Links een Carrefour, een benzinestation en een fastfoodtent. Rechts een bushokje, een café en een garage. En dat in de hondslelijke rue Jean Jaurès, een grijze verbindingsweg in Ans. Mistroostiger kan de aankomst van een wielerklassieker niet zijn, en toch arriveert Luik-Bastenaken-Luik hier al sinds 1992. Vanwaar die keuze? Dat gaat terug tot eind jaren tachtig, toen de Société du Tour de France de touwtjes van La Doyenne in handen nam. Tot dan lag de finish op de boulevard de la Sauvenière in het Luikse centrum. Maar die statige laan was te vlak en lag te ver van de hellingen – een van de redenen waarom Claude Criquielion nooit LBL won. En dus trok men in 1992 richting Ans, waar de gelijknamige côte op de Rue Jamar, gecombineerd met de Côte de Saint-Nicolas, op vijf kilometer van de finish, wel een spannend slot moest opleveren.

Die verhuizing werd altijd gelinkt aan wijlen MichelDaerden, maar dat heeft de PS-politicus steevast ontkend. In 1992 was hij immers ‘maar’ schepen in Ans, pas het jaar erna werd hij er burgemeester. Dé man achter de nieuwe aankomst was Arsène Vanhaeren, van Pesant Club Liégeois, dat samen met de Société du Tour La Doyenne organiseerde. Vanhaeren, afkomstig van Ans, had volgens Daerden immers een goed contact met zijn voorganger-burgemeester. Wat de PS’er later niet belette om elk jaar op het podium te staan blinken en, samen met de Waalse regering, het budgettaire verlies van de klassieker bij te passen.

Hoewel Daerden als burgemeester in 2011 afgezet en opgevolgd werd door Stéphane Moreau doofde de liefde tussen Ans en LBL echter niet uit. De eveneens zeer machtige Moreau, topman van de intercommunale Nethys (ex-Tecteo), verlengde in 2013 met plezier (en euro’s) het contract van zijn gemeente met Tourorganisator ASO tot 2018.

Een slechte zaak volgens veel volgers, niet alleen wegens de tristesse van de finish, maar ook wegens het moervaste afwachtingsscenario waarin LBL al jaren gebeiteld zit. Ex-renner Rik Verbrugghe pleitte in dit magazine al voor een terugkeer naar het Luikse centrum en een meer tactische finale. Journalist Hans Vandeweghe ijverde zelfs onlangs voor een aankomst op het F1-circuit van Spa-Francorchamps. Wegens de mogelijkheid om toegangsgeld te vragen en het businessmodel van La Doyenne op te vijzelen. Al zou dat volgens Wim Lagae, sportmarketeer aan de KULeuven, niet meer dan een druppel op een hete plaat zijn. “Dat F1-circuit heeft niet dezelfde wielertraditie als bijvoorbeeld de piste in Roubaix. Ik schat het aantal potentiële toeschouwers op 2500. Maal 10 euro is 25.000 euro. Een peulschil in het totale budget.”

DOOR JONAS CRETEUR

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content