René Eijkelkamp traint op donderdag de spitsen van Schalke 04 en op vrijdag die van FC Twente. “Een targetman is voor mij een fysiek stevige centrum-aanvaller die een verdediging op zijn eentje aan de praat kan houden, goed kaatst en ook makkelijk scoort”, zegt de gewezen targetman van Club Brugge en KV Mechelen. “Opboksen tegen twee, soms zelfs drie verdedigers, ik ervaarde het als een leuk gevecht. De sterkste en slimste wint, hè ( lacht). Puur fysiek is het zwaar en mentaal moet je bestand zijn tegen bepaalde provocaties.
“Tegenwoordig moet je heel compleet zijn. Het typevoorbeeld van de moderne targetman is voor mij Emmanuel Adebayor van Arsenal: sterk aan de bal en met het hoofd, snel, heel lenig, scorend vermogen, oog voor de derde man die bijsluit vanuit het middenveld. Didier Drogba van Chelsea komt aardig in de buurt. Het zijn jongens die ook voor diepgang zorgen. Voor centrale verdedigers is dat zó moeilijk, want dan moeten ze ook hun wendbaarheid aanspreken.
“Bij Twente en Schalke probeer ik de spitsen op hun specifieke kwaliteiten te adviseren. Mijn resultaten zijn niet direct meetbaar. Dat hoeft ook niet. Als zij het maar prettig vinden om met mij samen te werken. Blaise N’Kufo ( FC Twente, nvdr) weet ook wel dat hij als diepste man constant oorlog moet maken in de zestien meter. Vooraf moet hij al een inschatting hebben gemaakt van de verdedigers waar hij tegen zal spelen. Is hij licht ontvlambaar? Hoe zit het met zijn spelintelligentie? Voldoet zijn inspeelpass? Zulke zaken, dat is ook de charme van het diepespitsenwerk. N’Kufo werd zo rustiger in zijn hoofd, speelt geconcentreerder, kent beter de looplijnen en weet hoe hij als winnaar uit de dekking moet komen. Hij leerde ook de omschakeling bij balverlies: ontzettend veel meeverdedigen en zonder bal van waarde zijn voor het team.
” Kevin Kuranyi ( Schalke 04, nvdr) bijvoorbeeld incasseerde al veel kritiek. Die moet ik er bovenop helpen met positieve coaching en de juiste tips. Bij het bekijken van beelden viel het mij op dat hij bij een ingooi altijd in de hoek van het veld gaat staan. Wat moet je daar nu? Je kunt alleen maar terug met die bal. We zijn met hem ook druk bezig dat hij als aanvaller zo diep mogelijk moet blijven spelen. Een spits die niet in vorm is, gaat evenwel op zoek, die laat zich zakken om in de bal te komen. Anders krijg je nooit een bal, denkt hij. Maar een elftal heeft juist behoefte aan een balvaste diepe spits. Dat geeft een bepaalde rust. Wanneer vraag je om de bal, hoe kom je uit de dekking, hoe laat je een middenvelder weten hoe jij de bal wil hebben? De meeste spelers zijn daar niet mee bezig, die spelen heel intuïtief. Maar als je vastzit, moet je kunnen terugvallen op een bepaalde basis. Als ik vroeger niet lekker in mijn vel zat, zocht ik op het veld naar zekerheden. Wanneer je die aspecten goed uitvoert, komt het vanzelf weer. Dat vind ik mooi, vanuit die ervaring een beetje kletsen met die gasten.
“In Nederland zitten we na het vertrek van Klaas-Jan Huntelaar naar Real Madrid met een gat. De meeste topteams maken gebruik van talentvolle buitenlanders. Echt aanstormde jeugd zie ik niet. Het is goed om daar even de aandacht op te vestigen. Ook blijkt het niet zo evident om targetmannen te maken. Je moet het talent hebben en open durven staan voor het schaafwerk door oud-voetballers.
“Als jonge voetballer had ik maar wat graag de trainer Eijkelkamp gehad. Bij mij ging de begeleiding niet veel verder dan wat tips van mijn vader. ‘Meer schiet’n van buut’n de zestien. ‘ In de toekomst zal er bij clubs gerichter en individueler getraind worden.”
