In zijn maidenjaar bij Club verkende Timothy Dreesen hoofdzakelijk

de Brugse bank en tribune. Zijn uitleenbeurt bij STVV zou hij

daarom graag integraal op de grasmat doorbrengen.

‘Ik wil bewijzen dat ik geen miskoop ben.’

Geen Belgische verdediger die eind vorig seizoen beter in de markt lag dan Timothy Dreesen. De youngster dankte zijn faam aan een aantal uitstekende wedstrijden in het hart van de Liersedefensie én aan een uitgekiende marketingcampagne van de krap bij kas zittende Pallieters. Trainer René Trost bombardeerde Dreesen tot de jongste aanvoerder van de eerste klasse en hulpcoach Eric Van Meir noemde hem langs zijn neus weg even ‘de Kompany van Lierse’. Voldoende adelbrieven om Racing Genk, Standard en Club Brugge van zijn kunnen te overtuigen. Blauw-zwart haalde Dreesen uiteindelijk binnen, al diende het daar wel 750.000 euro voor op te hoesten.

Voorlopig blijkt dat geen rendabele investering want qua speelminuten was Dreesen dit jaar inderdaad de evenknie van Kompany. Helaas kan de verdediger die magere oogst niet louter met blessureleed vergoelijken. Hij klom niet genoeg op in de Brugse pikorde om vaak aan spelen toe te komen. Om hetzelfde scenario komend seizoen te vermijden konden speler en club zich best vinden in een uitleenbeurt aan Sint-Truiden. Bij de Kanaries moet Dreesen bewijzen dat hij niet verloren is voor het topvoetbal.

Eerder dan Kompany moet Pascal Plovie dezer dagen dus een rolmodel zijn voor Dreesen. Die keerde na twee jaar Antwerp terug naar Brugge om er titularis én international te worden. Een parcours dat niet makkelijk te evenaren valt, want in de recentere geschiedenis hing aan uitleenbeurten bij de Bruggelingen zelden een retourkaartje vast. Dreesen erkent dat gevaar, maar beschouwt zijn trip naar Staaien voorlopig niet als een enkele reis : “Het is waar dat het niet makkelijk is om na een uitleenbeurt terug te keren bij een topclub, maar het is in ieder geval wel mijn bedoeling. Ik lig sowieso nog drie jaar onder contract bij Brugge. We zien na dit seizoen wel wat er gebeurt. Ik beschouw mezelf nog steeds als een speler van Club Brugge, maar dan wel één die bij Sint-Truiden moet bewijzen dat hij het niveau aankan. Het feit dat Brugge absoluut geen aankoopoptie in mijn contract wilde, is voor mij toch een teken dat ze nog vertrouwen in me hebben.”

De aankoop van Antolin Alcaraz en Stepán Kucera, twee jonge centrale verdedigers, doet dan weer het tegendeel vermoeden.

Timothy Dreesen : “Bwa, blijkbaar is de club van oordeel dat ze op die positie nog versterking nodig hadden. Zo simpel is het. Brugge is een topclub en dus is er concurrentie. Brugge moet zich ook wapenen voor Europees voetbal.

“Kijk, als ik naar Brugge terugkeer, dan is het wel om te spelen. Is het opnieuw om vierde of vijfde man te zijn, dan is het beter dat ik uitkijk naar een club waar ik een basispion kan zijn. Ik heb nu van het topniveau kunnen proeven en ik heb vastgesteld dat ik het met een beetje meer ervaring wel moet aankunnen.”

Je beschouwt het voorbije seizoen niet als een verloren jaar ?

“Neen, want ik heb wel veel geleerd. Was ik bijvoorbeeld bij Lierse gebleven en had ik een heel seizoen gespeeld, dan had ik misschien meer progressie gemaakt, maar die dingen die het verschil maken tussen het voetbal van een topclub en dat van een middenmoter, had ik nooit opgepikt. Bij een topclub moet je altijd het spel maken, speel je als verdediger veel hoger en sneller …”

Beetje gehypet

Hield je er bij de keuze voor Brugge rekening mee dat je zo weinig aan spelen zou toekomen ?

“Vorig seizoen bij Lierse werd ik een beetje gehypet. Ik ben daar niet in meegegaan, heb geprobeerd om rustig te blijven. Ik calculeerde daarom zeker een aanpassingsperiode in bij Brugge. Ik schatte dat die een paar maanden zou duren, maar door kleine blessures en keuzes van de trainer is het helaas anders uitgedraaid.”

Hard trainen en niet spelen, hoe frustrerend is dat ?

“Ik zal je eerlijk zeggen dat er het voorbije jaar dagen waren dat ik liever niet dan wel naar de club ging. Dat lijkt me ook normaal gezien mijn situatie. Als je een jaar lang niet aan spelen toekomt, dan ga je wel eens twijfelen aan jezelf. Toch heb ik geprobeerd om mijn hoofd niet te laten hangen. Dat kan ik me niet permitteren, ik sta pas aan het begin van mijn carrière en heb nog steeds de ambitie om een mooie loopbaan uit te bouwen.

“Bovendien wil ik zeker niet te negatief klinken. We hadden al bij al een toffe groep. Ik heb me bij Brugge wel geamuseerd op training. Ik woonde daar ook graag.”

Hoe evalueer je de weinige wedstrijden die je wel speelde ?

“Ik denk dat ik redelijk mijn plan heb getrokken. Die wedstrijden waren degelijk zonder meer. In ieder geval heb ik geen flagrante fouten gemaakt. Maar natuurlijk mis ik matchritme en ervaring.”

Vertrouwen ook ?

“Dat niet direct, maar toch … Als je veel wedstrijden na elkaar op dezelfde positie kan spelen, dan krijg je een soort van gewenning. Straal je haast automatisch meer zelfvertrouwen uit. Als je na vier maanden een wedstrijd speelt en dan vier maanden later nog eens een, dan ben je natuurlijk minder op je gemak.

“De perceptie is ook anders. Bij Lierse waren ze blij dat er nog eens een jeugdspeler doorbrak en kon ik me een foutje permitteren. Niemand die me met de vinger wees. Dat is nodig om als speler te groeien.”

Kracht maximaliseren

In een interview liet je vorig jaar verstaan dat ‘stabiliteit’ een van de redenen was waarom je voor Brugge koos. Die stabiliteit is er nauwelijks geweest het voorbije seizoen.

“Ik was natuurlijk liever bij een ploeg gekomen die aan de top speelde. Je merkte bij momenten wel aan de sfeer dat het niet goed draaide.

“Het is een bewogen jaar geweest, veel verhalen in de pers en zo. Toch is die hele storm min of meer aan mij voorbijgegaan. Je staat niet in de basis, je naam wordt ook nooit genoemd in de kranten, ik heb dat allemaal een beetje vanop afstand gevolgd. In groepsgesprekken heb ik me zelden geroerd. Als nieuwe speler kan je het praten beter aan meer ervaren ploegmaats overlaten.

“Ook voor mijn speelkansen was de malaise geen goede zaak. Voor een trainer is het niet evident om een jonge speler in te brengen op een cruciale positie wanneer het geheel niet goed draait. Dat heeft zeker in mijn nadeel gespeeld.

“Ook bij Lierse hadden we vorig jaar het ene probleem na het andere. Nu, ik heb dat allemaal meegemaakt en zal daar sterker uitkomen. Ik weet nu dat profvoetbal ook zijn mindere kantjes heeft en ken de keerzijde van de medaille. Dat maakt me sterker voor het vervolg van mijn carrière.”

Had je bij Brugge last van het ‘Daerden’-syndroom. Was de hoge transfersom die Brugge voor je betaalde, een zware last om dragen ?

“Neen, absoluut niet. Eerlijk waar, ik heb in het jaar dat ik bij Brugge speelde, niet één keer aan dat bedrag gedacht. Nochtans wezen veel mensen me daar wel op. Mijn situatie is ook niet te vergelijken met die van Koen Daerden. Hij was al een gevestigde waarde toen hij hier als voetballer aankwam en bovendien was de transfersom nog van een andere orde. Van mij werd ook niet verwacht dat ik er direct zou staan. Toen ik hier een contract tekende, is duidelijk gezegd dat ze niet meteen honderd procent op me rekenden, dat ik eerder een wissel op de toekomst was.”

Aan welke zaken moet je nog werken ?

“Ik denk dat mijn zwakke punten vooral het gevolg zijn van mijn lengte. Startsnelheid en wendbaarheid kunnen in ieder geval beter. Dat is inderdaad moeilijk trainbaar, maar de bedoeling is wel om de kleine progressiemarge die er is, maximaal te benutten.”

Amuseren met discipline

Waarom de keuze voor STVV ?

“Ik merkte dat Brugge transfers deed voor mijn positie en toen heb ik bij mijn manager gepolst wat de mogelijkheden voor komend seizoen waren. Van bij het begin heb ik gemerkt dat STVV me heel graag wou. Ze drongen bij Brugge in ieder geval hard aan op mijn komst. Later heeft trainer Valère Billen me dan gebeld en ook hij zag me graag komen.”

Heb je al een beeld van Billen ? Welke accenten legt hij als trainer ?

“Ik denk dat hij een trainer is die het belangrijk vindt dat zijn spelers zich amuseren. Met de nodige discipline uiteraard. Collectiviteit zal hoe dan ook het belangrijkste wapen moeten worden van STVV, we beschikken niet over de meest technische spelers. Ik denk wel dat er genoeg kwaliteit is om resultaten te halen. Voor mij is dit seizoen geslaagd als Sint-Truiden een rustig jaar in de middenmoot kan draaien en ikzelf veel speelminuten kan meepikken.” S

Door Jan-Pieter De Vlieger

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content