OHL en zijn coach Ronny Van Geneugden maken deze week een tussentijdse balans op van het seizoen. Hoog op de agenda staat de vertrouwensbreuk binnen de technische staf. En of die nog gelijmd geraakt.

Ronny Van Geneugden kon zich vinden zaterdag in de vaststelling dat zijn ploeg niets meer had laten zien na de pauze. Geduldig lichtte hij de keuze toe om vanuit de comfortabele 2-0-voorsprong in te zakken en Lierse te laten komen. De drie punten, daar en alleen daar ging het nog om. De precaire positie in het klassement liet hem geen andere keus, net als de druk die – aldus de coach – “van buitenaf” op de ploeg was gelegd de voorbije weken. Of hij dat laatste meende of bewust een loopje nam met de werkelijkheid, was hem niet aan te zien. Zeker is dat menigeen in de club zéér goed weet dat de onrust waarvan de Leuvense fusieclub nu al een heel seizoen last heeft, is aangestoken in de eigen rangen en voor een keer niet in de schoenen van de media kan worden geschoven. Na drie jaar van alleen maar successen worstelt Oud-Heverlee Leuven met zijn eerste serieuze dip. Daarvan is nu door de vijfde colonne in de club dankbaar gebruikt gemaakt om de positie van de coach te ondergraven.

Van Geneugden is bezig aan zijn vierde seizoen aan Den Dreef. Eerst maakte hij OHL kampioen in de tweede klasse, vervolgens loodste hij het veilig door zijn debuutjaar in de Jupiler Pro League, en vorig seizoen zelfs naar de finale van play-off 2. De coach dwong grote sportieve bevoegdheden af, boekte er resultaten mee en maakte zich als het ware onaantastbaar. Maar Van Geneugden is ook een koppig man. Iemand die graag zijn eigen wil doordrukt en als een sfinx soms moeilijk is te doorgronden door zijn medewerkers. Dat wekt ook wrevel. Wrevel die de voorbije jaren niet de kans kreeg wortel te schieten. Daarvoor deed hij het te goed. Maar insiders wisten: van zodra het minder goed gaat, komt de vijfde colonne in beweging.

Ziel in de tribune

Het begon al vroeg. Jong en Belgisch: het kleeft als baseline aan OHL als een zool onder zijn schoen. Onlosmakelijk met elkaar verbonden. Tot afgelopen zomer de ene na de andere gelukzoeker uit de Balkan in Leuven neerstreek. Eerst MuhamedSubasic, dan IvanBandalovski en ten slotte ook JovanKostovski. Een Bosniër, een Bulgaar en een Macedoniër. OHL leek zichzelf niet meer en er rezen twijfels bij de transferpolitiek van Van Geneugden. Zeker toen hij ook nog eens de immens populaire Bjorn Ruytinx vaker dan hem lief was naast de ploeg zette. Als een sluipend gif verspreidde het onderhuidse verzet zich in en rond de club. De achterban werd bewerkt met sms’jes zeggende dat de ziel van OHL in de tribune zat. Voormalig ploegmaat Fred Vanderbiest trok aan Ruytinx’ mouw, net als Tomasz Radzinski in Lier, maar OHL wilde hem niet kwijt. El Toro bleef waar hij was. Mokkend, samen met zijn entourage.

Tot Van Geneugden niet meer om hem heen kon. Sindsdien redde de 33-jarige aanvaller al in meer dan een wedstrijd het vel van zijn trainer. Clubtopschutter is hij inmiddels, met vaak beslissende doelpunten, het laatste zaterdag nog tegen Lierse. Een cruciaal duel waarin – tussen haakjes – tien Belgen in de Leuvense basis stonden. Braziliaan Robson was nummer elf. Die kritiek kan dus de prullenmand in. OHL startte dit seizoen nog geen enkele keer met minder dan zeven Belgen in de basis. Belgisch is het dus nog steeds, maar jong?

Definitieve vertrouwensbreuk

De doorstroming blijft een probleem. OHL profileert zich graag als een club die zich stevig verankert in de lokale gemeenschap en daarom ook een meer dan gemiddelde aandacht voor haar jeugdopleiding ontwikkelt. Technisch verantwoordelijke van die opleiding is Hans Vander Elst, tevens assistent van Van Geneugden. Tussen beide mannen heeft het nooit goed geklikt, maar sinds het thuisduel tegen AA Gent eind september is het vertrouwen definitief zoek. Vander Elst luchtte toen na het 1-1-gelijkspel samen met de keeperstrainer zijn ongenoegen over de hoofdcoach bij sportief verantwoordelijke Luc Denteneer. Een demarche waarop merkwaardig verschillend werd gereageerd aan Den Dreef. De oude garde – de mannen die elf jaar geleden in Leuven een van de meest geslaagde voetbalfusies ooit in België realiseerden – reageerde verbijsterd. In de directe entourage van voorzitter Jan Callewaert werd dan weer prompt gepolst bij spelers hoe groot het vertrouwen in Van Geneugden nog is. Sindsdien heette elke thuiswedstrijd van OHL – tegen Waasland-Beveren (4-2), Bergen (2-2) en Lierse (2-0) – die van de laatste kans te zijn voor de coach.

Eén man is tot dusver slim uit beeld gebleven: Eddy Vandezande. Denteneers voorganger, van wie OHL zich twee jaar geleden ontdeed wegens een verschil in stijl en visie, zwermt weer nadrukkelijk rond de club. Zijn netwerk en knowhow overtreft moeiteloos dat van zijn opvolger, die net als voorzitter Callewaert beïnvloedbaar heet te zijn. Vandezande heeft het nooit helemaal verkropt dat met de komst van Van Geneugden, die hij zelf haalde, zijn transfermonopolie afbrokkelde. Bovendien deelt hij een gezamenlijk verleden bij Oud-Heverlee met Vander Elst, die dan weer met Van Geneugden van mening verschilt over opleiding en doorstroming. Op zijn beurt verkropte hij het moeilijk dat hij met Arnold Rijsenburg iemand op gelijke hoogte naast zich moest dulden.

Moeilijke keuze

Bij OHL beseft men dat de club na ruim tien jaar bestaan voor een nieuwe stap in haar ontwikkeling staat. Vorig seizoen bood het Van Geneugden het technisch directeurschap aan, met behoud van de eindverantwoordelijkheid over de A-ploeg. Het veldwerk zou in handen komen van een veldtrainer en vanaf vrijdag zou hij de ploeg overnemen, alsook in het weekend de wedstrijdcoaching doen. In die constructie zou hij de opleidings- en doorstromingsfilosofie kunnen neerzetten waarmee hij in Genk succes oogstte. De Limburger echter vond het te vroeg hiervoor. In de club vreesde men ook de impact van Vander Elsts desavouering op zijn jeugdtrainers.

Wat er ook van zij: alles wijst erop dat OHL deze week opnieuw voor de keuze tussen zijn hoofdcoach en zijn assistenten wordt geplaatst. De vertrouwensbreuk lijkt – ondanks een eerder gesprek tussen club en betrokkenen – te groot geworden om er nog op te kunnen rekenen dat beide partijen samen het einde van het seizoen halen. Even interessant is het om te zien hoe de club de rangen op bestuurlijk niveau gesloten zal houden. ?

DOOR JAN HAUSPIE

OHL startte dit seizoen nog geen enkele keer met minder dan zeven Belgen in de basis.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content