In 2003 won hij Wimbledon en de Masters. Op 22-jarige leeftijd heeft Roger Federer alles in zich om de beste tennisser ter wereld te worden.

Daarover is iedereen het eens : in zijn soepele, ontspannen stijl kan Roger Federer alles op een tenniscourt. Zo breed is zijn repertoire dat men de Zwitser vaak vergelijkt met de Pete Sampras van zijn beste jaren. Misschien is het niet toevallig dat de Amerikaan het grote idool van Federer was.

Het slagenarsenaal van Federer oogt indrukwekkend. Aanvankelijk – en dat is niet eens zo lang geleden – noemde men hem Federer Express en dat verwees naar de snelheid waarmee hij de service van de tegenstander terug over het net bracht. Maar ook zijn eigen service en zijn forehand mogen inmiddels tot zijn sterke wapens worden gerekend. En vooral dit seizoen heeft Federer zich gemanifesteerd als een uiterst complete speler.

Dat laat zich aflezen aan de manier waarop hij in 2003 zijn erelijst bijspijkerde. In twaalf maanden tijd won de Zwitser in Marseille, Dubai, München, Halle, Wimbledon, Wenen en onlangs in Houston, waar hij op de Masters als enige van de acht deelnemers – allemaal spelers uit de toptien – ongeslagen het toernooi beëindigde. Het gevolg van deze sliert zeges : Federer staat met 4.000.680 dollar eerste op de ranking van de inkomsten.

In Texas benaderde Federer in zijn partijen tegen Andre Agassi, David Nalbandian, Juan Carlos Ferrero, Andy Roddick en nog eens (in de finale) Agassi telkens de perfectie. De toeschouwers zagen weer dezelfde artiest aan het werk die een paar maanden eerder het publiek op de All England Club in lichterlaaie had gezet.

Niet iedereen echter staart zich blind op de zegereeks die Roger Federer in 2003 bouwde. Hier en daar weerklinkt zowaar kritiek op de inwoner van het onooglijke Bottmingen bij Bazel. En de twijfelaars hebben niet helemaal ongelijk. Met het talent waarover de 22-jarige Zwitser beschikt, is het inderdaad volstrekt abnormaal dat hij op de Open van Australië en de US Open niet verder dan de achtste finales kwam, en op Roland Garros zelfs niet verder dan de eerste ronde. Om maar aan te geven : Roger Federer heeft dan wel Wimbledon gewonnen, maar op de andere drie grandslamtoernooien ontgoochelde hij fel.

Roger Federer – bijnaam Rodgeur – wordt al een paar jaar aan de top van het internationale mannentennis verwacht. De eerste gunstige commentaren dateren van 1998, toen hij zich op de eerste plaats van de wereldranglijst voor juniores hees. Een eerste plaats die hij onder meer dankte aan een overwinning op Wimbledon – samen met Björn Borg, Pat Cash en Stefan Edberg behoort Federer tot de vier spelers die Wimbledon zowel bij de junioren als bij de senioren wonnen.

Voor de jonge Federer – een jongeman die veel glimlachte en weinig sprak – woog de druk van de verwachtingen vaak te zwaar. Het maakte van de Zwitser een kwetsbare tennisser. Velen zagen in hem de speler die bij machte was om vanuit alle hoeken van het terrein winnende slagen af te leveren, maar bij wie op de belangrijke momenten de arm begon te trillen.

“Daarom was de overwinning op Wimbledon zo belangrijk voor mij”, vertelt hij over die episode van faalangst. “De laatste maanden kwam de druk van alle kanten. Ik heb tegen mezelf gezegd dat ik absoluut beter moest beginnen te presteren op de grandslamtoernooien. Maar dat is gemakkelijker gezegd dan gedaan. Om goede resultaten te behalen op een toernooi van twee weken heb je altijd ergens een dosis geluk nodig. Op Wimbledon kende ik die momenten van geluk tegen Lopez.”

Hij won het toernooi tenslotte na een finale waarin hij in drie sets afrekende met Mark Philippoussis en waarin hij voor zoveel vuurwerk zorgde dat Federer zich tot in de galerij van een andere categorie van tennissers mepte : de spelers namelijk die zich ervan bewust zijn dat ze iets meer kunnen dan een ander. Na Wimbledon kon het vertrouwen van Federer niet meer stuk. “Al was het niet gemakkelijk om alles wat me overkomen is, goed te verwerken. Zwitserland is een klein land en overal waar ik ga, herkennen de mensen me.”

Waarschijnlijk staat Roger Federer nog maar aan het begin van een schitterende carrière. Op basis van wat hij in 2003 liet zien, mag aangenomen worden dat hij in 2004 opnieuw de pannen van het dak zal spelen. Andy Roddick is dan wel het mathematische nummer één van 2003 – hij heeft in de Champions Race 32 punten meer en 160 in het Entry System -, hij wordt minder dan Federer beschouwd als de beste speler van de wereld. Dat komt omdat de Amerikaan veel minder veelzijdig is dan de Zwitser : om resultaten te boeken hangt Roddick te veel af van de kracht van zijn service.

Het is een gespreksonderwerp waar Roger Federer liever bochten omheen maakt. “Ik vind het moeilijk om daarover te praten. Volgens mij verdient Andy Roddick zijn eerste plaats op de wereldranglijst. Hij moet zich de beste voelen, dat zou ik in zijn plaats ook doen. En wat mezelf betreft : laten we het erop houden dat ik de beste van de wereld was tijdens de Masters. Want daar bereikte mijn tennis werkelijk een topniveau.”

Roger Federer weet zich alvast goed omringd. Door, onder meer, zijn Zweedse coach Peter Lundgren, die Peter Carter heeft vervangen – Carter, de man die Roger Federer ‘gemaakt’ heeft maar omkwam bij een auto-ongeval. En door fysical trainer Pierre Paganini, die voor de Zwitserse tennisfederatie werkt. Om zich beter op zijn tennis en zijn tenniscarrière te kunnen concentreren heeft Federer ook orde in zijn leven geschapen. Dat gebeurde vlak voor Wimbledon, toen hij een beroemd marketingbedrijf de deur wees en het beheer van zijn agenda toevertrouwde aan zijn verloofde, de Slovaakse speelster Miroslava Vavrinec.

De tranen die vloeiden na zijn zege op Wimbledon en hoe hij door zijn stem zakte toen hij het Londense publiek toesprak, brengen nog iets anders naar buiten dan een pure tennismachine. Roger Federer, de mens : “Het is me nogal overkomen dat ik huilde bij belangrijke gebeurtenissen en telkens zwoer ik dat ik het mezelf niet meer zou toelaten. Maar het moment was te belangrijk om er onbewogen bij te kunnen blijven. De herinnering aan mijn zege op Wimbledon in 1998 bij de junioren en mijn overwinning tegen mijn idool Pete Sampras, onderweg naar de titel in 2003, hebben van dat toernooi iets heel speciaals gemaakt. Dus voelde ik de tranen opwellen en ik kon ze niet tegenhouden. Het was sterker dan mezelf.”

door Florent Etienne

‘Ik kon de tranen niet tegenhouden.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content