Heeft Wesley Sonck in de Champions League bewezen klaar te zijn voor een Europese topclub ? Het buitenland antwoordt.
Gaetano Imparato volgt voor de Gazzetta dello Sport de wedstrijden van AS Roma. De Italiaanse journalist zag RC Genk twee keer aan het werk in de Champions League. “Op basis van die twee matchen zie ik één speler die in aanmerking komt voor de Serie A”, zegt hij. ” Wesley Sonck was veruit de beste, ook al liet Moumouni Dagano me ondanks die enorme gemiste kans ook een goede indruk. Sonck is een interessante speler die een goede investering zou zijn voor een Italiaanse club. Ik vond hem vooral sterk in Genk. Hij zette zich goed door tegen vet betaalde spelers met een grote naam, die niet hetzelfde karakter en dezelfde inzet aan de dag legden. Ik vind hem technisch ruim voldoende voor de Serie A, hoor, ik zou hem 7,5 op 10 geven voor techniek.
“Een Rivaldo of Gabriel Batistuta is hij niet, maar de laatste jaren bewezen teams als Chievo en Parma dat je met een goed uitgebalanceerd team soms verder komt dan met een verzameling dure vedetten die vooral aan zichzelf denken. Stel dat Sonck morgen bij AS Roma belandt, dan speelt hij waarschijnlijk niet en komt hij niet van de bank af omdat Fabio Capello de voorkeur geeft aan namen. Maar bij trainers als Luigi Del Neri van Chievo, Marco Prandelli van Parma of Carlo Ancelotti van AC Milan, die uitvissen wat een speler kan bijdragen aan het geheel, zou hij helemaal openbloeien.
“Wat hij nodig heeft om in Italië te geraken ? Het zijn niet altijd de beste spelers die hier terecht komen, maar meestal zij die de juiste persoon in de arm nemen, iemand die de ins en outs kent in Italië. Sonck heeft maar één ding nodig : een goeie manager met een neus als die van Pinocchio voor zaken. Een linke tiep die weet waar hier de entrees zijn.”
Iemand als Luca Pellizon misschien, een Italiaans advocaat die de belangen van Anderlechtspeler Walter Baseggio verdedigt in Italië. Via het internationale makelaarsbureau Pasqualin heeft hij ook contact met Antonio Cassano en Marco Delvecchio, allebei aanvallers van AS Roma. Pellizon zag Sonck aan het werk tegen Roma. “Wesley Sonck is dan wel samen met Walter Baseggio en Koen Daerden een grote speler in de Belgische competitie, alleen zijn doelpuntenproductie volstaat nog niet om in de Serie A te geraken. Bij RC Genk heeft hij het voordeel dat de ploeg in zijn dienst speelt. In Italië lever je vooral een gevecht met jezelf en moet je zien te overleven in de struggle for life tussen allerlei vedetten. Cadeaus krijg je er niet : vandaag de held, morgen de pineut. Maar Wesley is een vechter, die gaat volgens mij geen enkele uitdaging uit de weg. Vooral zijn strijdlust charmeert me. Hij doet me terugdenken aan de grote Paolo Rossi, maar dan met iets meer temperament en winnaarsmentaliteit. Als hij dat bewaart, kan hij misschien wel slagen in een buitenlandse competitie. Maar dan denk ik veeleer aan de Engelse Premier League, waar kopkracht en inzet heel belangrijk zijn. Met zijn snelheid kan hij daar brokken maken.”
Juanma Trueba is bij de Spaanse sportkrant AS de vaste man die de Koninklijke volgt. “Als ploeg stelde de Belgische landskampioen maar heel weinig voor”, is zijn oordeel op basis van de twee wedstrijden die hij zag. “Eigenlijk kon alleen Wesley Sonck mij en de verdedigers van Real Madrid enigszins bekoren. Een sterk kereltje. Niet van de grootsten, maar bijzonder explosief en heel stevig in de duels. Ik vond hem wel typisch Belgisch in zijn spelen : heel werkkrachtig, nooit opgevend en beschikkend over een sterk kopspel. Ook technisch kan hij behoorlijk uit de voeten, en zijn snelheid is blijkbaar ook niet te onderschatten. In Spanje kreeg hij toch wat lovende commentaren. Gezien zijn nog jonge leeftijd kan België zeker geen eindpunt voor hem zijn. De Spaanse Primera División moet hem wel liggen. Hij heeft alleszins een mooi visitekaartje achtergelaten.”
Een transfer naar Duitsland, zo lieten Sonck en zijn entourage een jaar geleden horen, zou de aanvaller van de Rode Duivels het meest aanspreken. Huub Stevens wilde Wesley Sonck van de zomer al graag naar Hertha Berlijn loodsen, maar zijn club struikelde over de vraagprijs – acht à negen miljoen euro – van RC Genk. Stevens blijft niettemin gecharmeerd van de kwaliteiten van Sonck. “Hij benadert toch stilaan de internationale top, hoor”, vindt de Nederlandse Limburger. “Zeker als je ziet dat hij bij Genk zijn doelpunten blijft maken en ook in de nationale ploeg stilaan de doorbraak forceert. Hij zet zijn ontwikkeling dus goed voort.
“Ik vind vooral zijn snelheid en zijn Torinstinct geweldig. Zo’n speler volg je altijd. Zijn linkerbeen en het opzoeken van de korte combinatie zijn mijns inziens wel nog voor verbetering vatbaar. Maar daar is Sef Vergoossen wel mee bezig, denk ik. Naar ik vernam, beschikt hij ook over de nodige persoonlijkheid. Hij laat niet op zijn kop zitten en durft voor zijn mening uit te komen. Dat vind ik echt een pluspunt, karakterieel neigt dat naar internationale klasse. Of hij in de Bundesliga past, daar kan ik moeilijk antwoorden. Maar op basis van zijn atletisch vermogen en snelheid kan ik mij daar wel iets bij voorstellen.”
David Endt, teammanager Ajax, zag Sonck een paar keer aan het werk en vindt hem “iemand die zeker het niveau van de Champions League aankan omdat hij fysiek en psychologisch goed in mekaar zit. Hij heeft voldoende mentale kracht om in een team op dat niveau mee te draaien. Of iemand al dan niet geïmponeerd is door de tegenstander, dat zie je meteen. Op dit niveau is intimidatie heel belangrijk. Omringd door betere spelers zal hij nog groeien. Na een seizoen waarin hij veel leerde acht ik voor hem de tijd rijp om te gaan. Misschien niet meteen naar de veeleisende Italiaanse competitie, maar met de kwaliteiten die ik bij hem opmerkte kan hij straks wel overal aan de slag.”
Bij PSV misschien, waar Sonck misschien wel op het lijstje van spelers prijkt, die in aanmerking komen om een mogelijk vertrek van Mateja Kezman op te vangen. Erwin Koeman, de assistent-trainer van Guus Hiddink, zegt Sonck niet echt goed te kennen, “maar ik zag hem in de voorbereiding tegen ons aan het werk en volgde ook zijn prestaties op het WK. Telkens weer kom ik onder de indruk van zijn kop- en sprongkracht. Bovendien is hij ook heel doelgericht. Een spits die veel scoort moet wel goed zijn, hé. En goede aanvallers staan altijd op onze scoutingslijst, weet je. Wesley Sonck dus ook. Maar momenteel is zijn komst helemaal niet aan de orde, we beschikken ook nog over Jan Vennegoor of Hesselink en Mateja Kezman. Sonck zou een kandidaat-vervanger kunnen zijn, maar ik hou er niet van in de voorwaardelijke wijs te spreken.
“Sonck is zeker een goede speler, maar hij moet zich op tactisch, technisch en mentaal vlak nog veel verbeteren. Mits de nodige ervaring op het hoogste Europese niveau en als hij goed luistert naar een vakman als Sef Vergoossen moet dat mogelijk zijn. Het is alleszins een voordeel dat hij zijn mondje durft te roeren en dat hij ook weet waarover hij praat. Maar internationale top is hij nog niet. Anders speelde hij nu al wel elders.”
door Geert Foutré en Frédéric Vanheule
‘Of hij in de Bundesliga past ? Ik kan me daar wel iets bij voorstellen.’ (Huub Stevens)
