Als Obbi Oulare iets onderneemt, dan moet het vooruitgaan. Het liefst met honderd kilometer per uur. Oordeel zelf: hij moet nog 21 jaar worden, maar hij heeft al voor een nageslacht gezorgd, kocht onlangs een pand in Gent en hij proefde van de Premier League. Een terugblik op een turbulent jaar.

‘Naya Oulare is geboren. 17/08/2016. Mama & baby hebben het prima gedaan en verkeren in goede gezondheid. Het is met geen woorden te beschrijven hoe ik mij nu voel.’ Getekend: Obbi Oulare op Instagram. Met zijn stoere bast hield hij tot voor kort enkel plompe verdedigers af, nu mag zijn pasgeboren dochtertje Naya er zich onbeperkt tegenaan vlijen. ‘Ik heb altijd een jonge papa willen zijn’, zegt Oulare. ‘Het zit wellicht in de genen, want mijn vader was zelf nog een kind toen ik ter wereld kwam. Waarom wachten tot je de dertig voorbij bent? De perfecte leeftijd om voor het eerst vader te worden bestaat niet. Een man is nooit klaar voor het vaderschap, het is altijd een stap in het onbekende. Met de hulp van mijn ouders en vrienden komt het wel in orde.’

Oulare heeft duidelijk geen schrik van slapeloze nachten. ‘Integendeel. Ik was nieuwsgierig, ik wilde mijn dochter heel graag zien.’

De voorbereiding op het vaderschap verliep niet rimpelloos. Oulare junior bleef maanden in het ongewisse over zijn nieuwe werkgever en woonplaats. ‘In november van vorig jaar hebben mijn vriendin Zina en ik beslist om iets te kopen in Gent. Ik zag het vooral als een goede investering, van een terugkeer naar België was toen nog lang geen sprake. Toen Zina zwanger werd, speelden er ook praktische overwegingen mee: we wilden niet met een baby en een hondje op hotel slapen wanneer we in België op familiebezoek waren. In mei waren alle documenten getekend voor de aankoop van ons penthouse, maar de oplevering van de nieuwbouw is pas voor november. Tot dan betrekken we een appartement op enkele honderden meters van het stadion.’

Enkele dagen nadat je transfer naar Zulte Waregem rond was, zei Francky Dury dat je zes weken nodig zou hebben om wedstrijdfit te zijn. Was je verrast dat je twee weken later al op de bank zat tegen Waasland-Beveren?

OBBI OULARE: ‘Mijn voorbereiding was er een van vallen en opstaan. Ik heb twee weken getraind in Engeland en daarna moest ik mij tien dagen alleen beredderen in België tijdens de onderhandelingen tussen Watford en Zulte Waregem. Toen ik eindelijk mocht meetrainen, moest ik in eerste instantie mijn conditionele achterstand wegwerken. Het ging zo vlot dat Francky Dury mij vroeger dan gepland klaar achtte voor een plaats op de bank. Ik was blij als een kind om erbij te zijn tegen Waasland-Beveren, om opnieuw te kunnen toeleven naar een match. De voorbije maanden miste ik de opwinding die je voelt naarmate de aftrap dichterbij komt. Dat ik niet mocht invallen, was bijzaak.’

De Oulare van twee jaar geleden zou er meer moeite mee gehad hebben.

OULARE: (gniffelt) ‘Toen was ik achttien… Natuurlijk wil ik zo snel mogelijk aan een match beginnen, maar ik weet nu wat het woord geduld betekent. Als je op een heel seizoen vijftig minuten mag spelen, moet je zen kunnen blijven.’

Hebben ze bij Essevee getwijfeld aan jouw fysieke paraatheid?

OULARE: ‘Misschien wel, ja. Dat aspect komt altijd terug als er over mij gepraat wordt. Ik zal je iets zeggen: bij Club Brugge heb ik altijd gedaan wat ze vroegen. Altijd! Iedereen weet onderhand dat ik geen hardloper ben. Je zult van mij geen Timmy Simons of Ruud Vormer maken. Maar dankzij de omkadering bij Zulte Waregem behoren al die verhalen over mijn fysieke kwaaltjes tot het verleden. De club doet er alles aan om mij enkele procentjes te doen winnen: ik word dagelijks individueel opgevolgd door de fysical coach, er wordt goed omgesprongen met de data van de hartslagmeters en ga zo maar door.’

Je ziet er ongemeen scherp uit.

OULARE: ‘Bij Watford woog ik op een bepaald moment 105 kilogram. Spieren hé! Toch voelde ik mij log op het veld. In Engeland hebben ze een aparte visie op krachttrainingen. Bij Club vermeed ik de gym omdat ik een type ben dat snel spieren aankomt. Toen ik in Watford aankwam, dacht ik: oké ik geef het een kans. Maar we werden ook verplicht om shakes te drinken en daardoor is mijn gewicht toegenomen. Ik heb er een paar keer met de staf van Watford over gepraat, maar die bleven bij hun standpunt. Intussen ben ik al goed afgevallen, maar er mag nog wat af om aan mijn ideale competitiegewicht van 98 kilo te zitten.’

Heeft je gewichtsverlies ook niet te maken met de intensiteit waarmee je traint? Vroeger liet je al eens een training schieten, wordt gezegd.

OULARE: ‘Je kunt al eens een mindere dag hebben op training, maar ik overdreef daarin. Bij Club Brugge wisselde ik een goede trainingsweek af met twee slechte. Ik was te vaak met andere zaken bezig… (kijkt voor zich uit) Dury zal mij de kans niet geven om af te dwalen. Hij is heel streng voor jonge spelers en dat moet ook. Een jonge gast moet discipline kweken, iemand voor zich hebben die hem op zijn plaats zet. Nu weet ik: als ik naar Dury luister, word ik er beter van. In het verleden heeft hij van Thorgan Hazard en Junior Malanda ook toppers gemaakt.’

DEJA VU

Bij Club Brugge speelde je om de prijzen. Dat zal bij Zulte Waregem niet het geval zijn.

OULARE: ‘Loop eens rond in het stadion en op het trainingscomplex en je zult merken dat Zulte Waregem een topclub in wording is. Het bestuur heeft er een stabiele club van gemaakt: vaak play-off 1, een paar seizoenen geleden vicekampioen, thuis goed tegen de topploegen. Ik kon naar een andere Belgische topclub, maar hier stond iedereen pal achter mijn komst. Ik weet hoe het aan de top werkt: de pers zit er kort op, de verwachtingen liggen ongemeen hoog, de trainer heeft daardoor minder tijd om zich over een speler te ontfermen en voor je het weet, zit je te sukkelen om op de bank te geraken. Dan zit ik liever bij een club uit de subtop, waar ik in de luwte kan werken.’

Veel mensen denken nu wel: Oulare komt met hangende pootjes terug naar België.

OULARE: ‘De mensen maken ervan wat ze willen. Ik had mijn redenen om terug te komen naar België. Familiale motieven – mijn verloofde en ik wilden de eerste maanden na de geboorte van Naya onze families dichtbij hebben – en sportieve. Ik ben uit België vertrokken zonder iets te hebben bewezen en dat wil ik rechtzetten.’

Je had ook voor de moeilijke weg kunnen kiezen: afzakken naar The Championship. Die competitie is toch de ideale tussenstap voor de Premier League?

OULARE: ‘Ken jij veel spelers die na een uitleenbeurt in The Championship zijn teruggekeerd naar de Premier League? Het meest bekende voorbeeld is dat van Harry Kane. Ik zag toevallig een foto van hem passeren van zijn tijd bij Leicester City, toen nog in tweede klasse. Hij was daar niet eens basisspeler. Door omstandigheden heeft hij toch zijn kans gekregen bij Tottenham en is hij er toch geraakt. Maar ik ben niet zeker dat die paar maanden in tweede klasse hem geholpen hebben.’

Had je snel door dat je dit seizoen bij Watford ook niet zou spelen onder de nieuwe manager Walter Mazzarri?

OULARE: ‘Ik kon het afleiden uit de trainingen. Tijdens de tactische oefeningen stond ik nooit op mijn positie. Nu eens stond ik linksbuiten, dan eens op de positie 8 als box-to-box. Op zich was het niet abnormaal dat de manager vooral de spelers aan het werk wilde zien die hij effectief zou gebruiken. Voor mij was dus beter om zo snel mogelijk te vertrekken.’

Kreeg je een déjà vu van vorig seizoen?

OULARE: ‘Zoiets, ja. In mijn eerste gesprekken met de vorige manager, Quique Flores, wist ik al hoe laat het was. Hij zei: luister Obbi, jij maakt deel uit van een project. Ik paste niet in de plannen van de manager en hij heeft mij dat meteen eerlijk opgebiecht. Not a big deal. Daarom heb ik nooit de confrontatie opgezocht. Ik ben blijven doorbijten in de hoop dat ik op een dag wél een kans zou krijgen. Maar het zat er nog nooit in, we zien wel in de toekomst.’

Terwijl je bij Club Brugge vertrok precies omdat je meer wilde spelen.

OULARE: ‘Voilà. Je bent achttien en je makelaar zegt dat Watford jou speelmogelijkheden biedt in de Premier League. Dan spring je toch op die trein? Ik moet dus lachen als ik hoor dat mijn keuze gestuurd werd door het geld. Maar nu besef ik dat ik om de tuin werd geleid door mijn toenmalige makelaar. Zijn verhaal strookte niet met de realiteit. Tijdens de afwikkeling van mijn transfer zijn er bovendien zaken gebeurd die mij niet bevielen. En ik had daar geen vat op.’

Veel specialisten twijfelden over je slaagkansen in de Premier League. Ik citeer de Belgische spelersmakelaar Nico Vaesen, die al jaren actief is in Engeland: ‘Obbi is een bruikbare speler voor alle ploegen uit The Championship, maar voor de Premier League moet hij nog wat dingen oppikken.’ Ook Quique Flores zei dat je nog veel moest leren om klaar te zijn voor de Premier League.

OULARE: ‘Kun je een oordeel vellen op basis van die vijftig minuten die ik gespeeld heb? Ik heb er nog géén kansen gehad, dan is het verdraaid moeilijk om jezelf te bewijzen. Ik respecteer elke mening, maar ik verkies om naar mijn vader te luisteren, die zelf in Engeland heeft gevoetbald. Hij kent mij vanbuiten en hij weet aan welke tekortkomingen ik moet werken. De toekomst zal uitwijzen of ik gemaakt ben voor de Premier League.’

Had je pech dat aanvallers Troy Deeney en Odion Ighalo het meteen goed deden?

OULARE: ‘De eerste maanden scoorden ze vlot en deed heel de ploeg het schitterend. Dan ga je niet wisselen. Na de winterstop ging het steil bergaf met Watford. Veel bankzitters begrepen het niet goed en begonnen zich toen terecht vragen te stellen. Had ik de ploeg kunnen helpen? Ik denk het wel. Ik was de enige pivot in de kern. Aangezien er snel naar de lange bal werd gegrepen, had ik met mijn gestalte nuttig kunnen zijn. Met Deeney rond mij, die als een soort valse spits speelt, had het zeker kunnen werken.’

In België geraakten we niet uitgepraat over je transferprijs van 8 miljoen euro. Heeft dat bedrag onrealistische verwachtingen in de hand gewerkt?

OULARE: ‘Bij mij alleszins niet. Maar ik denk dat de supporters mij graag een aantal wedstrijden aan het werk hadden gezien. Ze waren nieuwsgierig naar die tiener die 8 miljoen had gekost. Maar in Engeland is er zo veel geld in omloop dat je zelfs voor die prijs niet zeker bent van een plaats op de bank.’

Je speelde amper bij Watford, maar je kreeg wel een contractverlening tot 2021. Hoe moeten we dat interpreteren?

OULARE: ‘Ik zie het als een blijk van vertrouwen. Hiermee zegt het bestuur: we rekenen op jou de komende jaren. Ik heb dus niet getwijfeld. Ik ben 20 jaar en ik heb mijn familie financiële zekerheid gegeven tot mijn 25 jaar. Aan het einde van het seizoen lig ik nog vier jaar onder contract en dan zien we wel wat Watford met mij van plan is.’

PSYCHOLOOG

Je zou besloten hebben om bij Club Brugge te vertrekken toen je de transfer van Jelle Vossen via Twitter vernam. Wat dat de enige reden?

OULARE: ‘Het was een combinatie van een aantal redenen. Na die 7-1 tegen Standard heb ik alles op een rijtje gezet. Ik was nog jong, had nog drie jaar contract en ik voelde mij goed in Brugge. Ik dacht: ik blijf gewoon bij Club. Op 31 augustus was ik op stage met de nationale beloften en ik kon ’s avonds de slaap niet vatten. Ik had een vreemd voorgevoel. Ineens kreeg ik een melding op mijn gsm: ‘Welkom Leandro Perreira en Jelle Vossen.’ Gevolgd door een paar verontrustende telefoons van mijn makelaars die mij waarschuwden dat ik in de pikorde achter Diaby, Perreira en Vossen zou komen. En een geruststellend schouderklopje van Club kwam er niet.’

Je had een bijzonder woelige relatie met Michel Preud’homme. Met als ‘climax’ de wedstrijd op Old Trafford tegen Manchester United, toen je in de kleedkamer een standje kreeg van hem.

OULARE: ‘De match in Manchester beschouw ik tot vandaag als hét dieptepunt van mijn periode bij Club Brugge. Ik stond op het veld, maar met mijn gedachten was ik ergens anders. Behalve mijn makelaar en verloofde wist niemand dat ik met zware privéproblemen kampte. Ik zat toen zo diep dat ik een psycholoog heb moeten raadplegen om het hoofd boven water te houden. Die dramatisch slechte wedstrijd tegen Manchester was het moment om met mijn issues naar buiten te komen. Ik wilde dit niet langer laten aanslepen. Ik ben naar de coach gestapt en ik heb hem de hele situatie uitgelegd. Het ging helemaal niet over een woelige relatie, wel over privéproblemen.’

Het gesprek heeft blijkbaar niet veel geholpen, want twee weken later tekende je bij Watford.

OULARE: ‘Preud’homme toonde begrip en wilde mij helpen. Maar de beste oplossing was een verhuizing naar het buitenland. In één klap was ik van alle miserie verlost die mij in België had verlamd. Intussen is alles opgelost, ik heb een jaar de tijd gehad om mijn hoofd leeg te maken.’

Blijf je erbij dat Preud’homme jou té negatief benaderde?

OULARE: (zucht) ‘Neen, maar misschien was dat, als dat nodig bleek, zijn manier om mij beter te maken. Ik neem Preud’homme niets kwalijk. Sinds mijn vertrek hebben we ook geen contact meer gehad, behalve kort via sms.’

DOOR ALAIN ELIASY – FOTO’S BELGAIMAGE

‘Ik word soms ten onrechte gezien als een dikke nek.’ – OBBI OULARE

‘In Engeland is er zo veel geld in omloop dat je zelfs met een transferprijs van 8 miljoen niet zeker bent van een plaats op de bank.’ – OBBI OULARE

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content