Sport/Voetbalmagazine praat elke week met een ambassadeur van SCOOORE! over zijn passie voor een eersteklasser.
Tegenwoordig ben je supporter, maar tussen 2001 en 2007 maakte je als doelman de opgang naar eerste klasse, de bekerwinst en de Europese campagne mee. Wat blijft je bij van die periode?
“Vooral de flow waar we toen in zaten. Eigenlijk waren wij een echte vriendengroep met allemaal jongens uit de streek die evenveel op enthousiasme als op talent naar eerste klasse stegen. Toen we de beker wonnen, was dat met negen Belgen en met Verschuere en Salou ook nog twee halve Belgen. Zoiets maak je in je carrière maar één keer mee. Het beste bewijs is hoe hartelijk het weerzien met mensen als Leleu, Meert of Dupré nogaltijd is. Ludwin Van Nieuwenhuyze helpt me nu zelfs om mijn huis te verbouwen.” (lacht)
Jij hebt de opstart van de fusieclub in 2001 meegemaakt, maar ook de zwanenzang van KSV Waregem eind jaren negentig.
“We zijn toen heel snel naar beneden gedonderd. In 1996 zat de club nog in eerste en drie jaar later speelden we plots in vierde klasse. Iemand die daarover kan meepraten, is Karel D’Haene, de enige echte Waregemnaar die vandaag nog in de ploeg staat. We zaten alle twee op school in het college in Waregem en speelden ook samen bij Essevee. Zelf heb ik al op mijn 16e mijn debuut in de eerste ploeg gemaakt. Ik herinner me nog hoe fier ik was toen ik de volgende ochtend aankwam op school. Je hele jeugd supporter zijn en plots zelf in de ploeg staan, dat is heel bizar maar het overkomt je gewoon.”
Vorig jaar vicekampioen en nu actief in Europa, hoe lang kan Zulte Waregem op deze wolk blijven?
“Je moet eerlijk zijn: niemand had het huidige succes verwacht. Het zat ook allemaal wat mee en daar kan je niet elk jaar op hopen. Iemand als Malanda was er vorig seizoen vooral bijgehaald om de kern te verbreden en plots blijkt dat een enorm talent te zijn. Het opvallendste vind ik dat elke ploeg tegenwoordig wel bang lijkt van Zulte Waregem. Om hun voetballende kwaliteiten, maar ook omdat ze als ploeg echt iets uitstralen. Anderzijds weten we hier ondertussen hoe rap het in het voetbal kan omslaan. Twee jaar geleden hebben we ons maar nipt gered, hé. Of het kan blijven duren? Ik vrees dat we financieel aan de limiet zitten. Waregem is gewoon te klein en de club doet wel moeite om in de regio Oudenaarde-Deinze supporters te lokken, maar veel rek zit daar niet meer op. En dat nieuwe stadion zal ook niet voor morgen zijn, vrees ik.”
Je hebt lang samengewerkt met Francky Dury, hoe was hij in die beginjaren?
“Hij kon echt verschrikkelijk hard zijn, dat zal hij zelf ook toegeven. Met het verouderen en door zijn ervaringen bij AA Gent en op de KBVB is hij toch iets milder geworden. Als we destijds een match verloren, ging het er ’s maandags enorm luid aan toe op training. Wij hadden de neiging om dat te relativeren, maar hij zette ons telkens op scherp. Ik moet toegeven: door hem staat Zulte Waregem waar het nu staat. Dury heeft zijn veeleisendheid overgezet op de club.”
DOOR JENS D’HONDT – BEELDEN: IMAGEGLOBE
“Je moet eerlijk zijn: niemand had het huidige succes verwacht.”
