Drie jaar nadat het voor het laatst kampioen speelde maakt Benfica zich op om zijn 33e Portugese titel te vieren. Vorig seizoen had de club uit Lissabon alles op de Champions League gezet – en daar ook de kwartfinale bereikt – en verloor het in februari het kampioenschap aan Porto.

“Dat was een vergissing”, erkende coach Jorge Jesus, die dit seizoen in de Europacup voor rotatie opteerde om zijn kernspelers fris te houden voor de nationale competitie. Daardoor haalde Benfica de achtste finales van de Champions League niet, maar wist het wel door te dringen tot de halve finale van de Europa League, na de uitschakeling van Leverkusen en Newcastle. Donderdag speelt Benifca daarin tegen Fenerbahçe. In de Portugese beker bereikten de rood-witten de finale, die ze zullen spelen tegen Guimarães.

De kracht van Benfica ligt in het offensieve compartiment. De Paraguayaanse goalgetter Oscar Cardozo, sinds 2007 bij de club, gaat dit zijn seizoen zijn gemiddelde van 17 goals per seizoen overstijgen. Daarbij krijgt hij nog de hulp van Lima (ex-Braga), die tot vorig weekend ook al aan vijftien treffers zat. Beiden worden in de rug gesteund door Salvio en Nicolas Gaitán, terwijl ook Rodrigo al geregeld het net vond. De lange afwezigheid van de geblesseerde Pablo Aimar valt daardoor nauwelijks op.

Opmerkelijk is dat Benfica de titel gaat pakken terwijl het toch zijn financiën op orde heeft gebracht. De verkoop van spelers als Javi Garcia en Axel Witsel bracht 63,6 miljoen euro in het laatje. Daardoor had de club een overschot van 29,7 miljoen euro op haar budget.

De sportieve en financiële hausse is vooral te danken aan Jorge Jesus, die uit een ruime kern een compacte groep destilleerde en spelers te gelde maakte. Sinds zijn komst verkocht Benfica al spelers voor een meerwaarde van 200 miljoen euro. Jorge Jesus is al vier jaar trainer bij Benfica en toch is het nog niet zeker dat hij mag blijven. De directie van de club, die hem in het verleden nochtans steunde in moeilijke momenten, treuzelt met een nieuw contract. In elk geval riskeert de coach niet snel zonder werk te vallen, want Jorge Nuno Pinto da Costa, de voorzitter van FC Porto, heeft zijn bewondering voor hem nooit onder stoelen of banken gestoken. Jorge Jesus zelf heeft dan weer aangegeven dat hij op zijn 59e graag eens een avontuur in het buitenland wil, bij voorkeur in Engeland.

DOOR PATRICE SINTZEN

De successen zijn voor een groot stuk te danken aan trainer Jorge Jesus.