Na zes mislukte campagnes mag Paolo Bettini zich eindelijk wereldkampioen noemen. Veel heeft de beste eendagsrenner van zijn generatie te danken aan het geniale plan van bondscoach Franco Ballerini.

P aolo Bettini lacht de lach van een kind. De mond grijnst van oor tot oor, de wangen trekken samen in duizend plooitjes, de neus rimpelt van plezier, de ogen twinkelen in het zonlicht en zelfs het kale kopje schittert mee. In de gloednieuwe regenboogtrui wordt de volle 1,65 meter maximaal uitgerekt. Had Bettini zondag over een stel vleugels beschikt, hij was samen met zijn Italiaanse vlag rechtstreeks naar de hemel opgestegen en nooit meer naar de vaste grond teruggekeerd. Blijdschap in het kwadraat.

Eindelijk is de ban gebroken. Met acht klassieke overwinningen, twee nationale titels, drie wereldbekerzeges en olympisch goud is Paolo Bettini de beste eendagsrenner van zijn generatie, maar de regenboogtrui hing een decennium lang als een donderwolk boven zijn hoofd. In 1996 al moet Bettini in Lugano beteuterd toekijken hoe drie landgenoten het beloftepodium bestijgen terwijl hij als meest ijverige werker op de vierde plek strandt. Vier jaar later eindigt zijn eerste WK voor profs in een rel met Michele Bartoli. Wanneer Bartoli hem in de slotfase vraagt om de spurt aan te trekken, knikt Bettini ja, maar als het erop aan- komt, is hij nergens te zien. Volgens Bettini omdat hij niet meer vooraan raakte, volgens een pisnijdige Bartoli omdat hij de benen stilhield. Maar Bartoli is een oude zeur, Bettini de kwieke jongeling en dus geniet de laatste bij de publieke opinie het voordeel van de twijfel.

Een jaar later in Lissabon is het Bettini’s beurt om woest te staan gebaren na aankomst. Hij is net tweede geworden na zijn Mapeiploeggenoot Oscar Freire. Enkel Nardello is Bettini komen helpen in de spurt, Bartoli en Casagrande hebben zich vakkundig weggestopt. Zelfs de meest vergevingsgezinde tifosi vinden nu dat Bettini beter zwijgt. In volle finale heeft il grillo immers Paolo Lanfranchi achter de ontsnapte Girowinnaar Gilberto Simoni aan gestuurd.

In Zolder krijgt bondscoach Franco Ballerini de neuzen allemaal in dezelfde richting en helpt een voorbeeldige blauwe trein Mario Cipollini aan de regenboogtrui. In 2003 is Paolo Bettini in Hamilton simpelweg niet sterk genoeg om Igor Astarloa af te houden. In extremis haalt de Italiaan de portefeuille boven, maar Astarloa weigert. De wereldtitel is niet te koop.

In Verona is Bettini opnieuw huizenhoog favoriet. Op Bettini’s vraag laat Ballerini Davide Rebellin thuis – dat jaar winnaar van het drieluik Waalse Pijl/Luik-Bastenaken-Luik/Amstel Gold Race én inwoner van Verona. Het WK in eigen land eindigt in een drama wanneer Bettini moet opgeven met een pijnlijke knie. Ploegmanager Patrick Lefevere zat op de eerste rij : “Bettini stopt om zijn voorste wiel te wisselen. De Italiaanse ploegwagen rijdt hem eerst voorbij, stopt, de deuren worden opengegooid, mecanieker erbij, paniek. Die man steekt een nieuw wiel, maar er draaide een stuk stuurlint tussen. Bettini wil dat verwijderen, maar die mecanicien trekt dat wiel eruit en gaat een nieuw wiel halen. Intussen stapt Ballerini uit en die duwt in alle chaos Bettini met zijn knie tegen de auto. Tja, Italiaanse paniek, hé.”

In Madrid moet Bettini in de slotfase de benen stilhouden voor Alessandro Petacchi, die uiteindelijk binnen bolt op een halve minuut van Tom Boonen en achteraf doodleuk verklaart “dat hij zich toch niet zo super voelde”.

Kopmanknechten

Afgelopen zondag liepen alle Italianen weer netjes in de rij. Die verdienste komt Franco Ballerini toe, al hielp het dat Petacchi zichzelf uitschakelde door in de Vuelta zijn hand stuk te slaan op de rennersbus. Ballerini’s tactiek is, het dramatische Italiaanse WK-verleden indachtig, even eenvoudig als geniaal. De squadra azzurra bestaat uit negen kopmanknechten die allemaal dezelfde opdracht krijgen : de koers torpederen. Zo worden niet alleen de spurters en hun ploegen naar de verdoemenis gereden, de tactiek van de bondscoach zorgt tevens voor een merkwaardig soort eendracht. Iedere aanvaller mag immers heel even de illusie koesteren dat hij voorop mag blijven en per ongeluk de wereldtitel kan pakken. Zo rijden alle Italianen eigenlijk voor zichzelf en wie voor zichzelf rijdt, kan altijd net dat ietsje harder trappen.

Aan het einde van de rit mocht er uiteraard maar één man winnen en daar bestond de belangrijkste taak van bondscoach Ballerini erin om de zenuwen van die man in bedwang te houden. Dat lukt, min of meer. Wanneer een kopgroep met de snelle Tosatto een kwartier voorsprong krijgt in de vijfde ronde, laat een nerveuze Bettini zich afzakken tot de volgwagen, maar Ballerini kan de zenuwen bedaren. Ook wanneer zich twee ronden later een nieuwe kopgroep vormt met Di Luca, Pozzato, Tosatto, Nocentini weet de bondscoach Bettini te kalmeren : de spurtersploegen zullen hun verantwoordelijkheid wel nemen.

Op dertig kilometer van de streep is er echter geen houden meer aan. Op de top van de Oberesch springt Bettini voor de eerste keer weg. “Alsof hij met een kanon werd afgeschoten”, dixit Nick Nuyens. Even later wordt Bettini weer opgeslokt door het peloton. Het eerste jasje is uitgedaan, maar de Italiaan heeft er drie over elkaar aangetrokken. Twintig kilometer later, bij de laatste beklimming van de Tiefenbach, probeert hij het opnieuw. Even lijkt hij solo weg te raken, maar Kroon, Boogerd, Vinokourov, Millar en Wegmann zitten dicht en op aansturen van Ballerini staakt Bettini zijn aanvalspoging. Nog één jasje heeft hij over en dat zal hij bewaren tot aan de streep. Op zevenhonderd meter van het einde duikt Samuel Sanchez met Valverde en Zabel in het wiel als een kamikaze de bocht in, Bettini sluit zijn ogen en volgt. Op de streep klopt hij de moegestreden Zabel met een halve fietslengte. Oef, finalmente.

Het peloton strandt op twee tellen, Robbie McEwen wint verrassend de groepssprint. Tom Boonen eindigt als negende, verkrampt tot achter zijn oren en geheel alleen. Nick Nuyens hielp als laatste der Belgen Boonen de Tiefenbach over, daarna was ook bij hem het vat af. Eerder hadden Van Goolen, Devolder en Gilbert zich al leeg gereden in de twee belangrijkste ontsnappingen. Dus was er niemand om het laatste gaatje met Sanchez en Valverde te dichten. Want Baguet is geen Van Petegem en Hoste geen Aerts.

Tom Boonen zal volgend jaar de aandacht moeten delen met de nieuwe wereldkampioen, want een paar maanden geleden tekende Bettini voor nog eens twee jaar Quick-Step. Hij wil zijn carrière afsluiten bij Lefevere, de twee miljoen euro die T-Mobile voor hem veil had ten spijt. Kleine Paolo heeft nog één ambitie : “De Ronde van Vlaanderen winnen.” Patrick Lefevere heeft er alweer een luxeprobleem bij.

LOES GEUENS

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content