Al in 72 matchen met inzet speelde Romelu Lukaku sinds hij op 24 mei 2009 debuteerde in de eerste klasse. Zijn tegenspelers worden gewaar dat de zeventienjarige Anderlechtspits in anderhalf jaar serieus vooruitging. Hij werkt nu meer in dienst van het team.’

Centrumverdedigers en doelmannen krijgen in wedstrijden tegen Anderlecht tegenwoordig een 1m90 lange bonk van 93 kg tegenover zich. Zeven ‘ervaringsdeskundigen’ geven hun kijk op de verjongde versie van The Muscles from Brussels.

Duikboten met tenen

Glenn Verbauwhede, doelman bij KV Kortrijk (kreeg Romelu Lukaku al in vier wedstrijden tegenover zich): “Toen ik hem de eerste keer zag, viel me natuurlijk vooral zijn lichaamsbouw op. Zijn voeten zijn even groot als de borden van ‘wegomlegging’. Duikboten met tenen. Schoenmaat 51, geloof ik.

“Als er geen camera’s in de buurt zijn, merk je aan een bepaalde speelsheid wél dat hij nog jong is. Soms lijkt het alsof hij buiten het bereik van de spotlights een dopje uit zijn oor trekt om alles even uit zijn hoofd te laten vloeien. Toch zit hij drie à vijf jaar voor op zijn leeftijd.

“De diamant die hij is, blinkt alsmaar meer. Ten opzichte van vorig seizoen werd hij slimmer. Toen stond hij vaak buitenspel, nu overkomt hem dat minder. De ervaring die hij al opdeed, werpt vruchten af. Hij raakte beter geïntegreerd in de groep, die min of meer samenbleef. Daardoor weet hij nu wat hij moet verwachten als ploegmaat x de bal krijgt en op een bepaalde manier beweegt. Romelu kan zijn positie daaraan aanpassen, dat is een enorme meerwaarde. Als Jonathan Legear wordt aangespeeld, is de kans groot dat die eerst een actie zal maken en pas dan een voorzet zal trappen. Intussen weet Lukaku dat.

“Nu alleman hem kent en hem beter in de gaten houdt, is het logisch dat hij in sommige wedstrijden minder uit de verf komt. Romelu probeert dat te compenseren door, meer dan vroeger, in dienst van het team te werken. Wel gaat dat soms misschien wat ten koste van zijn frisheid voor het doel.

“Toch blijft Romelu levensgevaarlijk. Als hij in het strafschopgebied wordt aangespeeld en met zijn rug naar doel staat, kan hij zowel naar zijn linker- als naar zijn rechtervoet draaien. Natuurlijk weet je dat hij, als hij de tijd en de ruimte heeft, altijd voor zijn beste voet zal kiezen, zijn linker.

“Het is ook enorm opletten als Lukaku nog wat verder van het doel staat en, vaak door Mbark Boussoufa, perfect wordt aangespeeld op zijn linkervoet, waardoor hij rechtstreeks, in één lijn, van de zijkant van het veld richting doel kan lopen, in de rug van onze rechtsback. Dat doet hij heel graag. Als doelman kun je dan enkel even ademhalen als iemand hem nog naar de buitenkant kan drijven, zodat hij zo schuin voor het doel komt dat hij iets met zijn rechtervoet moet doen. Daarmee zal hij vanuit zo’n positie niet al te snel trappen, dan zal hij veeleer iemand anders in het spel betrekken of voor de voorzet kiezen. Maar ook dat kan gevaarlijk zijn. Zijn acties met de rechtervoet gaan alsmaar beter. Toen Anderlecht onlangs op bezoek ging bij Germinal Beerschot en Lukaku met die minst goede voet een gemeten assist verstuurde naar Kanu, dacht ik: ja hallo.

“In een een-tegen-eensituatie krijg ik wel nog altijd liever Lukaku tegenover mij dan Boussoufa, omdat ik toch weet dat Romelu, typisch voor een echte spits, meestal trapt, met de binnenkant van zijn voet. Boussoufa kiest rapper voor de actie, bewaart het overzicht en past het zolenwerk toe.”

Vlam-vlam

Bram Verbist, doelman bij Cercle Brugge (kreeg Lukaku al in twee wedstrijden tegenover zich): “Lukaku brosseert zijn ballen niet overdreven, hij plaats zijn schoten niet echt, maar is de man van de no-nonsenseafwerking. Vlam-vlam, bínnen.

“Die jongen komt uit een flow. Vorig seizoen speelde hij met Anderlecht kampioen, werd hij topschutter, debuteerde hij op het internationale toneel en lukte alles. Nu is er het altijd lastige tweede jaar, waarin hij moet bevestigen. Dat begon met een enorme klap, de uitschakeling in de Champions League, er volgde een moeilijk seizoensbegin voor de hele ploeg. En toch toont hij de laatste weken opnieuw dat hij heel goed bezig is. Ik vind dat verbazingwekkend voor een zeventienjarige. Het bewijst dat zijn begeleiding bijzonder goed is.”

Wie hapt, is gezien

Karel D’Haene, centrumverdediger bij Zulte Waregem (kreeg Lukaku al in vijf wedstrijden tegenover zich): “Wat mij het sterkst opvalt, is dat hij de indruk geeft heel leergierig te zijn. Cruciaal voor zo’n jonge speler.

“Toen we vorig seizoen, in play-off 1, een 6-0 om de oren kregen in het Astridpark, was die score zeker niet alleen de verdienste van Lukaku, maar hij was die avond wel bijzonder gretig. Als Anderlecht goed draait, is er geen houden aan en daar profiteert Lukaku van. Het gaat dan ook allemaal enorm snel. Boussoufa speelt Lukaku aan, die kaatst de bal terug, Boussoufa rukt op, samen met Jonathan Legear en Guillaume Gillet. Ze komen op zo’n moment eigenlijk van overal. Intussen wurmt Lukaku zich vrij en zoekt hij de diepte.

“Meteen happen is voor een verdediger dodelijk bij Lukaku, want dan zet hij zich breed en ben je gezien. Het is beter eventjes te wachten tot hij de bal controleert om dan proberen de bal weg te tikken.”

Dubbelteamen

Vincent Euvrard, centrumverdediger bij STVV (kreeg Lukaku al in vijf wedstrijden tegenover zich): “Als je het tegen Lukaku laat aankomen op een lijf-aan-lijfgevecht ben je kansloos, want dan gebruikt hij jouw lichaam om rond te draaien. Ook in een sprintduel hou je best afstand, zelfs als je even snel bent als hij. Hij kan zijn lichaam gebruiken om jou van de bal te houden. Je moet altijd loskomen van hem, één à anderhalve meter ruimte geven om vervolgens te anticiperen op zijn beweging. Ik herinner me een fase van vorig seizoen, waarbij ik vlak bij hem liep toen er plots een doorsteekpass kwam. Toen gaf ik hem meteen een meter, om een tackle te kunnen inzetten.

“Het moeilijke is dat Lukaku zowel gevaarlijk is in de box als bij ballen die in de diepte gestuurd worden. Vroeger had je bijvoorbeeld Rune Lange. Bij een bal vanaf de flank wist je bijna zeker dat je het kopduel verloor, maar je kon wel hoog druk zetten op Club Brugge, omdat je erop mocht rekenen dat je het sprintduel toch makkelijk kon winnen. Omdat Lukaku zo sterk en snel is, komt het eropaan om zo veel mogelijk vanuit de interceptie te spelen. Daarvoor moet je het spel goed lezen. Dat hij slim loopt, maakt de zaak nog moeilijker. Vaak vertrekt hij bij de ene centrale verdediger en duikt hij dan, met een ‘contraloopbeweging’, in de rug van de andere centrale verdediger. Die laatste ziet hem vaak niet direct komen, zo komt Romelu dikwijls vrij voor het doel. Wij proberen dat meestal op te lossen door zo lang mogelijk in zijn beweging mee te gaan. Als wij op minder dan twintig meter voor ons eigen doel staan, schakelen we sowieso over van zone- op mandekking. Verder van ons eigen doel proberen we hem, al roepend, nog door te geven aan elkaar. Je moet als duo goed samenwerken tegen hem en dubbelteamen zoals dat in het basketbal heet. Er hoort altijd iemand bij hem te staan en een andere eromheen. Ook als je niet de rechtstreekse dekking op jou neemt, is het belangrijk om hem in het zicht te houden en al goed ingedraaid te staan, want als je nog een hele draaibeweging moet maken vooraleer je kunt vertrekken, ben je te laat.

“Ook bij ballen die vanaf de flank komen, beweegt hij heel goed. Hij begint naar de tweede paal toe te lopen, maar snijdt dan in de richting van de eerste paal, exact op het moment dat de voorzet vertrekt. Dat is allemaal abc, maar de ene spits heeft daar meer een neus voor dan de andere. Als verdediger is het heel moeilijk om daar iets tegen te beginnen.

“Wanneer Lukaku verder van het strafschopgebied aangespeeld wordt terwijl hij met de rug naar het doel staat, wordt hij kwetsbaarder. Als je hem daar onder druk kunt zetten, maakt hij nogal eens fouten bij zijn balaannames of kaatswerk. In situaties waarbij de bal aan hem wordt gegeven opdat de ploeg aansluiting zou maken, kan hij nog flink wat progressie boeken. Dat blijft een werkpunt, samen met zijn kopspel, dat gezien zijn gestalte toch niet heel sterk is. Wie tegen hem een kopduel aangaat, is niet kansloos. Zijn timing is niet super.”

Verstandige vent

Marko Suler, centrumverdediger bij AA Gent (kreeg Lukaku al in vijf wedstrijden tegenover zich): “Ik speel graag tegen hem, omdat het een echte uitdaging is om zo’n topspits aan banden te leggen. Zo kun je als verdediger je eigen niveau opkrikken. Ten opzichte van de internationale kleppers die ik op het wereldkampioenschap in Zuid-Afrika tegenover mij kreeg, komt hij nog wel wat te kort. Maar omdat hij over alles beschikt wat een moderne spits nodig heeft – kracht, snelheid én beweeglijkheid – ben ik ervan overtuigd dat hij doorgroeit tot de absolute top.

“Hij groeide het laatste jaar niet alleen als spits, maar ook als mens. In interviews hoor ik een verstandige jongen, die goed weet waarmee hij bezig is. Dat hij ook nog altijd naar school gaat, vind ik een heel goed teken.”

Weg met woekeren

Philippe Clement, centrumverdediger bij Germinal Beerschot (kreeg Lukaku al in vier wedstrijden tegenover zich): “Lukaku houdt dit seizoen beter zijn positie, hij blijft meer in de centrale lengteas en woekert dus minder met zijn krachten dan vorig seizoen. Toen zocht hij ook altijd de diepte op. Intussen zit er een serieuze vooruitgang in zijn samenspel met de andere spelers, hij haakt nu ook af en legt dus meer variatie in zijn spel. Dat hij in die context overigens ook zélf aangeeft dat zijn balaannames en kaatswerk nog een stuk beter kunnen, bewijst voor mij dat die jongen al heel ver staat.”

Zonder zever

Carl Hoefkens, centrumverdediger bij Club Brugge (kreeg Lukaku al in vier wedstrijden tegenover zich): “Mij valt vooral de evolutie op in zijn houding op het veld. Toen ik de eerste keer tegenover hem stond, kwam hij wat bedeesd en schuchter over. Nu laat Lukaku duidelijk zijn mening horen aan zijn ploegmaats, hij roept en coacht.

“Zijn positiespel en controles zijn intussen voor zeventig procent in orde, heel straf voor zo’n jonge speler. En puur voetballend komt Lukaku een stuk beter uit de verf dan veel mensen beweren. Hij moet het echt niet alleen van zijn fysieke kracht hebben. Daarom denk ik dat hij zeker naar de Premier League mag lonken, waar élke club, ook de middenmoters en de staartploegen, in de spits een stevige bonk posteert en waar ze zoeken naar complete voetballers. In dat opzicht kiest Lukaku met Didier Drogba een goed voorbeeld.

“Wat ik enorm apprecieer aan Lukaku, is dat hij altijd zijn eigen match speelt, zonder te zagen en te zeveren. Als je op hem verdedigt, is het altijd hard tegen hard, maar nooit unfair. Hij speelt het spelletje eerlijk en blijft zichzelf. Grote klasse.”

door kristof de ryck, frédéric vanheule en bregt vermeulen

“Er zit een serieuze vooruitgang in zijn samenspel met de anderen.” Philippe Clement

“Hij groeide niet alleen als spits, maar ook als mens.” Marko Suler

“De voeten van Lukaku zijn even groot als de borden van ‘wegomlegging’.” Glenn Verbauwhede

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content