De jonge opposite Rubén Antequera groeide bij Par-Ky Menen uit tot het belangrijkste speerpunt in de aanval.

Par-Ky Menen speelt vanavond mogelijk zijn laatste officiële wedstrijd van het seizoen. Een seizoen dat zonder meer geslaagd mag genoemd worden. Menen strandde weliswaar in beide competitiefases op een vijfde plaats, maar door de halve finale te bereiken van zowel de beker als de play-offs toonden ze aan wel degelijk tot de topvier van het Belgische volleybal te behoren. Het Europese ticket is binnen, en daarmee bereikten de West-Vlamingen hun doel.

Dat Par-Ky de vierde plaats in de reguliere competitie in de slotfase nog uit handen gaf, had veel te maken met de spierblessure van de Spaanse hoofdaanvaller Rubén Antequera, een van de maar liefst acht nieuwkomers die de ploeg kwamen versterken. Vorige week zette Antequera een handtekening onder een nieuwe verbintenis voor één seizoen. “Een bewijs van de wederzijdse waardering”, aldus de 22-jarige Catalaan.

Rubén Antequera – zoon van een politieagent, een lid van de guardia civil – groeide op in Lleida, zo’n 100 km ten noordwesten van de Catalaanse hoofdstad Barcelona. “Mijn twee zussen volleyballen nog altijd in Lleida in een lagere afdeling en ook mijn ouders kregen enkele jaren geleden de kriebel te pakken, toen de club waar mijn zussen spelen een veteranenploeg oprichtte. Zelf startte ik al op jonge leeftijd met volleybal, in de lagere school. Ik bleef spelen in de ploeg van het college. De leraar lichamelijke opvoeding hield, in tegenstelling tot de meeste Spanjaarden, niet van voetbal. Hij liet ons altijd volleyballen, vandaar…”

Op zijn zeventiende werd hij weggeplukt door de nationale juniorenploeg. “Tijdens de reguliere competitie volleybalde ik voor de nationale selectie, tijdens de play-offs sloot ik aan bij mijn ploegmaats van Episcopal de Lleida. De eerste ploeg van Episcopal speelde in de tweede klasse. Ik volleybalde bij de juniorenploeg, waarmee we twee jaar op rij de Spaanse titel binnenrijfde.”

Met de nationale juniorenselectie speelde hij in de tweede afdeling. “Een beetje vreemd misschien dat we met la selección juvenil in de competitie aantraden, maar zeker aan te bevelen. Zo konden we wekelijks wedstrijden afwerken op een degelijk niveau. Het eerste jaar was Palencia onze thuisbasis, het tweede Valladolid. We eindigden respectievelijk als vierde en tweede in het kampioenschap. Het spelpeil dat we haalden, was voldoende voor de hoogste klasse, maar uiteraard konden we niet promoveren.”

Maar lang moest Antequera niet wachten om in de División de Honor aan de slag te kunnen. Na twee seizoenen bij de Spaanse junioren stroomden de aanbiedingen voor de rijzige (2m03) opposite binnen. “Ik kon zelfs naar Almería, de Spaanse topclub bij uitstek, maar daar zou ik allicht weinig aan spelen toegekomen zijn. Daarom koos ik voor Tarragona, een ploeg in eigen streek die me bovendien toeliet mij studies lichamelijke opvoeding verder te zetten.”

Met Tarragona kwam hij terecht in een topclub. Zo dacht Antequera althans. “Ik tekende voor de ploeg die het seizoen voordien vierde was geworden en een Europees ticket in de wacht had gesleept. Maar de structuur van de club stelde hoegenaamd niets voor. Het eerste jaar konden we ternauwernood het behoud veilig stellen, maar vorig seizoen lukte zelfs dat niet. Ik verneem dat er nu een en ander veranderd is bij Tarragona. Ze stelden een nieuwe coach aan, staan bovenaan in de tweede afdeling en zullen volgend jaar hun plaats in de División de Honor opnieuw innemen.”

Dankzij Dieter Verbeke, die vorig seizoen in Tarragona speelde, kwam Antequera in contact met Menen. “Er was ook belangstelling van een aantal Spaanse topploegen, maar ik wilde een stap hogerop, in een ander land volleyballen, como una experiencia nueva. Ik stuurde een videocassette op en een delegatie van Menen zag me aan het werk op de Spring Cup. Zo raakten ze overtuigd van mijn mogelijkheden.”

De aanpassing aan de Belgische cultuur was niet zo makkelijk, geeft hij toe. ” Ha sido un gran cambio. In de eerste plaats het weer, hé. In Lleida heerst er een niet zo aangenaam microklimaat omdat de stad omringd is door bergketens, maar in Tarragona scheen de zon bijna dagelijks. En dan kom je terecht in dit regenachtige landje ( zucht en lacht). Ik schrok er ook van dat alle winkels hier al gesloten zijn om zes uur in de vooravond. Iedereen zit ook veel meer binnen. In Spanje zie je veel meer leven in de straten, hay más vida en las calles.”

Op het terrein bleek de aanpassing niet zo groot. Ondanks zijn jonge leeftijd kweet Antequera zich voortreffelijk van zijn voortrekkersrol als opposite. Hij blikt dan ook met tevredenheid terug op zijn eerste seizoen bij Menen. “Aanvallend kwam ik voldoende uit de verf, maar het duurde wat vooraleer ik regelmaat kon leggen in mijn prestaties. Mijn service beschouw ik ook als een belangrijk wapen, zelfs blokkerend kan ik mijn plan trekken. Als hoofdaanvaller moet ik geen receptie nemen, maar toch mee verdedigen. In dat onderdeel ben ik niet zo handig ( glimlacht). Wat het team betreft, beschikken we over een goeie mix tussen ervaring en jonge spelers. Er heerst ook een positieve groepssfeer binnen de ploeg, iedereen trekt aan hetzelfde zeel. Ik heb gehoord dat dat in het verleden wel eens anders was.”

Volgend seizoen kan Menen verder bouwen op de automatismen van dit seizoen. “Door veel samen te spelen en te trainen voelden we ons dit jaar als ploeg week na week groeien. In de volgende campagne moet het nog beter kunnen. Waarom zouden we niet als objectief stellen om voor de titel te strijden ? Het verschil met de absolute top is echt niet zo groot. Maar ik besef dat hoe hoger het niveau ligt, hoe moeilijker het wordt om dat ietsje te verbeteren om die kloof volledig te dichten.”

En welke persoonlijke ambitie koestert hij op langere termijn ? “Zoals elke volleyballer die het wil maken, mik ik zo hoog mogelijk. Dat betekent inderdaad de Italiaanse competitie. De A1 en de A2 vormen misschien wel de twee sterkste competities ter wereld. Of me dat ooit lukt, weet ik niet. Vraag me dan ook niet wanneer ik die doelstelling hoop te verwezenlijken. Op dit moment ben ik er in elk geval nog niet klaar voor. Laat ons eerst maar eens kijken hoe ver we volgend seizoen met Menen kunnen geraken.”

door Roel Van den broeck

‘Waarom zou Menen volgend seizoen niet voor de titel kunnen strijden ?’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content