Dat Yassine El Ghanassy een verdediging op een hoopje kan spelen, is genoegzaam bekend. Als ook de bliksemsnelle Ivoriaanse linksbuiten Yaya Soumahoro blijft flitsen op zijn flank, kan AA Gent elke titelconcurrent pijn doen.

Zelden heeft iemand zo snel de harten van het publiek gestolen als Yaya Aliyoune Soumahoro in zijn eerste weken bij AA Gent. Soumahoro speelde complexloos, zocht en vond altijd de kortste weg naar doel en was ook niet blind voor ploegmaats. Eind augustus rolde hij met een goal en een assist Charleroi op, vier dagen later maakte hij een belangrijk doelpunt in de beslissende Europa Leaguewedstrijd tegen Feyenoord. De revelatie van het jaar, dan al. Tot hij in september uitviel met een hamstringblessure. Een verborgen zegen was dat, zegt hij nu. “Je denkt niet: ‘Wat goed dat ik geblesseerd ben.’ Maar volgens de medische staf was het door de vermoeidheid in mijn lijf onvermijdelijk dat ik een keer zou uitvallen. Ik had anderhalf jaar geen vakantie meer gehad. Dat hou je niet vol. Daarom was het niet slecht dat mijn lichaam de tijd kreeg om zich wat te herstellen.” De liefde voor de bal ontstond bij Soumahoro op straat, spelend tegen de gamins uit andere wijken. Blootsvoets uiteraard. “Dat hoort bij onze cultuur. Als je geen middelen hebt, moet je het creatief aanpakken. Op blote voeten leer je het beste hoe je een bal je wil kan opleggen. Op mijn elfde mocht ik naar een centre de formation. Ook daar leer je eerst spelen zonder schoenen.”

Bestemming Bangkok

Je werd prof bij Séwé Sports uit San Pédro, een havenstad in het zuiden van Ivoorkust. Waarom trok je daarna naar Thailand?

Yaya Soumahoro: “Dat vroeg ik me eerlijk gezegd ook af. De technisch directeur van Muangthong United, de Belg Robert Procureur, heeft veel contacten in Ivoorkust en zo was hij me op het spoor gekomen. Hij had me over zijn project verteld en dat klonk niet slecht, maar ik was toch niet helemaal overtuigd. Ik wilde naar Frankrijk, waar ik aanbiedingen had van Rennes en Guingamp. Elke Afrikaan wil het uiteindelijk toch maken in Europa. Maar mijn visum raakte maar niet geregeld en het land raakte in crisis. Daarom heb ik samen met mijn familie besloten de sprong toch te wagen.”

Op YouTube is een compilatie van je beste momenten daar te zien. Na een fantastische volley loop je naar een Ivoriaanse vlag in het publiek.

(met kamerbrede glimlach) “Ik had er een paar fans die me volledig steunden. Zelfs toen ik het tijdens mijn blessure even moeilijk had, stuurden ze me berichtjes. Het is alsof ik in Thailand een tweede volk heb gevonden.”

Er zat wel talent in je ploeg. Je landgenoot Mohamed Koné was even in beeld bij KV Mechelen en de Thaise doelman Kawin Thamsatchanan mocht testen bij Manchester United. Heb je Michel Louwagie al een paar tips gegeven?

“Ik denk dat Louwagie goed genoeg weet welke jongens daar nog rondlopen. ( lacht) Ik vind de Thaise spelers over het algemeen niet slecht, ze zijn klein maar technisch heel vaardig. Thamsatchanan is de nationale keeper van Thailand. Hij heeft sterke reflexen, komt goed uit en is behoorlijk groot en gespierd naar Thaise normen. Nog niet zoals Bojan Jorgacevic, maar toch. En er zitten nog twee Ivorianen die het zeker kunnen maken in Europa: de spits Christian Kouakou ( ex-Anderlecht, nvdr) en middenvelder Siaka Dagno.”

Wist je dat AA Gent je volgde?

Gunter Schepens is me blijkbaar komen bekijken. Hij feliciteerde me met mijn match, maar ik wist toen niet eens dat hij een scout was. Muangthong heeft namelijk ook veel Europese supporters. In Ivoorkust is het iets makkelijker om het verschil te zien tussen een scout en een fan. (lacht) Ik had eigenlijk twee jaar geleden al in België moeten zitten. Ik had getekend in Antwerpen, bij de tweedeklasser met rode truitjes en stamnummer 1?”

Royal Antwerp FC?

“Juist. De trainer van Antwerp wou me, maar de club had net een transferverbod en dus is het jammer genoeg niet doorgegaan.”

Door de Ivoriaanse inbreng bij SK Beveren is België een begrip geworden in Ivoorkust.

“Ik droomde al langer van jullie land. Elke Ivoriaan wil naar Frankrijk of Spanje, en als je het parcours van Gervinho, Touré en Romaric ziet, is België een ideale tussenstap. Gervinho is een voorbeeld voor me, ik ken hem nog een beetje van vroeger. En Barry Copa van Lokeren natuurlijk. Hij heeft zich over me ontfermd als een grote broer toen ik hier nieuw was. Hij belt vaak om te vragen hoe het met me gaat, of hij probeert eens langs te komen. Hij heeft het nochtans druk met zijn gezin, zijn carrière en zijn voetbalacademies in Ivoorkust. Toen we tegen Lokeren speelden, zei hij: ‘Vandaag ben ik je tegenstander, maar ik wens je veel geluk.’ Dat heeft me geraakt.”

Gentse mayonaise

Je werd vorig jaar verkozen tot beste speler in Thailand en won er twee titels. Komen er dit jaar één of twee nieuwe trofeeën bij?

“Het is te vroeg om te zeggen of dat scenario erin zit. We moeten het van match tot match bekijken, of het nu om de beker of de play-offs gaat – chaque match a sa realité. De terugmatch op Sclessin zal een hel zijn, ik kijk er al naar uit om daar te spelen. In de play-offs moeten we voor Europees voetbal gaan, we zien wel wat er dan nog bij komt. Onze kern is alleszins breed genoeg om tot op het einde mee te gaan. En wat belangrijk is: met Jorgacevic, Suler, Thijs en Coulibaly hebben we in elke linie een leider met veel ervaring lopen. Ik geloof erin. La mayonnaise tient bien.

Wat verwacht Francky Dury van je?

“Veel. In de eerste plaats dat ik een hoog rendement haal, en verder concentratie, concentratie en concentratie! Als ik een voorzet trap, als ik voor de goal kom, als ik verdedig, … moet dat altijd met een doel zijn. Hij wordt gek als een speler er even niet met zijn hoofd bij is. Laisser aller staat niet in zijn woordenboek.”

Je maakt zelden de negentig minuten vol. Is dat daar een gevolg van? Een van de stokpaardjes van Dury is dat een speler die mentaal niet fris is, zich veel sneller kwetst.

“Precies. Ik heb er vaak over gepraat met de medische staf en de coaches en ze zien het als een vorm van bescherming, ook na mijn blessure. De ene wedstrijd speel ik 60 tot 70 minuten, de andere mag ik na die tijd ongeveer invallen. Zo willen ze vermijden dat ik me opnieuw overbelast. Als ik voel dat het fysiek of mentaal begint op te raken, weet ik dat iemand anders klaarstaat. We zijn concurrenten die elkaar sterker maken.”

Dury gaat uit van een sterke organisatie en verwacht discipline van zijn spelers.

“In het begin was het nogal lastig omdat je met veel rekening moet houden, maar je weet dat het op termijn loont. Als je moeite doet, is niets moeilijk.”

Opofferingen

Je maakte vorige keer deel uit van de Ivoriaanse selectie voor de olympische kwalificatiewedstrijden. Ben je er ook bij op 27 maart tegen Liberia?

“Normaal wel. Vorige keer was het een oefeninterland en heb ik niet gespeeld, nu hoop ik dat ik dat wel mag. We spelen in Abidjan, het zal de eerste keer in anderhalf jaar zijn dat ik thuis ben en mijn familie kan zien. Ik wist vooraf dat ik voor mijn voetbaldroom opofferingen zou moeten maken. Sinds Thailand woon ik op mijn eentje. Dat is soms moeilijk, ik wil dat niet mijn hele leven blijven doen. Familie betekent alles voor een Afrikaan. Gelukkig kan ik ze financieel steunen nu ik profvoetballer ben.”

Het is nog steeds erg onrustig in Ivoorkust na de verkiezingen. Ben je bezorgd over je familie?

“Ik maak me grote zorgen. Ik probeer ze elke dag te bellen, om te horen hoe ze het stellen en hoe de situatie ginds is. Je moet geen politicus zijn om te zien dat het de slechte kant opgaat met mijn land. Alleen God kan ons uit deze crisis helpen.”

DOOR JENS D’HONDT

“Dury wordt gek als een speler er even niet met zijn hoofd bij is.”

“Op blote voeten leer je het beste hoe je een bal je wil kan opleggen.”

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content