De manier waarop Vincent Kompany vorige week nog maar eens op een voetstuk werd geplaatst, toont hoe groot de nood in dit land is aan een nieuwe vedette. Als er volop bloedarmoede heerst, wordt een zeldzame parel gekoesterd en opgehemeld, dan gaat de lade van de superlatieven open en vliegen de euforische kreten je om de oren. Vincent Kompany onderging zijn verpletterende overwinning in het referendum van de Gouden Schoen met een voor een achttienjarige zeldzame volwassenheid. Te midden het gejubel bedankte hij zijn vrienden waarmee hij vroeger in de Brusselse Noordwijk heeft gevoetbald. Hij onderging de huldiging met een mengeling van emotionaliteit en ingetogenheid en pakte later in een eindeloze sliert interviews uit met gevatte antwoorden.

Vincent Kompany heeft alles om tot een vedette uit te groeien. Hij is intelligent en blijft in alle omstandigheden sympathiek, ook al geeft hij bij momenten blijk van een gezonde dosis arrogantie. Het valt voor Kompany te hopen dat hij niet bezwijkt onder de gigantische druk en te midden van alle (overdreven) loftuitingen zichzelf kan blijven. Dat zal veel mentale sterkte vragen en de fijnzinnige begeleiding waaraan het hier vaak ontbreekt. Dit land blijft het moeilijk hebben om op een verantwoorde manier met (potentiële) vedetten om te gaan.

Begrijpelijk sprak Anderlechtvoorzitter Roger Vanden Stock de hoop uit zijn jonge verdediger nog een seizoen te houden, maar als Kompany zijn grenzen wil verleggen, blijft er hem niets anders over dan volgend seizoen de stap naar het buitenland te zetten. Kompany heeft bij Anderlecht al op prille leeftijd een status van onsterfelijkheid verworven. Hij kan het zich veroorloven twee en een half uur te laat te komen op training zonder zijn plaats in de ploeg te verliezen. Hugo Broos durfde het niet aan zijn rastalent voor de bekerwedstrijd op RC Genk te passeren, nadat die de dag voor die partij om twaalf uur op de club verscheen in plaats van om halftien. Los van het gegeven dat Broos daarmee naar de groep zijn autoriteit steeds meer ziet afbrokkelen, bewijst een trainer op die manier een jonge voetballer absoluut geen dienst. In de wetenschap dat hij toch niet wordt gesanctioneerd, dreigt zo het gevaar dat de Kongolese Belg denkt zich alles te kunnen permitteren. Hij wordt als het ware verkeerd opgevoed. Dat is gif voor het vervolg van zijn carrière. De verstrooidheid van Kompany mag dan bij zijn karakter horen, erger is dat die nonchalance zich ook op het veld doortrekt. Zonder dat hij van wie ook tegengewicht krijgt, voelt hij zich zo ook daar steeds belangrijker worden : hij durft al eens (slechte) voorzetten van zeventig meter versturen zonder dat iemand hem daarover aanspreekt.

Het is daarom nog maar de vraag of het voor Kompany goed zou zijn hem nu al op het middenveld uit te spelen. Iemand die zo wordt verheerlijkt, voelt zich dan nog meer geroepen om de lijnen uit te zetten en dreigt zichzelf voorbij te lopen. Dat is niet abnormaal voor een jonge voetballer, zelfs dan als hij blijk geeft van veel maturiteit. Maar hij moet wel worden bijgestuurd in plaats van alle fouten snel onder tafel te vegen waardoor hij een verkeerd zelfbeeld krijgt.

Vincent Kompany heeft nood aan een harde hand om zich verder te ontwikkelen. Bij Anderlecht is die er niet. Het is trouwens nog maar de vraag of de autoritaire trainer waar iedereen om schreeuwt, wel zou worden getolereerd in de Brusselse voetbaltempel. Te gemakkelijk vinden klagende voetballers hogerop een luisterend en zalvend oor.

De stap naar het buitenland is voor Vincent Kompany noodzakelijk om verder aan zijn carrière te timmeren. Hij mag niet tevreden zijn met een middenmoter, maar moet resoluut kiezen voor de top en de beste arbeidsvoorwaarden. Te laat komen op training wordt hem dan, in een meedogenloos klimaat, gegarandererd evenmin vergeven als fantasietjes op het veld. Het zal hem op de juiste weg helpen. Net zoals de opgedreven trainingsintensiteit en het hogere tempo en niveau hem naar de top kunnen stuwen. Die betere omkadering moet van Vincent Kompany een voetballer maken die blijft leren in plaats van aanbeden te worden. Dat een anders bezadigde man als Paul Van Himst vorige week riep dat Kompany op zijn minst even goed is als Franz Beckenbauer, is de blinde adoratie voorbij. Zo bestaat voor jonge voetballers het gevaar dat ze in een kunstmatige wereld terechtkomen die ver verwijderd is van de rauwe realiteit.

door Jacques Sys

Kompany mag geen verkeerd zelfbeeld krijgen.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content