Aan de hand van 20 levensvragen willen we de mens achter de voetballer beter leren kennen.
1. Welk nieuws maakte je recent bang of boos?
‘Dat er meer dan vijftien jaar na 9/11 niet veel veranderde en dat de dreiging alleen maar erger wordt.’
2. Waarover zullen we ons over vijftig jaar schamen?
‘Dat een sensationele zakenman als Donald Trump president van de Verenigde Staten werd. Een aantal uitspraken van hem waren alvast ronduit lachwekkend.’
3. Heb je een concreet idee of voorstel om de wereld te verbeteren?
‘De trend in Denemarken: hygge. Dat is hun manier om te genieten van het leven. Ze werken officieel 37 uur, maar in de praktijk komt het neer op 30 tot 33 uur. Het kan mensen uit de bijna moordende dagelijkse sleur halen.’
4. Bid je weleens? Tot wie?
‘Vroeger gingen wij met Pasen altijd naar de Grot in Oostakker, een bedevaartsoord. In het buitenland gaan we ook altijd een kaarsje branden in een kerk.’
5. Wat is je grootste prestatie?
‘Het vaderschap. Zodra je die kleine ziet lachen, krijg je een krop in de keel. Ik ben nogal een gevoelsmens.’
6. Wat is je grootste mislukking?
‘Dat ik tijdens de tien jaar in Nederland de echte familiemomenten miste bij feesten of bijeenkomsten.’
7. Heb je al eens overwogen te emigreren? Wanneer? Waarnaartoe?
‘Ik zou ooit nog eens een wereldreis willen maken. Na tien jaar vakantie in de VS trokken we de laatste twee jaar naar Thailand. Maar Amerika blijft me bezighouden. The American Dream.’
8. Waaraan ben je het meest gehecht?
‘Familie, vrienden en kennissen. Ik kan niet zonder hen. Iedereen is bij ons altijd welkom nu we een vaste woning hebben.’
9. Had je ooit geldproblemen?
‘Nee. Maar op mijn negentiende trok ik naar Rotterdam voor het voetbal en woonde ik alleen op een appartement in Hoogstraten. Ik had het toen niet al te breed. Mijn ouders waren ook nooit grootverdieners. Mijn pa werkte bij staalbedrijf Bekaert, mijn ma was naaister.’
10. Wat is het ergste dat je over jezelf op de sociale media las?
‘Dat ik voor het geld vertrok naar Club Brugge. Totaal onwaar eigenlijk. De ware reden was dat ik het een buitenkans vond. Plus de emotionele factor, want ik had daar in de jeugd gevoetbald en ik kende er nog veel mensen.’
11. Praat je weleens tegen je huisdier?
‘Ja. Mijn hond Nikey is nu dertien jaar. Jarenlang noemde ik hem mijn beste vriend.’
12. Wat zou je absoluut niet willen dat je kinderen ooit zouden doen?
‘Louis is pas enkele weken oud. Ik hoop dat hij tussen zijn vijftiende en achttiende de juiste vrienden heeft en dat hij zich niet laat vangen aan de verlokkingen van het leven.’
13. Welk kunstwerk – boek, film, muziek, schilderij – raakte je het meest of vormde je?
‘Het lied ‘Kleine man’ van Scala & KolacnyBrothers. We gebruikten die song voor de doop van onze zoon. Iedereen werd er stil en emotioneel van.’
14. Over welk onderwerp zou je graag meer willen weten?
‘De werking van de CIA. Wat speelt er zich exact allemaal af tijdens die geheime missies? De dood van Aleksandr Litvinenko, een Russische ex-veiligheidsmedewerker die in bizarre omstandigheden overleed, dat intrigeert mij. Wat gebeurde daar echt?’
15. Zou je ooit overwegen om een vluchteling in huis te nemen? In welke omstandigheden?
‘Nee, want je kent hun achtergrond en drijfveer niet.’
16. Wat vind je het moeilijkste aan de liefde?
‘Dat de perfectie niet bestaat. Je moet elkaar vooral proberen te begrijpen in een relatie. Door veel te praten en altijd eerlijk te zijn.’
17. Wat is de schuld van de media?
‘Dat ze bepalen hoe de mensen denken. Ik probeer dan ook veel te relativeren.’
18. Hoelang is het geleden dat je je ouders zag?
‘Gisteren nog. Wij hebben een heel sterke band. Ook met mijn broer Nico. Ik besef heel goed welke inspanningen ze allemaal deden voor mijn voetballoopbaan.’
19. Doe je iets bijzonders voor je gezondheid?
‘Veel water drinken en zo goed mogelijk op mijn voeding letten. Maar zeker niet tot in het extreme.’
20. Wat leerde je in het leven?
‘Het staat met een tatoeage op mijn voet: Carpe diem, pluk de dag. Ik liet ze aanbrengen een maand nadat mijn vader in 2007 een hartstilstand kreeg op PSV. Mijn pa noemt me sindsdien zijn engeltje. Ik was de hele tijd aan zijn zijde op de intensieve dienst. Mijn aanwezigheid was voor hem een ongelofelijke steun om te overleven.’
DOOR FRÉDÉRIC VANHEULE
