Zondag, op de laatste speeldag van de heenronde, is het Anderlecht-Club Brugge. Met een 5-0 tegen AA Gent en een 1-4 op KV Mechelen draait paars-wit op volle toeren, terwijl blauw-zwart zijn wonden nog likt. Wat is de kracht en de kwetsbaarheid van de twee clubs? Een rondvraag.

“De puzzel past niet in Brugge”

{Claude Verspaille, scout KV Kortrijk}

“Ik wil toch eerst opmerken dat in België het spelpeil naar beneden gaat. Bij ons is Anderlecht-Club Brugge een topper, maar ik denk niet dat ze daar in het buitenland ook zo over denken.

“Er is in Brugge genoeg kwaliteit om mee te doen voor de titel, maar door blessures moest Club al veel vaste pionnen missen. Een topclub met een grote kern moet dat kunnen opvangen, wordt dan gezegd, maar leiders als Zimling en Larsen vervang je niet zomaar. Er staan soms ook nogal veel technische spelers en jongens uit de Spaanse competitie in de ploeg, zoals Refaelov en Vázquez, maar in België wordt er meer kick en rush gespeeld, kort op de man, en daarvoor moet je fysiek en mentaal sterk zijn. Dat is ook het spel van Leekens. Ik vind dat de puzzel in Brugge niet past. Er is meer karakter en knokkersmentaliteit nodig. Club Brugge is ook altijd geweest: aanvallende backs, centers voor doel en mannen die daarop inlopen. Maar nu zijn er te veel spelers die het centrum opzoeken. Dat is ook een probleem.

“Anderlecht met of zonder Mbokani maakt een groot verschil, want hij is sterk, kan de bal goed afschermen en scoort makkelijk. Maar dan zijn er nog altijd Jovanovic en De Sutter. En defensief is Anderlecht sterker dan Club, vind ik.”

“Bacca is ongelooflijk goed”

{Karel Geraerts, middenvelder OHL}

“Anderlecht werd vorig seizoen kampioen, er is weinig veranderd, maar het verschil met toen is dat Suárez er nu niet meer tussen loopt. Hij was iemand die met een actie het verschil kon maken en ook veel scoorde. Dat missen ze nu bij momenten. Vargas is van ver aan het terugkomen, krijgt daar rustig de tijd voor omdat de prijzen toch maar in de play-offs worden uitgedeeld, en dat zou wel eens heel goed kunnen zijn voor Anderlecht. Bijzonder aan hem is dat hij heel creatief en tegelijk heel efficiënt en doelgericht is, dus niet het type dat vijf overstapjes doet en dan de bal verliest.

“Zowel Leekens als Van den Brom stelde doorgaans veel aanvallende spelers op. Club beschikt volgens mij over de sterkste kern, maar Anderlecht heeft minder geblesseerden. Bij ons creëerde Club in het begin veel kansen, maar daarna gaf het er voor een topclub te veel weg. Met een volledig fitte Donk, een Larsen en een Stenman en met Hoefkens als rechtsback zou er toch een heel andere verdediging staan dan tegen ons. Ze beschikken ook over de spelers om een topmiddenveld te vormen, maar iemand als Odjidja bijvoorbeeld is nog altijd op zoek naar zijn beste vorm. Voorin is Bacca ongelooflijk goed. Hij is heel slim, kiest uitstekend positie en is heel gevaarlijk. Ik denk: als Club zondag op Anderlecht de eerste twintig minuten doorkomt, dan is alles mogelijk.”

“Anderlecht is afhankelijk van Mbokani”

{Peter Balette, assistent-trainer Standard}

“Tegen ons drukte Club snel zijn stempel, kwam het ook vroeg op voorsprong en ging het daarna in de organisatie spelen. Ik zie hun coach na de 1-0 nog rechtstaan om aan te geven dat de linies en de posities goed moesten zitten. Een van onze bedoelingen was om de ruimte in de rug van hun offensieve rechtsback Hoefkens te benutten, maar die kwam er de tweede helft niet meer uit. Ze gingen inzakken en prikken, en met gasten als Vázquez, Refaelov, Tchité en Bacca kunnen ze in de omschakeling elke ploeg pijn doen. Zo deden ze ons dood, omdat ze heel efficiënt afwerkten. Toen kenden ze ook al problemen op het middenveld, maar de achterste vier verdedigden heel hardnekkig. Nu zijn ze daar blijkbaar minder solide en is dat hun probleem.

“Anderlecht begon bij ons ook sterk, was rustig aan de bal, maar raakte onder de indruk van de omstandigheden. Ik vond hun namen minder nadrukkelijk aanwezig dan we in het verleden al meemaakten. We zetten ook wel veel druk op hun sleutelspelers, Biglia dekten we heel kort, en met veel lange ballen begonnen ze volledig in onze kaart te spelen. Anderlecht is afhankelijk van Mbokani, de beste speler van de competitie. Zonder hem boet het veel aan slagkracht in en moet het het op een collectievere manier doen. Club Brugge valt dan weer vooral terug op Bacca, die heel gemakkelijk de goal vindt. Het is in elk geval een rare competitie, met topclubs die weinig of geen stabiliteit meer vertonen.”

“Club teert op flitsen”

{Thomas Buffel, aanvaller Genk}

“Club Brugge teert een beetje op de individuele kwaliteiten van vooral een Bacca en dat maakt het nog altijd een gevaarlijke ploeg. Als Tchité helemaal fit en vol vertrouwen is, vormt hij met hem een gevaarlijk duo. Er zit ook wel wat grinta in de ploeg. Een Blondel en een Hoefkens zijn toch karakterspelers die net als Odjidja de tegenstrever onder druk proberen te zetten. Maar hun spel was al beter dan het momenteel is. Door de vele verschuivingen is hun positiespel niet van die aard dat ze een tegenstander voor zijn doel kunnen terugdringen. De ene is niet helemaal fit, de andere mist zelfvertrouwen om zijn beste niveau te halen. Dat merk je. Ik vind de Europa Leaguepoules ook meer belastend voor de competitiewedstrijden dan de Champions Leaguepoules, omdat je altijd op donderdag speelt en er dan tot de zondag maar twee recuperatiedagen tussen zitten. Op dinsdag of woensdag spelen zoals in de Champions League is naar mijn gevoel een iets makkelijker ritme.

“Anderlecht probeert veel via Biglia op te bouwen, het moet het meer van zijn positiespel en van de combinatie hebben. Club teert meer op flitsen, dat vind ik het grootste verschil. Zij proberen ook op te bouwen, maar zijn niet zo secuur. Maar als ze er eens door komen, kunnen ze met hun snelheid voorin ieder team pijn doen. Op Anderlecht ligt er toch wel wat ruimte tussen de linies en als je lef toont om dat te bespelen, durft te voetballen en balvast te zijn, zoals zelfs Waasland-Beveren daar deed, kan je het hen moeilijk maken. De terugkeer van Kouyaté achterin is wel belangrijk.

“Wanneer iedereen beschikbaar is, denk ik dat Anderlecht de sterkste ploeg is. Vooral Mbokani kan als aanspeelpunt het verschil maken. Voor het ploegbelang schat ik hem nog hoger in dan Tchité en Bacca. Hij is allround en weegt op een verdediging, dringt een verdediging achteruit en kan pieken wanneer het moet. Maar een Tchité op niveau is zeker iemand die in de buurt kan komen.”

“Met Høgli en Figueras was Club kwetsbaar op de flanken”

{Dirk Geeraerd, coach Waasland-Beveren}

“Er ligt bij Anderlecht inderdaad weleens wat ruimte omdat ze voorin doorgaans met twee man snel hoog druk zetten, omdat centraal op het middenveld vaak met Kanu voor Biglia twee balbezitspelers lopen en op de zijkanten iemand als Jovanovic niet het type is dat graag meedoet bij balverlies. Maar anderzijds raakten we niet voorbij hun backs. In Brugge konden we dat juist wel. Toen waren dat Høgli en Figueras en die konden we met snelheid en wendbaarheid pijn doen. Club was daar kwetsbaar, Anderlecht met Gillet en Deschacht sterk op de backposities. Centraal achterin vind ik hen vergelijkbaar: Donk-Larsen tegenover Kouyaté-Nuytinck, dat is kracht en in beide duo’s ook iemand die snel is en kan voetballen. Misschien is Club daar soms een beetje nonchalant. Maar centraal voor de verdediging zat het bij hen toen wel goed met Zimling. Hij dirigeerde daar het spelletje, dat is echt een goeie. Offensief beschikken de twee ploegen over veel kwaliteiten. Anderlecht doet het vaak met twee diepe die heel hoog druk zetten en één man erachter, Club met één man diep en twee erachter. Waar we wel wat problemen mee kenden, is dat Meunier toen van rechts vaak naar binnen kwam en Odjidja in de vrijgekomen ruimte dook.”

“Achterin en in het midden is Anderlecht sterker”

{Manu Ferrera, assistent-trainer AA Gent}

“In Anderlecht-Club kan alles, denk ik. Ik geef Anderlecht favoriet omdat het thuis speelt, omdat het centraal achterin met Kouyaté-Nuytinck volgens mij sterker is en op het middenveld beter staat dan Brugge. Voor Brugge is het daar door de vele veranderingen soms zoeken naar de juiste formule. Zonder Mbokani is het voor Anderlecht moeilijker, maar ook dan kan het nog een goed aanvallend trio opstellen. Het wordt hoe dan ook toch opletten, want door de individuele kwaliteit van zijn spitsen kan Brugge tegen eender wie scoren.”

“Odjidja en Donk raken niet op scherp”

{Willy Reynders, sportief directeur Lokeren}

“De topclubs zijn niet meer zo dominant als vroeger. Dat komt ook omdat het Europees programma veel energie vergt, maar vooral omdat de kwaliteit verminderd is. Ze hangen meer en meer af van een aantal spelers en het aantal echte toppers wordt almaar minder. Momenteel heeft Anderlecht een streepje voor. Brugge raakt door omstandigheden niet echt op snee. Vooral ook niet hun sterkhouders, Odjidja en Donk, die normaal de ploeg zouden moeten dragen, raken niet op scherp. Club staat of valt met Bacca. Het gebrek aan automatismen zal ook wel samengaan met de geblesseerden. Ik dacht dat ze in Brugge beter dan in Anderlecht het wegvallen van een aantal spelers zouden kunnen opvangen, maar dat is niet gebleken. Dat ze de voorbije weken zo makkelijk doelpunten pakten, zelfs op stilstaande fasen, was een veeg teken. Maar ook Anderlecht, dat afhankelijk is van Mbokani, voetbalde zowel in de supercup als in de competitie minder dominant tegen ons en gaf twee keer vrij veel kansen weg.”

“Het grootste verschil zit in het combinatiespel”

{Harm van Veldhoven, coach KV Mechelen}

“Anderlecht heeft een goed combinatiespel met veel mensen op het middenveld die in beweging zijn en die op de juiste manier infiltreren. Het begint achterin, van waar ze de vrije man zoeken. Ik denk dat de keuze om voor de positie naast Kouyaté Nuytinck te halen, iets meer rust biedt om het voetbal van achteren uit te verzorgen. Vroeger kon het volstaan om Biglia uit te schakelen. Maar nu verschijnt soms een van de verdedigers op zijn positie en zie je dat hij dit seizoen meer naar voren toe beweegt, dat Jovanovic zich met zijn creativiteit inschakelt op het middenveld en dat daarrond heel veel beweging is. Het is een beetje de Nederlandse school. Iedereen moet mee infiltreren, door die beweeglijkheid worden er ruimtes voor elkaar gecreeerd en met spelers als Biglia, Kanu en Praet beschikt Anderlecht over veel mensen met de kwaliteit om daar gebruik van te maken. Het valt ook op dat er bij balverlies vanuit het collectief snel druk op de bal wordt gezet. De laatste wedstrijden, tegen Gent en tegen ons, zetten ze héél hoog druk. Soms zie je in de omschakeling nog wat kwetsbaarheden, maar ik vind dat wanneer je in een competitie de meeste kwaliteiten hebt, je dit spel moet durven en kunnen spelen.

“Anderlecht doet het voetballend beter. Bij Club Brugge zie je veel scorend vermogen. Maar daar is het meer terugvallen en in de organisatie blijven. De voorbije weken viel het op dat er geen positiespel en geen corrigerend vermogen meer was en dat ze helemaal achter de feiten aanliepen. In de organisatie van Anderlecht zit meer lef. Ik ben ervan overtuigd dat Club Brugge voldoende creativiteit bezit om bijna hetzelfde te doen, dat ze op veel plaatsen misschien zelfs completer zouden kunnen zijn dan Anderlecht, maar ik zie iets te weinig durf. Ik zie minder aansluiting, minder ondersteuning van het middenveld, meer de lange bal en minder combinatie.”

“Bij Brugge is het allemaal vrij stereotiep”

{Karel D’Haene, verdediger Zulte Waregem}

“Club Brugge is momenteel een beetje een ploeg zonder vertrouwen. Zondagavond tegen ons vond ik ze maar weinig voetballen voor een topclub die thuis speelt. Ze speelden vaak met de lange bal en rekenden op de snelheid van hun spitsen. Er was weinig creativiteit. Het was de bevestiging van wat ik hoorde en van wat ik in samenvattingen zag: een ploeg met veel kracht en gestalte, fysiek stevig, maar voetballend komt er heel weinig uit. Het is allemaal vrij stereotiep, vind ik. Ze kenden het geluk dat Bacca in grote vorm was, iedere wedstrijd scoorde en zo veel wedstrijden kon beslissen, maar wij slaagden erin de passing naar hem en Tchité op het juiste moment af te sluiten dan zie je dat zij maar heel weinig gevaar creëren.

“Ik vind Anderlecht als ploeg beter, completer, met meer voetballend vermogen, meer creativiteit en ook meer individueel talent. Bij hen maakt Biglia het spel op het middenveld. Bij Brugge is het Blondel die de boel wat op gang moet trekken en dat is toch een heel ander type. Biglia is een betere voetballer, een betere passeur. Mbokani en De Sutter zijn ook een completer spitsenduo. Bacca en Tchité moeten het vooral hebben van de ruimte en de snelheid waarmee ze erin kunnen duiken. Maar als de passing niet goed is, hebben ze weinig andere mogelijkheden om gevaar te creëren.

“Als Brugge zo speelt op Anderlecht is het kansloos. Anderlecht zal thuis vanuit balbezit het spel maken, kansen creëren en daar zullen er wel één, twee of drie van binnengaan. Ik verwacht dat het afstand kan nemen van Brugge.”

DOOR CHRISTIAN VANDENABEELE – BEELDEN: IMAGEGLOBE

“Leiders als Zimling en Larsen vervang je niet zomaar.” Claude Verspaille

“In de organisatie van Anderlecht zit meer lef.” Harm van Veldhoven

“Club is een ploeg met veel kracht en gestalte, fysiek stevig, maar voetballend komt er heel weinig uit.” Karel D’Haene

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content