd heb. Maar het belangrijkste is dat ik door die negentig minuten wat automatismen heb kunnen opbouwen.”

João Carlos: “Ik heb de wedstrijd op tv gezien, bij vrienden in Antwerpen. Voor zijn maidenmatch heeft Igor het erg goed gedaan. Als de trainer hem negentig minuten laat staan, dan wil dat zeggen dat hij tevreden is. Met de andere Brazilianen van Genk hebben we er nog over nagekaart, het was duidelijk voor ons dat Igor niet geselecteerd was om hem een plezier te doen of om hem te bedanken omdat hij voor België koos. Hij scoorde wel niet, maar ik denk dat hij dat bewaart voor de officiële matchen.”

Iedereen was positief over je selectie. Andere genaturaliseerde buitenlanders hadden niet altijd dat geluk.

Igor: “Ik heb inderdaad alleen maar positieve dingen gelezen en gehoord. Dat is heel bemoedigend. Een debuutwedstrijd is belangrijk, want die bepaalt de toekomst. Bij veel mensen blijft toch die eerste indruk hangen. Ik was vooraf ook iets zenuwachtiger dan anders.”

Vreesde je vooraf dat men zou zeggen dat je om de verkeerde redenen Belg geworden bent?

Igor: “Ik ben daar altijd duidelijk over geweest. Ik heb naar eer en geweten gezegd wat ik wou, wie ik was en wat ik wilde worden. Ik weet dat ik alles aan België te danken heb. Ik heb ook hard gewerkt om te staan waar ik nu sta, en ik wil nog vooruit. Als mij dat lukt, zal dat ook dankzij België zijn. Ik wil me dus honderd procent voor dit land inzetten.”

Carlos: “In de ogen van velen heeft iemand die genaturaliseerd is een dubbele verantwoordelijkheid. Als men de kwalificatie misloopt, zegt men dat het zijn fout is of vraagt men zich af of die naturalisatie wel geloond heeft.”

Igor: “Ik denk dat mijn mentaliteit er alleen maar op verbeterd is. Bovendien zitten we met een redelijk nieuwe groep, de laatste jaren zijn er heel veel spelers opgeroepen. Dat is nog anders dan bij een groep komen die al volledig op elkaar ingespeeld is.”

Carlos: “In elke selectie zitten tegenwoordig twee of drie vreemdelingen.”

De eerste truitjes

Igor, waarom heb je negen jaar gewacht om je naturalisatie aan te vragen?

Igor: “Ik was nog jong toen ik hier arriveerde, het heeft vier jaar geduurd voor ik echt loskwam. Ik moest me aan zo veel dingen aanpassen. Vooraleer ik de stap naar naturalisatie zette, wilde ik eerst stabiliteit vinden, zowel op het veld als daarbuiten. Ik heb me geïntegreerd en geleerd om te leven zoals de mensen hier. Zoals iedereen heb ik ook hard moeten werken voor mijn boterham. Nu ik stilaan succes ken, heb ik de lat wat hoger gelegd: ik wil winnen.”

Carlos, nu is het blijkbaar aan jou.

Carlos: “Laat ons eerst maar wachten op dat paspoort. Mijn naturalisatieaanvraag is goedgekeurd door de Kamer, maar nog niet door de Senaat. Ik weet dat dat een delicate stap is en dat het onderzoek tijd vergt. Daarom wil ik niet over de nationale ploeg spreken zolang ik geen Belg ben. Door de regeringscrisis heeft alles wat vertraging opgelopen.”

Wat mis je nog om een echte Belg te zijn?

Carlos: “Nederlands spreken.”

Igor: “Spreek je nog altijd geen Nederlands? Na drie jaar Lokeren?”

Carlos: “In Lokeren liepen vooral Afrikanen rond en dus werd er Frans gesproken. Ronny Van Geneugden sprak dan weer hoofdzakelijk Engels. Met Pierre Denier ga ik nu wel wat Nederlands leren. Mijn dochtertje Maria Eduarda, die vier is, spreekt het al. Wanneer ze thuiskomt van school spreekt ze Vlaams tegen mij. Ik antwoord altijd: ja, ja…”

Igor: “Ik spreek het, maar ik kan het niet schrijven. En ik moet heel aandachtig zijn. Na Standard-Germinal Beerschot mag ik op zondagavond naar Studio 1. Daar zal ik me goed moeten concentreren. Mijn vrouw Giovana spreekt dan weer beter Frans dan ik. Ze begrijpt Nederlands, maar spreekt het niet. Voor de integratie is dat belangrijk.”

Carlos, jij hebt eens gezegd dat je Belg wilde worden om gemakkelijker naar EuroDisney te kunnen, eerder dan om Rode Duivel te worden.

Carlos: “Dat was bij manier van spreken. Ik wou gewoon zeggen dat het grote voordeel inderdaad is dat mijn kinderen probleemloos het land in en uit kunnen. Tenslotte ligt hun toekomst hier. Maar wanneer ik dat Belgisch paspoort heb, zal ik uiteraard zin hebben om België op het sportieve vlak te vertegenwoordigen, want op den duur ga je van het land houden.”

Naar verluidt krijg je dit soort vragen tegenwoordig elke week?

Carlos: “En dat zal er niet op verbeteren met dit artikel ( lacht). Maar laat het duidelijk zijn: ik wil alleen dat men mij oproept omwille van mijn prestaties. Ik wil niemand onder druk zetten om mij te selecteren. Ik stel vast dat het vooral Belgen zijn die me erover aanspreken. Maar momenteel denk ik alleen aan Genk.”

Hoe hebben de families op jullie keuze gereageerd?

Carlos: “Mijn vader praat er meer over dan ik. Soms schaam ik me om bij vrienden langs te gaan, want mijn vader toont hen foto’s en video’s … Hij wil me echt bij de Rode Duivels zien. Hij is al drie keer hier geweest en hij wil nog terugkomen.”

Igor: “Mijn ouders waren ook fier. Ik sta in de kranten, op het internet … Ik ga hen mijn eerste truitjes cadeau doen.”

WK-quiz

België op het WK in 2010, is dat mogelijk?

Igor: “De groep heeft er de kwaliteiten voor, daar moeten we allemaal van overtuigd raken, want ik weet zeker dat een WK het hoogtepunt is in ieders carrière. Vanochtend heb ik het er nog over gehad met Oguchi Onyewu: hij zei dat het WK in Duitsland 2006 zijn mooiste herinnering was. Ik wil dus absoluut dat we ons kwalificeren.”

Carlos: “De kwaliteiten zijn er zeker en dus is het mogelijk. Nog meer dan aan de clubs is het aan de Rode Duivels om het niveau van het Belgische voetbal op te krikken.”

Laten we eens een quiz houden over de nationale ploeg. Waar waren jullie toen België vierde werd op het WK 1986?

Igor: “Thuis … ik was toen drie jaar! Maar van de medewerkers van Studio 1 heb ik een dvd gekregen over dat exploot.”

Carlos: “Ik was vier. Ik herinner me de goal van Maradona tegen Engeland, omdat die eindeloos getoond werd. Waarschijnlijk de mooiste uit zijn carrière. Nochtans weet ik nog maar een jaar of drie dat hij ook tegen België gescoord heeft.”

Wie was doelman van de Rode Duivels in 1990?

Igor: “Dat is gemakkelijk: MichelPreud’homme.”

Carlos: “Dat is de enige Belg uit die periode die ik ken.”

Op het WK van 2002 …

Igor: ” Marc Wilmots!”

Ja, maar op wie maakte hij zogezegd een overtreding toen hij tegen Brazilië raak kopte?

Igor: ” Roque Junior!”

Iets recenter: wat was het resultaat van de twee ontmoetingen Brazilië-België op de OS van Peking?

Igor en Carlos: “1-0 en 2-1.”

Bijna. De tweede match werd 3-0. Wat gaan jullie doen als België in de toekomst tegen Brazilië moet uitkomen?

Igor: “Je hebt sentiment en je hebt professionalisme. Ik zal mijn roots en al wat ik ginds meegemaakt heb nooit vergeten, maar ik zal honderd procent achter België staan.”

Maar het liefst zouden jullie een confrontatie ontlopen?

Carlos: “Neen, integendeel. Dat is een wedstrijd die we net heel graag zouden spelen.”

Eentje om je slaap voor te laten?

Igor: “Toen ik destijds met Genk tegen Real Madrid moest spelen, deed ik de nacht ervoor geen oog dicht, maar nu kan ik dat van me afzetten.”

Als je zou scoren tegen Brazilië, zou je dan vieren?

Igor: “Ja, maar ingetogen.”

Carlos: “Met Genk heb ik gescoord tegen Lokeren en ik heb niet gejuicht uit respect voor mijn vroegere kleuren. Maar scoren tegen Brazilië, dat zou toch wel iets zijn.”

Branbançonne

Al die vragen over België zullen jullie wel stilaan de oren uit komen, niet? Op den duur vragen ze jullie nog om het volkslied te zingen …

Igor: “Ik heb beloofd het te leren en dat zal ik ook doen. Wel in het Frans, wat dat is iets gemakkelijker. Ik hou van volksliederen, ik krijg er altijd kippenvel van, zelfs dat van de Champions League ( dat hij prompt begint te zingen).”

Carlos: “Ik kan de Brabançonne niet zingen, zelfs niet neuriën. Maar als hij gespeeld wordt, herken ik hem wel.” S

door patrice sintzen – beelden: fred guerdin (reporters)

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content