Op 11 december 1985, zaterdag exact 25 jaar geleden, schreef KSV Waregem de mooiste pagina uit zijn geschiedenis door in de achtste finale van de UEFA Cup AC Milan uit te schakelen na een 1-2-zege in San Siro. Het hoogtepunt van een Europese mirakelcampagne, die pas strandde in de halve finale tegen de 1. FC Köln. Een reconstructie.

Niemand in Waregem durft in de lente van 1983 te vermoeden dat Essevee ruim tweeënhalf jaar later een van de grootste stunts uit de Belgische voetbalgeschiedenis zal verwezenlijken. Sinds de promotie in 1973 heeft KSV Waregem altijd in het rustige water van de middenmoot gevaren, met een uitschieter: de verloren bekerfinale van 1982 tegen Waterschei. Door aanhoudend blessureleed verzeilt de Zuid-West-Vlaamse club in de terugronde van het seizoen 1982/83 echter in de degradatiezone. De Hongaarse coach Sandor Popovics wordt ontslagen, maar dankzij interim-trainer Robert Goethals ontsnapt Waregem op het nippertje aan de degradatie.

Urbain Haesaert en assistent Fernand Den Blauwen, het duo dat in 1981 met SC Lokeren vicekampioen werd en de kwartfinale van de UEFA Cup bereikte, nemen in de zomer van 1983 het roer over. Haesaert maakt zijn reputatie van begenadigd scout meteen waar en haalt Alain Van Baekel (SK Lierse), Luvilla Mutombo (Wallonia Namen) en vooral Richard Niederbacher (Sturm Graz) naar het Regenboogstadion. De Oostenrijker eindigt met 24 goals als tweede in de topschuttersstand en loodst zijn club naar een zevende plaats. Voor 26 miljoen frank – 19 miljoen meer dan de aankoopprijs – verkast hij het seizoen erop naar Paris Saint-Germain. Tegen de zin van Haesaert, die niet stilzit en bij SK Beveren Armin Görtz weghaalt. Wéér een schot in de roos, want de Duitse linksback blijkt, net als rechtsback Pino Decraeye, een sneltrein met een enorme winnersmentaliteit.

Haesaerts verschuivingen binnen de ploeg blijken dé sleutel. De Waaslander, tegenwoordig hoofdscout van de jeugd bij Anderlecht, posteert aanvallende middenvelder Danny Veyt net onder Philippe Desmet in de spits. Een gouden zet, want Veyt en Desmet scoren samen 25 goals. “Maar mijn belangrijkste beslissing was om Marc Millecamps, die afgeschreven leek als middenvelder, op de liberopositie te plaatsen”, vertelt Haesaert. “Een modérne libero, die vlak achter voorstoppers Yvan Desloover en Franky Dekenne perfect anticipeerde en zijn lijn heel hoog durfde te zetten.” De transfers, tactische wissels en de spelstijl – hoge pressing en rap omschakelen – renderen: Essevee eindigt op een vierde stek, goed voor een Europees ticket.

In het rood

Haesaert tekent bij voor drie jaar en onderwerpt zijn spelers in de voorbereiding aan spartaanse conditietrainingen, zijn vertrouwde recept. Zo had hij onder meer al Philippe Desmet van een wandelaar met overgewicht in een niet af te stoppen spurtbom omgetoverd. “Al in de opwarming moesten we met zware oefenballen over horden springen”, vertelt keeper Wim De Coninck. “Als je durfde te reclameren, zei assistent Fernand Den Blauwen steevast: ‘Spáár je adem, je zult hem straks nodig hebben …’ (lacht) Daarna moesten we op de Kluisberg tientallen keren omhoog en omlaag spurten tot we niet meer wisten van welke parochie we waren. En als je te veel woog, dan werd je verplicht om met een zandvest van vijf kilogram te trainen. ‘Om je grenzen te verleggen, moet je in het rood gaan’, beweerde Urbain altijd. We hebben hem dikwijls verwenst, maar we voerden wel alles uit. Brave jongens, hé …” (lacht)

“Haesaert hield alle tijden bij en stelde, om de competitiegeest aan te scherpen, een klassement op dat hij ophing in de kleedkamer”, aldus Danny Veyt. “Wij vergeleken dat met de Tour de France: wie op kop stond, was de geletruidrager, de laatste kreeg de rode lantaarn. Zulke trainingen zijn nu uit den boze, maar wij hadden wel een fénomenale conditie en waren zelden geblesseerd.”

Haesaert, leraar technisch tekenen, werpt zich op als een strenge leermeester, maar dat belet de spelers niet om na de wedstrijd en op maandagavond het uitgaansleven in te duiken. Franky Dekenne: “Vaak met spelers van Club Brugge: Jan Ceulemans, Alex Querter … Véél plezier gehad. Máár: op de training, dinsdagmorgen, stonden we wel paraat. Je kon nauwelijks zien dat we pas om vier uur ’s morgens in bed gekropen waren. Dát was de kracht van SV Waregem. Allemaal eenvoudige streekjongens, die keihard werkten, voor elkaar door het vuur gingen en nooit naast hun schoenen liepen.”

Laatste puzzelstukjes

In het tussenseizoen vinden Haesaert en penningmeester Germain Landsheere de laatste twee ontbrekende puzzelstukjes: de Chileen Juvenal Olmos en de Braziliaanse verdedigende middenvelder Sergio Batista Da Silva. “Met zijn spelinzicht en goede lange bal werd hij een uitstekend verbindingsstation waardoor er meer evenwicht in de ploeg kwam”, zegt Hasaert.

Zonder Da Silva wint SV Waregem begin juli al het toernooi van Paris Saint-Germain. “Wij stonden op de affiche als Waremgen“, herinnert De Coninck zich. “In de halve finale schakelden we FC Köln uit na penalty’s en in de finale klopten we gastheer Paris Saint-Germain met 3-4. Toen al merkte je dat we een superteam hadden, alleen wisten we het op dat moment niet. En eigenlijk hebben we dat nooit beseft. Ook omdat Germain Landsheere steeds benadrukte dat we maar een klein ploegje waren dat niet moest zweven. Dat was goedkoper, hé. De premies voor de Europese wedstrijden werden zelfs gekoppeld aan het aantal toeschouwers, zodat Germain zeker niet meer moest uitgeven dan er binnenkwam.” (lacht)

Na een aantal overtuigende zeges in de competitie beginnen de Zuid-West-Vlamingen vol vertrouwen aan de eerste ronde van de UEFA Cup tegen Aarhus GF. De Denen komen tweemaal op voorsprong (1-2), maar in een halfuur trekt Waregem de scheve situatie recht en scoort het nog viermaal: 5-2. Dankzij een sterk keepende De Coninck overleven Desmet en co in de terugmatch het openingsoffensief van de Denen. Twee minuten voor het einde stelt Veyt de kwalificatie veilig: 0-1.

“Het ‘beruchte’ vijftal Desloover-Desmet-Van Baekel-Veyt en ikzelf is daarna tot diep in de nacht in de cafés blijven plakken”, vertelt Dekenne. “Van Baekel werd zo dronken dat hij ’s ochtends nauwelijks op zijn benen kon staan. Aan het ontbijtbuffet liep Philippe voor Alain en ik erachter om hem recht te houden. Iedereen lag plat van het lachen, behalve Haesaert, die de dag erna bekendmaakte dat Van Baekel én Desloover niet in de kern zaten voor de match tegen THOR Waterschei. Smetje, Veyt en ik hebben toen bekend dat wij óók op stap waren geweest. Haesaert sloot een compromis: we mochten allemaal spelen, maar bij verlies zouden we een zware boete betalen. Drie dagen later blikten we Waterschei in met 5-0, met een hattrick van Veyt en met Van Baekel als andere uitblinker … Daarna heeft Haesaert nooit meer een opmerking gemaakt over ons stapgedrag, zolang we er maar stonden op training en in de match.”

In de tweede ronde van de UEFA Cup neemt SV Waregem het op tegen Osasuna Pamplona. Essevee wint de heenmatch met 2-0 door een kopbaldoelpunt van Desloover en een afgeweken afstandsschot van Veyt. Maar in een kolkend El Sadarstadion gaat het in de terugwedstrijd bijna kopje onder wanneer de Spanjaarden in de eerste elf minuten 2-0 voorkomen. “Enkele minuten later scoorden ze nog een derde goal, maar die werd terecht afgekeurd voor een duwfout op mij”, aldus Dekenne. “Zo niet, dan was het toen al afgelopen. Maar wij lieten onze kop niet hangen en kwamen op een verzopen grasmat steeds beter in de match. Een ijzersterke conditie, hé …” Na een actie van Desmet op de rechterflank rondt Veyt in een tijd mooi af. Het doelpunt van de kwalificatie.

Waar is de metro?

SV Waregem loot in de achtste finale het grote AC Milan, al is de Italiaanse club midden jaren tachtig niet de topploeg die hij in de decennia ervoor was. Een jaar na de laatste titel in 1979 worden ze naar de Serie B verwezen wegens het Totonerogokschandaal. In 1983 keert AC Milan, ondertussen overgenomen door Giussi Farina, definitief terug naar de Serie A. Na een vijfde plaats in het seizoen 1984/85 verschijnt het na zes jaar weer op de Europese scène.

In de achtste finale moet het nietige SV Waregem een hapklare brok worden. Toch komt de assistent-trainer van AC Milan naar België om Essevee te scouten en ook Haesaert laat, gewoontegetrouw, niets aan het toeval over. “Ik heb die assistent begeleid in Waregem en hij mij in Rome, waar ik de match AS Roma – AC Milan bijwoonde”, vertelt Haesaert. “Hij haalde mij af op de luchthaven en bood me een etentje aan. Toen ik de taxi naar het Olympisch Stadion wilde nemen, stond hij erop dat ik met de spelersbus zou meegaan. Zelden zo’n hartelijke ontvangst gehad.”

Toch gedragen de Italianen zich vrij hautain wanneer ze in Waregem aankomen. Mark Dheedene, ex-voetbaljournalist bij Het Nieuwsblad: “De begeleiders vroegen meteen een aantal taxi’s te bestellen die de spelers na de training naar het hotel in Kortrijk moesten voeren. ‘Die zullen van heel ver moeten komen’, schimpten ze. Ze vroegen zelfs waar in Waregem de metro zich bevond …”

Ook tijdens de rondleiding in de kleedkamers trekt de Milandelegatie grote ogen. Toenmalig secretaris Rik Vererfven: “Ik toonde de begeleiders de kleine kleedkamer van de bezoekers. ‘Prima, maar waar zijn de kleedkamers voor de andere spelers?’, vroegen ze. Toen ik zei dat dat de kleedkamer voor de héle ploeg was, keken ze héél bedenkelijk. (lacht) Voor de training konden ze nog de thuiskleedkamer gebruiken, maar voor de match raakten ze met hun grote valiezen onmogelijk allemaal binnen. Verscheidene spelers moesten buiten wachten tot de anderen zich hadden omgekleed.”

Essevee is niet geïntimideerd door de hoogmoedige Rossoneri en drukt hen tegen het eigen doel. De 1-0 van Veyt in de 65e minuut is meer dan verdiend. “We hadden minstens met 2-0 moeten winnen, maar in de plaats kregen we twee minuten voor het einde het deksel op de neus”, legt De Coninck uit. “Ik liet na een hoge voorzet de gladde bal uit mijn handen glippen, Pietro Paolo Virdis tikte hem binnen. Ik zakte bijna door de grond … Nog steeds word ik herinnerd aan die fout. Onlangs kwam ik in mijn woonplaats Grammene de grafdelver tegen. ‘Als ik u zie, is dat het eerste waaraan ik moet denken’, zei hij. Máár, achteraf gezien was mijn blunder een geluk bij een ongeluk, want daardoor moesten de Milanezen thuis niet winnen en begonnen ze niet supergemotiveerd aan de terugmatch.”

Niet nerveus

Wanneer de spelers van SV Waregem op 11 december anderhalf uur voor de match de grasmat van San Siro op wandelen, krijgt Haesaert te horen dat zijn spelers zich in een zaaltje moeten opwarmen in plaats van op het veld. “Ik eiste van de UEFA-afgevaardige dat we op de grasmat mochten warmlopen. Het was crúciaal dat mijn spelers konden wennen aan de vijandige sfeer in het grote stadion.”

Het rendeert, want SV Waregem begint complexloos aan de match. “Waarom moesten we nerveus zijn? We zouden tóch verliezen …”, lacht Desmet. Na een kwartier komen de West-Vlamingen bijna op voorsprong wanneer Van Baekel de dwarsligger treft. Achteraan geeft Essevee nauwelijks iets weg tot Agostino Di Bartolomei even voorbij het halfuur een vrije trap op de paal knalt. Wat later wordt het 1-0 wanneer Mario Bortolazzi De Coninck vloert. Het sprookje lijkt voorbij tot Görtz net voor rust Van Baekel alleen wegstuurt. Die wordt net buiten het halve maantje foutief afgestopt door keeper Giuliano Terraneo en wordt op de rand van het strafschopgebied nog eens getackeld door Di Bartolomei. “De keeper raakte me lichtjes en dan ga je vlug neer, hé. Zeker toen Di Bartolomei me nog eens toucheerde”, vertelt Van Baekel. “De Slowaakse scheidsrechter, Vojtech Christov, floot direct penalty, maar de Italianen bleven protesteren en gingen verhaal halen bij de grensrechter. Op dat moment kreeg Pino De Craeye een sinaasappel op zijn hoofd. Hij liet zich als vermoord vallen, waardoor de ref bij zijn beslissing bleef, al duurde het nog drie, vier minuten eer de penalty gegeven kon worden.”

“Normaal gezien trapte Görtz de strafschoppen, maar hij had er de weken ervoor een gemist”, aldus Desmet, die tussen de rondvliegende sinaasappels en whiskyflessen de bal ijzig kalm binnentrapt.

Na de rust schieten de Milanezen furieus uit de startblokken, maar Waregem overleeft de stormloop. Wanneer Haesaert Mutombo inbrengt voor het laatste halfuur – een vaste wissel – kantelt de match. In de 66e minuut verstuurt de Congolees een voorzet naar de linkerpaal waar Veyt de bal overhoeks binnenkopt: 1-2. Veyt: “De Italianen probeerden daarna penalty’s uit te lokken, maar gelukkig was Christov een heel goede ref. Twee jaar eerder had hij nog de EK-finale gefloten.”

In het laatste halfuur dwingt AC Milan nauwelijks een kans af. Veyt mist zelfs nog de 1-3, maar de stunt is een feit. Tot woede van de 65.000 tifosi. “Ze gooiden van alles op het veld: waterflessen, muntstukken, autoradio’s …”, herinnert kinesist Johan Vanderheeren zich. “We moesten met een grote boog naar de spelerstunnel, in de hoek, lopen om alles te ontwijken. Ik heb zelfs de hevig bloedende wenkbrauw van de grensrechter, die geraakt was door een batterij, moeten verzorgen.”

Rapport

Terwijl tientallen Italiaanse supporters de hoofdtribunes bestormen, bouwen de spelers van Waregem een feestje en wisselen ze met de materiaalman van AC Milan truitjes uit. “We beseften toen nog niet wat we gerealiseerd hadden”, vertelt Dekenne. “Germain Landsheere wél, de tranen stonden in zijn ogen.” De SV Waregemdelegatie moest twee uur wachten in de kleedkamers, want buiten waren er zware rellen uitgebroken tussen Milansupporters en de carabinieri. Geëscorteerd door de politie raakt de spelersbus toch in het hotel. Het Milanbestuur raadt de spelers en staf van SV Waregem aan ’s avonds in het hotel te blijven, maar ook daar wacht hen geen hartelijke ontvangst. “Zelden zo snel gegeten als toen”, vertelt Desmet. “We hadden nauwelijks het voorgerecht naar binnen gespeeld of het dessert stond al op tafel. En al om middernacht deed de barman alle rolluiken naar beneden. Achter zijn rug hebben we die driemaal weer opgetrokken, tot hij het zodanig beu raakte dat hij ging slapen en wij de bar voor ons alleen hadden.” (lacht)

In België worden de spelers onthaald als helden. “Op de bruggen boven de E17 hingen spandoeken met felicitaties en in Waregem stond het gemeenteplein bomvol”, vertelt Bart Mauroo, toen nog maar zeventien. “Maar ik had pech: terwijl alle spelers naar de Markt trokken, ging ik thuis studeren, want de dag erna moest ik een examen afleggen. Ik had zelfs mijn boeken meegenomen naar Milan. In het examenlokaal zette de directie van het Waregemse Heilig-Hartcollege me in de bloemetjes. Vijf minuten later mocht ik aan mijn examen beginnen … Geslaagd, ja. Knappe student, hé.” (lacht)

Wie geen goed rapport kan voorleggen, is Milanvoorzitter Giussi Farina. Twee dagen na de blamage tegen SV Waregem biedt hij zijn ontslag aan. Op 20 februari 1986 neemt Silvio Berlusconi, koning van de privézenders, de bijna failliete club over. Een nieuw tijdperk kan beginnen: in het seizoen 1987/88 behalen de Rossoneri de landstitel, een jaar later winnen ze Europacup 1. Voor Berlusconi is het succes van AC Milan een opstapje naar de politiek. Of zoals Wim De Coninck het, met zin voor overdrijving, stelt: “Dankzij SV Waregem is hij nu premier van Italië …”

‘Come on, you win’

De West-Vlamingen kruisen in de kwartfinale de degens met Hajduk Split en worden in de eerste helft van de heenmatch van het kastje naar de muur gespeeld. “Een half wonder dat we slechts één doelpunt incasseerden”, aldus Veyt. Na de rust krijgt de Waregemse defensie veel beter vat op Joegoslavische sterspelers als Aljosa Asanovic, Blaz Sliskovic, de broers Zlatko en Goran Vujovic, Ive Jerolimov en Jerko Tipuric (beiden ex-Cercle Brugge). Hajduk heeft in de eerste helft al zijn brandstof opgebruikt en komt nog nauwelijks in de buurt van De Coninck. Het fluitconcert van de 50.000 toeschouwers in het Poljudstadion is na afloop striemend.

Ook in de terugwedstrijd leggen Millecamps en co de Joegoslavische artillerie makkelijk aan banden. Waregem krijgt zelfs de beste kansen en na de rust straft de ingevallen Mutombo – weer hij – een blunder van Hajdukkeeper Zoran Varvodic af. Daarna blijft een doelpunt uit, penalty’s moeten de beslissing brengen. Daarin wordt doelman Wim De Coninck de held van de avond. Hij scoort de vijfde strafschop en pakt de penalty van Branko Miljus. Armin Görtz schiet SV Waregem even later naar de halve finale. Tot grote vreugde van … de Portugese scheidsrechter José Rosa dos Santos. “Net voor de penalty’s moedigde hij mij aan: ‘ Come on, you win‘”, vertelt De Coninck. “En na de wedstrijd stond hij op de tafels te dansen met een sjaal van Waregem rond zijn nek. (lacht) Niettemin was de uitschakeling van Hajduk wellicht een nog grótere stunt dan de zege tegen AC Milan. Wat een topspelers!” Dat bevestigt ook Jerko Tipuric: “Op papier hadden wij een véél betere ploeg – bijna alle spelers waren lid van het nationale elftal. Maar Waregem speelde met een hart en vormde een hecht blok terwijl er bij ons elf individuen op het veld stonden.”

Heel Waregem hoopt voor de halve finale op Real Madrid, maar het wordt de 1. FC Köln. “Een ontgoocheling”, aldus Desmet. “Geen galamatch in het Bernabéustadion, maar vier uur op de bus richting Keulen. Bovendien werden we steeds vermoeider na een slopend seizoen, dat we met slechts dertien, veertien man afwerkten, van wie bovendien de helft nog een ‘gewone’ job had. Dat zag je ook in de competitie: in de laatste vier wedstrijden behaalden we nog één punt, waardoor we ‘pas’ achtste werden.”

In het Müngersdorfstadion lopen de Duitsers de West-Vlamingen volledig onder de voet. Waregem houdt nog stand tot de 40e minuut, maar wanneer Dekenne verzorgd wordt met een verrekking, scoort Hans-Peter Lehnhoff de 1-0. Vijf minuten na de rust moet Dekenne definitief naar de kant. “In diezelfde minuut maakt Klaus Allofs, míjn man, de 2-0 en een kwartier later schiet hij de 3-0 binnen. Tien minuten voor het einde wordt het nog 4-0. Zonder mijn blessure was het verschil allicht niet zo groot geweest, maar hoe dan ook was Keulen veel sterker.” Een quote van Marc Millecamps na de match zegt alles: “Mijn vader heeft me verteld dat de Duitsers tijdens de oorlog uit het oosten kwamen. Wel, vandaag bestormden ze ons vanuit het oosten, zuiden, westen én noorden.” Bij Waregem heerst wel het vermoeden dat de thuisspelers verboden brandstof getankt hebben. Haesaert: “In de matchen die ik van Keulen gezien had, viel me op dat er een paar spelers even traag liepen als mijn grootmoeder, maar tegen ons leek het alsof ze vijf longen hadden. Heel verdacht …” Het vermoeden wordt bevestigd wanneer doelman Toni Schumacher een jaar later in zijn autobiografie Anpfiff bekent dat de spelers van Keulen jarenlang hoestdrankjes met een heel hoge dosis efedrine namen.

Voor SV Waregem rest er niets anders dan thuis de eer te redden, maar veel eer is er voor de Esseveesupporters niet meer te halen. De terugmatch wordt immers in Kortrijk – de grote vijand – gespeeld, omdat de UEFA de staantribune van het Regenboogstadion afgekeurd heeft. FC Köln komt in het Guldensporenstadion 0-2 voor, maar de West-Vlamingen knokken terug tot 3-3. Wim De Coninck: “Na die halve finale zei ik tegen Urbain Haesaert: ‘Dit was once in a lifetime. Waregem zal nooit meer een halve finale van een Europabeker spelen.’ Haesaert antwoordde: ‘Je mag dat niet zeggen, alles is mogelijk.’ Helaas heb ik gelijk gekregen …”

door jonas creteur

“De Italianen vroegen waar in Waregem de metro zich bevond.”

Marc Dheedene

“We hadden een fenomenale conditie en waren zelden geblesseerd.”

Danny Veyt

“De scheidsrechter stond op de tafels te dansen met een sjaal van Waregem rond zijn nek.”

Wim De Coninck

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content