De zege tegen Germinal Beerschot was pas de tweede in vijf competitiewedstrijden. Cercle Brugge verloor ook al drie keer. Zaterdag wijzigde Glen De Boeck zijn elftal alweer op vijf posities. Wat scheelt er met de nummer vier van vorig seizoen?

Drie op twaalf, het was ook een beproeving voor een trotse en razend ambitieuze man die als speler meestal in het winnende kamp stond en vorig seizoen in zijn debuutjaar als hoofdtrainer bijna uitsluitend lof kreeg. Na de nederlaag op Charleroi verscheen Glen De Boeck in de perszaal met een glimlach die nog wat oefening kon gebruiken. De innerlijke onrust was onmiskenbaar.

Slechts één keer in zijn carrière maakte hij een nog slechtere competitiestart mee: een op vijftien met Anderlecht. Arie Haan was toen hoofdverantwoordelijke, nu was hij het. Hij voelde het.

Met wedstrijden tegen Lokeren, Standard en Club Brugge in het vooruitzicht was zaterdag tegen Germinal Beerschot de druk om te winnen groot. Net als tegen Bergen slaagde Cercle Brugge er in de slotfase tegen nog slechts tien man maar moeizaam in om zijn nipte voorsprong tot het einde te behouden. De opluchting was immens.

Veel opties

Elke wedstrijd al startte Cercle Brugge met een andere opstelling. Slechts vijf van de elf posities werden tot nu toe altijd door dezelfde spelers bezet:

Positie 1, keeper: Bram Verbist

Positie 2, rechtsback: Frederik Boi

Positie 3, centrale verdediger (r.): Denis Viane

Positie 4, centrale verdediger (l.): Anthony Portier

Positie 9, diepe spits: Tom De Sutter

Eén positie werd een keer noodgedwongen gewijzigd. In Kortrijk verving Wouter Artz op positie 5 (linksback) de geblesseerde Vusa Nyoni.

De ingrepen van Glen De Boeck gebeuren op de posities 6 (rechts voor de verdediging), 7 (rechterflank), 8 (links voor de verdediging), 10 (centraal achter de diepe spits) en 11 (linkerflank). In zijn 4-5-1-veldbezetting zijn dat de vijf plaatsen tussen de verdediging en de diepe spits. Daar is het ook dat Cercle Brugge in het tussenseizoen wijzigingen onderging. Met Besnik Hasi (positie 6) vertrok daar een basispion en met Arnar Vidarsson (positie 8) en Thomas Buffel (positie 10) kwamen er twee spelers bij.

Tegen Anderlecht (speeldag 1, 0-3-nederlaag) werden de twee posities voor de verdediging bezet door Sergiy Serebrennikov (6) en de linksvoetige Vidarsson (8). Buffel nam de plaats in van Stijn De Smet (10), die geblesseerd was teruggekeerd van de Olympische Spelen en op de bank zat. In vergelijking met de basisploeg van vorig seizoen moest Honour Gombami op rechts (7) de plaats ruimen voor Tony Sergeant. Op links (11) behield Oleg Iachtchouk zijn stek.

Op Kortrijk (speeldag 2, 2-1-nederlaag) startte Gombami in de plaats van Sergeant (7). Thuis tegen Bergen (speeldag 3, 2-1-zege) werd de driehoek centraal op het middenveld omgedraaid: Serebrennikov (6) was de enige man voor de verdediging en met Sergeant (8) en De Smet (10) werd voor twee offensieve middenvelders gekozen. Iachtchouk verhuisde van links (11) naar rechts (7) en Buffel van het centrum (10) naar links (11). Het leverde de eerste punten op. Toch werd in Charleroi (speeldag 4, 3-2-nederlaag) de ploeg op drie plaatsen gewijzigd: daar was Vidarsson de enige verdedigende middenvelder (6), op de twee aanvallende posities in de centrale driehoek opereerde Serebrennikov (8) naast Sergeant (10). De Smet stond op links (11), Buffel zat op de bank. Bij de rust (1-2-voorsprong) greep De Boeck alweer in: Serebrennikov werd de enige verdedigende middenvelder (6), De Smet nam zijn plaats naast Sergeant in en Buffel viel in op de linkerflank (11).

Wie dacht dat daarmee centraal op het middenveld alle opties geprobeerd waren, onderschatte de creativiteit van De Boeck: tegen Germinal Beerschot (speeldag 5, 1-0) zette hij voor het eerst Sergeant naast Serebrennikov voor de verdediging (8). De punt van de driehoek (10) was voor Buffel, de rechterkant (7) voor het eerst in deze competitie voor De Smet en de linkerkant (11) voor Iach-tchouk.

Weinig hiërarchie

Het vijfmansmiddenveld is de linie waar de keuze het grootst is, maar ook waar veel spelers nog op zoek zijn naar hun beste vorm. Gombami, Iachtchouk en De Smet kwamen door een blessure met een achterstand uit de voorbereidingsperiode, Buffel werkt aan zijn terugkeer na een dubbele knieoperatie op 12 februari 2007.

Iachtchouk scoorde nog niet één keer, het is geen toeval. Buffel is gretig, maar speelt soms te gecompliceerd. Hij is een speler die vooral leeft van de individuele actie en zich moet aanpassen aan een collectief dat het accent legt op de snelheid van de balcirculatie. Van De Smet hoopt De Boeck dat hij uit de verhoogde concurrentie de motivatie kan halen om zijn grenzen nog verder te verleggen, maar soms lijkt het dat hij er vooral frustratie uit put. Misschien mist het spel momenteel nog het meest de loopacties en de versnellingen van Gombami, want Cercle Brugge flitst niet meer. Volgens De Boeck is de Zimbabwaan conditioneel nu pas op niveau aan het komen. Vergeten we niet dat voorin met De Sutter ook nog iemand staat die een kruisbandoperatie achter de rug heeft.

Bovendien verloopt de integratie van Vidarsson moeilijk. In de passing bleek hij tot nu toe iets minder bedreven dan Hasi, maar hij kreeg ook nog niet zoveel vertrouwen en krediet om te groeien als zijn voorganger.

Dat komt mede omdat De Boeck al snel koos voor een extra offensieve middenvelder ten koste van een verdedigende. Maar tegen Germinal Beerschot keerde hij terug naar het vierkant dat de ploeg vorig seizoen stabiliteit gaf: twee verdedigende middenvelders voor de twee centrale verdedigers. Het biedt die ene centrale offensieve middenvelder meer vrijheid om zich aanvallend uit te leven en het geeft de verdediging meer rust. Het stelt vooral ook de aanvallende backs meer op hun gemak. Of Sergeant een duurzame oplossing is als verdedigende middenvelder zal moeten blijken.

Ander manco: met Hasi vertrok de rechterhand van De Boeck en de natuurlijke leider van de ploeg. Hij was de corrigerende factor binnen de spelerskern. In de kleedkamer en op het veld hield hij zijn medemaats scherp. Hij had de autoriteit om ze indien nodig terecht te wijzen, verrot te schelden, met de voeten op de grond te zetten. De hiërarchie is haast horizontaal nu, maar is de groep daar rijp voor? Er wordt in elk geval minder van elkaar verdragen.

Geert De Vlieger moest die leemte opvullen, maar Cercle Brugge liet hem na maandenlang onderhandelen nog ontsnappen naar Club Brugge. Vidarsson beschikt over de ervaring en het karakter om het leiderschap op zich te nemen, maar daarvoor moet de trainer hem eerst op en naast het veld in die rol bevestigen. S

door christian vandenabeele – beelden: belga

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content