Dringend gezocht : ervaren gids(en). Aimé Anthuenis noch de KBVB weten nog de juiste weg.

“Ben je het Belgische voetbal nu nog niet beu”, vroeg iemand donderdag, na de zoveelste mokerslag. Neen dus. Maar het volgen begint stilaan veel weg te hebben van de thematiek uit het boek van Mar-the Blau. Wie pijn ervaart als genot, kunnen we dezer dagen gerust een internationaal treffen van de Rode Duivels aanbevelen. Eén overwinning in 2004, één punt op negen in de kwalificaties voor het WK, één doelpunt voor en vijf tegen in drie matchen, het is minnetjes. Blau legde haar lot in de handen van haar minnaar en er kwam weinig goeds van, de KBVB legt het zijne in die van Aimé Anthuenis en er komt ook hoe langer hoe minder van. De Belgen in het publiek zagen met lede ogen hoe de vertwijfeling bij de coach, opgedaan op training door weifelende spelers aan het werk te zien, als een boemerang naar de ploeg terugkeerde.

“Ik klamp me niet vast aan deze stoel”, zei Anthuenis na afloop. “Als morgen iemand rechtstaat die denkt dat hij dit beter kan, ben ik direct weg”, beklemtoonde KarelVertongen, voorzitter van de technische commissie. Aandoenlijk hoe ze donderdagochtend beiden hun functie ter beschikking stelden, om er vervolgens al even snel aan toe te voegen dat er weinig of geen alternatieven zijn en dat zij de toekomst voorbereiden. Frank Rijkaard trok het zich in 2000 allemaal minder aan. Ongelukkig uitgeschakeld met de strafschoppen in de halve finale van het EK ? ‘Sorry jongens, ik heb gefaald, ik ben weg.’ Dat siert de mens. De KBVB wil Anthuenis niet afrekenen op het gebrek aan succes. En als de werknemer zelf niet vindt dat hij onvoldoende presteert en er zijn geen signalen dat de groep niet meer met hem door één deur kan – hoe zou dat ook, een van de zaken die Anthuenis siert, is dat hij de groep waarin hij vertrouwen heeft, tot het uiterste blijft verdedigen – dan hoeft een ontslag dus niet.

De bondscoach heeft pech gehad in de aanloop naar deze wedstrijd. Hij verkortte die bewust tot het minimale en liet zijn buitenlandse internationals tot het weekend bij hun club, in de hoop dat ze daar wat ritme zouden opdoen. Wat niet gebeurde voor de twee die daar het meest nood aan hadden, Wesley Sonck en Thomas Buffel. Bovendien sneuvelden drie basisspelers. Eerst haakte Mbo Mpenza af, het alternatief op rechts om het een toch niet zo wendbare Ivica Dragutinovic op de flank lastig te maken. Vervolgens broer Emile, het alternatief voor een dolende Sonck, daarna Tristan Peersman. Voeg daar de afwezigheden van Bart Goor en Eric De-flandre aan toe en de spoeling wordt plots dun.

Anthuenis had het zich dan iets makkelijker kunnen maken door voluit te mikken op de automatismen van die ene ploeg in (nationale) vorm, Club Brugge. Twee goeie flankverdedigers die offensief kunnen oprukken, een lopende Gaëtan Englebert op het middenveld om wat infiltratiemogelijkheden vanuit het centrum te krijgen en het al eerder geconstateerde gebrek aan stootkracht voorin kon worden opgevangen door Luigi Pieroni, de euh, gelegenheids -Rune Lange.

Anthuenis koos echter voor de moeilijke weg en behield het vertrouwen in het systeem dat hem in Nederland onverhoopt aan die ene winst van 2004 hielp. Met Vincent Kompany achter-in ; met twee controlerende middenvelders ( Roberto Bisconti en Philippe Clement), die dit keer wat beter functioneerden dan tijdens dat chaotische begin in Spanje ; met een derde controlerende maar iets creatievere centrale middenvelder (in Eindhoven Sven Vermant, nu Walter Baseggio), die echter zelden of nooit tot aan de rand van de zestien komt en met slechts twee offensief ingestelde spelers. De linksbuiten speelde op die positie nog nooit voor zijn club. Als voor Kompany geldt dat hem op het middenveld zetten iets ongewoons zou zijn, dan geldt dat immers ook voor Peter Van der Heyden. Dat experiment met de Bruggeling was al tegen Frankrijk, toen Goor ook onbeschikbaar was, een fiasco. Maar nu probeerde An-thuenis het toch weer, evenmin met succes, want pas nadat hij op de linksachter terechtkwam, groeide Van der Heyden die ruimte voor zich nodig heeft, uit tot beste Duivel.

Anthuenis houdt consequent vast aan een lijn die hij in het verleden uitzette. Dat siert : beter je principes houden, in goeie én kwade tijden, dan geen principes hebben. Zelfs donderdagochtend nog sprak hij zijn vertrouwen in Sonck en Buffel uit. Terecht op basis van hun theoretische kwaliteiten, als ze fit en in vorm zijn. Maar zijn die twee dat nog ? En als die lijn niet werkt, waarom ze aanhouden ? Het duivelsorkest van dirigent Anthuenis lijkt veel op dat van de Titanic. Ondergaan, maar wel blijven doorspelen !

Hij wilde donderdag niet praten over poppetjes en plaatsen, maar had het liever over hoop, dat één zege alles kon doen keren. Uiteraard draagt de bondscoach maar een gedeelde verantwoordelijkheid en ís er hoop. Hoop dat Sonck en Buffel straks de juiste carrièrewending nemen en weer de twee spelers worden die in een flits een wedstrijd kunnen beslissen. Een van vorm blakende Buffel had die ene kans op de 1-1 gewoon binnengestift. De weifelende Buffel verloor zich in een dribbel. Een van vorm blakende Sonck had die ene vrije trap over de muur in de kruising getild, zoals onlangs nog tegen Litouwen. De weifelende Sonck probeerde woensdag te vaak te ingewikkelde dingen en had een strafschop kunnen krijgen.

Er is hoop dat Pieroni, die al bij elke invalbeurt als Rode Duivel gevaarlijk was, verder doorbreekt bij Auxerre. Dat Van der Heyden in Duitsland misschien nog een extra dimensie kan toevoegen aan zijn spel. Dat Jelle Van Damme bij Southampton fond kan kweken en dat Kompany, woensdag foutloos als verdediger, maar fysiek fond missend (door de liesblessure ?) om op het middenveld dominant aanwezig te blijven, op die plaats verder mag evolueren. Want laat dat ook weer even duidelijk zijn : Simons noch Kompany reageerden als een echte killer op het balverlies bij de eerste goal, een hechte defensie hebben de Belgen niet, ook al staan er gemiddeld zes, zeven of zoals woensdag aanvankelijk zelfs acht (!) verdedigend georiënteerde spelers op het veld. Welke centrale verdediger beheerst de zone, maar is tegelijk hard in duel ? Daniel Van Buyten ? Soms.

Conclusie : Anthuenis draagt verantwoordelijkheid, een gedeelde. Ook de spelers dragen die, al te vaak wordt de schuld bij een tegengoal in de schoenen van de ander geschoven. Woensdag ook weer. Stuitend. Maar er ís talent, er ís hoop, zelfs op korte termijn, ook al merkt met name Koen Daerden dat de sprong van beloften naar A-ploeg een grote is, zelfs al speel je elke week.

Ook de KBVB-beleidsmensen, allemaal stuk voor stuk al lang actief, dragen die. Ook daar is het stuitend dat zo weinig mensen verantwoordelijkheid nemen. Er zijn werkgroepen, er lopen (bouw)projecten, maar er is geen groep, geen samenwerking en stenen gaan het spel niet beter maken. De bondscoach vindt dat de profliga de situatie onderschat maar laat zelf geregeld een keer verstek gaan voor een vergadering, de clubs denken eerst aan het eigen overleven, de voorzitter geeft zijn machteloosheid toe en hoopt op een verplichtende maatregel van de Uefa om meer Belgen in eerste klasse te zien. Elders in het gebouw werkt elk in zijn hokje aan zijn beleidje, zonder veel overleg. Op het station dat KBVB heet, staan veel treinen op sporen, vaak stil, soms kris kras door elkaar, of godbetert, wijdbeens parallel. Wie schept daar eens orde, wie komt met een coherente toekomstvisie ? Of moet de Titanic 92 jaar later nog eens zinken voor het orkest stopt met spelen ?

door Peter T’Kint

Moet de Titanic 92 jaar later nog eens zinken voor het orkest stopt met spelen ?

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content