De macht van voetbalsite Transfermarkt: ‘Soms vraagt een speler of we zijn waarde een nacht kunnen optrekken’

Spelers, trainers, clubmanagers, makelaars, supporters: alle voetbalactoren hebben ooit wel eens een beroep gedaan op Transfermarkt. Interview met Matthias Seidel, de man achter het fenomeen.

Elke morgen moet Matthias Seidel zich voorbij een smakeloos ingerichte vitrine van een Vietnamees restaurant sleuren voor hij zijn kantoor in de Wandsbeker Zollstraße kan betreden. Het hoofdkwartier van Transfermarkt, met zijn 35 miljoen bezoekers per maand een van Europa’s meest populaire voetbalwebsites, ligt pal in de wijk Wandsbek in het gelijknamige noordelijke district van Hamburg.

Een kleine twintig jaar geleden begon Seidel thuis, na zijn werkuren en zelfs ’s nachts, te sleutelen aan zijn revolutionaire platform. ‘Ik woon al jaren in Hamburg, maar ik ben een verstokte fan van Werder Bremen. Je kan de rivaliteit tussen de twee clubs vergelijken met de vijandschap tussen Schalke 04 en Dortmund. Het was voor mij dus moeilijk om aan nieuws te geraken over Werder Bremen’, vertelt Seidel. ‘In die tijd had je slechts een handvol kranten die een online publicatie hadden – in Bremen begon Weser-Kurier er pas aan in 2002 of 2003 – en ik had zo’n honger naar informatie dat ik zelf met een kleinschalig project ben begonnen dat ik omdoopte tot Transfermarkt. Behalve mijn liefde voor het voetbal, zat er geen nobel doel achter mijn idee. Ik ben een hevige Werderfan en ik wilde zoveel mogelijk weten over mijn club.’

Wat in 2000 als een hobby begon, is intussen uitgegroeid tot een immense voetbaldatabank. Wat weet je nog van de begindagen van Transfermarkt?

Matthias Seidel: ‘Ik werkte toen voor een bedrijf dat adverteerders naar het internet moest lokken en daardoor had ik een beetje ervaring met het web. Ik ben aan de slag gegaan met Microsoft FrontPage, een programma dat vroeger meegeleverd werd met Microsoft Office, en ik ontwierp een website met een communityforum. Het stelde niet veel voor: je kon wat spelersprofielen raadplegen die in html waren opgemaakt en ik deelde nieuws van het nieuwsagentschap Deutsche Presse-Agentur. Ik had één werknemer: een student die in zijn vrije tijd programmeur was. Vanaf 2004 heb ik besloten om mij voltijds toe te leggen op Transfermarkt en vier jaar later heb ik 51 procent van de aandelen verkocht.’ ( Axel Springer is meerderheidsaandeelhouder, nvdr)

Was het de eerste jaren krabben om informatie te verzamelen?

Transfermarkt werkt zoals Wikipedia: het zijn de gebruikers die de gegevens aanreiken. In het begin kreeg ik spontaan e-mails: ‘Hey Matthias, kan ik jou helpen want ik zie dat er geen data beschikbaar zijn voor 2. Bundesliga?’ Ik kreeg op een zeker moment zoveel e-mails binnen dat ik een systeem heb uitgewerkt waarbij mensen rechtstreeks correcties konden aanbrengen op het platform.’

Wanneer had je door dat Transfermarkt een succes zou worden?

‘Na de eerste dag! Er logden toen meteen vijftig gebruikers in. Dankzij de mond-tot-mondreclame had ik geen pr-plan nodig. Ik heb in al die jaren geen euro aan advertising gespendeerd en nu halen we wereldwijd meer dan een miljoen bezoekers per dag… Met de hoogste pieken op de laatste dag van de zomer- en wintermercato. Want elke voetbalsupporter wil op de hoogte zijn van de laatste geruchten en zoekt graag feiten op over de nieuwe speler die hun favoriete club heeft gekocht. Stel dat de transferdeadlineday op 31 augustus valt dan houden we op 1 september een vierde van het bezoekersaantal van de dag ervoor over.’

DDR-data

In Duitsland is Transfermarkt snel héél groot geworden. Maar de internationale doorbraak is er pas laat gekomen.

‘In 2007 hebben we een versie gemaakt voor Oostenrijk en Zwitserland. Aangezien we dezelfde taal delen, was dat een logische stap in onze strategie om uit te breiden. In 2008 hebben we de Engelse versie gelanceerd en intussen zitten we aan twaalf secties. Waaronder Italiaans, Portugees, Spaans en Turks. Transfermarkt.tu, de editie voor Turkije, is de meest bezochte site binnen ons aanbod. Het is zelfs groter dan de UK-versie. Mij maakt het niet uit: het was van bij de start de bedoeling om in heel de wereld actief te zijn.’

Daar zijn jullie in geslaagd. De databank lijkt eindeloos groot te zijn.

‘We kunnen terugvallen op een database met 670.000 spelers, 76.000 clubs, meer dan 800 (beker)competities verspreid over een veertigtal landen. De meest exotische landen op de FIFA-ranking kan je terugvinden op de website. ( begint iets op te zoeken in zijn smartphone) Kijk, je kan de nationale ploeg van Myanmar opzoeken. Er zijn vrijwilligers die zo fanatiek zijn dat ze de complete data van de DDR ( Deutsche Demokratische Republik, nvdr) gereconstrueerd hebben. Welke andere website heeft die informatie? Ik denk dat wij over de grootse publieke gegevensbank beschikken wat betreft voetbal. Ik ken er alvast geen andere van onze grootteorde. Wyscout? Ik vermoed dat zij veel data bij ons plukken…’

Er zijn zelfs gegevens beschikbaar over de jeugdelftallen van de nationale ploegen. Welke garanties krijgen consumenten dat de verstrekte informatie correct is?

‘Wij kunnen dat niet voor de volle honderd procent garanderen. We zouden daarvoor moeten samenwerken met nationale voetbalbonden, maar daar zijn we nog niet aan toe. Met sommige clubs onderhouden we nauwe contacten en we weten dat Transfermarkt ingeschakeld wordt als scoutingtool. Het is niet ongebruikelijk dat een scout een link van onze pagina doorstuurt om een speler voor te stellen aan zijn bestuur. Voor ons geldt hetzelfde als voor Wikipedia: we zijn voor een groot deel afhankelijk van de goodwill van onze community.’

Stalkende makelaars

Een van de meest interessante items op Transfermarkt is de waarde van een speler. Hoe wordt dat geëvalueerd?

‘Iedereen moet eerst en vooral begrijpen dat we de marktwaarde bepalen en niet de transferwaarde. Dat is toch een belangrijke nuance. Om de waarde vast te leggen hebben we een methode ontwikkeld waarbij users via het forum marktwertanalyse met elkaar discussiëren over de marktwaarde. Nadat de moderator van het forum alle parameters heeft afgetoetst, stelt hij uiteindelijk een bedrag voor. De criteria lopen uiteen. Wat heeft de speler gepresteerd? Bij welke club ligt hij onder contract? Welke clubs zijn er geïnteresseerd? Er wordt ook rekening gehouden met de aantrekkingskracht van een club. De totale marktwaarde van HSV mag nooit groter zijn dan dat van Bayern Munchen.’

Die procedure is toch veel te omslachtig om dat toe te passen bij 670.000 spelers?

‘Je mag de spelers die op pensioen zijn al schrappen. En neem nu de Regionalliga. Voor die competitie hanteren we een vork gaande van 25.000 euro tot 250.000 euro. De marktwaarde zal afhangen van het aantal wedstrijden dat hij gespeeld heeft en of hij populair is. Op zeer korte tijd kan je dus alle spelers een marktwaarde toekennen.’

De website heeft een grote invloed op de echte transfermarkt. Is het een goede zaak dat een voetbalwebsite relevant is in het transferverkeer?

‘Je mag onze macht niet overschatten. Mocht onze invloed zo groot zijn, dan mogen clubs zich vragen beginnen te stellen. Het is wel zo dat managers Transfermarkt gebruiken als referentiepunt. Ik weet uit goede bron dat managers via Transfermarkt een idee willen hebben van een richtprijs om een eerste bod over te maken. Daar is niets verkeerds aan. Als je je auto op eBay te koop zet, dan wil je ook weten wat andere verkopers vragen.’

Hoe vaak worden jullie gebeld door makelaars die niet akkoord gaan met de marktwaarde van een speler?

‘Elke dag! En ze vragen heus niet om de marktwaarde te laten zakken… Natuurlijk gaan we daar nooit op in. Dat zou de doodsteek betekenen voor Transfermarkt. Het is een website voor voetbalfans, niet voor makelaars. We staan wel open voor discussie als ze met gepaste argumenten afkomen. E-mails van makelaars die ons stalken, worden automatisch gewist. Maar spelers zijn er ook mee bezig. Soms krijgen we een ludieke vraag binnen: of we hun waarde gedurende een nacht kunnen optrekken. Vanuit de clubs is de respons niet zo groot. Als ze niet akkoord gaan, vechten ze de marktwaarde van hun speler meestal aan via Twitter. Maar ze doen het meestal op een beschaafde manier.’

Artificiële intelligentie

Zou het voor het bedrijf financieel niet interessanter zijn mocht het platform gedeeltelijk of helemaal betalend zijn?

‘Ik zie Transfermarkt als een service voor alle voetbalfans. Vanuit dat perspectief zie ik geen enkele reden om geld te vragen. We krijgen een kleine vergoeding van makelaars die hun adres en telefoonnummer willen publiceren, maar dat is een verwaarloosbaar deel van onze inkomsten. De grootste homp is afkomstig van adverteerders. We zouden eventueel kunnen overschakelen naar een betalend model mochten de reclame-inkomsten drastisch dalen.’

Wikipedia vraagt nu en dan een bijdrage aan de internetgebruikers om te kunnen overleven…

‘Een keer per jaar rond de kerstperiode vragen ze inderdaad een donatie. ( lacht) We hebben ooit gedacht om een soort taks op te leggen aan gebruikers die geen advertentie willen zien – blijkbaar zou de reclame de website vertragen – maar we hebben het niet gedaan omdat de realisatie te ingewikkeld was.’

Financieel boert Transfermarkt dus goed?

‘Het zou kunnen. Maar ik praat niet over de financiën van het bedrijf…’

Wat zijn de doelstellingen op middellange en lange termijn?

‘In Europa zijn we al de grootste en we willen ook de grootste worden in de wereld. We hebben niet de intentie om uit te breiden in China, maar Indonesië en India staan wel op de agenda. Dat moet de eerste stap worden richting de Aziatische markt.’

In welke mate kunnen jullie nog groeien?

‘In Duitsland zitten we bijna aan onze limiet. We zijn nu bezig met het inzamelen van informatie over de amateurcompetities. Het overgrote deel van voetbalsupporters, makelaars, journalisten in Duitsland bereiken we al en het is niet vanzelfsprekend om andere targetgroups te vinden.’

Jullie bieden Transfermarkt tv aan. Welke innovatieve trends mogen de fans nog verwachten?

‘We hebben een tijdje geleden met mensen van Wyscout aan tafel gezeten. Zij kunnen hun klanten echte videocontent aanbieden – iets waar wij totaal niet aan kunnen tippen – maar we zijn wel geïnteresseerd om een eigen scoutingplatform te ontwerpen. Misschien kunnen we op dat vlak samenwerken met Wyscout. En waarom zou ik Alexa, de virtuele assistent die ontwikkeld werd door Amazon, niet als toepassing kunnen gebruiken op onze website? Niet om te antwoorden op een simpele vraag zoals de leeftijd van Lionel Messi. Ik zou eerder willen weten hoeveel de marktwaarde van een speler zal bedragen binnen twee jaar. Of ik zou aan Alexa vragen wat de volgende club van Neymar wordt. Maar daarvoor heb je artificiële intelligentie nodig. Dat is iets voor de toekomst. Er is zeker geen haast bij.’

De Bijbel en een neppaccount

Transfermarkt is de bijbel geworden voor trainers die met hun club in juni aan de bak moeten in de voorrondes van de Champions League en Europa League en niets afweten van hun opponent uit laaggeklasseerde landen als Malta, San Marino of de Faeröer. ‘Transfermarkt is ook een geliefd instrument voor makelaars’, grinnikt Thomas Lintz, de rechterhand van oprichter Matthias Seidel en al twaalf jaar actief bij Transfermarkt. ‘Ze contacteren ons voornamelijk om te marchanderen over de marktwaarde van hun speler – een verzoek dat wij stelselmatig weigeren. Sinds we de naam van makelaars vermelden op het spelersprofiel moeten wij vaak geschillen oplossen tussen twee confraters die allebei claimen dat zij de zaken van een bepaalde speler behartigen. De ene stuurt ons dan een e-mail met in bijlage het contract waaruit moet blijken dat het zijn speler is. Ze vergeten wel passages onleesbaar te maken die niet openbaar gemaakt mogen worden…’

Veel spelers zijn blijkbaar ook fan van de website. Lintz herinnert zich hoe een van de sterspelers van HSV zich wilde registreren en zijn aanvraag telkens geweigerd werd. ‘Ons administratief personeel checkt de registraties één voor één en op een gegeven moment zagen ze de naam Mladen Petric opduiken. Zij dachten dat een grapjas een nepaccount probeerde aan te maken en blokkeerden het verzoek. Ten einde raad heeft Petric ons zelf gebeld. ‘Gasten, was is er aan de hand? Ik wil mij gewoon registeren.’ We hebben zijn account dan maar geactiveerd.’ (lacht)