Bij paars-wit willen niet alle spelers zomaar hun maandloon afstaan.

Het is een zware week geweest op Anderlecht. Bij goede crisiscommunicatie moet de gehanteerde taal weloverwogen zijn, maar de woorden, gekozen door Vincent Kompany om de kleedkamer ervan te overtuigen om te verzaken aan het loon van de maand april, niet door iedereen even goed ontvangen. Het feit dat de aanvoerder wilde betalen voor diegenen die weigerden om onder meer een twaalfde van hun premies af te geven, vonden sommigen hautain.

Het was een vorm van chantage die alleen werkte bij de spelers die graag langer bij de club willen blijven, maar die bij diegenen die minder geïntegreerd zijn in ‘het proces’ een andere weerklank vond. Die laatsten zien er het belang niet van in om zich solidair te tonen met een club waar ze na 30 juni geen deel meer van uitmaken.

Afgelopen maandagochtend zouden de spelers thuis een officiële communicatie van de club gekregen hebben om de situatie uit te klaren. Na een bewogen weekend waarin Kompany en Michael Verschueren, maar ook Hendrik Van Crombrugge (een van de eersten om het voorstel te aanvaarden), veel individuele gesprekken gehad hebben, waren er nog een handvol spelers die geen beslissing genomen hadden. Zo zou Landry Dimata uiteindelijk ingegaan zijn op het Brusselse voorstel, terwijl Adrien Trebel nog niet goed wist wat hij ging doen. De Fransman, die al een tijdje in een uitzichtloze situatie zit en die bezig is aan zijn laatste maanden in Brussel, ziet geen reden om zijn dikke contract op te geven. Het is de keerzijde van de methode-Kompany.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content