Na Stefano Okaka vorig jaar trok Anderlecht opnieuw naar Italië om er dit keer een centrale verdediger onder contract te leggen. De Fransman Sebastian De Maio maakte door hard te werken naam bij FC Genoa, maar heeft het, net als Okaka, niet zo makkelijk om zich aan België aan te passen.

‘Het is niet gemakkelijk om de woorden te vinden. Weet alleen dat ik jullie altijd dankbaar zal blijven. Het was een eer om de kleuren rood en blauw te dragen en ik zal daar steeds erkentelijk om zijn.’ Het is een fragment uit de boodschap die Sebastian De Maio op zijn officiële Facebookpagina plaatste. Geen bevlogen uitspraken, gewoon een oprechte dankbetuiging, geheel overeenkomstig de persoonlijkheid van de Anderlechtaanwinst. Voortaan is zijn profiel op de sociaalnetwerksite paars getint. Het is op zijn 29e een nieuwe stap in zijn carrière, die precies tien jaar geleden van start ging.

Sinds het begin van deze eeuw zijn tientallen Franse spelers terechtgekomen in de koffer van meer of minder betrouwbare makelaars die de amateurterreinen en de jeugdcategorieën afschuimen. Ze worden naar Italië gestuurd om er te gaan testen bij verschillende clubs uit tweede, derde of zelfs vierde klasse, aangetrokken als ze zijn door het vooruitzicht om te kunnen doorbreken in een profvoetbal waarvan de deuren in eigen land gesloten blijven. Voor hij de Alpen over trok, had De Maio al heel wat rondgezworven in Frankrijk zelf. Hij is afkomstig uit Stains, in de buitenwijken van Parijs, en begon te voetballen bij de plaatselijke club, onder de hoede van een paar ooms die in het voetbalmilieu zaten, bij Cosmos Saint-Denis. Het was voor hem, zo zegt hij, een manier om niet ten prooi te vallen aan de verlokkingen van de buurt. De kleine Seb probeerde ook een jaar de bokssport uit, maar zijn keuze viel al snel op de populairste sport. Na meerdere seizoenen bij ES Stains en een jaar bij Villepinte ging hij naar het opleidingscentrum van Auxerre. Zijn robuuste bouw, zijn donkere huid en zijn heldere ogen wekten vergelijkingen op met Jean-Alain Boumsong, de centrale verdediger en international van AJA Auxerre. Na amper één jaar vertrok hij al voor een buitenlands avontuur naar Engeland.

Chris Malonga, momenteel speler van Laval, verhaalt het parcours van zijn collega en vriend: ‘We verlieten Auxerre op hetzelfde moment. Hij ging naar Bolton, maar dat duurde nog geen maand. Hij had moeite om zich aan te passen, hij verbleef bij een gastgezin en kon niet wennen aan dat nieuwe leven. Ik zat bij Louhans-Cuiseaux en zei hem dat hij naar daar moest komen, dat het niks kostte om het eens te proberen. Zo zaten we daar uiteindelijk met nog vier andere Parijzenaars.’ De vriendenkliek schrijft mooie bladzijden in de geschiedenis van het opleidingscentrum in de Bourgogne, dat erom bekendstaat een springplank te zijn voor jongeren. ‘We wonnen weliswaar niet het kampioenschap U16, maar we eindigden als vierde of vijfde en pakten bijna alle punten tegen de profclubs. Velen van ons tekenden bij Saint-Etienne, bij Rennes enzovoort…’

FAN VAN BAGGIO

Voor de twee onafscheidelijke vrienden wordt het AS Nancy. In die tijd is De Maio nog geen verdediger. ‘Hij speelde als verbindingsman op het middenveld of als nummer 6. Hij leefde zich zelfs graag uit als spelverdeler. In het begin wou hij niet horen praten over een positie als centrale verdediger, maar uiteindelijk is dat wel de positie waarop hij carrière gemaakt heeft. Bovendien heeft hij altijd al een bovengemiddelde fysiek gehad, waardoor de tegenstander geïntimideerd was. Maar denk niet dat hij alleen maar een harde is in de duels, hij is ook sterk met de bal aan de voet.’ Zijn prestaties zijn goed, maar de concurrentie is moordend en na twee jaar geeft Nancy hem te kennen dat ze hem geen profcontract zullen aanbieden. Dat is het moment waarop De Maio besluit om een tweede buitenlands avontuur te wagen. Op de website calciomio.fr vertelt hij dat hij een Zwitserse makelaar volgde: ‘Ik legde eerst gedurende drie weken een test af bij Vicenza. Die verliep goed, maar ze wilden me onderbrengen bij de U20, terwijl Brescia me meteen bij de profs wilde opnemen.’

Het is dan zomer 2006, De Maio is negentien en in zekere zin is de cirkel voor hem rond: zijn vader is van Martinique, maar zijn moeder, aan wie hij zijn familienaam dankt, is van Italiaanse komaf, meer bepaald uit Salerno, niet ver van Napels. Zo komt hij weer terecht in het land van zijn voorouders, erg symbolisch voor de trouwe fan van PSG, die nochtans in de verschillende opleidingscentra waar hij verbleef een poster van Roberto Baggio aan de muur had hangen. De Goddelijke Paardenstaart had zijn carrière afgesloten bij de club uit Lombardije. Maar net als bij Bolton verloopt de aanpassing moeizaam: ‘Ik had moeite om me verstaanbaar te maken, aangezien ik geen lessen had genomen deed ik alles op het gevoel. Ik heb de taal geleerd via mijn ploegmaats en door naar de cinema te gaan. Er was ook een Belgische aanvaller, Cédric Roussel. We trainden samen en we hielpen elkaar.’

AARDBEVING

Hij moet uiteindelijk wachten tot in maart om zijn debuut te maken. In een wedstrijd uit de Serie B tegen Rimini. ‘Ik wist het maar tien minuten voor de aftrap, want er viel een titularis geblesseerd uit. Ik kon me amper deftig opwarmen. Het verliep niet al te vlot, we verloren met 2-1. Maar daardoor wist ik wel hoe hoog het niveau was.’ Het zal zijn enige optreden zijn dat seizoen. De Maio gaat zich herbronnen en legt zelfs een test af bij Germinal Beerschot, waarvoor hij twee oefenwedstrijden speelt, waarin hij niet kan overtuigen.

Terug in Italië kiest hij ten slotte voor een uitleenbeurt aan Celano, in de vierde afdeling. ‘Een stadje van 10.000 inwoners nabij Rome. Toen men mij daarheen stuurde, wist ik niet waar ik naartoe ging. Het was zo’n beetje als in de film Bienvenue chez les Ch’tis: je weent twee keer, één keer wanneer je arriveert maar ook wanneer je weer weggaat.’ De vreselijke aardbeving in april 2009 versterkt nog zijn band met die regio in de Abruzzen: ‘Je kunt niet weten wat het is als je het niet hebt meegemaakt. Ik sliep, ik dacht dat er inbrekers waren…’

Ondanks alle aanvankelijke twijfels valt de ervaring reuze mee, waarna De Maio terugkeert naar Brescia. Het zit meteen tegen: hij loopt een enkelbreuk op en moet opnieuw zes maanden naar Celano om competitieritme op te doen. Pas in het seizoen 2009/10 slaagt hij er eindelijk in om door te breken bij de Zwaluwen. ‘We begonnen aan de competitie met Alberto Cavasin, die me een kans gaf als eerste invaller. Nadien werd hij vervangen door Giuseppe Iachini, ik voelde dat die vertrouwen in mij had en ik werd snel titularis. Ik speelde een dertigtal wedstrijden, we draaiden een uitstekend seizoen, dat resulteerde in promotie naar de Serie A. Ik dacht dat ik mijn kans zou krijgen bij de elite, maar er werd mij bijna geen enkele speelminuut gegund. Vijf minuutjes tegen Chievo en evenveel tegen AS Roma. Ik heb dan nog maar eens gevraagd om uitgeleend te worden.’

De passage bij Frosinone verloopt matig. Het enige positieve is dat hij opgemerkt wordt door Alessandro Calori, een trainer die de wedstrijd volgt op de tribunes. De twee zien elkaar enkele maanden later weer bij Brescia, wanneer de Fransman nog maar eens naar zijn basisclub terugkeert, die dan net naar de Serie B is gedegradeerd.

TITULARIS

Er ontstaat een prima verstandhouding tussen De Maio en Calori. De gewezen centrale verdediger schetst zijn ex-speler: ‘Hij voelt zich in zijn sas in een verdediging met drie of vier spelers. Hij is fysiek erg sterk (90 kg voor 1m89, nvdr) en heeft een goed kopspel. Hij is goed in anticiperen en in één-tegen-éénsituaties. Met hem vestigde mijn verdediging een Europees record in 2011/12 door tien wedstrijden na elkaar geen goal te incasseren. Het is een verdediger van de oude stempel, die in de eerste plaats aan zijn defensieve taken denkt en dan pas aan het opbouwen van het spel, ook al heeft hij best goeie voeten.’ Bovendien zorgt de nieuwe Anderlechtaanwinst ervoor dat hij onder de beste omstandigheden vooruitgang kan boeken: ‘Het is een jongen die zijn doelstellingen verwezenlijkt dankzij zijn toewijding, zijn professionaliteit en een enorme goesting om beter te worden.’ Hij is onbetwiste titularis bij Brescia tot in juni 2013 wanneer zijn contract afloopt en hij besluit om voor Genoa te kiezen: ‘Ik had al getekend in januari. Die club liet meteen een goede indruk op mij achter. Alles is snel in orde gekomen.’

Drie jaar na zijn twee korte invalbeurten keert De Maio zo terug naar de Serie A. De concurrentie met enkele oudgedienden is niet min, maar De Maio kan in de winter van 2014 van een blessuregolf profiteren om op te vallen bij Gasperini. In zijn ogen technisch onderlegd en een van de tactisch meest begaafde. Gedurende tweeënhalf jaar blijft hij nagenoeg doorlopend titularis. Stilaan ontpopt hij zich op zijn positie tot vaste waarde in het calcio en hij staat in de belangstelling van clubs als Fiorentina en AC Milan. In zijn land van geboorte toont Olympique Marseille interesse.

VRIENDELIJKE REUS

Daar stopt het niet. Antonio Conte probeert hem warm te maken, niet om hem naar Juventus te laten komen, maar wel om hem bij de nationale ploeg van Italië te halen als oriundo, de naam die gegeven wordt aan genaturaliseerden als Eder of Thiago Motta. De procedure om het paspoort te verkrijgen werd twee jaar geleden opgestart en zijn huwelijk met Federica (die hij in Brescia leerde kennen) zou de zaken kunnen vergemakkelijken. Die interesse in De Maio is tekenend voor de exponentiële progressie die hij maakte. Calori neemt ook het mentale aspect onder de loep: ‘Ondanks zijn charisma is hij geen geboren leider. Hij ligt wel heel goed binnen een groep en werpt binnen een kleedkamer enig gewicht in de schaal door zijn manier van zijn en zijn capaciteit om verantwoordelijkheid op te nemen.’ Zijn vriend Malonga vult aan: ‘Het is een rustige vriendelijke reus, we noemden hem gros bébé. Hij is niet verlegen, eerder introvert.’

Het is waar: wanneer De Maio spreekt, is dat met een zachte stem, die de nederigheid van zijn parcours weerspiegelt, maar met een doel: altijd beter doen omdat er nog ruimte is om zich te perfectioneren. ‘Hij kan een prima wapen worden met afstandsschoten. Daar moet hij in geloven, want hij heeft meer in zijn voeten dan 4,5 goals per seizoen’, zegt zijn voormalige coach. Het is op die manier dat hij bijvoorbeeld in april het winnende doelpunt maakte tegen Inter. Calori gaat verder: ‘Hij nam in het verleden ook met plezier strafschoppen, daaruit spreekt een echte persoonlijkheid. Genoa mag dan al een middenmoter zijn, de supporters zijn veeleisend en er ligt veel druk om resultaten te halen. Je moet mentaal sterk staan om hier het hoofd boven water te houden.’

Ondanks een contract dat onlangs nog werd verlengd tot 2020, en na 86 wedstrijden met de rossoblu, voelde De Maio dat hij opnieuw een stap hogerop kon zetten. Hoewel ook topclubs uit Italië geïnteresseerd waren, namen zij iets te veel hun tijd. Anderlecht wist hem sneller te verleiden, vooral met het perspectief op Europees voetbal. Zijn ex-club mocht vorig jaar niet deelnemen aan de Europe League om administratieve redenen.

BEKRONING

2006-2016, een lang en mooi avontuur in Italië is aan zijn eind gekomen, niet zonder enige spijt: ‘Wanneer ik naar Frankrijk terugkeer, dan mis ik Italië. Mijn hart is voortaan in tweeën gedeeld.’ Het is een kolos met een klein hartje, erg gehecht aan zijn familie en met name aan zijn mama, die op haar eentje drie kinderen opvoedde, en aan zijn echtgenote: ‘Mijn vrouw heeft me erg geholpen, ik ben veel rustiger sinds ik met haar samen ben en nog meer sinds de geboorte van mijn dochtertjes Siria en Chloé‘, bekent hij.

De man ademt eenvoud uit, de erfenis van een parcours dat hem steeds met de neus op de feiten heeft gedrukt. ‘Hij heeft het nooit laten afweten. Hij heeft niks cadeau gekregen. Voor alles heeft hij hard moeten werken. Ondanks de moeilijkheden die hij op zijn pad vond, heeft Seb nooit overwogen om de handdoek te gooien. Hij heeft zich dubbel geplooid, heeft teruggevochten en altijd in zijn kunnen geloofd’, besluit Chris Malonga. Als bekroning voor die inspanningen volgde de transfer naar Anderlecht, de club met wie hij eindelijk een palmares hoopt op te bouwen. ‘Het is het enige wat hem nog ontbreekt om een complete voetballer te zijn, want als mens is hij dat al.’

DOOR VALENTIN PAULUZZI – FOTO’S BELGAIMAGE

Tijdens een test bij Germinal Beerschot kon De Maio niet overtuigen.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content