Winnaar van de supercup, tweede in de competitie, bekerfinalist en de kwartfinales van de Champions League bereikt, voor veel trainers zou dat een topprestatie zijn, maar zo dacht Barcelona niet over zijn coach Gerardo ‘Tata’ Martino. De Argentijn was te minzaam, had te veel respect – ja, zelfs bewondering – voor zijn spelers en zijn trainingsmethodes waren achterhaald. Bovendien was het de ondertussen afgetreden voorzitter Sandro Rosell die destijds solo slim speelde en op aanraden van de vader van Lionel Messi Martino naar de Catalaanse hoofdstad haalde. Een fout die nu niet gemaakt werd: de aanstelling van Luis ‘Lucho’ Enrique – tweede keuze na de weigering van Ernesto Valverde, die nog onder contract ligt bij Athletic Bilbao – was geen eenmansactie, maar een weloverwogen beslissing. De 44-jarige coach kent het huis (hij voetbalde er van 1996 tot 2004 en volgde er Pep Guardiola in 2008 op als trainer van Barcelona B), is een aanhanger van de lokale voetbalfilosofie en beheerst als coach de haast wetenschappelijke manier waarop de Barçastijl beoefend wordt. Luis Enrique staat ook gekend om zijn harde hand. Zo deinsde hij er in zijn periode bij AS Roma niet voor terug om local heroFrancesco Totti op de bank te zetten. Die dosis lef is niet onbelangrijk in een kleedkamer vol veeleisende spelers die verwachten van een coach dat hij met oplossingen komt aanzetten.

Tot zover de pluspunten. Feit is dat Luis Enrique tot nog toe als trainer geen klinkende resultaten heeft kunnen neerzetten. Toegegeven, hij promoveerde met Barcelona B naar de Spaanse tweede klasse, maar zijn poging om de Barçastijl bij AS Roma te implementeren deed pijn aan de ogen. Na één seizoen mocht de koppige Spanjaard dan ook beschikken. Toen hij vorig seizoen aan de slag ging bij het bescheiden Celta de Vigo, hing zijn aanblijven lang aan een zijden draadje. De club uit Galicië startte bijzonder flauw met een 9 op 30. Pas vanaf januari dit jaar herpakte de ploeg zich om uiteindelijk nog als negende in de Primera División te eindigen. Op 11 mei klopten ze zelfs Real Madrid met 2-0, een nederlaag die meteen het einde van de titeldromen voor de Koninklijke betekende.

Toen hem vorige week tijdens de persvoorstelling op Camp Nou gevraagd werd hoe hij zichzelf zou omschrijven als trainer, antwoordde Luis Enrique: “Knap, groot, sympathiek en afkomstig van Asturias.” Iets serieuzer voegde hij eraan toe: “Een trainer is een leider. En zijn leiderschapskwaliteiten kun je afmeten aan een aantal parameters. Niet alleen aan het technische en het tactische, maar ook aan de omgang met ego’s, hoe een groep te leiden. Ik probeer een zo compleet mogelijke leider te zijn. Ik verdedig mijn principes en mijn ideeën en dat zullen ze hier geweten hebben.” En uiteraard wil hij aanvallend voetbal brengen. “Het moet weer een plezier zijn om naar Barcelona te kijken. Mijn eerste doel bij een ploeg is altijd om patronen in het spel te steken. Natuurlijk zal niet iedereen kunnen spelen, maar ik vind het geweldig als spelers kwaad worden als ze op de bank moeten zitten.”

Het Barcelona van Luis Enrique zal er alvast een zijn zonder Carles Puyol (einde carrière) en José Manuel Pinto (vertrek). De enige nieuwkomer is voorlopig doelman Marc-André ter Stegen (van Borussia Mönchengladbach). Rafinha (Celta de Vigo) en Gerard Deulofeu (Everton) keren terug na een uitleenbeurt. Prioriteit is het aantrekken van een centrale verdediger van wereldklasse. Daarbij circuleren de namen van Thiago Silva, Marquinhos en… Vincent Kompany.

DOOR STEVE VAN HERPE

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content