Eén van de leukste nieuwkomers in de Belgische competitie dit seizoen is ongetwijfeld Christian Wilhelmsson, de 24-jarige rechterflankspeler van Anderlecht. Hij begon aan het seizoen als reserve, maar na een korte aanpassingsperiode zaaide hij met zijn snelheid en technische vaardigheden slag om slinger verwarring bij de tegenstander. Een stevige reputatie was hem voorafgegaan. Ralf Edström noemde hem bij het bekend worden van de transfer ronduit “de beste Scandinavische dribbelaar van het moment”. De Zweed uit Mjällby, die vijf jaar voor het Noorse Stabaek voetbalde, maakte die faam zonder problemen waar. Na nieuwjaar hield een spierscheur de Zweedse Beckham een tijdje uit de ploeg en momenteel voetbalt hij met hoogtes en laagtes, maar onlangs toonde hij in een interland tegen Engeland nog eens voluit zijn kunsten. Tot groeiende ergernis van Phil Neville die de botte bijl boven haalde. En Stefan Teelen heeft nog nachtmerries van die ene geniale inval die Heusden-Zolder een tegengoal kostte.

Ben je blij met wat je ons tot dusver kon tonen ?

Christian Wilhelmsson : “Het was even aanpassen aan een nieuwe club, een topclub met veel meer concurrentie, maar al bij al ben ik vrij tevreden. Ik kreeg hier de kans om me te laten zien in de Champions League, werd opgeroepen voor de nationale ploeg en de supporters houden van mij. Wat zou ik klagen ?”

Je bent een aantrekkelijke voetballer, snel, wendbaar, sterke dribbel, speels, levensgenieter.

“Dat zijn mijn sterke punten, altijd al geweest. Alles op instinct, ik denk zelden na bij wat ik doe. Zolang ik al leef, ben ik bezig met de bal. Ik slaap ermee, sta ermee op. Ik moest vroeger altijd de laatste nieuwe shoes hebben, een vervelend kereltje voor zijn ouders. In mijn kamer hing een poster van Roberto Baggio. Zijn schoenen moest ik ook hebben, ook al waren ze veel te groot. Om ze te doen passen, stak ik er papier in. Voor school, na school, tijdens school : ik droomde, at en sliep voetbal. Ik heb nog stiekem gevoetbald tijdens de wiskundeles. Ik hou zo van voetbal, dat ik het quasi onnatuurlijk had gevonden, mocht ik geen voetballer zijn geweest. Gelukkig trof ik een vriendin met wie ik ook kan voetballen.”

Klopt het dat je thuis al een doel in je tuin hebt staan ?

“Ja ( grijnst). Mijn vriendin moet dan in doel staan, want voor het veld is ze te zwak.”

Zlatan Ibrahimovic en Elmander verlieten heel jong Zweden voor Nederland, jij trok als negentienjarige naar Noorwegen.

“Ik betreur die stap geenszins, ik denk dat ik de goeie keuze maakte. Als ik het aankon in een fysiek sterke competitie, zou ik het zuidelijker ook kunnen maken.”

Ibrahimovic is ook zo sterk aan de bal. Rivaliseren jullie soms ?

“( Lacht.) Als hij me een trucje toont, zeg ik altijd dat ik het al ken. Zelfs al zie ik het voor het eerst. Iets anders zou gezichtsverlies zijn. Zlatan is een fantastische voetballer, in Zweden stilaan een superster. Misschien beantwoordt hij niet aan het traditionele beeld van de Zweedse voetballer : groot, krachtig, een fysieke bonk… Zlatan is veeleer de Latino. Het zit in zijn genen wellicht. In de mijne ? Kijk eens goed, wil je. Wij zijn moderne Zweden.”

Heb jij een verklaring waarom het na nieuwjaar zo moeizaam gaat met Anderlecht ?

“Het plezier is weg. We spelen, omdat de wedstrijden nu eenmaal op de kalender staan, maar ik proef geen vreugde meer. Het ging ook allemaal zo makkelijk. De eerste wedstrijd na de winterstop was direct slecht, maar in plaats van acht stonden we plots tien punten voor. En zo werd de kloof elke week weer groter. Dat Mornar vertrok, heeft er ook mee te maken. Normaal zou een ploeg als Anderlecht dat kunnen opvangen, maar omwille van blessures bij de spitsen lukte dat niet.”

Anderlecht leek jou ook sterk te missen, je snelheid, je openingen, de verrassing…

“Daar moeten andere mensen over oordelen, ik ga mezelf hier niet ophemelen.”

Speelt in jouw geval de vermoeidheid een rol ? Nationale ploeg, Europese wedstrijden, kampioenschap : de opeenvolging van wedstrijden is nieuw voor je.

“Ik voelde me fit toen ik me meldde voor ons winterkamp, maar blijkbaar bedroog die schijn me. Bij een spurt liep ik een spierscheur op. Een grote zelfs, drie centimeter. Van het ene moment op het andere. Misschien heb ik me toch wat geforceerd en sinds ik opnieuw fit ben, gaat het met vallen en opstaan.”

Je hebt nu tegen iedereen minstens één keer gespeeld. Wat vind je van ons voetbal ?

“Anderlecht is duidelijk het beste team. Aangenaam verrast was ik door Beveren, dat telkens een uur lang heel leuk voetbal bracht. Daarna ging het steevast bergaf. Als die ploeg dat negentig minuten zou kunnen volhouden, kan niemand ze kloppen.”

Ook Anderlecht niet ?

“Uitgezonderd Anderlecht. Ik vind ze fantastisch voetbal spelen. Fantasy football. Sterk op de kleine ruimte, met veel beweging. Voetbal waarin ik graag zou meespelen. Ik zou de witste Afrikaan in hun spel zijn ( lacht).”

Een transfer naar Beveren…

“Neen, laat mij maar bij Anderlecht. Ze hebben mij hier nodig. ( Herpakt zich direct.) Ze hebben hier goeie voetballers nodig. Toen we met de bus naar het stadion van Beveren reden, leek het me daar ook nogal erg platteland te zijn. Ik denk dat die jongens moeten schrikken, als ze van Afrika in zo’n omgeving terechtkomen. Maar ze doen het uitstekend.”

Igor Stepanovs, hun Letse verdediger, zal op het EK zijn. Jij ook ?

“Zoals het er nu naar uitziet, mag ik hopen van wel. Ik krijg mijn kansen dankzij Anderlecht en als ik hier kan blijven presteren, moet het daar ook lukken. Laatst tegen Engeland ging het behoorlijk goed, Zweden speelde volgens de commentatoren een van zijn beste interlands sinds lang. En ik was daarbij, op links nog wel.”

Je speelde Phil Neville een bal door de benen. Van lef gesproken.

“Hij was daar heel kwaad om en probeerde nadien mijn been mee naar huis te nemen. Gelukkig hing het vast. Zijn shirtje wilde ik niet. Ik heb gewisseld met Joe Cole. Het was een belangrijke match voor mij. Onze twee bondscoaches wilden me scouten in de topper tegen Brugge, maar net voordien werd ik ziek. Buikgriep, gekregen van mijn vriendin die iets oppikte in Zweden. Ze hebben gelukkig daarna nog een scout gestuurd en die heeft een positief rapport over me opgesteld.”

Was dit je debuut in de basis met Zweden ?

“Neen, ik speelde eerder al een volledige wedstrijd tegen Egypte, maar Engeland is toch anders. Tegen Egypte stond ik rechts, nu links. Dat is oké, ik kom graag naar binnen, vanaf rechts of links maakt niet uit.”

Wat verwachten de Zweden van het EK ?

“Het volk heel veel en ik hoop met hen op een korte vakantie. De Zweden liepen vroeger niet storm voor voetbal en de nationale ploeg, maar sinds drie, vier jaar is dat sterk veranderd. Dankzij de media, die hard focussen op de ploeg en de competitie. Voor een derby tussen twee ploegen uit Göteborg moeten ze tegenwoordig het nationaal stadion afhuren, want daar komen tot 40.000 mensen op af. De media focussen op de sterren, publiceren profielen en creëren bij schoolkinderen en jonge mensen een hoog verwachtingspatroon. De successen van Larsson bij Celtic, maar vooral van Zlatan bij Ajax spelen daarin een grote rol. Zlatan is een speciale, maar een goeie jongen eens je hem wat beter kent. Niet te beroerd om zijn Porsche uit te lenen als Sonck een keer snel in Brussel moet zijn ( grijnst).”

Je hebt uitstraling, verandert regelmatig je kapsel. Hoe ijdel ben je ?

“Ik denk daar niet te veel over na, maar hou van afwisseling. Kort, lang. Kaal heb ik ook al geprobeerd, maar dat vond ik niks : lelijke man. Goed dat ik dat uitprobeerde voor ik in België kwam voetballen.”

Waar haal je je inspiratie ?

“Uit de film. Ik heb heel graag de films van Lord of the Rings gezien. De elf LegolasGreenleaf inspireerde me bij mijn vorige kapsel, maar ik wil nu snel weer wat anders. Ik haal inspiratie uit muziek, de fantasy world...”

Hou je van Tolkien ?

“Ja, enorm. ( Laat zijn ring zien.) Dit is de enige echte.”

Ik dacht dat Golem ermee in het vuur was gevallen…

“Neen. Ik heb de echte. Ik heb de power.”

Op je rug liet je een grote Christusfiguur tatoeëren.

“Hij inspireert mij. Mijn voornaam verwijst naar hem. Niet dat ik bid of heel religieus leef, maar als symbool vind ik het een sterk teken. Je moet wat hebben om in te geloven.”

Ben je een goed mens ?

“Ik probeer dat te zijn. Volgens mij hebben niet te veel mensen met mij een probleem. Ik zou dat ook niet willen, probeer iedereen het leven zo aangenaam mogelijk te maken. Ik ben gelukkig en geniet met volle teugen van dit leven, van dit moment. Dat is iets wat me altijd al is gelukt sinds ik voetballer ben. ( Doodserieus.) Alleen de school haalde een beetje het donkere in mij boven. Daar was ik een kleine gangster. Niet te veel opletten, moeilijk stilzitten, eentje die soms na twintig minuten aan de deur vloog. Te veel energie in dit lijf. Een groot probleem voor veel leraars.”

Kan je op een veld wél de nodige discipline opbrengen ?

“Daar had ik vooral in Noorwegen problemen mee. Op dat vlak heb ik bijgeleerd, al vind ik het hier op dat vlak iets minder strak. ( Bekent.) Ik zal nooit een speler zijn die zich voor honderd procent aan de richtlijnen houdt. Ik doe mijn job, maar ze moeten me wat vrijheid geven. Defensief werk is mijn ding niet, maar het hoort erbij. Vrees ik.”

Je zou goed bij Afrikanen passen.

“Ik pas goed bij iedereen, ook bij hen.”

Je wordt veelvuldig vergeleken met David Beckham. Word je dat niet beu ?

“Neen. Dat is al een paar jaar zo. Niet in Zweden, wel in Noorwegen en hier. We zijn heel andere types voetballer, ik denk dat het komt omdat hij ook blank is en rechtsvoetig ( lacht).”

Waarom heb je als bijnaam ‘Chippen’ ?

“Dat komt nog uit Noorwegen, van een spelletje minigolf. Ik wist niet goed hoe ik moest slaan, schepte de bal, die over het hek ging en in één keer in het gaatje belandde. Een schoolvriend noemde me daarop chippen, en die naam is me blijven achtervolgen. In Zweden begonnen de kranten dat te schrijven, die uit Noorwegen namen dat over en nu zeggen ze het hier ook al. En zelfs in de nationale ploeg schrijven de coaches niet Wilhelmsson op het bord maar Chippen. Broos nog niet. Maar ik heb liever dat ze Chippen zeggen dan Chris. Dat haat ik. Ik ben Christian, niet Chris.”

Hoe lang ken je dat trucje al waarmee je tegen Heusden-Zolder Stefan Teelen op het verkeerde been zette ?

“Mmm, al een tijdje. Soms probeer ik het twee, drie keer in een wedstrijd, soms niet. Het gebeurt ondoordacht, impulsief. Ik zag het ooit Ronaldinho doen en ook al leidde het daar niet naar een goal, ik vond het zo leuk dat ik het inoefende. Met mijn vriendin als sparringpartner. Het is maar één trucje uit mijn gamma, de rest haal ik boven eens we kampioen zijn. Beloofd.”

Kopieer je Aruna ?

“Het lijkt allemaal zo makkelijk te gaan bij hem, zeker in de eerste tien meter. Een beetje zoals Zidane. Hij doet in feite niet zo veel, maar slaagt er toch in een tegenstander uit evenwicht te brengen. Of hoe eenvoud mooi kan zijn.”

Je ziet het minder en minder. Topvoetbal is een passing game.

“Snelheid is belangrijk en een bal is altijd sneller dan een speler. Daar kan je weinig aan doen. Maar helemaal zullen dribbelaars nooit verdwijnen. Daarom vind ik dat ze bij de jeugd nog steeds veel de klemtoon moeten leggen op plezier hebben in het spelletje. Fun heb je niet door in een lokaaltje voor een bord naar een trainer te zitten luisteren. Dat heb je door op het veld met een bal bezig te zijn. Individueel, of door in één tijd de bal naar elkaar te spelen. Dat is een héél technische training.”

Wie zijn, naast Ronaldinho, nog inspiratiebronnen ?

Denilson, Aimar, Saviola, the one and onlyMaradona. En Baggio, uiteraard. Ik geniet vooral van de Spaanse competitie. Als ik in mijn fauteuil naar het Spaanse voetbal zit te kijken, zie je een Wilhelmsson met een grote lach op zijn gezicht. Toen ik jong was, werd ik meer aangesproken door het Italiaanse voetbal, maar intussen is mijn belangstelling wat verschoven. Ik keek eerst graag naar Barcelona en daarna naar de rest.”

Van Zweden naar Spanje… Je bent halverwege.

“Ja. Wat me bezielde door naar Noorwegen te trekken, snap ik nog niet. Helemaal gedesoriënteerd. Maar nu ben ik goed op weg.”

Mijn gevoel is dat je niet lang voor Anderlecht zal voetballen.

“Geen commentaar. Er is belangstelling, dat weet ik. Maar ik wil mijn kop niet zot laten maken. Vorig jaar heb ik mijn lesje geleerd. Toen werd ik helemaal gek van de berichten, speculatie in de kranten, geruchten. Ik speelde soms met één been in Italië en, euh ( lacht)… dat kwam mijn spel niet ten goede. Intussen ben ik wat ouder en weet ik wat ik moet doen : gewoon op dit niveau verder voetballen. Aan de rest wil ik niet te veel denken.”

Ben je na een jaar Anderlecht klaar voor een stap hogerop ? Aan Kompany trekken ze ook al.

“Ik ben ouder dan Vincent, heb al wat ervaring. Van mezelf zou ik zeggen, ja. Vincent is 17, was nog niet weg van huis. Dat is een grote stap, die van jongen naar man. Van kamer naar huis.”

Wat onthield je uit de Champions League ?

“Dat de grote ploegen toch altijd een streepje voor hebben. Een strafschop krijgen, bijvoorbeeld. Ik denk dat we het uitstekend deden. Celtic thuis was een mooi souvenir. Die actie van mij die het doelpunt inleidde, zal ik niet gauw vergeten. Celtic uit ook niet, maar om andere redenen. Na de wedstrijd tegen Lyon sprak ik met Edmilson. Die heeft een WK gespeeld, was al in veel topstadions, maar dat had ook hij nog niet meegemaakt. Larsson had me wel een keer kunnen verwittigen, vind ik. De sfeer is er fantastisch. Ze zijn nu 75 Europese thuiswedstrijden op rij ongeslagen, je kan het haast niet geloven van zo’n ploeg. Tot je er bent.”

Ken je Larsson goed ?

“Niet zo. Hij heeft bedankt voor de nationale ploeg, vandaar. Ik heb hem nog maar één keer ontmoet, maar dat was wel leuk. Vriendelijke jongen, en fantastische speler.”

Hij scoort aan de lopende band, jij als middenvelder veel minder. Vier goals in de competitie tot dusver. Mag je daar tevreden mee zijn ?

“Neen, op basis van het aantal kansen dat ik kreeg, en ja, als je weet dat ik geen natuurlijke schutter ben. Ik krijg kansen, maar die laatste toets, de finish, die blijft achterwege. In Noorwegen lukte me dat beter, scoorde ik gemiddeld negen, tien keer per seizoen.”

Je vriendin voetbalt ook. Sloot ze zich hier al aan bij een team ?

“Neen, ze studeert wat Frans en werkt een beetje in een restaurant in het centrum van Brussel.”

Mag ze zich van jou ergens aansluiten ?

“( Lacht.) Hoe zal ik het zeggen… Ze is goed genoeg, maar wil hier niet bij een club. En verder geen commentaar. In Zweden is vrouwenvoetbal heel populair. Competitiewedstrijden komen bij ons live op tv. Wanneer gebeurt dat bij jullie ?”

Je broer is vijftien en voetbalt ook. Talent ?

“Hij is klein, zoals ik, en snel. ( Bootst blaffend en grommend een hond na.) Fox- terrier-type. Hij speelt als rechtsachter, want technisch is hij minder sterk. Onlangs heb ik hem een doel gekocht. ( Begint te lachen.) Dat heb ik vroeger thuis gemist. Absoluut verbod van mijn moeder, zij was bang voor het gras. Maar toen ik hoorde dat ze vlakbij een voetbalveld wilden ombouwen tot een park, kon ik niet weerstaan. Ik heb één van de doelen gekocht en die naar huis laten brengen op een vrachtwagen. Mijn moeder wist nergens van en zag plots dat gevaarte voor de deur stoppen en de goal in de tuin neerploffen. Nu heeft André iets om te oefenen.”

Wil hij ook profvoetballer worden ?

“Bestaat er dan een mooier leven, denk je ?”

door Peter T’Kint

‘Als voetballer zal ik me nooit honderd procent aan de richtlijnen houden.”Die beweging tegen Heusden-Zolder is maar één trucje uit mijn gamma. De rest haal ik boven eens we kampioen zijn.”Ik doe alles op instinct, ik denk er zelden bij na.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content