Met vallen en opstaan zoeken de drie traditionele voetbalmachten naar hun vroegere grandeur. Hun seizoen wordt gekenmerkt door veel grilligheid. Ex-speler Gille Van Binst over het eerste competitieluik van Anderlecht.

Gille Van Binst: “Dat Anderlecht dit seizoen vaak met twee verdedigende middenvelders aantrad, past eigenlijk niet bij het aura van de club. Het betekent dat je een stuk creativiteit inlevert op het middenveld, maar vooral dat je weinig vertrouwen hebt in je verdediging. Vooral daar zit hem het probleem, in de eerste plaats dan centraal. Ik ben eigenlijk niet zo gecharmeerd door Cheikhou Kouyaté, ik vind die zwaar overroepen. Kouyaté is zogezegd de grote leider, maar hij kan geen leiding geven, hij is de eerste die panikeert. Ik vind zijn opstelling niet goed, vooral in de Champions League merk je dat. Hetzelfde bij Chancel Mbemba, hij is bij momenten te ongecontroleerd en te ongeconcentreerd. Raymond Goethals zei vroeger altijd: ‘In iedere wedstrijd slapen Afrikanen tien minuten, hoe goed ze anders ook zijn.’ Die black-outs zie je bij Kouyaté en bij Mbemba.

“De verdediging van Anderlecht mist gewoon kwaliteit. En ervaring. Die problemen achteraan zijn niet nieuw: dat je kampioen wordt met een doelman als absolute uitblinker had toch eigenlijk het sein moeten zijn om vooral daar naar versterking te zoeken. Hetzelfde bij de backs, dat zijn al even grote pijnpunten. Olivier Deschacht speelt altijd zijn match, maar offensief is dat veel te weinig. Fabrice N’Sakala doet het iets beter, maar is dat een man voor Anderlecht? En Anthony Vanden Borre heeft natuurlijk klasse, maar iedereen weet dat hij geen heel seizoen op niveau kan spelen, dat je op hem niet altijd kunt rekenen. Hij doet het een tijdje goed, krijgt veel lof, maar op een bepaald moment begint weer dezelfde cinema.”

Te weinig mentaliteit

“Anderlecht moet zeker in België dominant voetballen en dan doet het pijn aan de ogen als je SachaKljestan en vooral Luka Milivojevic op het middenveld ziet voetballen. Van de transfer van Milivojevic begrijp ik niets, terwijl die toch uitvoerig is gescout. Hij brengt aanvallend niets bij en zijn positiespel is nul. Hoe meer verdedigende middenvelders, hoe minder creativiteit in de ploeg. Tenzij die defensieve middenvelders goed kunnen voetballen natuurlijk, dan maak je het verschil. Kijk maar naar alle topploegen in Europa.

“Anderlecht is niet complementair op het middenveld. Sterker zelfs: de hele ploeg mist evenwicht. En wat ik vooral niet begrijp, is dat ze nooit een lijn kunnen doortrekken. Ze spelen 1-1 gelijk op Paris Saint-Germain en gaan winnen in Genk, je denkt dat ze vertrokken zijn, en vervolgens zie je ze op Charleroi zo klungelen dat je je afvraagt: waar zijn die mee bezig? Dan merk je dat er in die ploeg te weinig mentaliteit zit.

“In het begin van het seizoen sprak Anderlecht van een overgangsjaar. Dat vond ik heel vreemd. Maar als je er dan voor kiest om die jongeren te laten doorstromen, dan moet je ze ook opstellen en ze ook de kans geven op een mindere periode. Dennis Praet, Massimo Bruno en zeker Youri Tielemans, ze zaten soms op de bank. Daar kunnen ze geen ervaring opdoen. Ze moeten gewoon elke week spelen. Samen spelen en samen groeien. Zoals dat de laatste weken is gebeurd.”

De waarde van Suárez

“Wat ik van John van den Brom vind? Hij heeft me vorig seizoen meer verbaasd dan nu. Je merkt dat hij zich nu meer aanpast aan de tegenstander en veel meer zekerheid inbouwt. Anderzijds is het toch heel knap dat hij in die wedstrijd op Standard wel al die jongeren samen durfde op te stellen. Ik denk dat Van den Brom een paar keer door het oog van de naald is gekropen. Als je die wedstrijd op Charleroi zag, met welke instelling ze daar speelden, ook na de rust, dan vraag ik me af of ze nog veel waarde hechten aan hetgeen de trainer vertelt. Misschien dat Van den Brom ook niet is doorgestuurd omdat ze niet wisten wie ze moesten nemen, ze hadden volgens mij gewoon geen kandidaat-opvolger. Al kan ik me niet van de indruk ontdoen dat Besnik Hasi dat heel graag had gedaan. Ik heb het niet zo begrepen op sommige assistenten.

“Ondanks de mindere campagne kan Anderlecht dit seizoen nog altijd kampioen spelen. Voor hen is het wel heel jammer dat Matías Suárez geblesseerd is. Ook omdat het rendement van Aleksandar Mitrovic dan veel hoger zou zijn. Ik begrijp niet dat Mitrovic kritiek krijgt, terwijl dat volgens mij een uitstekende transfer is. Want Mitrovic is een afwerker en die blijven doorslaggevend. Maar om af te werken moet je natuurlijk ballen krijgen, van de flanken bijvoorbeeld. En dat is nu juist het punt: hij wordt in de zestien meter te weinig aangespeeld, laat staan dat hij hoge voorzetten krijgt. Daarom is de blessure van Suárez voor Anderlecht een slechte zaak. Want Suárez en Mitrovic, die zijn wel complementair.”

Geen leiders

“Anderlecht heeft geen leider, dat is iets wat me toch wel heel erg frappeert. Want die leiders zijn er eigenlijk altijd geweest. In mijn tijd was dat Arie Haan. Die bepaalde hoe er gespeeld werd. Geregeld gebeurde het dat de trainer zijn tactiek had gegeven en dat Haan vervolgens de hele groep samenriep. Dan zei hij: ‘Vergeet alles wat er is gezegd, we gaan zo en zo spelen.’ En iedereen deed dat. Haan dwong dat af. Hij was niet snel, maar ik heb geen voetballer gekend die zo goed aanvoelde welke posities zijn tegenspelers gingen innemen en daarop ook anticipeerde. Een pure prof, Haan. Het was bekend dat hij overhoop lag met Robbie Rensenbrink en beiden geen woord tegen elkaar spraken, maar op het veld merkte je dat niet, dan zochten ze elkaar. Zo zijn Hollanders natuurlijk als het om geld gaat.

“Die leidersfiguren zijn er nu niet meer. Niet op en zeker niet naast het veld. Je ziet dat iemand als bijvoorbeeld Praet het zich kan veroorloven zijn mannetje te laten lopen en met zijn kopke te schudden zonder dat iemand zich daarover opwindt. Dat was vroeger anders. Ik herinner me dat Swat Van der Elst eens drie keer had geweigerd om mee te verdedigen. Toen heb ik hem in volle wedstrijd een klets in zijn gezicht gegeven. Achteraf vroeg Constant Vanden Stock wat er was gebeurd. Ik zei hem dat Swat bij balverlies drie keer zijn man niet was gevolgd. ‘Dan had je hem veel harder moeten slaan’, zei Vanden Stock.

“Ach, de tijden zijn natuurlijk veranderd. Kijk naar dat rotatiesysteem dat ze hier en daar invoeren, dat begrijp ik niet. Daar gaat die trainer van Standard aan ten onder, ik vind die Guy Luzon trouwens een cinemaspeler. Standard is niet stabiel. Club Brugge en Racing Genk trouwens ook niet. Daarom acht ik Anderlecht niet kansloos. Bij gebrek aan beter. Anderzijds: is een titel voor Anderlecht eigenlijk wel een maatstaf? Ik vind van niet, ze moeten meer willen. En op zijn minst Europees overwinteren. Anders kun je nooit spreken van een goed seizoen.”

DOOR JACQUES SYS – BEELDEN: IMAGEGLOBE

“De jongeren moeten altijd spelen. Samen spelen.”

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content