Een vast aanvalsduo zijn ze vooralsnog niet bij Club Brugge, maar verbonden voelen Salou Ibrahim en Manasseh Ishiaku zich al langer. ‘Dat is goed voor het vertrouwen.’

Via Bobsam Elejiko, verdediger van Westerlo, kennen ze elkaar al langer dan sinds ze beiden bij Club Brugge voetballen. Salou Ibrahim speelde met Elejiko nog samen bij Turnhout en Manasseh Ishiaku zag hem nog bij Roeselare als tester passeren. “Als je al iemand kent in een nieuwe omgeving met wie je je meteen vrij kan voelen, met wie je je eigen dialect (Hausa, zowel in Nigeria als Ghana gesproken) kan spreken, is dat goed voor het vertrouwen”, zegt Salou Ibrahim.

Salou Ibrahim :”De manier van trainen is hier helemaal anders dan bij Zulte Waregem, waar we maar één training per dag hadden. Maar als je echt een prof wil worden, moet je daar klaar voor zijn en ik was dat nog voor het seizoen begon. Dus nu pas ik me goed aan.”

Manasseh Ishiaku : “Dit is de eerste keer dat ik een volledige voorbereiding op een seizoen meemaak, ja. Vorig seizoen raakte ik na twee wedstrijden geblesseerd en dan had ik drie, vier maanden nodig om er weer te staan.”

Hoe is het om spits te zijn in Brugge ?

Ibrahim : ” Emilio Ferrera vraagt dat we aanvallen én verdedigen. Dat is niet gemakkelijk, maar wel goed voor ons en het team. Je bent altijd in beweging, altijd aan het werken voor de ploeg en dat geeft je het gevoel dat je er negentig minuten bij bent. Je staat niet zomaar te wachten op de bal. In Zulte Waregem stond ik meestal alleen voorin en moest ik niet zoveel komen meeverdedigen. Dat had ook geen zin : ik kon als enige spits beter voorin blijven staan als aanspeelpunt en de bal vasthouden voor anderen. Hier, met twee aanvallers, is het noodzakelijk om terug te vallen, anders kom je mensen te kort.”

Ishiaku : “Precies. Uiteindelijk wil een spits altijd voorin blijven, maar het team is wat telt.”

Ferrera pareerde de vaststelling dat de Brugse spitsen nog niet zo productief waren door erop te wijzen dat ze elk nog niet zoveel speelden en daardoor weinig kansen kregen om te scoren. Maar een andere statistiek leert dat jij maar 19 keer scoorde in 101 wedstrijden, Mana, en jij 9 keer in 28, Salou. Is scoren niet belangrijk voor types als jullie ?

Ishiaku : “Scoren is héél belangrijk. Voor een spits is dat het belangrijkste. Hoe meer je scoort, hoe meer vertrouwen je krijgt.”

Ibrahim : “Wat mij betreft : scoren is belangrijk, want als je niet scoort, win je niet. Maar als je ziet hoe wij spelen, dan zie je dat wij een ander soort speler zijn : spelers die hard werken om te winnen. Je zal ons niet vanuit een slechte positie toch op doel zien trappen alleen maar omdat we zelf willen scoren. Ik zal de bal afgeven aan iemand die beter staat. Dat maakt een heel verschil. Veel aanvallers trappen vaak op doel en hebben dan het geluk dat de bal eens binnen gaat. Ik wil dat risico niet nemen. Daarvoor vind ik die drie punten te belangrijk. Dan pass ik liever naar een ander als ik niet zeker ben. Uiteindelijk maak je het voor jezelf alleen maar gemakkelijker voetballen als de ploeg voor komt. Maar als ik twee kansen krijg, zal ik er zeker een van binnen trappen.”

Zoals tegen PSG, waar je iedereen verbaasde door de bal rechts in de moeilijke korte hoek te plaatsen.

Ibrahim : “Precies, dat is wat ik bedoel. Veel mensen zeggen maar wat. Als je bekijkt hoe ik voor Zulte Waregem scoorde – negen in de competitie en vier in de beker – zie ik het zo slecht niet in. Het waren geen goedkope doelpunten, maar goals waarvoor ik gewerkt had.”

Ishiaku : “De trainer geeft ons tegen een andere tegenstander ook altijd andere richtlijnen. Tegen Beveren bijvoorbeeld konden Gaetan ( Englebert, nvdr) en Koen ( Daerden, nvdr) naar voren gaan. Dat werkte echt. Soms geef je twee goede passes, maar zien ze alleen die ene fout die je maakt.”

Vertrouwen

Zijn de opmerkingen dat het samenspel van Brugge nog niet imponeert terecht ?

Ibrahim : “Ik begrijp dat niet. Elke wedstrijd is anders, want de trainer vraagt niet altijd hetzelfde. Zolang de resultaten er zijn, moeten de mensen ons krediet geven. Want wat vroeg de trainer ons tegen Beveren ? Dat de spitsen naar de bal moesten komen en de aanvallende middenvelders over de spitsen moesten gaan. Zo scoorden we ook met Koen. Als ik altijd maar zelf diep zou gaan om de supporters te plezieren, sta ik de volgende keer niet meer in de ploeg. Mensen gaan al dertig jaar naar het voetbal, maar ze zeggen al dertig jaar hetzelfde. Leren ze dan niks bij, vraag ik me soms af. Als je hun ongelijk bewijst, beginnen ze naar iets anders te zoeken om te bekritiseren. Maar zo zal het altijd blijven, daarmee moet je kunnen leven.”

Ishiaku : “De middenvelders steunen en naar voren gaan, is wat telt. Winnen blijft het belangrijkste.”

Is het een voor- of nadeel dat er aanvallend vaak andere combinaties speelden ?

Ibrahim : “Dat is goed, want het gaat uiteindelijk om winnen : het is verrassend voor de tegenstander en het is fair tegenover iedereen.”

Ishiaku : “Dat je alle spelers zo vertrouwen geeft, is belangrijk.”

Ibrahim : ” Thierry Henry deed niet mee bij Juventus en werd bij Arsenal een heel nieuwe speler. Voetbal heeft meer te maken met de omgeving en het vertrouwen dat je bij het begin krijgt. Zelfs Ronaldinho kan niks zonder vertrouwen. Dan mag je nog zoveel kwaliteiten hebben.”

Ishiaku :”Ja, ik voel dat ik meer zelfvertrouwen heb. Hoe meer je speelt, hoe meer het komt. Ik hoor ook vaak van mensen rondom mij dat ik het echt kan. Dat miste ik vorig seizoen echt. Ik raakte geblesseerd, kwam terug en speelde dan niet zo goed. Iedereen raakt dan geïrriteerd. En dan dacht ik wel eens : wat doe ik hier ? Nu voel ik me beter. Vandaag nog stond Emilio Ferrera met mij te praten.”

Hoe complementair zijn jullie ?

Ibrahim : “Ik bewijs graag de mensen hun ongelijk. In het begin zei iedereen dat wij niet samen voorin konden spelen. Maar tegen PSG liep dat heel goed. Mensen denken dat wij dezelfde stijl hebben omdat wij allebei groot zijn. Alle twee targetman zeggen ze dan. Maar we spelen niet elke keer hetzelfde. Als Man naar de bal gaat, moet ik diep gaan en omgekeerd. We gaan niet op eenzelfde lijn blijven. Wie mij ziet spelen, kan mij toch niet zomaar een targetman vinden ? Soms doe ik misschien wel dingen die een speler van 1m50 niet kan met een bal en misschien ben ik wel sneller. Mensen oordelen nogal snel. Dat hoort er nu eenmaal bij. Maar ik luister niet naar de kritieken. Ik ga voor mijn doel.”

‘Plus est en vous’, zei Michel Dhooghe bij de ploegvoorstelling. Er zit meer in u. Hoe zullen we dat straks bij jullie merken ?

Ibrahim : “Wat mij beter zal maken, is de concurrentie in de ploeg en het feit dat er altijd druk ligt om beter te zijn dan de andere ploeg. Dat geeft je het gevoel altijd beter te willen doen. In Zulte Waregem lag er geen druk om beter te doen dan Anderlecht of Club Brugge. In een club met ambitie is dat anders. Maar gestresseerd zal ik er niet van geraken. Alleen scherper. Ik ben hier om te leren.”

Ishiaku : “Hard werken zal veel veranderen. In La Louvière speelde ik soms links en rechts en zelfs op het middenveld. Cartier wou mij dan weer altijd voorin, maar bij Brugge was het weer de hele tijd links dat ik moest spelen. Ik ben als rechtsvoetige niet echt goed op links. Maar nu met Bosko ( Balaban, nvdr), Salou, Chavez en Yulu-Matondo moet je er echt voor werken. Ferrera zet je op de bank als je niet geeft wat hij wil.”

Ibrahim : “Tegen Beveren zat ik op de bank, maar als kind wist ik al met verschillende situaties om te gaan. Dat is mijn voordeel in het leven, niet alleen in het voetbal : ik weet hoe ik met verschillende situaties moet omgaan. Ik heb te veel geduld en te veel respect voor iedereen om mij druk te maken. Ik ben realistisch genoeg om te beseffen dat je bij een grote ploeg als Brugge niet altijd kan spelen als je je niet honderd procent voelt. Hoeveel wedstrijden zou ik bij Zulte Waregem niet gespeeld hebben terwijl ik me niet honderd procent voelde. Tegen Beveren voelde ik weer mijn hamstring opspelen en daar heeft de trainer rekening mee gehouden. Zo had ik tijd om te herstellen. Dan dertig minuten alles kunnen geven, voelt goed. Terwijl beginnen en na dertig minuten niet meer voort kunnen, je een veel minder goed gevoel geeft. Het is echt geweldig voor mij dat er hier anderen zijn om het verschil te maken. Je krijgt daardoor tijd als speler om er te staan. Twee maanden niet voetballen en dan de bekerfinale moeten spelen zoals bij Zulte Waregem, dat zal hier in Brugge nooit gebeuren. Echt een luxe.”

Kampioen

Wanneer zal jullie seizoen geslaagd zijn ?

Ibrahim : “Als we kampioen worden en ik een grote impact in de ploeg gehad zal hebben.”

Ishiaku : “Als we kampioen spelen en een van de aanvallers van Brugge topschutter wordt. Ik hoop ook dat ik het ben, maar dan zal dat wel het werk van de hele ploeg zijn.”

Ibrahim : “Wie zegt dat Anderlecht zomaar kampioen zal worden, praat maar wat. Als zij een kans hebben, dan wij ook. Zij zijn op geen enkele manier beter dan ons. Daar kan niemand mij van overtuigen. Zelfs niet in de aanval. We hanteren gewoon een andere stijl.”

Ishiaku : “De wedstrijd van zondag zal daar niets aan veranderen. Alleen de laatste speeldag van de competitie telt.”

Wat was de beste of slechtste beslissing die jullie in je carrière al namen ?

Ibrahim : “Dat ik af en toe neerzit en mijzelf opleg dat wat ik aan kritiek op mij hoor niet waar is, dat is de beste. Dat heeft mij gebracht waar ik nu ben. In vierde klasse kwamen ze al zeggen dat ik niet beter zou kunnen, in derde ook en nu in de eerste zeggen ze dat ik mij hier niet verder zou kunnen ontwikkelen. Maar ik bewijs al vier jaar het ongelijk van de mensen en dat zal ik ook dit seizoen doen. Ik ben er klaar voor.”

Ishiaku : “Aan de makelaars door wie ik naar België ben gekomen wil ik liever niet meer herinnerd worden ( het geschorste duo De Bruyne-Cooreman, nvdr). In Nigeria ging ik naar een voetbalschool en mensen wilden niet dat ik daar naartoe ging…”

Want je broer zit bij de luchtmacht en…

Ishiaku : “… en mijn vader ook. Dus ik heb altijd te horen gekregen dat ik niet hogerop zou raken. Maar je weet nooit waar voetbal je kan brengen. In Roeselare waren we met vier spelers. Twee slaagden niet, maar ik zit bij Brugge en Omo ging naar Gent. Gelukkig kon ik bij een gastgezin terecht. Ik wist niet dat die makelaars geen Fifa-licentie hadden en in de illegaliteit werkten. Dat zit nu al bijna drie of vier jaar bij de rechtbank, dus ik wil daar niet meer over praten. Mijn moeder heeft nooit geweten dat ik in de gevangenis heb gezeten. Tien uur hebben ze mij vastgehouden. Samen met een andere speler die er niet eens iets mee te maken had. Toen de politie mij kwam oppakken vond ik dat quite shocking. Waarom ik ? Het was mij in Nigeria nooit overkomen. Dat heeft mij toen heel hard geraakt. Maar als je profvoetballer wil worden, moest ik daar overheen kunnen komen. Nu zou ik niet meer naar Roeselare komen om in Europa te kunnen voetballen. Maar met mijn vrouw en dochter van tweeënhalf ben ik heel gelukkig nu. We zijn twee maanden geleden getrouwd. Mijn vrouw verdiende dat, ik wou iets speciaal doen voor haar. Ze is van Zolder, maar ik heb haar in Hasselt leren kennen, waar ik woonde toen ik bij La Louvière speelde.”

Belgische vrouwen

Jullie vrouwen zijn allebei Belgisch én vriendinnen.

Ishiaku : “Ze gaan vaak samen weg en ze bellen veel. Wij zijn als broers.”

Ibrahim : “Een Belgische vrouw maakt het heel gemakkelijk om te integreren en de taal te leren.”

Hoe Belgisch voelen jullie je ?

Ibrahim : “Ik begrijp na zeven jaar hoe jullie hier denken. I feel the vibes. Maar zeggen dat ik kippenvel krijg als ik het Belgisch volkslied hoor, daar ga ik niet hypocriet over doen. Ik bleef Ghanees, maar ik voel me hier zo goed, dat ik hier wil blijven.”

Ishiaku : “Ik blijf mij Nigeriaan voelen, maar België is mijn tweede thuis. Dat heb ik mijn moeder ook gezegd toen ze hier onlangs op bezoek was. Waar ik ook naartoe ga, naar hier moet ik terugkomen.”

Tot slot : wat speelde er vanochtend op jullie autoradio ?

Ishiaku : ” Marcos Huston, Afro-Amerikaanse R&B.”

Ibrahim : “Je zal het niet geloven, maar behalve naar R&B en hiphop luister ik soms ook naar countrymuziek. Het is wat saai en voor oudere mensen misschien, maar ik luister er graag naar. Als er niemand anders bij is ( grijnst). Kenny Rogers, Don Williams, Dolly Parton. Mijn oudere broer had in Ghana één album van Kenny Rogers. Ik luisterde de hele tijd naar Lucy en the Gambler. En dat duet tussen Kenny Rogers en Dolly Parton, hoe heet het ook alweer… Islands in the stream ! ( Begint verrassend goed te zingen.) Islands in the stream… that is what we are… how can we be wrong… Ja, ik vond dat geweldig.”

Ishiaku : “Ik luister ook wel naar Marco Borsato en de Kreuners, hoor. ( Begint ook te zingen.) Ik wil je, blijf bij me, ga nooit meer weg… ( lacht).”

En jullie lievelingsauto is ?

Ibrahim : “Ik zal het mij nooit kunnen veroorloven, maar toch : een Lamborghini. Beetje extravagant, ik weet het, ja. Maar in Nigeria noemden ze mij niet voor niets wel eens een kameleon, omdat ik veel kanten heb.”

Ishiaku : “Porsche Cayenne. Ik hou van alles wat er robuust als een jeep uitziet. Liever dat dan een kleine sportauto. That’s me. Dat is hoe ik ben.”

* * *

De dag na het interview loopt Manasseh Ishiaku op training een spierscheur op. Emilio Ferrera is er niet gelukkig mee : “Wat enorm stoort, is dat hij gewoon getraind heeft. Tijdens de training had hij iets gevoeld, maar hij vond het niet erg, hoewel hij in het verleden nog al blessures heeft gehad.” Hij moet zoiets eigenlijk voelen aankomen, vindt de trainer met andere woorden. “Ik hoop het voor hem en zijn carrière. Want als je telkens twee, drie wedstrijden speelt en dan weer geblesseerd raakt, wordt het moeilijk als basisspeler.”

RAOUL DE GROOTE

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content