Feyenoord zit dit seizoen in de hoek waar de klappen vallen. Met Ruud Gullit als nieuwe trainer wilden de Rotterdammers de jacht openen op een nieuwe titel, want het laatste kampioenschap dateert al van 1999. Maar na een hoopgevende competitiestart sloeg de wisselvalligheid toe, waarna alle kans om een prijs te winnen verdween. Aanvoerder Bart Goor (32) zoekt ook koortsachtig naar oplossingen om uit de impasse te raken.

Na de uitschakeling in de halve finales van de Amstel Cup tegen PSV sprak Ruud Gullit over een verloren seizoen. Een terechte opmerking ?

Bart Goor : “Absoluut. Want de doelen die we nastreefden, kampioen spelen of een ticket voor de Champions League halen, hebben we gemist. Anderzijds was het ook een leerrijk jaar. We hebben goed kunnen zien waar er iets hapert. Feyenoord begon met een bijna volledig nieuwe ploeg, waarbij er aardig wat jongens – ook na de winterstop – moesten worden ingepast. Maar dat mag geen excuus zijn. Uiteindelijk moet een club als Feyenoord altijd resultaat boeken. Ik vrees dat we ons zullen moeten concentreren op de derde plaats en een Uefacupticket.”

Welke stemming heerst er momenteel bij Feyenoord ?

“Voor een groot stuk pessimisme en teleurstelling. Iedereen merkt dat we met Dirk Kuijt en Salomon Kalou de vlotst scorende spitsen in onze rangen hebben lopen, maar dat we ook enorm veel tegendoelpunten slikken. We hebben een goede ploeg, die in topwedstrijden sterk presteert, maar te gemakkelijk punten verliest tegen FC Den Bosch, ADO Den Haag en FC Groningen. Er ontbreekt een constante lijn in onze prestaties. Dat is jammer en mag niet voor een topclub.”

Waaraan ligt het dan ?

“Een combinatie van concentratie en motivatie, vrees ik. Het iets te gemakkelijk opnemen, te weinig spelers die echt willen winnen en al meer met de volgende duels bezig zijn. Tja, dat is om problemen vragen. Jeugdig talent is er genoeg, alleen moet de concurrentiestrijd vergroten.”

Dirk Kuijt legde de vinger op de wonde : hij mist een leider, zoals Phillip Cocu of Paul Bosvelt.

“Dat is ook wel zo. We hebben iets te weinig jongens met ervaring die tijdens de wedstrijd zaken bijsturen of anderen op hun opdrachten wijzen.”

Kuijt omschreef jou als de informele leider.

“Wij staan op moeilijke posities. Aan de buitenkant en als diepe spits kan je moeilijk iedereen bereiken. Eigenlijk moet je iemand hebben die kan coachen van achteruit.”

Als aanvoerder is het dan vaak prediken in de woestijn ?

“Nee hoor, dat is niet het grootste probleem. Maar als het tegen die kleinere ploegen niet naar behoren loopt, heb je nood aan meerdere mensen die rechtstaan en zeggen : ‘Hé, hoe zit het hier ?’ Daar kan ik ook weinig aan doen.”

Ruud Gullit wordt momenteel weinig verweten ?

“Omdat iedereen ziet dat hij er het beste uithaalt. Je mag geen mirakels en topprestaties verwachten van een trainer die bezig is aan het uitbouwen van een nieuwe ploeg. Hij heeft gewoon meer dan een jaar nodig om iets op poten te zetten. Iedereen heeft respect voor Gullit, die alles op een rustige manier analyseert en naar oplossingen zoekt. Zijn enthousiasme is er nog. Vanuit de spelersgroep is er ook geen teken om de samenwerking te stoppen.”

Voor volgend seizoen werden al Ali Boussaboun, Maikel Aerts en Serginho Greene vastgelegd. Niet meteen echte toppers ?

“Nee, maar dat is ook niet de strategie van Feyenoord. Ze kopen, net als PSV, graag talent om hier te laten groeien. Zoals Dirk Kuijt. Er mag wel altijd een topper tussen zitten. Feyenoord zoekt dat ook, maar heeft van de traditionele drie de minste financiële middelen. Gezond blijven staat voorop.”

Vandaar dat Edgar Davids afhaakte ?

“Ha, dat wist ik niet. Hij is nochtans altijd welkom. Iedereen kijkt naar hem op en heeft schrik van zo’n persoonlijkheid.”

Heeft Ruud Gullit bij jou informatie ingewonnen over Timmy Simons ?

“Ja, geruime tijd geleden al. Als verdedigende middenvelder zouden we hem goed kunnen gebruiken. Hij heeft nooit balverlies, is bijzonder sterk in de recuperatie en is zich heel goed bewust van zijn mogelijkheden en beperkingen. Maar ja, hij moet financieel haalbaar zijn en zelf ook nog willen. Ik hoop alleszins op zijn komst.”

Frédéric Vanheule

‘We hebben te weinig jongens met ervaring die tijdens de wedstrijd anderen op hun opdrachten wijzen.’