Eerst het failliet van Beerschot, nu degradatiestress bij Westerlo. Veel redenen om te juichen heeft Koen Van Langendonck (26) nog niet gehad. Afgelopen vrijdag speelde hij zich ondanks de 5-0 wél in de kijker in de Ghelamco Arena, maar ‘voor hetzelfde geld was het twee jaar geleden gedaan met mij.’

Nuchtere Limburgse jongen groeit op in de veilige en gemoedelijke omgeving van derdeklasser Bocholt VV en krijgt op 22-jarige leeftijd alsnog de kans zijn droom waar te maken: keeper worden bij een eersteklasser. Beerschot, uit het rumoerige Antwerpen, biedt hem een contract aan. Door een schorsing van titularis Stijn Stijnen ‘viert’ hij in februari 2013 zijn debuut bij een ploeg die op dat moment laatste staat en een financiële doodsstrijd levert. Beerschot incasseert vervolgens op het eigen Kiel een 1-7 van Club Brugge en 1-3 van Lierse SK. Pers en publiek maken de debutant met de grond gelijk.

Bij het net naar tweede klasse gezakte KVC Westerlo krijgt Koen Van Langendonck nog een kans. Twee en een half seizoen later is hij er onbetwist titularis, al staat Westerlo er niet goed voor. Van Langendonck: ‘Ik keep hier wel met meer vertrouwen. Toen ik bij Westerlo aankwam, werd ik nog scheef bekeken. Ik heb geleerd niet te veel vooruit of achteruit te kijken. Ik heb zelf al mogen ervaren hoe snel de situatie kan omslaan in het voetbal. Voor hetzelfde geld was het twee jaar geleden gedaan en deed ik nu een gewone job. Na het failliet van Beerschot (in 2013, nvdr) kon ik niet meteen naar een andere club want ik moest wachten op mijn C4. Toen heb ik, met mijn regentaat LO, gesolliciteerd bij enkele scholen. Op dat moment was ik zeer blij dat ik mijn diploma had. Ik besefte: als doelman bij een club die failliet gaat en laatste staat, geraak je niet zomaar aan een nieuwe club. Als Westerlo op dat moment niet komt, dan is het gewoon gaan ‘werken’, hé. Daar ben ik altijd realistisch in geweest.’

De kritiek van de pers en vooral ook de eigen aanhang was snoeihard bij Beerschot. Hoe kwam dat bij jou aan?

KOEN VAN LANGENDONCK: ‘Niet vergeten dat ik vanuit derde klasse kwam. Het was niet de bedoeling dat ik al meteen zo veel zou keepen in mijn debuutseizoen.

‘In de wedstrijden ging het allemaal sneller dan het niveau dat ik gewend was. Daar kwam nog de Antwerpse mentaliteit bij: veel directer en harder. Dat werkt in beide richtingen: toen we startten met twaalf op twaalf zat het stadion vol en ging het publiek uit zijn dak. Maar toen het slecht ging, klonk de kritiek dubbel zo luid.

‘Heel wat spelers zijn op de korrel genomen. Zelfs Hernán Losada, een publiekslieveling, werd afgemaakt. Een heel stadion dat tégen jou scandeert: zoiets komt aan. Mijn eigen supporters noemden me een vliegenvanger. De thuiswedstrijden waren overladen met druk: deed je een slechte uittrap dan hoorde je meteen gemor op de tribunes. Ik betaalde veel leergeld.

‘Velen zouden eraan ten onder gaan. Zeker met de sociale media tegenwoordig mag je daar niet op ingaan, anders wordt het een eindeloos verhaal. Het is de supporters hun recht om ‘vliegenvanger’ te roepen. Je maakt eens een foutje en dan is die naam snel gemaakt.’

DROMEN VAN GENK

Dacht je als jonge keeper aan eerste klasse?

VAN LANGENDONCK: ‘Ik ging als jonge gast vaak met een kameraad kijken naar Genk. Dat was de tijd van Istvan Brockhauser en Jan Moons. Maar ik zat al van mijn twaalf jaar bij derdeklasser Bocholt, mijn enige ambitie was om daar de eerste ploeg te halen.

‘Je moet weten: ik ben lang heel klein gebleven, ik kon niet eens aan de deklat. Daar werden door de tegenstander weleens opmerkingen over gemaakt: ‘Jongens, hoog sjotten, dan kan hij er niet aan.’ Pas op mijn zeventiende kreeg ik een groeischeut. Mijn klasgenoten van de middelbare school herkennen me nu niet meer.

‘Toen ik bij Bocholt net mijn tweede volledige seizoen achter de rug had, bestond er van verscheidene ploegen interesse. Ik ben op zoek gegaan naar een geschikte makelaar, want er komt veel geregel bij een transfer kijken en sommige clubs werken zelfs niet zonder tussenkomst van een makelaar. Ik heb veel kandidaat-managers over de vloer gekregen bij mijn ouders. Ik koos voor Walter Mortelmans en Marc Van Laere omdat zij de enigen waren die niet met allerlei beloftes kwamen. Bij Beerschot zijn we eerst met de keeperstrainer gaan praten en werd alles goed doorgenomen.’

Bij Westerlo kreeg je na dat debacle bij Beerschot een tweede kans. Meteen in je eerste jaar promoveerde je opnieuw naar de Jupiler Pro League.

VAN LANGENDONCK: ‘Ik wilde bewijzen dat ik mijn plek in eerste klasse waard ben. Dat is gelukt. Maar je weet nooit wat er gebeurt: blessures, een mindere vorm… Ik denk nooit op lange termijn. Ik heb geleerd uit het verleden. Door zo constant mogelijk te keepen hoop ik dat mensen denken: hij hoort hier thuis.’

Zie je zelf op televisie een andere Koen Van Langendonck nu?

VAN LANGENDONCK: (knikt) ‘Mijn ouders zeiden dat al meteen in mijn eerste jaar bij Westerlo: mijn schouders stonden weer rechtop. Na Beerschot keepte ik niet meer vrij, ik was te gestresseerd. Het is een vicieuze cirkel.’

RESPECT VOOR BUFFON

Op hoge ballen zie je vaak of een keeper vertrouwen heeft.

VAN LANGENDONCK: ‘Ja. Als je de eerste bal waar je op moet uitkomen net niet hebt, dan zal je de volgende keer wat meer terughoudendheid tonen. Want als je ernaast zit, is het bingo. Als je blijft staan, kan je misschien nog iets redden op de lijn. Een keeper met vertrouwen denkt daar allemaal niet bij na.

‘Ik kijk vaak naar de Bundesliga en de Premier League. In Duitsland moeten doelmannen veel meevoetballen en hun positiespel onderhouden. Ze zijn allemaal sterk met de voeten. In Engeland vind je dan weer geen keepers onder de 1m90. Daar moet je als doelman vol in duel durven gaan.

‘Ik heb ongelooflijk veel respect voor Gianluigi Buffon: wat die op zijn leeftijd nog doet op het hoogste niveau! Ik hou van zijn focus en grinta. Keepers mogen best wel wat emotie tonen.’

Elke maandagavond ga je zelf als trainer aan de slag met jonge keepers. Welk advies geef je ze mee?

VAN LANGENDONCK: ‘Zorg dat je plezier hebt en dat je naar school blijft gaan. Een diploma halen is belangrijk, mocht ik ervaren.’

DOOR MATTHIAS STOCKMANS – FOTO BELGAIMAGE

‘Keepers mogen best wel wat emotie tonen. Ik hou van de grinta van Buffon.’ KOEN VAN LANGENDONCK