Terwijl oude tijden zondagavond aan de Waregemse Gaverbeek herleefden en de champagne knalde bij deze vroeger zo bruisende en bourgondische club, bleef Anderlecht na de 4-0-pandoering met een forse kater achter. Helemaal niets had de ploeg 90 minuten lang uitgestraald. Geen concept, geen idee, geen dreiging. Acht nieuwe spelers trok Anderlecht tijdens de transferperiode aan om de ploeg na de schitterende terugronde van vorig seizoen (43 punten op 51) te versterken. Geen enkele van hen stond zondag in Waregem aan de aftrap. Dat mag dan voor een deel te maken hebben met blessures en met het aantrekken van een paar toekomstgerichte spelers, het zegt veel over de transferpolitiek die werd gevoerd.

Al het hele seizoen vervalt Ander-lecht in krampachtig voetbal. De ontluisterende manier waarop de ploeg van het Europese toneel verdween, zette aan het denken, maar de uitslagen in de competitie camoufleerden veel. Toen de ploeg met een aanvallersprobleem leek te worstelen werd snel de Rus Dmitri Bulykin aangetrokken. De spits, die ook op training niet echt kan imponeren, zat zondag in Waregem niet eens in de kern. Paniek is voor een club zelden een goeie raadgever. Maar in het Constant Vanden Stockstadion bezondigen ze zich er steeds weer aan.

Van oudsher kampt Anderlecht met hetzelfde probleem: als het niet loopt, blokkeren sommige spelers, ontbreekt de mentale kracht om terug te slaan en brokkelt het groepsgevoel af. Die desorganisatie was er ook zondag in Waregem weer. Met een na de rust wederoptredende maar erg geïrriteerde Nicolás Frutos. Ariël Jacobs zat op de bank en keek ernaar. Net zoals al zijn voorgangers in dat soort momenten was hij niet bij machte bij te sturen.

Voorzitter Roger Vanden Stock zei na afloop dat hij zich zorgen maakt over de toekomst van de ploeg en de spelers wil toespreken. Ook dat is na zware nederlagen niet nieuw en klinkt als een refrein. Anderlecht doet er na een roerige week, waarin Frutos zwaar uithaalde naar de medische staf, goed aan zich nog maar eens te bezinnen. En op elk niveau een duidelijke beleidslijn uit te tekenen.

Die lijn lijkt er nu bij de nationale ploeg op het sportieve vlak wel te zijn. Zelden werden de Rode Duivels na een nederlaag met zoveel lof overgoten als na het 1-2-verlies tegen de Europese kampioen. De donkere periode lijkt achter de rug, er staat een jong elftal met avontuurlijke voetballers, alleen de veldbezetting wil nog wel eens veranderen. Zoals verwacht koos René Vandereycken tegen Spanje voor een behoudend concept en dat leverde bijna een gelijkspel op. Het blijft een onbeantwoorde vraag of dat anders zou geweest zijn als de Rode Duivels aan deze wedstrijd waren begonnen met hetzelfde stramien als tegen Armenië.

Juist de drang om naar voren te spelen kenmerkt dit elftal, dat zeker in de volgende confrontaties op geen enkele manier mag worden ingebonden in de netten van een tactisch spinnenweb. René Vandereycken reageerde in de aanhef van de partij tegen Spanje heftig op de kritiek over het mogelijke verdedigende concept dat hij zou hanteren. Dat is verbazend voor een man die zegt lak te hebben aan alles wat over hem wordt verteld. Maar het tekent de gemoedsgesteltenis van Van-dereycken, de geboren winnaar die in zijn beginjaren als speler van Club Brugge tijdens een partijtje scrabble woorden uitvond om toch te kunnen winnen en ervoor zorgde dat er geen woordenboek in de buurt lag. In die zin moet het leven als trainer voor hem bij momenten een verschrikking zijn.

Met offensieve intenties wil Club Brugge donderdag in Rosenborg weer aanknopen met een rijk Europees verleden. De generale repetitie tegen Cercle beloofde niet veel goeds. Club voetbalde slordig en etaleerde vooral in de centrale as een schrijnend gebrek aan voetballend vermogen. Als de flanken lam worden gelegd, valt blauw-zwart terug op inspiratieloos werkvoetbal.

Het is het dilemma waarmee Jacky Mathijssen al het hele seizoen worstelt: als hij met twee offensieve flankspelers speelt, is er centraal vooral werkkracht nodig. En daar stokt de toevoer. S

door JACQUES SYS

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content