In welke mate hebben de twee jaar die je voor Napels speelde je leven beïnvloed ?

Die invloed is op een aantal vlakken zichtbaar. Ik heb er bijvoorbeeld geleerd om me veel meer open te stellen voor anderen. Generositeit en dienstbaarheid zijn voor de Italianen geen ijdele woorden. Culinair gezien zijn Mireille en ik fans gebleven van olijfolie, antipasti en lichte slaatjes. Wat de inrichting van ons huis betreft, hebben we het geluk dat we iemand kennen die ons heeft geadviseerd bij de keuze van de meubelen en de verlichting. En ik heb in Italië ook oog leren krijgen voor de mooie kleren van hun couturiers. Want als er een volk is dat weet wat het is om er onberispelijk uit te zien, dan wel het Italiaanse.

Zijn er in de opvoeding van de kinderen Barbara en Sacha herkenningspunten met de opvoeding die je zelf hebt gekregen ?

Toen ik jong was, heb ik wel eens gerevolteerd tegen mijn vader. Ik vond dat hij voor mijn broer Olivier en mezelf veel te streng was. Achteraf gezien ben ik hem dankbaar dat hij zo veeleisend was. Dat ik meerdere talen spreek en ook wat muzikale basiskennis heb, heb ik uitsluitend aan hem te danken. In grote lijnen probeer ik het op dezelfde manier aan te pakken. Ik ben een groot voorstander van de spreuk mens sana in corpore sano, een gezonde geest in een gezond lichaam. Daarom vind ik dat mijn kinderen naast school nog iets anders moeten doen. Barbara, die bijna zes is, is al bezig met tennis, theater en klassieke dans. En Sacha, die nu drie is, zal ook wel een en ander gaan doen. Momenteel lijkt hij vooral belangstelling te hebben voor de piano en voor voetballen.

Barbara en Sacha zijn Russische namen. Waarom ?

We wilden gewoon vermijden om modenamen te kiezen. Toen Barbara geboren werd, was het al Julie en Virginie dat de klok sloeg. Wij vonden Barbara mooier en ook internationaler, want je hoort het hier net zo goed als in Italië, Engeland of de oosterse landen. Voor Sacha geldt hetzelfde. Als we voor de naam hadden gekozen die op het ogenblik van zijn geboorte het meest in trek was, hadden we hem Mathieu, Antoine of Maxime moeten noemen.

Je piano is een prachtig erfstuk. Speel je er vaak op ?

Klassiek en modern, naargelang van de inspiratie van het moment. Inzake muziek heb ik een heel brede belangstelling. Ik hou wel van Mozart en Sibelius, maar even veel van Charles Aznavour, Henri Salvador en Buddha-Bar. Ook mijn vriend Marka mag ik niet vergeten.

Heb je ook in het voetbalwereldje echte vrienden ?

Ja. Ik heb nog altijd zeer goede contacten met Pär Zetterberg en Enzo Scifo. En in de huidige groep sta ik dicht bij Olivier Doll, Walter Baseggio en – hoe eigenaardig dat ook moge klinken – Manu Pirard, mijn rechtstreekse concurrent voor de rechtsbackpositie.

Je bent een echte Brusselaar.

We wonen nu wel in Sint-Genesius-Rode, maar ik ben inderdaad een ketje. Toen ik nog bij Napels speelde, gebeurde het soms dat ik op een vrije dag gedurende enkele uren weer naar de hoofdstad kwam en dan was het volop genieten van een americain frites. Ik vind Brussel fantastisch, zowel wegens zijn cosmopoliete karakter als wegens het typische gezwans. Luisteren naar het dialect van de marolliens bij het Vossenplein, verschaft me een immens genoegen. Dat dialect zou voor altijd moeten blijven bestaan, want samen met Manneken Pis is het het symbool bij uitstek van de Europese hoofdstad.

Mireille Roobaert (33)

Iedereen kent Bertrand Crasson. Hoe is dat voor jou ?

Ik probeer om niet enkel de echtgenote van Bertrand en de mama van Sacha en Barbara te zijn, maar ook om een eigen leven te leiden met veel activiteiten. Momenteel werk ik als freelance-fotografe. Ik maak veel opnames van interieurs en huizen. In Napels maakte ik ook foto’s van de wedstrijden waarin Bertrand aantrad. In vrije momenten probeer ik ook wat te schilderen. Verscheidene doeken van mijn hand hangen in onze woning. Later zou ik ook willen beeldhouwen en met mijn werk de tuin versieren.

Hoe heb je Bertrand leren kennen ?

Toen we op de humaniora zaten in het Institut Notre Dame de La Paix in Schaarbeek. Daarna verloren we elkaar uit het oog. Toen ik dan voor mijn graduaat fotografie op Sint-Lucas een eindwerk moest maken, herinnerde ik mij plots dat een van mijn vroegere klasgenoten voetballer was geworden. Ik nam contact met hem op en hij heeft me bij mijn eindwerk zo goed geholpen dat we sindsdien altijd bij elkaar zijn gebleven.

Hoe ervaar je als spelersvrouw het gehoon dat je man soms moet ondergaan ?

Hij is er zich van bewust dat hij niet bij iedereen op een goed blaadje kan staan. Hij kan er beter tegen dan ik. Ik begrijp niet dat mensen zich zo haatdragend kunnen uiten, al moet ik zeggen dat enkel nog een kleine kern van Standardsupporters Bertrand blijft uitschelden.

Hoe ziet jullie leven buiten het voetbal eruit ?

Onze aandacht gaat in de eerste plaats naar de kinderen. Soms pikken we ’s avonds een concert of een theatervoorstelling mee.

Wat voor soort vader is Bertrand ?

Fantastisch. Echt een schat voor de kinderen. Sacha lijkt goed op hem en ze staan ook dicht bij elkaar. Bertrand is echt gek van zijn zoon. Het doelpunt dat hij vorig seizoen in de Champions League tegen PSV maakte, droeg hij trouwens aan hem op. Het karakter van Barbara lijkt meer op het mijne.

Denk je soms aan wat er na het voetbal zal komen ?

Bertrand is dertig geworden in oktober. Hij kan nog enkele jaren mee, maar het aftellen is toch begonnen. Ik hoop dat hij na het actieve voetballeven een beroepsactiviteit zal hebben, waarmee hij bezig kan zijn. We hebben het tot nu toe altijd druk gehad en ik denk dat een luilekkerleventje ons niet zo goed zou liggen.

Waaraan heb je laatst veel geld uitgegeven ?

Ik heb de garage laten verbouwen tot een fotostudio.

Aan welk voorwerp ben je het meest gehecht ?

Mijn fototoestellen, mijn platen en mijn boeken zijn voor mij emotioneel allemaal belangrijk.

Wat is voor jou de ideale vakantie ?

Zolang Bertrand voetbalt, zullen we die wellicht niet meemaken. De trainingen herbeginnen immers al als de vakantie voor de kinderen nog maar van start gaat. Ik ben dan ook al een aantal keer met hen alleen weggeweest. Maar Bertrand en ik dromen ervan om hen later de landen te leren kennen die ons fascineren. Ik denk aan Australië, Madagascar en Indië. Ooit zullen we daar zeker naartoe gaan. De vraag is alleen wanneer.

door Bruno Govers

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content