Ach, als ze destijds bij Club Brugge met vier, vijf mensen beslisten dat ik geen contract kreeg, dan zal het wel zo geweest zijn dat ik er nog niet klaar voor was om door te stromen naar de A-kern”, zegt Tom De Sutter (23). “Ik kon wel mee, maar om in de eerste ploeg te raken, moet je iets extra’s brengen. Misschien ontbrak dat toen nog en zagen ze niet welke groeimarge ik nog had.

“Ik ben ook pas bij Club Brugge gekomen toen ik zestien was. Dat is laat. Bovendien was ik altijd een offensieve middenvelder geweest. Bij de beloften werd ik links op het middenveld of als één van de twee spitsen uitgespeeld. Het was een ontgoocheling dat ik weg moest. In het begin liet ik mijn kop wat hangen, maar achteraf bekeken deed dat jaartje bij Torhout mij wel deugd.

“Bij de beloften trainden we elke dag.

Ik studeerde nog wel, maar voor de rest leefde ik voor het voetbal. Bij Torhout ontdekte ik een beetje het vrije leven. Na Club Brugge was dat decompressie. Overdag liep ik school en drie keer per week was er ’s avonds training. Ik ging ook geregeld op stap. Het was een fijne periode.

“Derde klasse was een goede leerschool voor iemand van twintig jaar. Je komt er gasten van dertig tegen die er echt wel staan, in de duels moet je meer je lichaam zetten en leren omgaan met

intimidaties en geniepigheden. Dat is heel iets anders dan een beloftewedstrijd. Ik leerde toen veel van Nico

Vanderdonck. Ik speelde bij Torhout geen slecht seizoen, maar met slechts drie trainingen zat ik na tachtig minuten altijd kapot. Gelukkig scoorde ik in de voorbereiding al meteen drie keer tegen Cercle Brugge en werd ik van toen af aan gevolgd. Zo’n stunt was dat nochtans niet, want die dag had Cercle al twee keer getraind ( lacht).

“Ondertussen ben ik completer

geworden. Ik heb meer ervaring, ben sterker, sneller en beter gefocust nu. Hoe professioneler je werkt, hoe meer je evolueert. Bij Cercle train ik in de

fitnesszaal onder het toezicht van Sergiy Serebrennikov veel gerichter dan destijds bij de beloften van Club.

Toen belastte ik mijn rug te veel en had ik overal pijntjes, nu profiteer ik van supercompensatie. Hier krijgen we ook meer snellevoetenwerk.

“Het is belangrijk aan alles te blijven

werken. Ik had ook al een verkennend gesprek met een psycholoog. Als jeugdspeler ben je daar niet mee bezig, maar eens het om de knikkers gaat wél.

Tijdens mijn revalidatie las ik onder meer over hoe je de concentratie kunt

verbeteren. In een tennisboek vond ik hoe je door vaste rituelen nog beter

gefocust kunt raken, ook al is het je kousen optrekken en je haren goed

leggen ( lacht). Voor elke wedstrijd trek ik mij altijd eventjes terug in de douche. Dan ga ik daar hurken en spreek ik tegen mezelf: amuseer je vandaag als het kan, raak niet geblesseerd, … Ik wil er alles uithalen.”

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content