Na een roerig en woelig seizoen is de beker de enige reddingsboei voor Club Brugge. Maar een vastberaden general manager Filips Dhondt legt stevige fundamenten voor de toekomst : ‘We zullen nog van ons laten spreken.’

In de burelen van Club Brugge heerst een bijna sacrale stilte. Die staat haaks op het turbulente seizoen dat het blauw-zwarte bolwerk doormaakt. Vanuit zijn kantoor kijkt general manager Filips Dhondt uit op een aantal trainingsvelden waar de jeugd van Club Brugge tijdens de laatste dagen van de paasvakantie traint. Het is een symptomatisch beeld. Binnen een hertekend organigram werkt ook Filips Dhondt aan de toekomst van Club Brugge. Met meer bevoegdheden dan vroeger. Na het vertrek van Marc Degryse werd er een andere structuur opgezet, met meer commissies en een andere spreiding van de verantwoordelijkheden. Binnen die piramide staat Filips Dhondt onder Michel D’Hooghe, aanvankelijk als een soort CEO, al werd die naam later in general manager omgezet.

Filips Dhondt is een innemende persoonlijkheid die niet de behoefte voelt om in de publiciteit te treden. “Ik heb dat niet nodig”, zegt hij en hij meent het. Maar op een moment dat Michel D’Hooghe verkoos in de luwte te blijven, wil hij zich niet wegsteken. En dus trekt Dhondt ruim de tijd uit voor een gesprek, één dag voor D’Hooghe alsnog besloot de stilte te doorbreken en met enkele journalisten te praten. Op het bureau van Dhondt ligt een twee jaar oud nummer van Sport/Voetbalmagazine. Op de cover viert Timmy Simons de net binnengehaalde titel. Sindsdien wordt Club Brugge overwoekerd door onrust en lijken de verkeerde beslissingen zich tegen een angstvallig tempo op te stapelen.

Filips Dhondt : “Eigenlijk was het twee jaar geleden de bedoeling om met Trond Sollied door te gaan. Er waren daarover verscheidene besprekingen geweest tot dan die videotapes opdoken. Op dat moment trad er chaos op, de volledige planning moest herbekeken worden. Ook al moesten we achteraf vaststellen dat het in de laatste maanden onder Sollied al behoorlijk aan het afzwakken was. We verliezen de bekerfinale, de groep kon zich toen al niet meer opladen om de dubbel te halen. Terwijl we Germinal Beerschot, met alle respect, toch hadden moeten aankunnen. Er trad toen vooral een mentaal probleem op.”

Onder Jan Ceulemans ging het wat dat betreft van kwaad naar erger.

“Terwijl iedereen heel enthousiast was toen we Ceulemans aantrokken. Ook de pers. Ik wil daar verder niet veel over zeggen, iedereen heeft zijn kwaliteiten en zijn gebreken. Alleen dat de trainer altijd zo goed is als de resultaten zijn. Dat gold ook voor Emilio Ferrera.”

Ceulemans weg, Ferrera en Degryse ook, dat botst met het beeld van Club Brugge dat altijd een haard van continuïteit was.

“Je kan die drie namen niet over dezelfde kam scheren. Toen Marc Degryse werd aangesteld als sportleider werd dat algemeen beschouwd als bijzonder vernieuwend. Het einde van het amateurisme en het provincialisme, zo klonk het toen. Marc Degryse heeft ook alle kansen gekregen om zijn stempel te drukken. Bij de aanstelling van Emilio Ferrera bijvoorbeeld, die gebeurde op advies van Marc, heeft de raad van bestuur hem toen in zijn vakbekwaamheid gevolgd. In een dergelijk organigram moet je dat ook doen, anders verval je weer in het verwijt van het amateurisme.”

Maar het resulteerde allemaal wel in het rampzalige seizoen dat Club Brugge nu doormaakt.

“Dat kunnen we niet ontkennen. Vorig seizoen eindigde Club als derde, in de tien jaar daarvoor altijd als eerste of tweede. Daar kan je niet naast kijken. We hopen dat nu de vierde plaats wordt gehaald. En dat we iets kunnen rechtzetten in de beker.”

Is dat geen ijdele hoop ? Er wordt slecht gevoetbald, er zit veel te weinig kwaliteit in de ploeg.

“Ik heb daar toch mijn bedenkingen bij. Als ik zie wat we gedaan hebben, thuis tegen AA Gent, hoe we Standard zeventig minuten lang van het veld veegden, als je nagaat hoe we tegen Anderlecht voetbalden, dan zit er zeker voetbaltechnisch voldoende kwaliteit in de ploeg. Anders kan je dat niet. Het probleem is wel dat we ons niet in iedere match kunnen opladen om een dergelijke prestatie te leveren. Daartoe in staat zijn, is natuurlijk ook een vorm van kwaliteit. En die mentale kwaliteit hebben we niet altijd. Zoals onlangs weer tegen Lokeren bleek. De eerste helft was gewoon ridicuul.”

Geen chemie

Dat past niet bij Club Brugge.

“Dat is juist. Anderzijds stel ik vast dat de solidariteit en de stabiliteit, altijd een van de kenmerken van Club Brugge, nog altijd aanwezig is. Ook al geven wij naar buiten uit misschien niet de indruk, wordt er gedacht dat die solidariteit weg is. Wij voelen dat echter helemaal anders aan. Op bestuursniveau, bij de sponsors, bij de supportersverenigingen, is er een enorme eendracht. Club Brugge wordt nog altijd gedragen door teambuilding.”

Maar niet in de ploeg.

“Minder in de ploeg, dat is duidelijk.”

Komt dat omdat de verkeerde spelers zijn aangetrokken ?

“Het heeft te maken met een proces dat op gang is gekomen in de laatste zes maanden onder Sollied. Een aantal spelers zijn toen vertrokken, Simons, Van der Heyden, Ceh, de mentaliteit brokkelde af. Club Brugge werd toen geloofd voor de slagkracht waarmee nieuwe transfers werden gedaan. Ook dit seizoen hoorde je alleen maar positieve commentaren bij de spelers die werden aangetrokken. De kwaliteit is er dus zeker. Maar de chemie is er niet. Je kan je afvragen : is de groep in evenwicht ? Het antwoord is : ja en nee. In de topmomenten wel, maar in uitwedstrijden zeker niet.”

In de ploeg die er nu staat, zit de hand van Marc Degryse. Daar heeft hij dan zelf de nodige conclusies uitgetrokken.

“Ik zat altijd naast Marc op de tribune. Ik zag hoe enorm hij meeleefde, hoe enthousiast hij bijvoorbeeld reageerde toen Club 4-1 voorstond tegen Standard en hoe hij in zak en as zat toen het uiteindelijk 4-4 werd. Na die 0-1-nederlaag tegen Roeselare was het voor hem mentaal niet meer houdbaar.”

Vervolgens werd vrij snel Luc Devroe aangesteld ?

“Wat heet vrij snel ? Kijk, toen Michel D’Hooghe hier in maart 2003 voorzitter werd, is de club op alle niveaus geprofessionaliseerd. Ik durf zelfs zeggen : zonder D’Hooghe zat ik nu niet meer bij Club. Ik zat toen echt klem. Omdat het vroeger heel moeilijk was om met nieuwe ideeën te komen, omdat er inderdaad conservatisme heerste, een sfeer van : we hebben dat altijd zo gedaan, waarom moeten we veranderen ? Terwijl D’Hooghe juist nieuwe initiatieven stimuleert. Er is een hele reorganisatie doorgevoerd en die heeft ertoe geleid dat de club gesaneerd is. Tijdens het seizoen 2002/2003 leed Club op competitieniveau een verlies van vier miljoen euro, nu draaien we wat dat betreft break-even. Terwijl Europese wedstrijden vroeger noodzakelijk waren om het deficit te dichten, zijn die matchen nu een surplus. Het aantal toeschouwers is verdubbeld, het aantal sponsors verviervoudigd. Toen Marc Degryse eind januari vertrok, hebben we ons, veel eerder dan naar een opvolger te zoeken, afgevraagd of de huidige structuur nog goed was. Toen hebben we een aantal zaken gewijzigd en kwamen er vier departementen : sport, commerciële zaken, algemene zaken en het project nieuw stadion. Luc Devroe en Evarist Moonen leiden de eerste twee departementen, ikzelf de laatste twee. Samen met algemeen secretaris Jacques De Nolf vormen we het managementteam. Daarnaast zijn er nog commissies en werkgroepen. Concreet betekent dit allemaal dat er onderling veel meer overleg is, dat Luc Devroe dagelijks aan mij rapporteert, terwijl de commissie sport om de twee weken samenkomt. Daarin zitten Luc, vier leden van de raad van bestuur en ik. Daarin wordt vrijuit gesproken over een aantal zaken, worden dossiers voorbereid en geëvalueerd voor ze naar de raad van bestuur gaan.”

Gezond verstand

Dat betekent dat Luc Devroe heel anders functioneert dan Marc Degryse.

“Zo is dat.”

Marc Degryse had meer macht dan Luc Devroe.

“Absoluut. Hij kon rechtstreeks rapporteren en voorstellen doen aan de raad van bestuur. Terwijl er voor Luc meer tussenstappen zijn. Daardoor heeft hij ook een veel groter klankbord. Er is meer overleg. Dat loopt heel goed. Ik heb zelf voor de komst van Luc Devroe gepleit, ik kende hem onder andere van vergaderingen van de profliga. Een heel competente man, een harde werker met een grote dossierkennis, iemand die veel studeert. Als er bijvoorbeeld bij de UEFA een of ander reglement wijzigt, dan zal hij zich daarin verdiepen, hij wil alles weten. Laten we het zo zeggen : hij past heel goed in de aard van Club Brugge.”

Maar hij zei meteen : eventueel volg ik de spelers tot in de discotheek. Dat is niet meteen de meest gelukkige uitspraak.

“Het is maar hoe je dat bekijkt. Er zijn supporters die zeggen : Devroe neemt geen blad voor de mond, hij zegt waar het op staat. Ik heb daar geen moeite mee. Apathie zou veel erger zijn. Let op : Devroe is zeker geen impulsieve man. Maar juist heel doordacht. En hij kan spelers heel goed beoordelen, hij heeft veel voetbalverstand.”

Club zal actief zijn op de transfermarkt.

“Absoluut. Er zijn verscheidene, heel concrete pistes, we zullen daar op de juiste momenten de nodige informatie over geven. Misschien zijn sommigen ongerust omdat we daar niet over communiceren, maar dat laat ons toe in alle rust te werken. Club Brugge komt terug. En ofschoon ik geen glazen bol heb, durf ik zeggen : we komen sterker terug dan ooit. Op alle niveaus. Er wordt nog harder gewerkt dan voordien. Er is een heel duidelijke doelstelling, een strategie waarmee we die doelstelling willen bereiken. Maar we gaan die niet blootleggen”

Zijn de financiële middelen er om spelers aan te trekken ?

“We gaan daar de middelen voor vrijmaken. Wij hebben beslist dat er volgend seizoen 26 spelers in de A-kern zullen zitten, onder wie de drie doelmannen en drie jongeren. Nu zijn er 28 spelers, onder wie Roelandts en Dufer en rekening houdend met het vertrek van Gvozdenovic, wiens contract niet wordt verlengd. Dat betekent : als er spelers worden aangetrokken, dan zijn er die we van de hand zullen doen. We gaan ons zeker aan die 26 spelers houden.”

Nieuw stadion

Maar het is nog niet beslist of de club met Cedomir Janevski doorgaat.

“Nee. We willen ons wat dat betreft niet laten vastzetten. Maar ons gezond verstand gebruiken.”

Dat betekent dat er andere ideeën zijn. Want door het vertrouwen in Janevski uit te spreken zou er een signaal kunnen gegeven worden.

“De raad van bestuur heeft geoordeeld dat het niet opportuun is om op dit moment het contract van Janevski te verlengen.”

Dat betekent dat de club er niet uit is.

“Er is onzekerheid.”

En dat heeft te maken met de resultaten.

“Dat heeft met verscheidene zaken te maken. Maar een trainer wordt natuurlijk altijd geëvalueerd op resultaten, dat is een heel belangrijk element. Het is in ieder geval niet zo dat wij op dit moment met andere trainers bezig zijn.”

Hoe erg zou het zijn als Club Brugge geen Europees voetbal haalt?

“Dat zou heel jammer zijn voor de supporters. En voor de vereniging natuurlijk. Jacques De Nolf heeft het onlangs nog gezegd : hij is hier 24 jaar in dienst en heeft één seizoen meegemaakt zonder Europees voetbal. Het is duidelijk dat dit voor een andere beleving van het seizoen zal zorgen. En natuurlijk heeft dat een impact op financieel en sportief vlak. En naar onze uitstraling : Club Brugge is een vaste waarde in Europa.”

En welke budgettaire gevolgen heeft dat?

“Op termijn zijn er daardoor minder investeringsmogelijkheden. Maar deze zomer gaat dat niks veranderen. Tenslotte hebben wij dit seizoen Europees gespeeld. Er zijn ook nog andere kanalen om extra middelen te scheppen. Commercieel of via uitgaande transfers.”

En op lange termijn via een nieuw stadion?

“Inderdaad. Dat is een absolute prioriteit. We werken daar in alle stilte heel hard aan, samen met onze partner, de projectpromotor Uplace. We zijn volop dossiers aan het voorbereiden, er zijn vier studies die eind mei aan de overheid moeten worden voorgelegd. Die zullen moeten geëvalueerd worden. Als daar een positieve evaluatie wordt gegeven, zonder beslissingen, als blijkt dat men het project genegen is, kunnen we verder gaan. In het meest positieve scenario moeten we in het nieuwe stadion kunnen spelen in het seizoen 2010/2011.”

Voor Club is dat nieuwe stadion in Loppem een noodzaak.

“Absoluut. In de huidige context verliezen wij in elke wedstrijd geld. Kijk, in Engeland zijn ze in 1989 begonnen met nieuwe stadions. Wij zijn twintig jaar verder en we moeten nog starten. Als wij de evolutie zien in landen die vergelijkbaar zijn met België, Nederland, Portugal, Zwitserland, Oostenrijk, Noorwegen, die hebben allemaal gloednieuwe stadions. Wij slagen daar niet in. Wij hebben een model ontwikkeld, samen met onze partner, we hebben dat uitgekozen uit zestien mogelijke locaties. De overheid heeft altijd gezegd : wij zijn voorstander van een nieuw stadion, op voorwaarde dat het ons niets kost. Daarom is er een financieel model ontwikkeld dat de bouw van zo’n stadion mogelijk maakt, via de financiële hefboom van een shoppingcenter. Zo werken ze in het buitenland ook, we zijn in Bern, Basel en Genève geweest, daar doen ze het ook zo. Wat is het doel van dit alles ? Club Brugge op de kaart houden. Voor topmatchen kunnen wij 15.000 tickets meer verkopen. Wij kunnen hier op niet-wedstrijddagen geen inkomsten realiseren, wij kunnen op wedstrijddagen slechts 500 mensen eten geven, de cateringmogelijkheden zijn zeer beperkt. Aan de aanvragen zien we dat we gemakkelijk tussen de 2000 en de 2500 mensen kunnen hebben. Een nieuw stadion is de enige manier om het budget te verhogen.”

Hier en daar is er wel wat protest tegen dat nieuwe stadion.

“Dat protest is relatief. Er zijn ongeveer 400 mensen die gereageerd hebben op die website, terwijl er op onze website 5000 mensen hebben gereageerd die voor het stadion zijn. Er is dus een grote zwijgende meerderheid. Maar de luid roepende minderheid krijgt meer aandacht. Iedereen die een beetje begaan is, niet alleen met Club Brugge maar ook met de economie van deze regio, die kan daar moeilijk tegen zijn. Want het nieuwe project levert 1500 nieuwe banen op. Er zijn studies die aangeven dat meer dan de helft van de West-Vlamingen geregeld gaan shoppen in Noord-Frankrijk of in Nederland. En dan praten we nog niet over degenen die naar het binnenland trekken. Als dit om de een of andere reden niet zou kunnen doorgaan, dan zal Club Brugge daar conclusies moeten uittrekken.”

Dan moet er een stap worden teruggezet.

“Dan zullen we zeker onze ambities moeten bijstellen.”

door jacques sys

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content