Gewapend met drie nieuwkomers trok Westerlo op winterstage. ‘De kans is reëel dat we nu iets meer de lange bal zullen hanteren.’

“Is het in België ook zo koud ?” Sadio Ba grijnst op het hard bevroren oefenveld. Niet in Turkije, Spanje of Frankrijk overwintert Westerlo, maar in Mierlo, een paar tientallen kilometer over de Nederlandse grens, vlakbij Eindhoven. Achtentwintig monden dampen in de winterkou. “Het veld ligt er door de weersomstandigheden niet zo ideaal bij”, zegt DannyVlaeyen, de hulptrainer. “Gelukkig hebben we binnen meer faciliteiten om in de namiddag uitgebreid in fitness- en sportzaal te trainen.”

Buiten is het onder de ijsmutsen moeilijk zoeken naar nieuwe gezichten. Drie moeten het er zijn : KnutHaraldsen, een Noorse verdediger, DuglasMizumocalice, een Braziliaanse middenvelder, en TosinDosunmu, een Nigeriaanse aanvaller.

Zou dat daar… ? Neen, het blijkt BjörnSmits te zijn, die tegenwoordig de haren lang in de nek draagt. Ugh ! Knut ! Aha, dat is Haraldsen dus, die met een luide kreet net een bal met de voetzool heeft gecontroleerd. Rijzige kerel. Zal als Scandinaviër ongetwijfeld wel van aanpakken weten. Hij is niet te snel, is ons gezegd, maar denkt misschien wel snel, hopen ze. Hem haalde Westerlo bij het Noorse Valerengen om de concurrentie in de verdediging aan te scherpen en zo de concentratie op peil te houden. Want met tweeëndertig tegendoelpunten zijn ze ook in Westerlo niet tevreden.

JanCeulemans : “Het is een Scandinaviër, dus dat betekent : sober spelen én in veel gevallen zijn het ook spelers die weten wat ze kunnen. Heel belangrijk, want dat betekent dat hij weinig of geen risico’s neemt. We hopen ook dat hij leiding kan geven, want hij praat vrij veel. Na een week hebben we toch al de indruk van : hij hoort erbij.”

Een beetje aan de kant en stiller dan de rest herkennen we Tosin Dosunmu. Goeie voetballer, eentje die door DeMos van Denderhoutem naar KV Mechelen was gehaald. Hij is het gewend ook op het veld een beetje aan de kant te spelen en daar hoopt Westerlo gebruik van te maken : met Dosunmu meer op de flank hoeft ToniBrogno straks niet meer zo vaak uit te zwermen.

Ceulemans : “Dosunmu heeft het voordeel dat hij zowel diep in de spits als op de flank kan spelen. We moeten er geen Maradona van maken, maar hij heeft toch een zekere techniek en ook dat is in ons voordeel : je mag de bal dan al eens vooruit sturen omdat je weet dat hij zeven van de tien dribbels kan winnen. Als hij dan ook nog een goeie pass kan geven… Dus de kans is reëel dat we met hem erbij meer dan anders de lange bal zullen hanteren en het middenveld overslaan.”

Nu nog Duglas vinden. Duglas ? ” “, wijst ToussaintNatama, de enige A-kerner die geen enkele keer op het wedstrijdblad voorkwam. Duglas, die zich eerder bij Real Mallorca en Dinamo Kiev ophield, mag dan scherp in het gezicht ogen, conditioneel is hij dat allerminst. Na een lange vlucht scoorde hij met de Westelse reserven op Mechelen in stormweer en op een drassig veld drie keer in één helft. Samen met eerdere aanbevelingen voor Westerlo voldoende om hem in het Kuipke te houden. Hoewel hij eerder met de buikspieren sukkelde, traint de Braziliaan nu dus wel mee, in de hoop de plaats die ZdenekSvoboda open laat, zo snel mogelijk in te nemen.

Ceulemans : “Hij heeft voetballende kwaliteiten, maar de vraag is hoe snel hij conditioneel aangepast zal raken. Die achterstand werk je niet zomaar weg.”

Als het middagmaal achter de kiezen is, sloffen spelers en trainers door de met ingekaderde truitjes van internationale topploegen opgesmukte lounge van het hotel terug naar hun kamer. Jan Ceulemans is de eerste. Dat Westerlo amper een goede wedstrijd heeft gespeeld in de heenronde, beseft hij als geen ander. Dat de ploeg er alles aan gelegen is zo snel mogelijk het degradatiegevaar te ontlopen óók.

“Hadden we in de laatste twee wedstrijden van de heenronde vier op zes gehaald,” zegt de trainer, “dan waren we nu, tussen aanhalingstekens, zo goed als gered. Ik heb al tegen de mannen gezegd dat iedereen moet beseffen dat je onderling altijd wel kan beginnen te stoken, maar als je zestien punten hebt, dan ligt de grootste fout altijd bij jezelf. Deze ploeg is afhankelijk van een aantal spelers, maar die zijn weggevallen, waardoor de anderen méér moesten doen. Dat gaf problemen. We missen een man naar wie je van achteren uit een bal kan spelen, waarna je op je positie kan blijven staan omdat er niet meteen balverlies geleden wordt.”

In de gang op de derde verdieping, waar zich de kamers van de spelers bevinden, is het enige tijd later ijzig stil. Behalve in het nummer 332 uiteraard, waar de altijd bezige ToniBrogno ook op de computer voetballend de beste probeert te zijn. Probéért te zijn. Aan inzet heeft het hem nooit ontbroken, maar het lukte allemaal niet zo in de heenronde. Ook niet voor DavidPaas trouwens, die in Westerlo nog altijd zijn eerste doelpunt moet maken.

Toni Brogno : “Ik kan niet tevreden zijn, maar mijn vertrouwen is nog niet aangetast. Als je iets echt wil, komt het geluk er vanzelf wel bij. Ik ontvlucht mijn verantwoordelijkheid niet, maar wij zijn als spitsen afhankelijk van de kansen die we krijgen. Als de ballen door de as van het veld komen, wordt het moeilijker voor ons tegen de grote verdedigers. Bovendien speel ik ook meer op de kant, wat niet mijn beste positie is. Ballen van op de flanken, centers voor doel, daaraan heeft het ons ontbroken in de eerste ronde. Eens de bal in de zestien komt, weet de tegenstander nooit wat er kan gebeuren. Achter twintig goals zitten misschien vijfentwintig goeie voorzetten. Nu heb ik misschien vier, vijf kansen gekregen. Niet per wedstrijd, maar in de hele heenronde ! Je laat je wat verder terugzakken omdat je de bal wil raken, maar als je je dan op vijftig meter van het doel omdraait, kan je natuurlijk niet meer scoren. Met Duglas erbij moet dat straks beter kunnen : hij heeft techniek, speelt altijd de bal naar voren én kan scoren uit de tweede lijn.”

Muisstil is het een kamer verder. Wim Mennes, de enige die alle zeventien wedstrijden speelde en maar één keer werd gewisseld, ligt in bed en in basketten op de computer (“verdorie, weer verloren”) gaat Bart Willemsen iets minder luidruchtig op dan Brogno. Hoe kijken zij op de heenronde terug en tegen de terugronde aan ?

Mennes : “Onze start verliep niet gemakkelijk, waardoor er wat onrust in de ploeg kwam en we met vijf man achterin zijn gaan spelen. Daardoor konden we toch vijf, zes wedstrijden ongeslagen blijven en een paar keer winnen. Al kwam je in dat nieuwe systeem ook op het middenveld geregeld een man tekort omdat die achterin stond. Het werd eigenlijk een vicieuze cirkel waarin iedereen op iedereen begon te kankeren.”

Willemsen : “Maar één of twee nieuwe spelers erbij gaat het verschil niet maken, denk ik.”

Mennes : “Misschien wat in de individuele actie naar de goal toe, maar niet constant. Eén man kan het verschil niet meer maken in het huidige voetbal. Het is het geheel dat telt. In die periode dat we wat punten konden pakken, te beginnen met die 0-0 op Genk, is het zelfvertrouwen gegroeid en dan lukt er méér. Dan kunnen achterspelers naar het middenveld schuiven en middenvelders naar voren.”

Willemsen : “Het zijn allemaal goede voetballers, maar het gevaar is alleen dat we weer slecht starten en de andere ploegen onderin punten pakken. Want dan komt er misschien weer onrust. Maar de topnegen moet voor een ploeg als Westerlo haalbaar zijn. Dit seizoen moet de toptien of -elf er volgens mij zelfs nog in zitten, want het voordeel is dat het allemaal dicht bijeen staat onderin. Twee keer winnen en je kan weer in de middenmoot staan.”

Uit de nabij gelegen kamer weerklinkt ondertussen een luid kabaal. Toni Brogno heeft ongetwijfeld gewonnen.

door Raoul De Groote

‘Twee keer winnen en je kan weer in de middenmoot staan.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content