Joris De Tollenaere reageert op wat José Desmet vorige week in SM/VM over hem zei.

“De laatste 9 maanden word ik vanuit de hoek van KRC Harelbeke regelmatig beschimpt zonder de minste grond”, aldus Joris De Tollenaere, momenteel speler van KV Kortrijk. “Men probeert van een slachtoffer de boeman te maken in de hoop dat de publieke opinie zich tegen mij keert. Ik run een advocatenkantoor en wens niet dat er over mij dergelijke zaken verschijnen.

“Het verhaal van de 25.000 frank gordijnen, waarover overigens al twee jaar geleden tot een akkoord gekomen werd, is heel simpel. Had ik gewoon mijn eigendom meegenomen, dan had het de club het zesvoudige gekost : ik betaalde zelf 40.000 frank overname voor gordijnen bij uitrede van de vorige huurder, wij maakten nog voor ongeveer hetzelfde bedrag nieuwe gordijnen voor de slaapkamer en lieten ook nog een electrisch kookfornuis achter. Hoezo, geen clubspeler ? Bovendien, ik liet ook nog na 250.000 frank netto aan achterstallige belastingstegoeden te eisen.

“Wat betreft de looneisen : het eerste jaar in eerste klasse werd mijn loon niet aangepast. Daarna kreeg ik een zeer degelijk eersteklassecontract, vooral omdat ik toen einde contract was, net geen international was geworden en men vreesde mij te zullen verliezen. Met een contract als het mijne kan men perfect 18 spelers betalen en sluitend budgetteren. Later zijn er spelers gekomen die het dubbele en meer verdienden. Geen probleem, maar waarom dan beweren dat ik de superverdiener was ?

“Werkelijk bedroevend is te moeten lezen dat ik zonder Harelbeke nooit in eerste zou hebben gespeeld. Toegegeven, het was heel interessant samen met de club te kunnen groeien, maar wie zes jaar in eerste voetbalde, altijd titularis was, Europees speelde tegen Sampdoria en in die tijd, geloof ik, alle eersteklassers minstens een keer klopte, mag, denk ik, zeggen dat hij er niet toevallig is gekomen. Niet zozeer voor mezelf, maar zeker voor alle anderen vind ik het een schande dat mijnheer Desmet durft te beweren dat zij het louter aan de club te danken hebben dat ze in eerste klasse hebben gespeeld.

“Won mijnheer Desmet misschien de eindronde – tegen nota bene Genk, Moeskroen en Beerschot, wat toch heel wat anders is dan Heusden-Zolder, Ingelmunster of Dessel ? Als ik mij niet vergis zat mijnheer Desmet, directeur van de Harelbeekse firma Bavik, toen niet in het bestuur. Ik hoef het niet te accepteren dat hij met mij als clubspeler lacht. Weet je, meermaals had ik conflicten met spelers omdat ik probeerde de belangen van de clubleiders te begrijpen. Toen in maart 2001 de eerste licenties dienden toegekend, had ik achterstallige lonen van het jaar 1995. Een simpele brief aan de licentiecommissie en het was voorbij geweest. Dit jaar idem dito : had ik gewoon de procedure voor de rechtbank afgewacht, dan mocht de club de licentie vergeten.

“Ik leefde 21 jaar met hart en ziel voor de club. Uiterst pijnlijk dat dat in het belachelijke wordt getrokken, zeker door iemand die de club pas zijn grote liefde verklaarde nadat ze in eerste klasse was geraakt. Dat ik uiteindelijk na een belachelijk en volkomen onterecht ontslag het loon heb geëist waarop ik recht had, doet daar niets vanaf. Ik vraag me trouwens af hoe mijnheer Desmet zou reageren, moest hij bij Bavik negen maanden moeten toezien hoe andere werknemers worden betaald en hij niet. Zou hij dan ook niet op zijn rechten staan ?” (CV)

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content