Het is al 5 november wanneer de delegatie van Club Brugge in 1992 in Genève het vliegtuig uitstapt waar ’s anderendaags geloot wordt voor de allereerste groepsfase van de Champions League. Een jaar eerder is de formule met twee groepen van vier uitgeprobeerd, maar dan nog zonder de naam of de hymne. Anderlecht, dat toen die experimentele groepsfase bereikte via winst in de historische ‘match van 100 miljoen frank’ (2,5 miljoen euro) tegen PSV, zit in het stichtingsjaar niet in de CL-trommel, de winnaar van de allerlaatste officiële beker voor landskampioenen evenmin. Barcelona gaat er in de kwalificatieronde uit tegen Steaua Boekarest.

Ook de Duitse (Stuttgart) en de Engelse (Leeds United) kampioen zijn er in de voorrondes uitgebonjourd. De tv-stations uit de toplanden moeten het stellen met Club Brugge, Glasgow Rangers, CSKA Moskou, Olympique Marseille, AC Milan, Göteborg, FC Porto en PSV.

Op de stichtingsvergadering waar alle teams aan tafel zitten om te horen dat ze deel uitmaken van de eerste uitgave van een nieuw, innoverend project, heeft Antoine Vanhove de verslaggever van dit blad mee naar binnengesmokkeld en een speldje van Club Brugge opgespeld. Embedded journalism avant la lettre.

Op de vergadering worden de schildjes uitgedeeld met de acht sterren, in twee versies: wit op zwarte achtergrond, en andersom. “Uw teams mogen dat op de mouw spelden, om te tonen hoe uniek ze zijn”, zegt een man van organisatiebureau TEAM. Club is ontstemd als het hoort dat het stadion helemaal ingekleed wordt door TEAM. Clubsponsor VTM mag niet eens op de truitjes en evenmin op de boardings. Blauw-zwart wil protest aantekenen en zoekt solidariteit bij de andere deelnemende clubs, maar bij Glasgow Rangers zeggen ze: “Voor ons geen probleem. Wij hebben die situatie voorzien.” PSV heeft evenmin problemen, Philips is vanaf jaar één officieel sponsor van de Champions League om concurrent Sony niet op de boardings van het Philipsstadion te zien prijken.

Om te vermijden dat de topploegen nog eens ontbreken in de eindfase wordt het aantal groepsdeelnemers al na twee jaar (1994/95) verdubbeld naar vier groepen in plaats van twee. Na vijf jaar moeten de landskampioenen het gezelschap dulden van de nummers twee van de landen uit de top acht. Vanaf 1999/2000 mogen ook de nummers drie en vier uit de topzeslanden deelnemen aan de kwalificatieronden. In 22 jaar is het aantal groepsdeelnemers verviervoudigd, van 8 naar 32, waaronder twee debutanten sinds de nieuwe formule startte: het Zweedse Malmö en het Bulgaarse Ludogorets. In 1992 begonnen 36 deelnemers aan de kwalificaties, dit seizoen waren dat er 76. Met 11 deelnames aan de groepsfase op 23 edities is Anderlecht Belgisch recordhouder, voor Club en Genk (elk twee deelnames) en SK Lierse en Standard, die één keer mochten meedoen.

Het startgeld voor dat eerste jaar bedroeg 1,4 miljoen euro per club, dit jaar is dat 8,6 miljoen. Vorig seizoen verdiende Anderlecht in de CL 12,2 miljoen euro: het minst van alle 32 groepsdeelnemers. Een jaar eerder ving het 13,8 miljoen euro. Peanuts in vergelijking met de deelnemers uit de toplanden, maar nooit leverde Europees voetbal een Belgische club zo veel op.

Om die financiële input is het de Belgische deelnemers ook te doen, net als om de mooie affiches, en de vage hoop om via het achterpoortje van de derde plaats in de Europa League te overwinteren. Eén keer slechts overleefde een Belgische club de eerste ronde. In 2000/01 stuntte Anderlecht onder leiding van Aimé Anthuenis.

Over prijzen wordt al lang niet meer gepraat. Deelnemen is, om het in olympische termen te zeggen, voor Belgische ploegen belangrijker geworden dan winnen. In 22 jaar won slechts twee keer geen club uit de Big Five. Dat waren Ajax in 1995 en FC Porto in 2004. Geniet er toch maar van.

DOOR GEERT FOUTRÉ

Deelnemen aan de Champions League is voor Belgische ploegen belangrijker geworden dan winnen.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content